De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1933 7 januari pagina 15

7 januari 1933 – pagina 15

Dit is een ingescande tekst.

fto. 2901 De Groene Amsterdammer van 7 Januari 1933 15 Diplomaten spelen comedie C. A. Klaasse De gouden standaard in K.»Afrika ,,It's only this d. .. .d Hertzog, but it won' t be long bef ore we'11 get a tight hand over him" hoorde ik nu bijna drie maanden geleden in een particulier gesprek met een Londenschen stockbroker, een Engelsch politicus die gecenseerd kon worden in deze materie heel wat fingers in the pie te hebben, verklaren... . Maar de regeering zal nog heel wat moeite hebben dit standpunt te doen overwinnen. Zou ,,this damned Hertzog" het vol houden? Aldus de eerste en de laatste regel van een beschouwing, die ik begin Maart van het juist afgeloopen jaar aan de toekomst van het Zuid-Afrikaanscte pond wijdde. ,,This damned Hertzog" heeft het nog juist voor liet einde van dat jaar moeten afleggen. Na vijftien nvaanden van ononderbroken stemmingmaken en machinatie hebben de anglofiele groepen in de TJnie hun zin weten door te drijven; stopzetting van de goudafgifte door de centrale bank, depreciatie van het Zuid-Afrikaansche pond. De mate van brutaliteit waarmede men den gouden standaard verlaat beweegt zich wel in een ras stijgende lijn. In Engeland kon men spreken van overmacht «n van een natuurlijke ontwikkeling van den stand van zaken. De betalingsbalans vertoonde daar voor zoover betreft de loopende posten" van zichtbare en onzichtbare in- en uitvoer een tekort van rond 100 millioen pond per jaar. Daarbij kwam de plotselinge opvraging van banksaldi en de liquidatie van pondenwissels door buitenlandsche houders. Men had inderdaad nog kunnen grijpen naar afweermaatregelen op denzelfden voet als Duitschland die sedert Mei?Juni 1981 kende, maar in elk geval heeft men, zij het dan zonder naar die wapenen te grijpen, de stellingen tot het uiterste verdedigd, totdat de goudvoorraad van de Bank of England geheel was uitgeput (wel lag er in de kelders nog een 130 millioen, maar die moesten gereserveerd worden voor de van Frankrijk en Amerika ontvangen credieten). Toen kort daarna de drie Scandinavische landen Engelands voorbeeld volgden, kwam er al een bijsmaakje van utiliteitsoverwegingen aan. De handel van deze landen was in zulk een belangrijke mate afgestemd op Engeland als tegenpartij dat men meende dat de aanpassing van dat verkeer aan de door den pondenval gewijzigde omstandigheden zoo langen tijd in beslag zou nemen en zooveel schade zou toebrengen, dat men de voorkeur gaf aan een evenredige waardedaling van de eigen munt. Maar ook de betalingsbalans dier drie landen stond er slecht voor, vooral Zweden had sterk te lijden onder credietopvraging uit den vreemde. Zoodat er nog een reëele grondslag voor dezen stap was, al was men er dan wat erg vlug bij. Maar nu in Zuid-Afrika heeft men het toch wel erg bont gemaakt. Niet dat men zoo maar eens geheel zonder aan leiding van den gouden standaard is afgestapt. O neen. Naar uiterlijke omstandigheden te oordee.len waren er zelfs zeer goede gronden die dezen stap rechtvaardigden, die de regeering zelfs min of meer daartoe forceerden. Reeds geruimen tijd had de reserve-bank weer te lijden onder goudont trekkingen, en in de laatste weken nam die bewe ging schrikbarend en omvang aan. De vraag naar buitenlandsche valuta's nam hand over hand toe, en dus werd Zuid-Afrika evenzeer door force majeure van het gouden voetstuk gestooten als destijds Engeland, zou men kunnen concludeeren. Maar daarvoor is het toch noodig eens de aanleiding voor die goudonttrekkingen bij de reserve-bank na te gaan. En dan constateert men inderdaad zeer belangrijke en principieele verschillen tusschen den toestand zooals die September 1931 in Engeland en de Scandinavische landen was en zooals die nu in de Unie was. Op het voornaamste punt van verschil doelde ik reeds de vorige week: terwijl vrijwel overal waar men het goud heeft verlaten dit geld ook voor Zuid-Amerikaansche landen, 'voor Australië, Canada, enz. de door de depres sie sterk ten ongunste gewijzigde verhouding tusschen invoer en uitvoer daartoe een van de primaire aanleidingen was, behoort Zuid-Afrika in dezen juist tot de uitzonderingen. De crisis is voor de handelsbalans van dit land een zegen geweest. Want terwijl de invoeren wel sterk terug liepen, eensdeels door de algemeene prijsdaling anderdeels door de verhoogde tariefmuren, daalde de uitvoer maar zeer weinig, wijl immers het voor naamste exportproduct goud nagenoeg het eenige product is dat niet in prijs daalde. Dit land heeft in vollen omvang kunnen profiteeren van de door de malaise sterk gestegen koopkracht van het goud. Een enkel cijfer: terwijl in de eerste negen maan den van 1931 de invoer £ 40,f5 millioen beliep en de uitvoer £ 55,5 millioen, met een uitvoersaldo dus van £ 14,9 millioen, waren deze cijfers in 1932 resp. £ 24,1 millioen, 51,4 millioen met oen export saldo van ? 27,3 millioen'. Nu is het waar dat Zuid-Afrika ondanks een steeds vrij omvangrijk actief saldo van de handelsbalans toch in normale jaren nog altijd een kapitaal invoer van rond £ S millioen nit den vreemde noodig had om de betalingsbalans sluitend te maken. Maar in dien normalen tijd was het actief saldo van de handels balans dan ook gemiddeld 19 millioen, nu in negen maanden reeds ruim 27 millioen. Zoodat het feit, dat door het algemeen wantrouwen de kapitaal beweging ook naar de Unie practisch werd stop gezet reeds geheel werd gecompenseerd door de gunstiger verhouding tusschen in- en uitvoer. Afgezien nog van liet feit, dat ongetwijfeld ook de onzichtbare invoer, tot welker (lekking hel export-saldo en rle kapitaalinvoor moesten dienen, aanmerkelijk teruggeloopen moet zijn: vrachten. winstuitkeeringen aan buitenlandselie belang hebbenden bij Zuid-Afrikaansche ondernemingen enz. In dit verband zij gereleveerd dat alleen reeds de depreciatie van het Engelscho pond een be sparing van rond £ 1.5 millioen beteekende op de overzeesche rentebetaling op staats- en gemoentoleeriirigen, die bijna alle in'sterling waren gesloten. Hier ligt dus al de groote tegenstelling niet den toestand in Engeland: de loopende posten van de betalingsbalans baren geen zorg. in Engeland toonden zij een tekort van £ 100 millioen per jaar of wel bijna don heelcn goud voorraad die de Bank of England had. Hoe komt het dan dat toch goud werd weggehaald bij de reserve-bank? Destijds in Engeland werd het gevaar acuut omdat plotseling' de betalingsbalans werd bezwaard met een om vangrijke verschuiving uit de schuldenbalans: opvraging van buitenlandsche saldi. Engeland was debiteur op groote schaal, had dat geld ook wel weer elders uitgezet maar kon het niet terugkrijgen ; toen het zelf wel moest terugbetalen moest dat ten laste van den goudvoorraad di.; het bij lange na niet kon verwerken. Zuid-Afrika heeft betrekkelijk weinig verplichtingen op korten termijn aan het buitenland, integendeel, de banken in de Unie hebben zeer omvangrijke bedragen over de grenzen uitgezet (de particuliere banken hadden ultimo September op korten termijn rond 13 millioen pond over de grenzen uitgezet, hetgeen vergeleken bij de biljettencirculatie van totaal 8 millioen een be hoorlijk cijfer is). Ook daar schuilt dus niet de moeilijkheid. De eenige oorzaak van de goudaf vloeiing was dan ook: de kapitaalvlucht uit vrees voor daling van de valuta. Voor die daling was zooals hierboven uiteengezet geen enkele reëele grond in de feitelijke verhoudingen. Zij was het gevolg van een systematisch gevoerde van Enge land uit gesteunde campagne om het Z.A. pond don weg van het pond sterling te laten volgen. Dat is begonnen onmiddellijk in September 1031 en voortgezet tot eindelijk in de laatste dagen van het vorige jaar succes was bereikt. Natuurlijk waren het niet alleen sentimentsoverwegingen der anglofielen die hier den doorslag gaven, zij moesten zich doen steunen door voorstanders pecunia causa. In de eerste plaats waren dat de goudproducenten die, hoewel reeds door de uitzonderlijke positie waarin dit product verkeert, een veel grooter winst makend, toch niet afkeerig waren van een extra-premie op hun uitvoer. En onder de boeren gelukte het ook zoo langzamerhand stemming te maken, omdat immers waardedaling van de munt stijging van de opbrengst der producten in die munt uitgedrukt beteekent. En zoo groeide stap voor stap de invloed van de goudafvalligen. Dat feit kon natuurlijk zijn invloed niet missen. Men weet het nu eenmaal: wanneer men maar kans ziet de meening ingang te doen vinden dat de munt wel eens kan deprecieeren dan zal dat met wiskundige zekerheid ook gebeuren, omdat geen enkele goudvoorraad opgewassen is tegen vlucht der inwoners uit de eigen munt. Men kan een pracht va,n een handelsbalans hebben, een betalingsbalans die, voor zoo-ver de ,,loopende posten" betreft, een stevig surplus aan toont, wanneer de politieke partijen die de pap roeren het plan koesteren om de munt te besnoeien, en dat plan niet onder stoelen of banken steken,dan gaat die munt al van de sokken zonder dat zij er verder een hand voor hoeven uit te steken. Die Sache erlecligt sich selbst. En zoo kon men dan ook riet doen alsof men door het verloop verrast was en doodonschuldig door de feiten werd overvallen. Men heeft die comedie uitstekend gespeeld. Hoe zeer de politiek in het spel was. blijkt wel uit het feit dat de terugkeer van Tielman Koos, een van de bekendste anglofielen naast Smuts. tenslotte de directe aanleiding is geworden tot den val vran het pond. En de regeering dan? HeHzog hoeft ruim oen jaar met hand en tand gestreden tegen al deze drijverijen. Was het nu noodig dat hij capituleerde voor de tegenpartij, nu die ka,ns gezien had de stemming dusdanig te beïnvloeden dat de kapitaal export zulk een omvang aannam? Oogenschijnlijk kon hij die feiten niet koeren. Maai' het zou niet de eerste koor zijn dat een munt ten doode opge schreven scheen en dat toch de levensgeesten behouden werden. Het meest frappante voorbeeld daarvan is wel Duitschland. Daar kwam niet alleen een vloedgolf van kapitaalvlucht. maar de toestand was ook uit anderen hoofde veel hachelijker dan in de Unie: de betalingsbalans sloot niet. er waren milliardon korte verplichtingen aan hot buitenland. En men heeft een deviezenregeling opgebouwd (inclusief Slillhalte) waarin eerst wol lekken zaten, maar die nu tenslotte zoo perfect werkt dat do Markonkoors bijna, steeds om de pariteit schommelt. Duitschland moest daarvoor nog rechten van buitenlanders beknotten, in Zuid-Afrika had 111011 alleen maar te verbieden dat do inwoners de eigen munt verkrachtten. Hort./.og heeft daartoe blijk baar niet meer de kracht gehad, of hij was overtuigd dat hij toch geen steun zou ondervinden. Maar de 20ste December zal in de analen van de monetaire geschiedenis worden vastgelegd als de dag" der willekeur on gosanctionnoordo oplichterij. Hetgeen misschien de moor en meer gebruikelijke weg wordt. Nieuwe Uitgaven De American Express heeft een nieuwe uitgave over de Hiviera. In een kleine brochure onder den titel: Hiviera $i<//itsecinr/ tours and notcs of interest lor 1'isitors fo Niff (het geschrift is in de Engelsche taal) vindt de reiziger de voornaamste gegevens die hij op y,i.}tv reis naai' de Hiviera noodig heelt. De Nord Doutscher Lloyd te Breinen (Nederl. vertegenwoordiger Wm Muller en Co.) geeft een uitvoerig prospectus uit betreffende haar vier nieuwe Middellandsche-zeerei/.eri. I'ytlersen's ^iatdsulnxtntik voor iedereen. De on misbare Pyttersen is weer op tijd verschenen. De nieuwe jaargang, 1033, bevat nu niet minder dan 2800 kolom officieele gegevens betreffende Ne Ierland e/i Xed. Oost en West-Indiö. Uitgevers zijn: Van de Garde en Co. te Zalt Bommel. KUN STZ AAL VAN LIER DOORLOOPEND TENTOON G ESTELD ROKIN 126 = AMSTERDAM BEZICHTIGING VRIJ KUNSTWERKEN VAN O O N G E HOLLANDSCHE EN BUITENL. MEESTERS

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl