De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1932 12 november pagina 17

12 november 1932 – pagina 17

Dit is een ingescande tekst.

De tram op den weg door H. J. Peppink Fig. 1. Tusschen Oegstgeest en Bennebroek Een dure. pretentieuze en gevaarlijke weggebruiker! Argelooze menschen, die het brokkenbusje" kennen, dat langs den weg Oegstgeest?Benne broek puft, meenden eenigen tijd geleden, dat dit vervoermiddel-met-Pharaotische-allures zou gaan verdwijnen. Want men ging de straat en de rails opbreken. Die menschen hebben gejuicht. . . . edoch te vroeg. Want die tram verdwijnt daar juist niet, integendeel, zij wordt gemoderniseerd ! Men gaat op vele plaatsen dubbel spoor aanleggen, en op 4 Januari a.s. zal een electrische tram met groote snelheid over de verjongde baan snorren. Hier en daar midden op den weg, elders ter rechter zijde. Het kan daar goed worden in de bloembollenstreek ! Minder argelooze menschen, zooals de streekautoriteiten b.v. en de Wegencommissie van den A.N.W.B. en de K.N.A.C. hebben eenige jaren geleden, toen nog niet alles in kannen en kruiken was, een waarschuwend woord laten hooren. Zij hebben betoogd, dat de veiligheid van het verkeer langs dien weg toch al geen 100 (!) pCt. was. Zij hebben gerequestreerd, zij hebben zelfs aange boden, om terwille van een veiliger oplossing van het vraagstuk het Rijk financieel te steunen. Sommige van die requesten hebben den Minister van Waterstaat werkelijk bereikt, andere (zooals dat fmancieele aanbod) zijn ergens op hun departe mentalen weg gestrand. Maar inmiddels is er niets meer aan te doen, op bijgaande foto's ziet u, dat het Werk in vollen gang is. De weg is op vele plaatsen letterlijk onberijdbaar, het verkeer wordt van links naar rechts gejaagd, moet over smalle bruggetjes en door nood-d oorgangen. En intusschen opschieten, want anders.... mag de Brockway-bus nog wat blijven rijden. Belangen van de bloembollenhandelaren., die in dezen tijd van het jaar veel moeten vervoeren? Wonen er dan bloem bollenhandelaren tusschen Sassenheim en Hillegom?" Men hoort de vraag ten departemente stellen! Maar badinage & part, wat daar op het oogenblik gebeurt langs den hoofdweg Den HaagAmsterdam kan met recht den naam van schandaal dragen ! Nu kan hiertegen weliswaar aangevoerd worden, dat het groote verkeer tusschen Amster?dam en de Residentie eerlang" in nieuwe banen geleid zal worden, maar de hoogst gevaarlijke electrische tram gaat begin Januari 1938 rijden en van den nieuwen weg is zelfs het tracénog niet met zekerheid bekend ! Zelfs al zou het plan van Waterstaat volgens den huidigen opzet voltooid worden, dan nog is de nieuwe verbinding Sassenheim-Amsterdam omstreeks 1937 pas voorloopig gereed". Gedurende tal van jaren blijft dus de bestaande weg Sassenheim-Hillegom-Haarlem van groot ,,belang voor het doorgaande verkeer en zelfs in een verre toekomst zal deze route nog door velen gevolgd worden, die van een der bloembollendorpen naar Noord-Holland's hoofdstad moeten. En op dien weg gaat men binnen een afstand van ongeveer 10 km twaalf nieuwe kruisingen aanleggen ! Het klinkt volmaakt fantastisch in een tijd, dat de verkeersongevallen schrikbarend toe nemen, en toch is het de nuchtere waarheid. Bij gaande afbeeldingen en de schets (fig. 3) spreken voor zichzelf". Wij staan thans voor een ,,fait accompli". De zeis van den wegendood wordt ge scherpt .... Het geval staat helaas niet alleen. De herhaalde ongevallen, waarbij de gemoderniseerde Gooische stoom"tram betrokken is geweest, dwingen even eens tot nadenken. De Larensche Vcrkeersramp, zou met wiskundige zekerheid voorkomen zijn, wanneer men destijds ter plaatse een viaduct gebouwd had, wat in dat terrein vermoe delijk niet op overmatige kosten had behoeven af te stuiten. Geheel afgescheiden van de schuldvraag in het genoemde geval staat het voorrangsrecht van de tram in het algemeen. Wanneer men be denkt, dat het personen- en vrachtvervoer per rail gestadig afneemt, terwijl autobussen, vracht- en personenauto's een steeds belangrijker wordende plaats in de maatschappij innemen, dan komt auto matisch de vraag naar voren, of de privileges van de tram nog wel in onzen tijd passen. Eén tram wagen, dikwijls slechts voor de helft of een derde deel bezet, dwingt vaak een rij auto's tot lange wachttijden. Het voorrangsvraagstuk is ook voor het stadsverkeer van groot belang. De tram is ook zonder een universeel voorrangsrecht al hinderlijk genoeg. Wanneer wij nog even terugkeeren naar het kruispunt in het Gooi, waar het tramlijn-fy'e Hilversum-Laren den grooten verkeersweg naar en van Amsterdam kruist, dan is het toch wel zér onlogisch, dat de tramwagens daar te allen tijde voorrang hebben ! In Duitschland, waar de verkeerswetgeving onze regeling jaren vooruit is, heeft men onlangs uitdrukkelijk vastgesteld, dat de tram ondergeschikt is aan het verkeer op hoofd wegen. Van dezen regel kan alleen in zér bijzon dere gevallen worden afgeweken. Het voorschrift is Fig. 3. Een andere hoogst gevaarlijke situatie (schematisch weergegeven). Eerst berijden de trams dubbel spoor, daarna enkel. De tram verlaat het midden van den weg en begeeft zich naar rechts, waar de oude baan gevolgd wordt. Een auto A, die de tram zooals het voorgeschreven is, rechts inhaalt heeft groote kans, bij C verwoest te worden. Bij B is een analoge situatie te zien, als in fig. 2 afgebeeld werd. logisch aangepast aan de totaal veranderde tijds omstandigheden (wat trouwens ook in het alge meen geldt voor de Duitsche voorrangsbepalingen). Het inhalen van trams dient ook ten onzent anders geregeld te worden, dan thans het geval is. Wanneer de tram stilstaat mag men er in de eene stad wél voorbij, ook al is er geen vluchtheuvel; elders wordt zoo'n heuvel absoluut vereischt (behalve b.v. aan begin- of eindpunt; maar hoe kan een niet-ingezetene die punten van de overige haltes onderscheiden ?) In nog andere steden is zelfs een wachthuisje noodig. Een intercommunale tram mag men echter nimmer , Fig. 2. Nabij Sassenheim voorbijrijden, wanneer er geen uitstapheuvel is, tenzij die tram niet stilstaat ten behoeve van de passagiers. En intercommunaal" betoekent in dit geval nog niet eens in absoluten vorm tusschen twee gemeenten", want sommige intercommunale trams zijn met de stadstram gelijk gesteld. Ik behoef hierop wel niet dieper in te gaan: deze luttele voorbeelden kunnen genoegzaam de onhoudbaarheidvan onze voorschriften aantoonen. Daarbij komen nog de moeilijkheden, die b.v. den automo bilist uit Leiden bedreigen, wanneer hij in den Haag gekomen zijn Leidsche rijmethode volgt. Want in de sleutelstad maakt de politie er gén aanmerkingen op wanneer men de linker weghelft berijdt bij het inhalen van een tram, hoewel dit volgens het Motor- en Rijwielreglement eigenlijk verboden is. Dergelijke locale verschillen bestaan natuurlijk ook elders in den lande. Er is geen enkel practisch bezwaar tegen aan te voeren om een tram aan de linkerzijde in te halen, wanneer zulks rechts niet mogelijk is, mits men natuurlijk op die manier niet rijdt op zoodanige wijze, dat de veiligheid in gevaar komt." Wanneer men immers een groote vrachtauto inhaalt, komt men evenzeer op de linkerzijde van den weg. Ook deze rijmethode is thans door de nieuwe Duitsche wetgeving gesanctionneerd en wie bij onze ooster buren bekend is, weet, dat daar in vele steden straten te vinden zijn, die zeker niet breeder zijn dan ten onzent.Het zoo vaak gehoorde ,, ja maar, clan kan hier immers niet", gaat ten dezen dus niet op! Met deze voorbeelden wil ik volstaan, het is niet mijn bedoeling, om de plaats van de tram in de verkeers-constellatie thans uitvoerig te analyseeren. Maar wanneer aan de onhoudbaar gebleken privi leges van de tram een einde gemaakt wordt, zal dat de veiligheid ten zeerste bevorderen. Onder de huidige regeling is de tram de baas; wie zich met een auto of fiets op haar baan bevindt moet maar maken, dat hij wegkomt. De bestuurder van de tram is theoretisch wel verplicht om te stoppen, als de veiligheid van het wég-verkeer anders in gevaar zou komen, maar dit voorschrift kan niet behoorlijk nageleefd worden, wanneer de uitzon derlijke plaats van de trams gehandhaafd wordt OLIESTOKEN VOOR CENTRALE VERWARMING EN INDUSTRIE LAAT U OVER DEZE MODERNE STOOKMETHODE KOSTELOOS EN ZONDER EENIGE VERPLICHTING UWERZIJDS VOORLICHTEN DOOR. N.V. BATAAFSCHE IMPORT MAATSCHAPPIJ VERKOOPKANTOOR VAN KONINKLIJKE/SHELL" PRODUCTEN CAREL v. BYLANDTLAAN 16 - 'S-GRAVENHAGE COMMERCIEELE EN TECHNISCHE SERVICE DOOR 45 BIJKANTOREN IN NEDERLAND COMFORTABEL ZINDELIJK ECONOMISCH MODERN

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl