De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1932 6 augustus pagina 2

6 augustus 1932 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

De Groene Amsterdammer van 6 Augustus 1932 No. 287» Door Duitschland Amsterdamsche tentoonstellingen lv' K Wft Indiaa"ntje-spelen Toen Caesar uit Galliëde Rubicon overtrok, en het eigenlijk Italiëbinnenviel, wetende dat hij daarmee den burgeroorlog ontketende en daad werkelijk slag moest leveren om zich van de macht meester te maken, sprak hij de gedenk waardige woorden: Alea Jacta est" ,,de teerling is geworpen" . Maar Caesar was een doortastend man. Het schijnt, dat Hitler deze eigenschap mist, die toch onontbeerlijk is om den grooten Caesar na te volgen. Hij mist waar schijnlijk wel meer eigenschappen, die een dic tator toch in zijn marsch moet hebben. Dat hij Caesar zelfs den latijnschen tekst niet na kan zeggen, zou in het begin niet eens zoo erg belangrijk zjjn geweest. Wanneer hij inderdaad eenigen tijd aan de macht zou zijn geweest, zou ongetwijfeld zijn groot gebrek aan eruditie een van de factoren zijn geweest, die hem zou hebben doen struikelen. Ernstiger was zijn gebrek aan doortastendheid. Dit heeft hem zelfs weerhouden zich van het t»ewind meester te maken op oogenblikken dat hij dat ongetwijfeld had kunnen doen. Het is ^misschien een merkwaardige bijzonderheid te ?bedenken, dat hij in 1923 eens geprobeerd hesft door een Putsch zich van het gezag, althans het ^gezag in Beieren, meester te maken zonder zich ,te realiseeren, dat op dat oogenblik zijn kansen. veel te gering waren. Toen het later een werkelijk ernstig partijtje dobbelen werd, bleek telkens, dat de overigens niet talentlooze leider van een partij, .die uitgegroeid is tot een volksbeweging, op het beslissende moment aarzelde en het vermeed de dobbelsteenen te laten rollen. Dit was het geval bij het lange nadenken voor het stellen van een "candidaat voor de Presidentsverkiezing, evengoed als bij de diverse verzuimde gelegenheden om met andere partijen, hetzij het Centrum, hetzij de Duitsch-Nationalen een coalitie aan te gaan en de leiding te nemen. Nu staat hij, na de verkiezingen van Zondag, met de sterkste partij in den Rijksdag .zonder meerderheid en zonder vrienden. Hij kon er dus evengoed, of beter, niet zijn. Waarmee nog geenszins gezegd is, dat zijn invloed onderschat .mag worden. Het is een verkeerde theorie om te gaan beden ken hoe de zaken geweest zouden zijn, wanneer alles anders was geloopen. Maar het is toch wel eens aardig om een oogenblik stil te staan bij de gedachte dat, ware in de laatste maanden Brüning aan het- bewind gebleven, (en laten wij daarbij eve» veronderstellen dat hij in Lausanne dezelfde politiek zou hebben gevoerd als von Papen), .in den lande tegen hem een ongelooflijke nationa listische baaierd zou zijn ontketend, waarin hem zou zijn verweten op de herstelconferentie het Rijk verkocht te hebben en in het Binnenland de .burgerlijke vrijheid op ondragelijke manier aan banden te hebben gelegd. Gevolg: een toenemen van de rechtsch-radicale oppositie, met de kans, dat de toevloed van onwetende en hopelooze desperados de radicale partij een meerderheid zou hebben bezorgd, die Hitler in het zadel zouden hebben geholpen. Nu is precies hetzelfde gebeurd, in de buitenlandsche politiek, als wat Brüning had gewild. .Misschien op ietwat oneleganter wijze. Zoo was het een fout, om de ,,moreele" schuldkwestie vast te koppelen aan de herstelbetalingen zooiets van: voor zooveel erken ik niet, dat ik het gedaan heb, maar als je me nu nog wat meer cadeau geeft, dan wil ik die erkenning voor mijn rekening nemen. Dat zal Von Papen later nog wel eens aangerekend worden. Maar deze détails doen nu niets ter zake. Binnenslands is hij heel wat ruwer opgetreden en hoogst partijdig, met het onmiskenbaar gevolg dat de vloed van stemmen van juist die hopel Hotel Funckler, Haarlem RESTAURANT LUNCH f 2.?DINER f 3. l loozen, die door werkeloosheid, door het 'gevoel van niets te verliezen te hebben en door do be lofte van groote daden in een nieuw en beter Rijk, het Nationaal-Socialisme was toegevloeid, nu voor een groot deel weer terug rolde, en zoo de Sociaaldemocratie en het Communisme ver sterkte, de partijen op wie Von Papen het het meeste voorzien heeft. Maar toch hield Von Papen zich juist op deze wijze in den zadel, omdat een Rijksdag zonder meerderheid een voortzetting van de tegenwoordige nauw verhulde dictatuur eischt. l * * * Wie dezer dagen door Duitschland trok, kou met aan zekerheid grenzend.e waarschijnlijkheid dezen gang van zaken voorspellen. Allerwegen kon men een teruggaan merken van de flauwe Indiaantjesspelerij met bruine en roode pakken. Daar, waar de werkeloosheid het grootst is, was de stemming het slechtst wat natuurlijk is. Waar arbeiders op straat rondslungelen, staan strijdbare groepen van alle partijen op het trot toir. Waar de landbouw do handen opeischt, vooral in het Zuiden, worden de infantiele op schriften op muren eri deuren zeldzamer. Zoo is het begrijpelijk, dat vooral in het Xoordcn het radicalisme groot is, terwijl in Beieren en de andere zuidelijke staten deze tegenstellingen min der tot uiting komen in opschriften, mooie pakjes en insignes. liet is van Von Papen nog niet zoo'n slecht idee geweest om den Duitschers hun lust in uni formen wat te laten botvieren. De Duitscher houdt nu eenmaal van een en zelfs van meer ,,A.bzeichen". Het doet er niet toe, waarom en waarop. Er is geen land ter wereld waar iemand erover zou denken om een auto met twee nummer borden te voorzien, oen links on een rechts. En allebei aan den achterkant. Het aantal blikjes, dat vrijwel in eiken biertuin verkrijgbaar is om er mut sen en bergstokken mee te versieren.is legio.Wanneer men zich eenmaal op het standpunt stelt, dat al die aanstellerij niet serieus is. en alleen maar ten doel heeft om aan Jan en alleman te vortoonen waar men geweest is, of wie men is, dan begrijpt men, dat het symptomen zijn van een eenigszins overspannen toestand, die op zich zelf ook wel weer te verklaren is. * * * Wanneer de Duitscher die er nu eenmaal een voudig om vraagt om geknecht te worden, maar de vrijheid houdt om de lust. tot liet uiterlijk toonen van al zijn bijzondere gevoeligheden, na te gaan, dan is hot te verwachten, dat er op den duur zelfs minder ongelukken zullen gebeuren, dan nu. Het klinkt misschien cynisch, maar in wezen onder scheiden de slachtoffers van politieke relletjes zich in niets van die onschuldige stakkerds, die op Zondag overreden worden. Tegen beide euvels waakt do politie. En werkelijk tegen beide. Wanneer men op dit oogonblik door Duitschland reist, ziet men allerwegen hoe zwaar gewapend politie en Kijkswoer zijn. hoe vrijwel iedere moge lijkheid tot hot verwekken van plaatselijke on lusten al is voorkomen door concentraties nabij bedreigde punten en hoe naast on door dit alles heen hot gewone loven zijn gang gaat. de café's vol zitten, de vacantieplaatson vrij druk bezocht worden en de auto's razen. Want dat is hotgene, wat den vreemdeling opvalt: het ge\vone leven gaat zijn gang. De demonstraties zijn vol strekt niet het gewichtigste, wat er gebeurt. ledere dag gaat zijn gewonen gang. En wanneer langzaam aan de omstandigheden zich consolideeren en de crisis zijn scherpste kanten verliest zal dat deel van het volk, dat zich aan zulk een Indianengeschreeuw heeft overgegeven, als voor een jongen van zestien jaar te kinderachtig is, langzaam tot bezinning komen en zijn eigen belachelijkheid wel inzien. Voorloopig echter verandert er in Duitschland niets, dan dit: de angst voor een omwenteling is vrijwel verdwenen. M. K. Han van Dam, J. F. van Deene, Kees. Heijnsius eii Theo Hwagemakers l>ï.f Hofstee Deelman, Amsterdam Behalve een aantal reeds bekende doeken van Kees van Dongen. Maurice Asselin, A. J. G. Golnot en Ton Kelder uit het bezit van dezen kunstha.ndel, vindt men thans in. de Vondelstraat nieuw werk van Han van Dam, J. F. van Deene, Kees Heijnsius en Theo Swagemakers. Han van Dam laat hier een drietal bloemstukken en een landschap zien. In zijn Arnstellaan en een tuin, die op de Onafhankelijker! hingen, stemde deze jonge schilder reeds zijn kleuren af op een hoog, licht gamma, kleuren waarmee hij vlug en blij aan den slag ging en vlot neerschilderde (het was hem een vreugde) wat hem daarbuiten als pleizierig onderwerp trof. Ook uit zijn hier hangen de, lichtelijk gestyleerde (min of nieer als kleurig mozaiek gezien) Bouquet, van seringen en roze rozen, tegen een lichtgrijzen, egalen achtergrond, spreekt een frissche lust; zooals dat ook uit zijn witte cyclamen, spreekt, waarbij de bloemen, die als een vlam van wit tegen den blauwen achtergrond uitstaan, die schilders-lust als het ware aanstaken. Het goede van zulk een vitale lust, die zich vooralsnog nergens anders aan ge bonden weet dan aan de vreugden van het schil deren zelf is: dat de bedding open blijft voor den stroom van het leven die (misschien) uit zal diepen en vullen wat nu nog, in dit werk, wat vlak en leeg aandoet. Er zijn reeds te velen, die met een al te bewust betheoretiseerde ..diepgang", zinvolheid". enz. de bedding ontijdig dicht gooien. . . . J. F. van Deene werkt ook in een licht gamma,. Ook hij laat bloemstillevens (naast een stilleven en een A'damsch grachtdoorkijkje) zien. Daarmede houdt echter de overeenkomst met van Dam ten eenemale op. Waar bij deze laatste, zooals gezegd, primair mag hceten: de lust in het schilderen, da.ar voelt men bij van Deene voor alles een droomend dichter die (toevallig) zijn uiting zoekt in het schilderij. Wat dan niet altijd lukt juist omdat het een zoeken is ! Het licht en de teedei heid b.v. die gezocht worden zijn niet in de kleuren, zij blijven er, omdat getracht wordt hen alsnog aan het schilderij mee te t/eren, omheen schemeren. . . . Kees Heijnsius heeft hier een kleine olieverf studie van een Amsterdamsch dakenge'/icht, een straatdoorkijkje in een <.ud Fransen stadje; en een landschap. Een ietwat zwaarmoedig tempe rament spreekt zich in dit werk. dat hier en daar1 een goede teekenhand verraadt, op niet al te krachtige wijze uit. Van Theo Swagemaker's naakt (tegen een laken) is de wijze waarop ,.het slapen." de actie van het slapen, gegeven wordt een qualiteit. Zijn twee portretten zijn evenals zijn stilleven gelijkmoedig, niet zender kunde, min of meer geduldig in donker gamma gedaan. Over het geheel zou men kunnen zeggen, dat dit nieuwe werk van deze vier jongeren, tegenover het oudere werk van de vier genoemde ouderen (van wie men enkele zeer goede en typeerende stalen van hun oeuvre aantreft) wel zeer ver., téver meestal ! tenachter blijft. A. E. VAN DEX TOE Kon. Meubeltransport-Maatschappij DE GRUYTER & Co. DEN HAAG AMSTERDAM ARNHEM VERHUIZINGEN PER AUTO-TREIN

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl