De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1932 3 september pagina 10

3 september 1932 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

t k. 'f Op de markt Love of liberty brought us here" is het trotsche devies van het wapen van de negerrrepubliek Liberii, die haar ontstaan dankt aan de vestiging van vrij-gelaten Ameiikaansche slaven aan de kust van WTest-Afrika. Het is geen wonder, dat de mannen, die in de eerste helft van de vorige eeuw het land verlieten, waar ze als slaaf waren geboren om de vrijheid te genieten in het land, waarvan ze stamden, zoo hoog opgaven van hun liefde voor hun vrijheid. Deze liefde vond niet alleen uitdrukking in de woorden geplaatst op het wapenschild, maar ook in den naam van den Staat, dien ze stichtten en als men de geschiedenis van die oude trekkers leest, blijft er geen twijfel aan de oprechtheid van de zoo nadrukkelijk ge uite gevoelens. En toch moest in 1930 naar dit gebied een internationale commissie worden ge zonden om een onderzoek in te stellen naar het voorkomen van slavernij en gedwongen arbeid. Dit doet vreemd aan en men wordt onaangenaam getroffen, als men het rapport leest, dat door die Commissie werd uitgebracht. Toch is het verkeerd te snel een oordeel te vellen. Zeker, de Commissie-Christey vond toestanden, die onaanvaardbaar waren; ze toonde aan, dat hooge Regeeringsambtenaren voordeeleri hadden getrokken uit den handel in werkkrachten, die veel overeenkomst had met den beruchten slaven handel uit vorige eeuwen; ze bewees, dat vrije mannen tegen hun zin waren uitgevoerd naar . Spaansche Koloniën, waar ze te werk werden DE NEGERREPL Amerikaansche ex-Slaven a gesteld op ongehoord slechte condities. maar het bleek tevens, dat men hier te doen had met uitwassen en dat de klassieke vorm van slavernij. die de gedachte oproept aan slavenmarkten en slavenhandelaren. niet voorkwam. Wel vond men, dat huisslavernij en pandelingschap tot de alge meen erkende gebruiken behoorden, alhoewel de grondwet van het land slavernij niet erkent. Het is ons, Westerlingen, moeilijk ons in te denken in het begrip slavernij". We voelen ons daardoor teruggeplaatst tot in de Middeleeuwen, toen er, zooals de geschiedenislessen op school ons leerden, lijfeigenen waren in ons land, maar daarna? Helaas, wordt op de scholen weinig verteld over onze koloniale geschiedenis en vrijwel niets over de daden bedreven door onze voorou ders in West Afrika. We zijn het stuk historie, dat daar zijn omlijsting vond, vergeten, want onze belangen bij die landen behooren tot het verleden. Toch hielden we.in het midden van de 17de eeuw de kust van West Afrika vanaf Cape Palmas thans de Oostelijkste haven van Liberia tot den Niger bezet en de Ruyter behaalde hier in den tweeden Engelschen oorlog een waardevolle over winning op onze vijanden, die hij zóó krachtig verdreef, dat ze zich later tevreden moesten stellen met het enkele bezit van het fort Cape Coast aan de Goudkust. Het belangrijkste uitvoerartikel van deze gewesten vormden de slaven en we lieten ons in dezen handel niet onbetuigd. Het is echter niet noodig zóó ver terug te gaan om over connecties van ons met slavernij te spre ken. De tijd gaat snel, en er zijn dingen, die men niet graag onthoudt, zoo ook niet, dat er nog Hollanders kunnen leven, die in ons Indiëslaven hebben hebben gehouden, want daar werd de slavernij eerst afgeschaft bij de wet van 7 Mei 1859. Men moet deze feiten voor oogen houden, als men een oordeel uit wil spreken over de Liberianen en men mag dan niet vergeten, dat dit land nog verkeert in een beschavingstoestand, dien wij in de Middeleeuwen hadden overwonnen. In 1822 voer de eerste zending vrijgelaten slaven onder leiding van een Amei ikaarischen Goeverneur de Mesurado-rivier binnen en landde op een eilandje, dat men den naam Providence Island gaf. Aan den eenen oever van de rivier zag men het vlakke, moerassige land, dat zich uitstrekte tot aan den St. Paul River, aan den anderen kant een heuvel, oploopend tot circa 300 voet. Daar leek de juiste plaats van vestiging, en eenige leiders gingen aan wal om onderhandelingen te voeren met de hoofden van de vele stammtn, die daar DOOR TH. Een negerkoning toont zich aan het volk bleken te huizen. Men kwam tot een overeenkomst en de voor trekkers togen aan het werk om een woonplaats op te bouwen, die men naar den President van de Vereenigde Staten Monroe: Monrovia noemde. Ken harde tijd volgde, want de autochthonen verheugden zich niet over de terug keer van de verloren zonen van het land. on ondanks de verworven toestemming van de hoofden moesten de nieuwe bewoners een langen, aanhoudenden strijd voeren om zich werkelijk mees ter van het gebied te maken. Ze slaagden erin zich op het Mesuradoschiereiland vast te zetten en van daar verspreidden ze zich later over het land. Het bleek, dat Liberia bewoond werd door vele stammen, die in voortdurenden onderlingen oorlog leefden en waarschijnlijk zullen de nieuw aatigekomenen van dien strijd wel geprofiteerd hebben om hun macht uit te breiden. Ze slaagden erin hun gebied belangrijk te vergrooteii en een rijk te stichten van een oppervlakte van circa 110.000 vierkante K.M. De leiding bleef aanvankelijk be rusten bij een Amerikaanschen Goeverneur. Toen in 1847 het feest van de 25-jarige vestiging werd gevierd, meenden de Vereenigde Staten, dat ze genoeg voor het land gedaan hadden en zich geheel terug' konden trekken. De vrije negerrepubliek Liberia werd gevestigd, en begiftigd met een grondwet en een stel wet ten, die waren samengesteld naar Amerikaanse!» voorbeeld. Het land werd losgelaten en moest zijn eigen weg door het leven vinden. Hier beging de groote Republiek een onvergefelijke fout. waardoor op haar een zware verantwoordelijk heid kwam te rusten. Gemis aan koloniale ervaring deed haar ver moeden, dat het jonge staatje in vrijheid even goed zou kunnen floreeren als onder leiding. Dat was een schromelijke vergissing, die door de Britten, die naast Liberia een anderen staat van vrij gelaten sla ven, Sierra Leone, hadden gesticht niet werd begaan. Sierra Leone staat thans nog onder leiding van het Moederland en geniet een zekere welvaart. Liberia., dat de mannen miste, die het land omhoog konden brengen, dat noch over kapitaal, noch over crediet beschikte, boel-de achteruit tot den staat van diep verval, waarin het thans verkeert. Te vroeg werd autonomie geschonken en de geschiedenis heeft geleerd, hoe verderfelijk dit voor het land is geweest, lic, fout is. helaas, moeilijk te horstellen, want de leiders, diode vrijheid hebben geproefd willen deze niet weder prijs geven, de origineele bevolking wordt van die vrijheid echter de dupe. Het land is hopeloos arm en zwaar drukken de belastingen, die voor onze begrippen nauwelijks do moeite van hot be talen waard zouden zijn. De inkomsten blijven desniettemin ver beneden de gelden, die voor het simpelste onderhoud van den Staat noodig zouden zijn. en het resultaat is. dat alles, wat wij tot onze eerste behoeften rekenen, ontbreekt. Mon rovia is natuurlijk het best voorzien, maar ook daar vindt men geen geplaveide straten.' geen. rioleering. geen straat verlichting, geen waterleiding, geen reinigingsdienst, etc. etc. Een gezondheidsdienst van eenige waarde bestaat in dit zeer ongezonde land niet. onderwijs kan de Regeering niet ver strekken, alhoewel er een Departement van Onderwijs is, Getatoueerdi

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl