De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1932 24 september pagina 9

24 september 1932 – pagina 9

Dit is een ingescande tekst.

Dramatische kroniek door Henrik Scholte ,.l.iefde Inden S ovj et-staat"' i n het Rika Hopper Theater. Polgar, die Katajew's roman van de twee geluk zalige gauwdieven onder den titel Defra.udanten" voor het tooneel bewerkte, schreef eens van blij spelen, wier diepte aan de oppervlakte ligt en wier water zoo helder is, dat de toeschouwer de psycho logische stekelbaarsjes met de hand kan vangen. Tevele menschen meeneu nog (en daarin is ook ons publiek wel zeer germaaiisch), dat alleen troebele "wateren diep zijn. Katajew's eigen comedie, die hier ..Liefde in den Sovjet-staaf'heet, maar in de Duitsche versie veel aardiger Die Quadratur des Kreises", is zoo blij moedig en argeloos, dat zij zich bijna voor mario netten zou leenen. En toch werd er met den een^oud van een geboren ironicus. die alleen maar geestig is als hij om der wille van den ernst en niet van den geest iets zeggen wil, wel nimmer juistere critiek geleverd op een leerstellig communisme, dan in deze huwelijkscomedie, die de Sowjets niettemin zoo geslaagd vonden, dat zij haar ge amuseerd het.?imprimatur" meegaven. Sindsdien werd zij echter niet een Russisch, maar wel vooral een Parijsch succes. Katajew heeft van Shaw geleerd, dat men een situatie volkomen kunstmatig en zelfs dwaas in elkaar kan zetten om er dan toch zooveel waarlijk leven in te gieten, dat men de wereld om zich heen ineens weer een kwart slag duidelijker en directer jn het gezicht ziet. Gesteld dus, zegt Katajew, dat ik de marxistische moraal eens illustreer aan een casus, die ik heelemaal buiten de werkelijkheid om opwerp, dan kan ik toch, en juist, zoozeer lachende de waarheid zeggen, dat tien tragedies van menschen die zichvde haren uittrekken omdat zij graag kruiselings getrouwd zouden willen zijn, daarmee overbodig worden. Ik, Katajew, trek namelijk een krijtstreep dwars over een armoedig zolderkamertje. Ik laat achter eenvolgens vier menschen die ontzettende ..bur gerlijke" en in alle proletarische oogen verdoemenswaardige plicht vervullen om naar het stadhuis te gaan en daar te verklaren, dat zij eens van zin. eens van karakter, eens van klasse zijn en bovendien het hoogstnoodzakelijke ,.arbeidscontact" hebben. Dan zijn die menschen dus getrouwd. Dan komen die menschen vol goede voornemens op het ka mertje nummero negen, waar zij wel in vreugde en eendracht in de communistische leer groot zullen worden. Dan moet immers alles kloppen? Net zoo kloppen, als, laten wij zeggen, de koek van de huisvrouw, die het recept door de radio van boter tot suiker gevolgd had en toen de stem des meesters afscheid nam, moest ontdekken, dat zij het gas had vergeten aan tésteken. Dat gas is hier dat kleine beetje liefde, dat in den cathechismus uit kracht der revolutionaire idee niet werd opgenomen, het venijnige duiveltje van het persoonlijke beschikkingsrecht, ook wel eigen dom genaamd, dat in de universeele leer niet past. Bousseau sprak van den misdaad van den eersten man, die een stuk zwarte aarde afpaalde en zeide Dat is mijn". De krijtstreep van Katajew is de misdaad van Rousseau. In het kamertje voltrekt zich de wereld zooals zij reilde en zeilde tot op den huidigen dag en zooals geen revolutie haar met n slag kan vernielen. Langzaam dwalen de oogen af, de goedige vetzak Petja leest niet meer de boeken over maatschappijleer samen met de van alle beste, brave, harde, zelfverloochenende en andere Leger des Heils-voornemens bezielde Tanja, maar eet over de krijtstreep een coteletje bij Ludmilla, die als niet-georganiseerde kameraad begonnen was met haar deel van het kamertje allerburgerlijkst in te richten met een kleedje hier en een portretje daar. En Wasja, de jonge, enthousiaste en veel te serieuze zoeker, vindt Tanja weer, tusschen stof en boeken, tusschen propaganda en maat schappelijk werk. Het gaat niet om het voor-oftegen te betoogen. Katajew zou een wit-Rus kunnen zijn zoo goed als een behoorlijk Marxist. Men wordt omtrent zijn politieke richting niet wijzer, maar hij maakt u veel wijzer omtrent iets dat buiten en boven de partijen staat. Hij is waar schijnlijk geen van beiden, hij is slechts een dichter, die met een dialoog van geraffineerden eenvoud (ironischer en inniger dan die van Jonge Liefde", waaraan deze geheele. door structuur tot bloeiend leven gekomen comedie sterk doet denken) een gelijkenis tot waarheid maakt in een vaudeville des moeurs", zooals er te weinig helaas geschreven Liefde in den Sovjet-Staat Van links naar rechts op den voorgrond: Frits van Dijk, Petronetta Hosan± Cor Hermus, Hans van Meerten, Jan Teulings en Ank van der Moer worden. Hij doet het met een scherpte, die bijna realistisch wordt, zij het van een heel ander, minder exact en naakt realisme dan de schrijver van Bett und Sofa", waar hetzelfde sovjethuwelijkjeen onoplosbaar en tenslotte doorgehakt drama werd en een zielsstudie, die hier scherper door een paradox vervangen kon worden. Hij schept een dialoog, die in de eerste vijf minuten een heldere en terstond amuseerende situatie met volmaakt raffinement in elkaar gezet heeft, hij schrijft een stuk, waarvan de innig-amusante charme u niet meer verlaat, alvorens 7.eer speelsch en bijna als in een oud-Russisch ballet de speeldoos tinkelend kan worden opgeborgen .... Vier namen worden ge fluisterd in het duister. Wie hoort bij wie, wat is liefde, als het dan toch niet een sociaal vooroor deel is? Boeiend en zuiver werd de vertooning van deze comedie. die niet elk verkeerd of te zwaar geplaatst accent verknoeid had kunnen worden. Door de vele voetangels en klemmen en de natuurlijke zwarig heden van ons geestelijk climaat zoo meesterlijk te omzeilen heeft de regie van Cor Hermus deze ver tooning reeds gered. Het is waar, dat zij nog voller en rijper kon zijn op sommige punten, maar zoo ooit, dan geloof ik dat hier een zeker ingespeeldraken waarvoor ik van harte hoop. dat het publiek dit ensemble tijd en gelegenheid geeft de geringe oneffenheden kan aanzuiveren. Als Kata jew zich permitteert om met een blijden glimlach wijs te zijn en boven de partijen te staan met het recht van den vergevenden dichter en niet met de bewuste eenzijdigheid van den betooger voor-oftegen, dan riskeert hij natuurlijk, dat hij van beide kanten de klappen krijgt : het is teveel of het is niet genoeg. De benepen burger zal allicht deze ver tooning wat vrij en lichtelijk lichtzinnig vinden. De tenslotte even benepen en vooral ook even burgerlijke partijganger a tort et a travers verdraagt den lachenden spot natuurlijk evenmin. Ter weers zijden staan heilige huisjes en een stuursch publiek zal zich niet makkelijk aan zulk een zacht en supérieur lachende ironie gewonnen geven. De vertooning zocht het overigens daarnaast met recht nog al eens in de groteske, die alle Russische humor aankleeft. Het is geen psycholo gisch kamertooneel, er waait een sfeer van grillige windvlagen doorheen. Hoe prachtig werd dat hier op het tooneel gedaan, dat opzweepen tot een krijgsdans en een duel op de sabel van de beide mannen, terwijl de vrouwen terzijde hun vrouwe lijke plicht deden en elkaar snikkend om vergeving en zwelgend in hun smart om de zusterhals vielen. Hoe zuiver was ook de uitbundig uit te beelden humor van binnenstormende kameraden, die in onvermijdelijk spreekkoor den lof van het roode huwelijk zingen op het oogenbük. dat alles juist ontredderd is en dan overgaan tot een alleratavistische Blaue Vogel"-canon, waarvan Hans van Meerten als de zatte dichter en klaplooper de schilderachtige voorzanger was. De averechtsche echtparen werden gespeeld door Ank van der Moer, met een diepe en bijna al te bewust geworden voorkeur tot het uitspelen van elk gebaar, dat op zichzelf vaak ontroerend van juistheid was; door Maria Sternheim. een debuut en een sterk hoop gevend debuut om de zuivere accenten en de geacheveerdheid van uitbeelding; door Frits van Dijk, intelligent en gevoe'i». en door Jan Teulings. die boersch en eenvoudig, misschien het simpelste, maar niet het onvermakelijkste karakter van de vier te spelen had. Er was nog een droogkomieke en bemiddelende jeugdleider, een soort partijsheriff met welwi'lende autoriteit, gespeeld door Cor liermus en een duister beest aan het begin van Manjoe Jager. De vondst van de steeds weer omvallende fiets, waaraan alle menschen die dit wankele mansardentrapje kwamen opstrompelen, hun broek scheurden en hun enkel verstuikten, het ik bewonderd. Zij gaf die innig-amusante noot aan het geheel, die aan stuk en vertooning beiden zoo verkwikkend past. Nieuwe Uitgaven Alie. van Wijhe?Smediny. Oude Kennissen. Nijgh en van Ditmar. N.V. Rotterdam 1932. De beschroomde bekentenis ga vooraf: dit is het eerste boek van mevrouw van Wijhe, dat ik gelezen heb. Er was een zeken? tegenzin, ontstaan door de uitlatingen van een bejaarde dame. door de banden des bloeds aan mij verknocht, die na zes keeren De Zondaar gelezen te hebben, tachtig maal haar afgrijzen over de verwording van dezen tijd had -uitgesproken (Ach, kende zij de Pransche taal, hoe pa?,rne had ik haar de onvolprezen Mémoires van Panny Hill, fille de joie, geleend!) De Oude Kennissen wa,ren voor mij dus een kennismaking en ik ben niet in staat te beoordeelen of mevrouw Smeding een cijfertje meer of minder op haar letterkundige rapport verdient. Ik zou zeggen: zij krijgt een zeven-plusje. En voor vlijt een tien. Want zij kun schrijven. Het métier verstaat zij door en door. En de meisjes uit haar klas: Jo en Mien en Ina zijn niet zoo knap als zij. Ik bedoel dat ik mevrouw van Wijhe, nu ik voor het eerst een harer boeken heb gelezen, een knappe schrijfster vind. die zelfs een meesteresse is op het gebied der milieu-schildering, die menschen weet te zetten in hun sfeer en dingen in de sfeer der merschen. Zulk een boek op een stillen Zondag avond te lezen schenkt een rustig en ook wel zuiver genoegen. Ge staat er moe naast de brandir.g des levens. Het doet wel eens goeil oude kennissen te oiitn'.oeten. E. E LI AS

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl