De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1932 10 september pagina 19

10 september 1932 – pagina 19

Dit is een ingescande tekst.

De Groene Amsterdammer van 10 Soptember 1932 Uit het kladschrift van Jantje i?-1 r-' -i. M Croquante croquetjes door Alida Zevenboom Dat laat ik me niet ontnemen en al moest ik er in een wagentje naar toe worden gereden gaan zou ik. Wat ik me niet laat ontnemen? Mijn jaarlij ksche bezoek aan den Dam als de Koninklijke familie op het Paleis is. Het was van déweek juist zestig jaar geleden dat ik als klein meisje voor het eerst door vader en moeder mee naar den Dam werd genomen en als ons acteurtje het niet zoo druk had nu hij hoofdrollen gaat spelen bij toeneer Louis de Vries van Rome, dan had hij beslist een comitévoor me in elkaar gezet want, zei hij, er zijn wel comité's voor minder verdienstelijke jubileums in elkaar gedraaid zoo noemde hij het, al vind ik het woord een beetje oneerbiedig en in ieder geval viert u een eenig jubileum en als ik het meneer Vattier Kraane zeg, dan weet ik zeker dat hij het voor zitterschap aanneemt en dr. de Vlugt, den Burgemeester, krijgt u zeker als eere-voorzitter en wie weet of u ook niet een van de roode wethouders in uw eere-comitéals lid krijgt want zij voelen veel voor verdienstelijke bur geressen. Maar in de eerste plaats ben ik te bescheiden om me zoo op den voorgrond te plaatsen en in de tweede plaats had ons acteurtje geen tijd en onze kapitein van de Burgerwacht heb ik er niet in willen kennen want die leeft heel erg in de stratosfeer, vlak bij al wat ster is, om zich met een eenvoudige ziel als ik, te be moeien. Maar het is dan toch maar een mooi jubileum en ik her inner het me nog als den dag van vandaag hoe mijn vader mij op zijn schouder zette en moeder mijn beentjes vasthield. Ik had een oranjejurkje aan dat moeder gemaakt had en een rood-wit-blauwe papieren muts op die vader geplakt had en ik ruik nog hoe moeder naar zuur en haring rook want dat hoorde toen bij den intocht en vader gaf een tikje een geur af van sterken drank hoewel ik toen nog niet het onderscheid kende tusschen een glas rum en een bittertje. Maar als kind blijft je dat bij en als ik nadien ooit weer eens haring en zuur met bitter rook, dan gingen onmiddellijk mijn gedachten naar den Dam want er schijnt niets zoo op je geheugen te werken als de geur van het een of ander en zoo kan ik meneer Louis de Vries van Rome niet tegen komen of ik ruik weer in hem Mr. Woe, den Chineeschen moordenaar, dien hij toch zoo mooi speelde en waarbij hij zijn heelen Hollandschen Schouwburg onder den wierook had gezet. Er ging geen jaar voorbij of vader en moeder namen mij mee naar den Dam en ik heb er wat geschreeuwd ! Toen ik een opgeschoten ding was, ging ik t?r weer naar toe met de vriendinnetjes van school en dan werden wij door de jongens aan onze vlechten getrokken en ik weet nog heel goed dat een heer op leeftijd mij flikjes voerde, want ik was toen een knap jong ding en erg bij voor mijn leeftijd zoodat ik het heele doosje flikjes leeg at en toen tegen dien heer een langen neus trok want ik geloof dat hij niet, wat je noemt, eerlijke bedoelingen had. Als jong meisje sloeg ik ook geen jaar over maar ik ben bang dat wij er toen heengingen meer om de jongens die achter ons aanzaten dan om de Koninklijke familie. liet waren anders wel heer lijke dagen want Koning Willem III kon erg vriendelijk tegen zijn volk knikken, al zag hij er onder zijn beremuts en met zijn. rxiwe baard nog al erg streng uit en de lieve Koningin Sophie bracht de pijpekrullen in de mode die ik ook nog gedragen heb. Ik heb bij zoo'n intocht ook eens met den Inwendige op het Water" gestaan zoo heette toen, geloof ik, nog het Damrak. De oude Beurs was er nog en het water was nog niet aangeplempt en tusschen de Beurs en de huizen was het. altijd een poel als het maar eventjes ge regend had en als de huzaren er door heen renden, spatte de modder je om je ooren maar dat had je er graag voor over waaruit ik zou afleiden dat wij toen wel veel koningsgezinder "waren. Ik had nog al hard geloopen om op tijd te zijn en door het harde loopen waren de stroppen uit rnijri bottines, die ik met elastieken droeg. naar boven gekropen en toen ik zoo met den Inwendige stond te wachten op den stoet hij had zijn arm om me heen geslagen en u had moeten hooren hoe fluweelig zacht hij het zeggen kon: .,Aal." zei hij. ..leun maar gerust op me, daar ben ik voor" en dan had u moeten weten wat ik nu weet ! ik zeg dat ik met de stroppen uit mijn elastieke bottines stond te wachten en van die gelegenheid maakte de een of andere straatjongen gebruik om ongemerkt een touw door die stroppen te halen en dit touw vast te binden aan de twee knoopen die de Inwendige op zijn rug had want hij droeg bij zulke plechtige gelegenheden altijd zijn lakensche jas die twee knoopen op den rug had eri net toen de stoet er aankwam en wij in de verte het volk hoorde juichen en roepen: ..daar kommen ze met hem ari !". drongen wij op en daar mijn schoenen aan elkaar vastgebonden waren, viel ik languit onder een huzarenpaard en sleepte den Inwen dige mee den modder in ! Kn die week stond in ...Ysmodée", (lat rare krantje dat niemand las en dat iedereen toch las wijlen meneer droeg het altijd stiekum in zijn binnenzak dat de Koning nog nooit met zooveel geest drift was ontvangen door zijn geliefde volk want een ..echtpaar" dat moeten ik en de Inwendige geweest zijn wierpen zich languit voor zijn voeten om hem hun hulde te be tuigen. Waaruit u ziet dat ons acteurtje nog heelemaal niet zoo'n ongelijk heeft toen hij een commissie bij mekaar wou roepen om mijn jubileum te vieren als Koninklijke Dambezoekster. De tijden zijn wel veranderd want wat is er over gebleven van. al de praal en de pracht van de vroegere intochten? Ik heb van de week drie uur en drie kwartier op den Dam gestaan en wat heb ik gezien? Twee auto's met de politie in een /ijspan er voor ! Geen roode staatsie-bok, geen a la Vlêche bespannen paarden, geen goudgeuniforrnde jockeys, geen bei'emutsen en gouden uniformen en niet eens meer de lakeien van wie ik er een gekend heb, een met de inooiste witte kuiten die ik ooit gezien heb, en die mij op een avond mee getroond heeft naar de Gravenstraat waar je toen een café-chantant had en toen ik hem zei: ..Maar als de Koning liet hoort dat je hier zit?" Weet u wat hij toen zei? ..Ach, meid", /.ei hij, ,,straks komt hij misschien ook nog hier". Wil u wel gelooven dat mijn heete pons me nog nooit zoo slecht gesmaakt heeft als toen? Boekverkooping. Op 21-22 September verkoopt het Internationaal Antiquariaat Menno Il'eit/.berger te Amsterdam de biblio theken van "Kr. 'M. .1. ('laasseii e. a. Kijkdagen IS, i (J. en 20 September.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl