De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1932 8 oktober pagina 4

8 oktober 1932 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

fct\ De Groene Amsterdammer van 8 October 1932 No. 2888 r i iOp zoek naar den held door Melis Stoke Teekenineen door Harmsen van Beek Bezoek van Eniil Ludwig Er gaat een gerucht dat Emil Ludwig ons land zal komen bezoeken. Wanneer. . .. ? we weten het niet. En waarvoor. .. . ? Hier rijst een nog hooger vraagteeken... . Emil Ludwig zet, door de historie en over de wereld, zijn schreden in de voetstappen der helden en heroën.. . . Hij heeft ons Napoleon verklaard en Bismarck en Goethe, en zijn laatste werk is een reeks van gesprekken met Mussolini die het door de caricatuur en den achterklap verteekende beeld van den dictator retoucheert en den mensch vastlegt voor het nageslacht. Is het wonder dat wij ons met steeds grooter spanning afvragen wat, zoo Emil Ludwig dan hier mocht komen, het doel van zijn reis is. . . . ? leder van ons oppert de vraag, en zwijgt dan .stil, want in den boezem komt een tweede vraag op, waarvan het antwoord niet aanstonds is te geven. . Wïen zoekt hij. . ? welken Hero, welken Held. . ? Hem. . ? dien daar. . ? mij. . ? We tasten het front onzer groote mannen af, en twijfel komt in ons op.. Leeft or dan temidden van ons, onerkend naar ware grootte, een dier reuzen der menschheid, op wiens gestalte Ludwig's peinzend arendsoog uit den verren vreemde is gevallen. . .. ? dien hij heeft geobserveerd, gevolgd, ontleed en geanalyseerd, om tenslotte het oogenblik rijp te achten om hem der menschheid, ten voeten uit, te toonen door zijn machtige pen. . . . ? Het is werkelijk een vervelende vraag, want het ontbreken van een snel en afdoend antwoord stelt ons voor de mogelijkheid dat er n in ons midden is dien wij hebben miskend of wellicht ganschelijk niet ontdekt.. . Waar is hij...? Hoe heet hij..? En zullen we hem pas leeren zien en schatten bij het verschijnen van het eerstvolgende magi strale Emil Ludwig-werk van de Duitsche persen... ? Dat zou een nationale schande zijn, en daarom moeten we hem vóór zijn. . . . Op.. .! op ! dus op zoek naar den Hero.. . Waar is hij. . . . ? Waar schuilt hij. . . . ? Zoo hij bescheiden en bedeesd thans in zijn kamer zit, en het schrijven herleest waarin Emil Ludwig hem bekend maakt met zijn voornemen., . . waarin het programma van vragen en onderwerpen ligt uitgeschetst. . . . zoo trede hij uit het duister en berichte ons omtrent dit aanzoek. Geen valsche schaamte weerhoude dezen grooten, te weinig gewaardeerden Nederlander. Hij beseffe dat zijne medewerking wordt gevraagd ter verhoeding van de misselijke mogelijkheid dat ons vaderland, internationaal aan den kaak zou kun nen worden gesteld wegens helden-verguizing. Nog is het tijd. . . . teneinde haast-je-rep-je, nog net vóór de ge-eerde en gevierde internationale schrijver onze grenzen overschrijdt een daverende nationale plechtigheid te airangeeren. Dan zou dien Ludwig het gras als het ware voor de voeten zijn weggemaaid.. . dan zou hij de triomf missen van een boek in de wereld te slingeren over X. Y. Z;, den Nederlandschen Hero die in zijn land onbekend is. ... Op zoek dus. . . . snel op zoek naar den held, zijn slapen omkransd, zijn beeld in steen, zijn borst gesierd en zijn persoon en nakomelingschap gezegend, geadeld en geëerd.... Maar wie. . . . ? mfiar waar. . . . ? Het angstzweet breekt ons uit en wild draaien onze oogen in de kassen rond. Men weet toch maar nooit wat zulk een Ludwig in het schild voert. Misschien heeft hij een machtig kunstenaar in nood ontdekt. . . . -een geweldig staatsman die geen plaats heeft kunnen veroveren op de lijst voor de aanstaande kamerverkiezingen of mis schien wel, in diens werken, het spoor van een groot man bij wiens begrafenis geen vertegenwoor diger van de regeering is geweest. . . . Vlug dus. . . . vlug aan het werk. Ook in het allerlaatste genoemde geval is herstel nog mogelijk. Een reusachtige eerezuil op het graf. . . . een in drukwekkende plechtigheid om de stille groeve. toespraken, kransen en het geheele ministerie en alle ministers van staat rondom de zerk.... Ludwig kan ons dan niets meer maken. . . . Behoudens. . . . ach. want een I/udwig ziet scherp en meedoogenloos, wanneer van zijn hand een bundel gesprekken mocht verschijnen met den Nederlandschen held, uit welks inhoud blijken mocht dat wij hem verkeerd hebben gezien en betiteld. . . . bijvoorbeeld : Gesprekken met Honger-Kuys. ... Gesprekken met den boozen Wel ter. . . . of: Gesprekken met Reymer, den bruggen bouwer. . . . Voorzichtig dus. . . . behoedzaam nogmaals het front van onze groote vaderlanders afgetast, opdat Ludwig ons niet met beschaamde kaken doet staan. Alles is van hem te verwachten. Want wat, indien bijvoorbeeld zijn werk zou heeten: Lou de Visser. . . . een Mensch, een Mond, een Macht 1) of: Wijnkoop, de Fijnzinnige, Fiere, Verloochende.. . of: Braat, de miskende Agrarische Hero. . . . Ludwig komt. . . . hij nadert reeds, en het is nationale zaak om met behendigen spoed den palm der eere daar aan te hechten waar zijn oog zich reeds thans heeft gevestigd. Misschien verdiept hij zich in ditzelfde oogenblik in de jeugdbrieven en schoolrapporten van den regenmaker Veraart, of vormt zijn geest zich aan de hand van kamerstuk ken een oordeel over de ontwikkeling van het ziele- en geestesleven van een Boon, een Joekes. een Da Vos van Steenwijk. . . . allen mannen wier namen nog steeds niet met een gouden randje er omheen worden gedrukt in de dorre verslagen die de dagbladpers ons brengt omtrent de discussi?n in 's lands vergaderzaal. . . . Het beste zou het zijn reeds thans, bij voorbaat, een nationaal huldigingscomitésamen te stellen.. . het voetstuk voor een standbeeld te laten houwen en in blanco de besluiten tot verstrekking van een landgoed en jaargeld aan den held gereed te leggen... Het beeld zelf en de naam komen dan nog wel op het laatste oogenblik er bij. Spoed.... spoed, want nog is het tijd.... Maar het terrein is zoo oneindig groot. . . . het is het zoeken van een speld in een hooiberg. En we heb ben ons ten opzichte van onze erkende groote mannen nog zoo weinig actief betoond dat we voor het overgroote deel van de ,,stock" nog angstwek kend ongedekt zijn, behoudens dan, Goddank, tenminste de plaquette voor Generaal Snijders die dezer dagen is onthuld 1) Lou: Ein Mensch, Eine Macht, E in Maul von Emil Ludwirj. WOLLEN DEKENS 150x200 FL.5.FL.5,15 Nog kunnen wij Ludwig vóór zijn, door inder haast een feestcomitéop te richten, een reeks van feestredenaars uit te noodigen eri een beeldhouwer,

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl