Jeugdnummer 47 Kerstmis 1932 Ik voel het als een voorrecht hier de aandacht te mogen vestigen op de resolute wijze, waarop de A.J.C, en haar leiding het probleem van de werkloosheid onder de jonge arbeiders onder oogen ziet. Eerbied-afdwingend is het werk, dat de A.J.C, aan de jeugdige werkloozen van dezen tijd verricht. Daar zijn bovenal haar leer- en werkkampen, waar het gansche jaar velen helaas nog te weinigen voor korten helaas nog te korten tijd onttrokken worden aan bovengeschetste sfeer. Ik zou iederen Groene-lezer wel willen aanraden om de uitgave Werklooze Jeugd" te lezen 3), waarin de Bemoei ingen en ervaringen" geboekstaafd staan, opgedaan met het werk onder de jeugdige werkloozen van dezen dag. In hun eigen woorden vertellen dezen daarin wat zoo'n werkkamp in hun bestaan beteekent. Wij stijgen op boven de donkere hei, ver van de stad vanwaar we geko men zijn, ver van die woeling, waar we alleen waren tusschen duizenden. Waar alle dagen gelijk waren. Waar geen werk meer voor ons was en waar we steeds gedwongen waren te denken aan later als we misschien nog eens mochten werken en er dan wellicht niet meer toe in staat zouden zijn, omdat mfen-van ons zou eischen, dat we het zouden doen als die ouderen, die niet als wij gedwongen waren geweest te rusten. Daarginds, waar we steeds moesten denken aan tafel te gaan en te eten, zonder dat we in staat waren er toe bij te dragen om dat eten te verdienen.... Hier is gén wantrouwen. We kunnen hier vandaan gaan met nieuwe hoop en geloof in het leven. Nee, we leven toch niet voor niets...." Het is werk van waarlijk nationale" beteekenis, werk tenslotte in het belang van de gehéle volksgemeenschap, dat de A.J.C, hier in dezen crisistijd verricht. Het is werk, waar zij jammer genoeg te weinigen nog mee bereikt. Ziehier het groote probleem waartegenover zij en de Nederlandsche arbeidersbeweging met haar en met die arbeidersbeweging het Nederlandsche volk zich geplaatst ziet. Ho3 bereiken wij, in plaats van de betrekkelijk weinigen, de massa der huidige rijpere jeugd? Want ten slotte bereikt, zoo goed als elke jeugdbeweging, ook de A.J.C, nog slechts.... een kern. Hoe trekken wij de massa toe naar steeds breeder kernen? De in het Nederlandsch Verbond van Vakvereeniglngen georganiseerde moderne arbeidersbeweging ziet deze vooral in dezen tijd alles beheerschende vraag van jeugdbemoeiing ernstig onder oogen. Zij deed dat voor 't eerst diep en volledig, toen haar congres van 1926 zich beraadde over de mogelijkheid om nog grooter groepen jonge arbeiders voor zich te winnen dan waartoe de A.J.C, in staat bleek. De stichting van een Jeugdraad was het gevolg. Tal van vakbonden zijn sindsdien eigen jeugdwerk begonnen. Nimmer werd echter daarbij het contact met de A.J.C, verloren. De A.J.C, is gebleven het voorbeeld waarnaar men zich richtte. Als kerngroepeering zal zij haar centrale positie op het terrein van het socialistische jeugdwerk ongetwijfeld behouden, ook al blijkt in den laatsten tijd b.v. de Arbeiderssportboni over ongetwijfeld niet geringere aantrekkingskracht te beschikken. Dat de A.J.C, die centrale positie bshoudt, is dunkt mij in het belang van de Nederlandsche moderne arbeidersbeweging, die in haar een organisatie bezit, welker leiding zich alleszins bewust is van haar bij alle zwarigheid grootsche taak. In de A.J.C, heeft zich langzamer hand een cultuurwil gekristalliseerd, aan welks overtuigende be koring zich ook de tegenstander niet duurzaam kan onttrekken. Ik heb dat nooit zoo sterk beseft laat mij met die herinnering besluiten als toen ik een aantal jaren geleden getuige was van een gewestelijk A.J.C.-feest in een van Hollands oude provinci^steden. Er was zoo'n oud marktplein.... een kerk.... een stadhuis.... rijke, trots-oprijzende zeventiende-eeuwsche gevels. Weer was het avond. Weer waren er fakkellichten te allen kant. Weer was er die gedisciplineerde eenheid-in-zelf tucht. Het gerucht van den dag was verstorven. Een heldere jongensstem, klaar als een klaroen, zegde luid Renéde Clercq's verzen: Wij kronen met ijzer Den arbeid keizer...." Toen klonk hoog van den kerktoren het carillon. Zeventiende-eeuwsch verleden en modern-willend heden versmolten tot een eenheid die een belofte was. *) P. Voogd in: Gedenkboek ter gelegenheid van het 2 .i jarig bestaan der S.D.A..P. 2) Gegevens zijn ontleend aan het jaarverslag over 1931 en aan De Kern". 3) Uitgave van de A.J.C., Reguliersgracht 78, Amsterdam. KERST- EN GELEGENHEIDSGESCHENKEN DANKBARE NUTTIGE SOUVENIRS VOOR JONG EN OUD IN: o.a. BRONS IVOOR MARMER KRISTAL TIN CHRISTOFLE ELECTRO-PLATE SOLA-MASSIVE PRIJZEN EVENREDIG NAAR DE TIJDEN VEERHOFF & Ci. ROKIN 56 - AMSTERDAM *'"/, Het middelpunt van de RAI. is de 'Jk Moderne constructie ,<e' *V > .** ** Verzekerings premie 110 gld. ^ fl. 1600.R. A. l. 1933 F l R T STAND 87 Vrijdag 27 JanuariZondag 5 Februari Importeur: J. LEONARD LANG AM SI E R D A M T, "W