Historisch Archief 1877-1940
18
De Groene Amsterdammer van 24 September 1932
No. 2886
Godengesprekken
naar Lucianus
VII. Hyacinth
H.
H.
H.
H.
H.
H.
A.
A.
H.
A.
H.
H.
H.
A.
H.
A.
H.
H.
H.
A.
H.
A.
H.
A.
Personen: Apollö, Hermes
Wat heb je, Helios? Hoe kom je zoo bedroefd?
Je stralend voorhoofd is met rimpelen doorgroefd;
Ontboezem je verdriet, laat mij je smarten deelen.
Een hartewond is door geen woordenheul te heelen.
Dat geef ik toe, maar toch, het uiten van een klacht
Heeft menigmaal de pijn van schrijnend leed verzacht.
Stort dus je hart eens uit. Dat lucht zoo op, Apollo.
Welnu, mijn vriend is dood. Daar is mijn hart van vol. O,
Ik hield zoo veel van hem. H. Van wie? A. Van Hyacinth.
Ik heb die jongen als een eigen broer bemind.
Ik condoleer je wel. A. Ik dank je zeer Zeus loone je.
Waar was ie ook vandaan? A. Uit At is in Laconië.
O ja, nu weet ik het. Jk heb hem niet gekend,
Maar 'k heb van hem gehoord, 't Scheen een geschikte vent.
Als sportsman had hij zich ^een grooten naam verworven.
Als discuskampioen. Waar is hij aan gestorven?
Had hij ziqh soms niet aan zijn trainer's raad gestoord ?
Verhit? Verkoeld? Verstuikt? Verrekt? A. Hij is vermoord.
Wat! Wie heeft deze schurkestreek op zijn geweten?
Ik heb het zelf gedaan. H. Zeg. ben je nou bezeten?
Jij zelf? En 't was je vriend. Nou snap 'k er niets meer van.
Daar is een macht, die zelfs geen. god bedwingen kan.
Wat heeft je dan tot deze dolle daad gedreven?
Ik zal een trouw verslag van 't droeve drama geven.
Het was op deze plaats. We speelde een partij
Wat? A. Discus, 't Spel was uit.. Hij wou naar huis. Ik zei:
Je hebt toch niet zoo'n haast: Blijf nog wat hier." Hij bleef hier.
Wie lag er op de loer? Die gluiperd van 'n Zephir.
Die blaaskaak? A. Ja. Toen Hyacinth was uitgerust.
Zei 'k: Nog 'n spelletje?" ..Och ja. ik heb wel lust."
Sprak Hyacinth, helaas. Had hij 't maar afgeslagen!
Dan was hij nu niet dood. H. Wat had je 't ook te vragen,
Jij discusmaniak. .4. Ik heb verkeerd gedaan. . . .
Nu goed. Vertel me hoe het verder is gegaan.
Eerst moet ik zeggen, om den toestand te .verklaren.
Dat Hyacinth en Zephir vroeger vrienden waren.
Maar 't vlotte niet nee. Zephir staat als valsch te boek.'
Soms schiet hij onverwachts uit een vergeten hoek.
Nu snelt hij j' achterna, dan krijg je 'm recht van voren.
En draaien dat ie doet ! Als 't haantje van den toren.
Het ergste vind ik nog zijn opgeblazenheid.
Ook pas ik meestal voor zijn eitjes aan 't ontbijt.
Ik heb hem op mijn tochten liever mee dan tegen.
En als hij liggen gaat, dan komt er altijd regen.
Enfin, de vriendschap was van lieverlee bekoeld.
Nu, Hyacinth had nooit voor Zephir veel gevoeld
En liet den windbuil los, de firma werd ontbonden.
'k Begrijp hoe 't ging. A. Ja juist. Toen heeft hij mij gevonden.
't Was koek en ei, hè? A. Ja. Wij pasten bij mekaar,
En nooit bestond er zoo'n eendrachtig vriendenpaar.
Je had toch aan je rang en leeftijd moeten denken.
Het kwam niet bij ons op, daar aandacht aan te schenken.
En trouwens daardoor juist word Hyacinth gebaat;
Als hij in zorgen zat, gaf ik hem goeden raad.
Ik leerde hem de plicht gezond en rein te leven.
Zijn lusten te weerstaan en 't schoone na te streven.
Gezeten onder mijn geheiligden laurier
Droeg ik hem vaerzen voor en tokkelde de lier:
De mij gewijde zwaan lag bij ons als ik speelde.
Terwijl de knaap ontroerd zijn blanke veeren streelde.
Ik onderwees hem in de kennis der natuur.
In veeteelt, akkerbouw, in 't werk van 't licht en 't vuur.
En als wij welgemoed den hoogen weg bestegen.
Verklaarde 'k hem den loop van vlieten en van wegen.
Vaak gingen wij tesaam met Artemis op jacht.
Zij prees hem om zijn. moed, behendigheid en kracht.
Eens heb ik hem op reis naar Delphi meegenomen.
En heeft hij daar gehoord wat hem zou overkomen?
Neen Hyacinth vermeed naar Pythia te gaan:
Een voorgevoel misschien. ... Ik drong er niet op aan.
Ik hield hem liever vrij van duistere gedachten.
Wat kunt gij anders van den god des Lichts verwachten?
Zoo heb ik dezen jongen makker opgevoed
In al wat htilig is, welluidend, wijs en goed.
Maar wanneer kom je nou met Zephir op de proppen?
Daar ben ik juist aan toe. Die kon 't maar niet verkroppen.
Dat Hyacinth mij boven hem verkozen had,
Pin zon op wraak. Dien dag. gelijk een valsdie kat.
Die op een vogel loert, lag Zephir daar. en gluurde.
Ik werp de schijf. Terwijl de knaap in 't luchtruim tuurde,
Blaast Zephir hem den discus naar het hoofd, verwoed. . . .
??? ' ' * " '
Contractanten op tabaksplantage
Verzoeningsfeest op Borneo
(Slot van pag. ij)
Wij kregen thans een staaltje
van barbaarschheid te zien, wat
ons weerzinwekkend, doch voor deze
menschen blijkbaar weinig te
beteekenen had. Aan het hoofd van dezen
optocht liep een stompzinnige angst
aanjagende feeks, in het rond zwaai
ende een aan een touw gebonden
afgesneden menschenvoet met bloe
men behangen. Onder het slaan
deibekkens en gongs maakten nu alle
deelneemsters in gelijken cadans en
heupwiegende een rondgang over de
Balie-Balie.
Op onze vraag wat dit ceremonieel
met dit afgesneden lichaamsdeel te
beduiden had. vernamen wij het
volgende.
Ken der onderdanen van onzen gast
heer had zich vermeten, met n
zijner bijwijven overspel te plegen.
waardoor dusdanig zijn jaloerschheid
w?s opgewekt, dat hij zonder vorm
van proces de schuldigen eigenhandig
had afgemaakt.
Het afgehouden hoofd had hij om
aan /.ijn wraaklust ten volle bot te
vieren, naar de vrouw van den delin
quent gezonden en de overige
lichaamsdeelen, als afschrikwekkend
Bayaneesche contractvrouw
voorbeeld, over de verschillende
karnpongs verdeeld.
Wij hadden nu meer dan genoeg
van al deze onverkwikkelijke
tooneelen.
Nieuwe Uitgaven
Rie Cramer. Spelers. Uitgave
(?«?( Tj. de Haan. z. j.
Ik heb mij wel eens laten ver
tellen, dat er vrouwen /.ijn die hacr
mannen bedriegen en dat er mannen
bestaan, die naar andere vrouwen
gain. Nu weet ik dat zeker. Want
.Rie ('ramer vertelt van Freek, die
Bine bedriegt met Coiiny. Freek is
een speler en Biue is een spaarster eri
die twee soorten menschen houden
het bij n theetafel niet uit, zelfs
niet als daar een wieg naast komt *e
staan met een spelertje erin. Dat
veitelt mevrouw Cramer ons. al laat zij
ons in het ongewisse of de speler
dan wel de spaarder het spel met
het blo(.di'( ode balletje op de roulette
des levens wint. Maar. eerlijk gezegd.
de afloop va i het spel i iteresseeil
ons niet. Kr zijn belangrijker dingen
in het leven dan de zorgvuldige
drii>hoeksnietingeii van Freek en Bine en
Conny. Eii dat is toch eigenlijk wc! liet
tragische vanzoo'n schrijfsters-debuut:
dat mevrouw Cramer wel schrijven
kan en dat haar boek niet
onap.-rdig" is, maar dat er geen behoefte
aa,n dit soort lectuur bestaat en dat
wij in lit'3'2. wel andere dingen te
doen hebben en te overdenken dan
de genegenheden van een heer en twee
dames. *., j.,
F. KLIAS
Correspondentie
i J. Jurgens, Hilversum. Wij zenden
uw brief aan den betreffende schrijver
door. Voor publiceering is het onder
werp niet geschikt.
II. v. d. Stempel?de Boer. Bij
uw inzending werd geen adres opge
geven. Wil ons dit zenden.
Hij zinkt ineen ontzield en badend in zijn bloed.
.Ie zult mijn smart en mijn ontsteltenis beseffen;
[k tracht den. onverlaat nog met mijn pijl te treffen.
Vergeefs. Ik stond ontzet. Mijn droefenis was groot
Ik had met eigen hand mijn. besten vriend gedood.
//. Wees wijzer iri 't vervolg. Wanneer j'een vriend wil werven.
Zoek iri den godenkring. Want menschen moeten sterven ..
-1. Men waar. weemoedig woord. Maar ter herinnering
Aan Hyacinth. die mij zoo diep ter harte ging.
Schiep ik een schoone bloem. Die /.al als geurrijk teeken
Tot in der eeuwigheid van on/.e vriendschap spreken.
cir