Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER
Weekblad voor Nederland
Onder hoofdredactie van A. C. Josephus Jitta
Redacteuren: L. J. Jordaan, F. G. Scheltema en M. Kann. Secretaris der redactie: G. F. v. Dam
Keizersgracht 355, Amsterdam C. - Telefoon 37964 ' Postgiro 72880 - Gem. Giro G. 1000
Opgericht in 1877
No. 2896
Zaterdag 3 December 1932
Engelsch en Nederlandsch
Liberalisme
KumsiHy Muir In ons land.
De bekende Engelsche liberaal Ramsay Muir,
president van de Federatie van Engelsche liberale
kiesvereenigingen en schrijver van een zeer lezens
waardig boek over de moderne ontwikkeling van
het parlementaire stelsel in Engeland( How
Britain is governed", 1930) bracht dezer dagen
een bezoek aan Nederland. Hij hield er lezingen
voor twee afdeelingen van de vereeniging Enge
land-Nederland, voor een liberale kiesvereeniging
en voor enkele liberale studieclubs. In het bijzonder
de liberale pers heeft nogal aandacht aan dat
bezoek gewijd en een verslag omtrent de redevoe
ringen, opgenomen.
Uiteraard stelde Muir belang in het
Nederlandsche liberalisme. Het trof hem, dat er in Nederland
twee liberale partijen zijn en hij vroeg naar de
geschilpunten. Den eenen dag vertoefde hij in het
gezelschap van leden van den Vrijheidsbond, den
anderen dag in een kring van Vrijzinnig-Demo
craten. Hij zelf sprak spottend van een vooruit
strevende" lunch en een conservatief" diner.
Het had hem getroffen, heeft hij mij gezegd, dat
de Vrijheidsbonders verklaarden, dat de verschil
len tusschen de beide liberale partijen uiterst ge
ring waren, terwijl daarentegen de
VrijzinnigDemocraten de neiging hadden die verschillen als
buitengewoon belangrijk voor te stellen.
Voor een buitenlander, die onze taal, onze poli
tieke constellatie en onze geschriften niet kent, is
het onmogelijk zich omtrent dit punt zelfstandig
een oordeel te vormen. Voor een Nederlander, die
zoowel de Engelsche als de Nederlandsche littera
tuur kent, is het gemakkelijker daaromtrent tot
een conclusie te komen.
Het liberalisme, zoowel het economische, als
het staatkundige liberalisme, is van Engelschen
oorsprong. Het is ontwikkeld in de geschriften van
Adam Smith, Ricardo en John Stuart Mill en door
staatslieden als Cobden, John Bright en Gladstone
in de practijk gebracht.
Wij hebben in onze traditioneele handelspolitiek
en in ons parlementaire stelsel het Engelsche voor
beeld voor een belangrijk deel gevolgd, zonder de
Engelschen slaafs te copieeren.
Van Hogendorp, die in belangrijke mate invloed
heeft gehad op het tot stand komen van onze
eerste grondwet, keek, naar de teekenende uit
drukking van Thorbecke, die door Oppenheim
populair is gemaakt, met het ne oog naar Engeland
en met het andere oog naar de Republiek der Zeven
Vereenigde Nederlanden.
In veel opzichten past de critiek, die Ramsay
Muir richtte op Engelsche verhoudingen,
niet op de werking van het parlementaire
stelsel in Nederland. Men kreeg, hem hoorende,
zelfs den indruk, dat de maatregelen, die hij ter
verbetering van den toestand in Engeland aan
beval, in Nederland reeds in de practijk zijn ge
bracht. Hij verwachtte heil van de invoering van
evenredige vertegenwoordiging (zij het ook van
een ander stelsel, dan wij in Nederland in practijk
hebben gebracht), van de beperking van het mi
nisterie (?the Cabinet") tot hoogstens 10 of 9 mi
nisters en van een versterking van de zelfstandig
heid van het parlement tegenover de regeering.
Aan de beide eerstgenoemde wenschen is in Neder
land voldaan. Het streven van den Vrijheidsbond
in Nederland gaat, wat den derden wensch betreft,
hoe langer hoe meer in tegenovergestelde richting.
Belangrijker dan deze punten te beschouwen.
die zich niet goed voor een vergelijking leenen, is
het, zich rekenschap te geven van de sociale en
economische politiek, die door de Engelsche libe
ralen wordt voorgestaan. Het voortreffelijke, in
1928 gepubliceerde rapport van een liberale studie
commissie over Britain's industrial future", dat
officieel door de Engelsche liberale partij is aan
vaard, geeft daarvan een helder en in details uit
gewerkt beeld.
Het is een zeer radicale politiek, die in dat rap
port wordt aanbevolen, een politiek, die in ver
schillende opzichten verder gaat, dan die der Vrij
zinnig-Democraten in Nederland.
In verband met het standpunt, dat onlangs dooi
den Vrijheidsbond werd ingenomen bij de behan
deling van de Bedrijfsradenwet van Minister Ver
schuur veroorloof ik mij het standpunt van de
Engelsche liberalen omtrent deze materie samen
te vatten.
De Engelsche liberalen bepleiten een nieuwe en
verbeterde verhouding tusschen ondernemers en
arbeiders (?a new relationship of f ree partnership").
Om daartoe te geraken is het gewenscht aan be
drijfsraden een verordenende bevoegdheid voor
het bedrijf toe te kennen, binnen het daartoe dooi
den wetgever getrokken kader. Deze verordenin
gen zullen o.a. op de loonen betrekking hebben.
(to confer upon Industrial Councils the right of
legislatirig for their industries, subject always to
the supreme authority of Parliament. This would
mean regulations regarding wage rates).
De Engelsche liberalen zijn niet alleen voor
standers van bedrijfsraden als die van Minister
Verschuur, maar zij verlangen ook de toepassing'
van het stelsel van de verbindendverklaring' van
collectieve arbeidsovereenkomsten.
Men zou bijna gelooven, dat de heeren Goseling
en Hermans met hun bekende amendement om
trent de verordenende bevoegdheid der bedrijfs
raden bij de Engelsche liberalen in de leerschool
zijn geweest.
Er zijn politici zegt Ramsay Muir in zijn boek,
(blz. 302), die van oordeel zijn, dat de overheid zich
met deze materie niet heeft te bemoeien. Dat is
een volkomen onhoudbare leer (?a wholly
uritenable doctrine").
Weet gij, wat dergelijke bedrijfsraden zijn? Het
is.... een typisch liberale uitvinding! (Britain's
industrial future, blz. 465).
Men moet nimmer de politieke instituten, die in
een bepaald land gegroeid zijn en bruikbaar blij
ken, ongewijzigd naar een ander land overbrengen.
Inhoud:
1. Prof. Mr. A. C, Josephus Jitta, Liberalisme.
2. Dr. M. van Blankenstein, Groeistuipen?
3- L. J. Jordaan, Weihnachtsfm)ora!orinm.
4. Melis Stoke, Aardbevingen, leekeningen door
W. Grijzen. B. M. Noach, Boekbespreking.
5. Albert Heiman, Spaansche liefde. B. van
Vlijmen, De winkelsluitingsmisére.
6. Dr. R. Feenstra, Het idee!
7. Dr. P. van Olst, De kortste dag. Mr. F.
Coenen, De Zcsdaagsche.
9. Kor Postma, Schrijvers over schilders.
11. Constant van Wessem, Muziek. Otto van
Tussenbroek, Toegepaste kunst.
12-13 L. J. Jordaan, Een eeuw ca'ricatuur.
14. T. D. Ibdin Jr,, Het boek.
15. K- Araguez, Hoogere biljartkunst, teekeningen
door J. F. Doe\re.
17. A. Plasschaert en A. E. van den Tol, Schilder
kunst.
18. C. A. Klaasje, Nog eens het /.
20. Sprcekzaal.
21. Wiilem de Geus, Miskenning, teekening door
J. F. Doeve.
23. Uit het kladschrift van Jantje. 'Alida
Zevenboom, Croquante croquetjes.
24. Letterraadsel Chariraria.
Viooltjes
Voortreffelijk»
chocolade in den
vorm van viooltjes.
Een specialiteit.
RINGER5
Let op den naam f
Het Engelsch liberalisme past ongewijzigd in Ne
derland evenmin als het Italiaansche fascisme,
het Russische communisme, het Duitscho
natioiiaal-socialisme en het Fransche radicalisme. Maar
de vergelijking met verwante buitenlandsche in
stituten is somtijds uiterst leerzaam.
De Engelsche liberale partij is met uitzon
dering- van een enkele afwijking als die van Sir
John Simon. die in zijn land trouwens bijna geen
volgelingen heeft in vergelijking met den
Nederlandschen Vrijheidsbond een zeer radicale
partij, een partij, wier programma de meeste
overeenkomst vertoont met dat van onzen
Vrijzmnig-Democratischen Bond.
Voor wie het politieke leven in Engeland kent
is dat ook zeer begrijpelijk. Kr zijn in Engeland
geen politieke partijen, die een eenigzins gods
dienstig karakter dragen, als de partijen der rech
terzijde bij ons. Er zijn naast de liberale partij in
Kngeland een machtige conservatieve partij en een
machtige arbeiderspartij. Zoo ergens, dan moet in
Engeland het liberalisme, wil het reden van be
staan hebben, radicaal zijn.
Wanneer er in Nederland voor de zich noemende
liberalen naast de Liberale Staatspartij een mach
tige conservatie,ve partij open stond, die. in geen
enkel opzicht godsdienstig gekleurd ware, is er
dan iemand, die meent, dat er nog veel leden in
den Vrijheidsbond over zouden blijven, behalve
misschien de heer Hans?
A. O. JOSKIM-IT'S JITTA