De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1933 14 januari pagina 17

14 januari 1933 – pagina 17

Dit is een ingescande tekst.

N o. 2902 De'Groene Amsterdammer van 14 Januari 1933 17 t 'i/ Fotografische ex'libris Men kan liet als een volkomen -logisch gevolg zien van de opmerke lijke vernieuwing in de Fotokunst der laatste jaren dat thans, naast de gebruikelijke gegraveerde of geëtste, op steen geteekende of in hout ge sneden ex-libris, ook fotografisch ver kregen drukken verschijnen, waarbij een scherpe opname op glanzend papier, verkleind, op een fijn rasterclichéwordt overgebracht hetwelk dient om er de verlangde hoeveelheid (al of niet gegomde) boekwerken mee te maken. In een bekend fotoblad werd reeds eenige jaren geleden bij wijze van aangename en nuttige tijdpasseering voor amateurs het vervaardigen van dergelijke fotografische dingen aanbe volen. Bedoeld werd dan een boekmerk dat als foto voorin de te kenmerken uitgave werd geplakt. Ik heb de resultaten van dit tijdverdrijf nimmer onder oogen gehad en ik geloof niet dat mij dit behoeft te spijten want de Kunst zal er wel koud onder gebleven zijn. Dat echter langs fotografischen weg toch verrassend goede en spre kende dingen te verkrijgen zijn blijkt uit enkele, bij dit artikel afgebeelde werkstukken van Duitschen oorsprong. Het spreekt vanzelf dat men van meening kan verschillen over de kunstwaarde; persoonlijk houd ik mij vooralsnog aan de met groote toe wijding verkregen kleine, door middel van het nobele grafische handwerk verkregen, ex-libris waarin menig Otto van Tussenbroek M LIBRIS begaafd kunstenaar heel zijn wezen vermocht uit te spreken en zeker is ook de afdruk van een gegraveerde of Rome en het gaat er maar om een en ander met smaak, zorg en (wat meer zegt !.. ..) talent te verrichten. DR.AU6USTE MEYER geëtste plaat, van een fijn beteekenden steen of wel een haarscherp gesneden houtblok mij oneindig liever dan die welke door miodel van de autotypie verkregen wordt, zooals bij de foto grafische boekwerken het geval is, maar als verschijning en poging is de nieuwe werkwijze toch belangrijk, te meer omdat zich daarbij sommige van dezelfde moeilijkheden voordoen. Zoo zal, om een enkel voorbeeld te noemen, de belettering evenzeer als bij alle andere eigenaars-kenteekener, duidelijk leesbaar, een onverbrekelijk geheel met het gebezigde beeld dienen te vormen. Er zal naar eenheid en evenwicht moeten worden gestreefd tusschen tekst en beeld, wil do uit komst bevredigen. Die tekst kan, wat de fotografische ex-libris betreft, op diverse manieren worden aangebracht: door deze met dekverf in spiegel schrift op het negatief te schilderen of van ondoorzichtig papier uit te knip pen en op het negatief te plakken, maar men kan ook hetzij met OostIndischen inkt in zwart of met w itten inkt op donkeren achtergrond de letters op het positief zetten. Ook hier leiden vele wegen naar Het best geslaagd, in alle opzichten, is zeker wel het hierbij gereproduceerde boekmerk van de componiste Anina von Wurml). Men ziet een slanke vrouwehand, rustend op de witte en zwarte toetsen van een piano of vleugel. Daarover heen zijn noten en notenbalken in een fijnen halftoon afgedrukt. Uitstekend werden hier de verschillende diago nalen van het beeld beheerscht en opgelost terwijl de belettering een zelfde lijn volgt als het notenschrift. Men zou dit werkstuk even knap als gevoelig kunnen noemen '. Expressief is het stellig en zeker. Dit is ook het geval met het boek merk. bestemd voor een kloosterzuster Af/ai h f. hoewel gezegd dient te zijn dat dit mér foto en minder ex-libris kan hoeten. Men ziet een open venster. De zon schijnt door do tralies en teekent daarvan een rythiiiisch verloopend schaduwbeeld op het kozijn terwijl een rank klimopgroen aan het aloude .,Je grimpe. je m'attaclie oüje meurs" doet denken. Als een witte vlinder, met trillende vleugels, ligt een geopend boek zich te zonnen .... De geheimzinnige beslotenheid van het klooster-kamertje, de binnen- en buitensfeer en de stilte en rust Welke ook in boeken leeft, werden hier heel mooi saamgevat maar het is jammer dat de belettering zoo zwak en onvol doende is opgelost zooals deze met Weinig vaste hand op het positief in wit geteekend staan. Veel beter zijn de letters, dok als type, op het ex-libris van Dr. Auguste Meyer hoewel ze te veel zwemmen" in het zwart van den achtergrond. Men mist hier een streven naar zuiver decoratieve oplossing evenals in het geheel een doorkijk vanuit een Moorsch venster op een moskee de belangstelling der philologe voor Oostersche schoonheid kenschetsend. Als totaal is dit werkstuk echter te veel foto, ja te veel kiek" gebleven, de maker heeft te weinig eenheid betracht en er zit ook niets suggestiefs in dit beeld. Te druk en toch wel vermakelijk is de opname van twee meisjes die ,,fotograafje" spelen voor een boekmerk van Flisabeth. Hofman, onderwijzeres van beroep. Hoewel hierop de woorden Ex-Libris heel handig en zelfs uiter mate zwierig, ja zelfs fantastisch de jbeide kinderen verbinden, slaan zij als liet ware de voorstelling der spelende minderen dood doordat zij te veel domineeren. Zij houden daarenboven in geenen deele verband mot de al te traditioneele letters waarmede de naam der onderwijzeres vermeld staat. (Slot op pag. 18)

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl