De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1932 24 december pagina 16

24 december 1932 – pagina 16

Dit is een ingescande tekst.

Kerstmis 1932 16 Jeugdnummer in een bepaalde paedagogische sfeer en tegelijk een behoefte bevre digt, die de sport veronachtzaamt: 't biedt den romantischen zin en de fantasie van de jeugd een rijk veld. Voor de oudere jeugd die aan de leiding deelneemt, is 't padvinderswerk evenmin van belang ontbloot. -Integendeel, 't ontwikkelt dermate leiderseigenschappen, dat men zou wenschen, dat iedere toekomstige schoolopvoeder ver plicht werd, alvorens hij (zij), zooals men 't wel eens wat onvriendelijk uitdrukt, op de jeugd wordt losgelaten", tot 't doormaken van een stage als jeugdleider verplicht werd. Maar.... waarom zouden de ouders zichzelf niet eens wat meer moeite geven, door deel te nemen aan de fietstochten en zwempartijen van hun kinderen ? Waarom toch laten vele ouders hun kin deren bij datgene dat 't sterkst den onderlingen band verstevigt alleen ? Of, wanneer zij ze niet alleen laten, waarom moeten ze dan heele dagen in auto's zitten, somtijds heele vacanties? De ouders van tegenwoordig hebben, door de mechanische ont wikkeling van onzen tijd, iets wat misschien geen sport genoemd kan worden, maar wat de lichaamsoefening par excellence blijft, 't wan delen n.L, verleerd. De groote-stadsmensch loopt niet meer, hij fietst hoogstens. En, wat erger is, de jeugd volgt dit verkeerde ouderen voorbeeld. Zoo vliegt een deel onzer hedendaagsche jeugd fietsend en autorijdend langs stoffige wegen, die steeds gevaarlijker worden. 't Kalme genieten van de natuur, een uitsluitend voorrecht van den wandelaar, onze jeugdige generatie blijft er voor een zeer groot deel helaas van gespeend. De jeugdherbergbeweging, die zich op verblijdende wijze in ons land ontwikkelt, achten we hierom zoo belangrijk, dat 't ondernemen van grootere voetreizen, 't ontdekken van de schoonheid van 't eigen land, er door mogelijk gemaakt wordt doordat de kosten miniem blijven. Het kampeeren, vooral het kampeeren in een waterrijke om geving, maakt de meest veelzijdige sportbeoefening, een sportbeoefe ning ook die niet culmineert in een maximale lichaamsprestatie, mo gelijk. Ze gewent aan netheid, aan soberheid, aan eenvoud, aan een zich volmaakt gelukkig gevoelen onder primitieve omstandigheden in de natuur, die men kampeerende heel wat intenser beleeft" dan tusschen de lijnen van een sportveld, of buiten deze lijnen als toe schouwer. Sport voor de jeugd moet veelzijdig zijn. Die sport, die men weieens definieert als geperfectionneerde lichaamstechniek", achten we voor de jeugd uit den booze. Het woord training, 't geen altijd ietwat aan paardendressuur herinnert, mag in verband met de jeugd o.i. niet genoemd worden, 't Moet een vroolijk spel met de beweging zijn en blijven, een spel dat 't lichaam ten goede komt, den geest verfrischt en 't karakter staalt. De rijpere jeugd, voor wier sportbeoefening de school meer en meer de grondslagen moge leggen, volgt haar neigingen op dit gebied in een of andere richting. Althans een deel ervan ! Ze sluit zich aan bij bestaande clubs, die de be oefening van een bepaalden tak van sport voorstaan en mogelijk maken, en dikwijls een opgewekt verkeer tusschen de leden onderling weten te onderhouden. De beteekenis van het werk van vele sportvereenigingen het is al te dwaas om te meenen, dat excessen op sportgebied aan de orde van den dag zij n wenf ^b" ^Kl schen we geenszins te on derschatten. Toch betreu ren we twee dingen heel erg. In de eerste plaats dit, dat, on danks het be staan van zoo vele sportver eenigingen, een procentueel zeer gering deel van de rijpere jeugd, voor wie, vooral in dezen tijd, regelmatige en goed georganiseerde sportbeoefening een zegen kan zijn, er aan deelneemt. De maatregelen die men o.a. in Italië, Hongarije en Sowjet-Rusland ten aanzien van de sportbeoefening van de rijpere jeugd is gaan nemen, maatregelen die men eveneens in Duitschland en Frankrijk overweegt, mogen misschien niet geheel vrij zijn van de aloude weerbaarheidsidee, ongetwijfeld zijn ze mede van groote beteekenis voor de oplossing van het probleem van de rijpere jeugd, 't welk door de heerschende werk loosheid dagelijks in actualiteit toeneemt. Wat we verder betreuren, is dit, dat de sport over 't algemeen nog zoo eenzijdig bedreven wordt, en dat ze, in tegenstelling met het spel, vaak zoo individueel gericht is. In verband met het eerste juichen we het toe, dat het aantal vereenigingen, dat zich een alzijdiger lichaamscultuur ten doel stelt, toeneemt, en dat ons Nederlandsch Olympisch Comiténiet nalaat de deelneming aan zijn bekende Vaardigheidsproeven sterk te bevor deren. Het zijn de zweminrichtingen in de laatste jaren is 't aantal dezer etablissementen in ons land op wel zeer verheugende wijze toegenomen die bewijzen, dat de neiging onder een belangrijk deel onzer bevol king bestaat, zich zonder eenige sportieve bijgedachte regelmatig aan een gezonde lichaamsbeweging over te geven. Alles en alles tezamen genomen kan echter we herhalen het kwalijk gezegd worden, dat de" rijpere jeugd in ons land sport beoefent, en dat deze sport beoefening van een dusdanig gehalte is, dat men ze een werkelijke bate voor de volksopvoeding kan noemen. Wanneer betere tijden zijn aangebroken, dan moge de propaganda voor oefengelegenheid, vooral in onze groote steden, met dubbele kracht gevoerd worden, het vraag stuk van de leiding eindelijk tot oplossing zijn gebracht. We keeren tot ons uitgangspunt terug, wanneer we beweren, ? dat 't probleem van de opvoeding, dus ook van de opvoeding die gebruik maakt van middelen die, in tegenstelling met de meeste andere, vooral sterk aan 't lichaam appeleeren, moeilijk gezien kan worden zonder dat van de leiders, 't Eene is niet zonder 't andere denkbaar, wanneer we n.l. niet onverschillig staan tegenover 't te bereiken effect. En dat willen we toch niet ! (iaarne immers zien we 't onder onze oogen opgroeiend geslacht, waarvoor men steeds fraaier scholen bouwt helaas worden de speelplaatsen, die in de meeste gevallen juist toereikend zijn om, in 't vrije kwartier, de kinderen te luchten" nog al eens vergeten - krachtiger, flinker, vroolijker. ... in n woord gezonder dan 't onze. Hieraan kan de sport in hooge mate bijdragen, mits ze op intelli gente wijze door de ouders zoowel als door de opvoeders van onze jeugd bevorderd en geleid wordt. Ook vereenigingen kunnen hier aan meehelpen, indien ze zich bij haar werk in de eerste plaats laten leiden door opvoedkundige overwegingen, m.a.w. indien zij blijk geven van een juist keusvermogen en de juiste mate van beoefening. Nieuwe uitgave. Dr. C. J. Wijnaendts Francken verzamelde een serie Indische spreuken naar de vertaling uit het Sanskrit van Otto Böhtlingh. Het doel van het boek is een grooter aantal Neder landers bekend te maken met de wijsheid, die vervat is in de oude Indische spreuken. Die spreuken zijn ook voor leeken het lezen ten volle waard, zoowel om de fijne opmerkin gen als om de dich terlijke beelden en de erin besloten moreele waarheden. Zij doen een blik slaan in den gedachtengang en het volksleven der Indiërs, Uitgeefster is N. V. H. I).

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl