De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1933 21 januari pagina 10

21 januari 1933 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

Harry van Tussenbroek Herfst Permeke bij Buffa te Amsterdam Ik heb mij er nu eenmaal toe gezet Permeke de waardeering te zien krijgen in Holland, die hij in zijn eigen land en bij enkele kundigen en kenners geniet hier. En dit lijkt mij een hardnekkigheid te zijn. die een' kritikus past; zijn ambt is toch niet 1°te juichen bij verworven reputaties, maar vooraf te wijzen en onophoudelijk op hem, dien hij nog te weinig geloejfd en geëerd ziet. Z5ó doende verricht hij, waartoe zijn liefde voor het schoone hem moet drijven en zóó handelend verlicht, en vergemakkelijkt hij het leven van zulken schildereen leven, dat in den beginne ge woonlijk niet zeer overvloeit van zorgeloosheid. Hoe grooter de schilder daarenboven is, hoe meer weer stand. En bij wie bespeurt ge zulken weerstand? Wie weerstaan Permeke in Holland? Zeker een aantal kritici, die bij hem slechts kunnen goedkeuren met a'lerlei restricties, tirwijl zij zulke restricties niet naar voren brengen bij schilders, wier macht en Gargallo Greta Garbo (Kunstzaal Vecht) DE LEERSCHOOL D Spaaasche Schilders - Permeke John Raedecker oorspronkelijkheid dikwijls zeer gering zijn. De wacht en de oorspronkelijkheid zijn. bij I'ermefce, zeer groot, liet is toch niet meer eenvoudig den daaglijkschen dingen hun eeuwige beteekenis te hergeven en wat banaal werd voor de meesten, dezen dat te doen verschijnen in alle belangrijkheid. Permeke kan dat; daarom is hij een schilder in wien het Vlaamsche ras volgens de traditieën en het wezen van dit ras weer een gestalte ziet op dagen, die tot de belangrijkste schilders der schilderende Vlamingen zal worden gerekend. En welke daaglijksche dingen herstelt Permeke in hun oude en niet te ontkennen grootheid ? Eten, drinken, slapen, den akker bewerken, de zee bevisschen zijn zijn onderwerpen. Eri op welke wijs herstelt hij ze tot deze waarde? Door een spanning in de lijn of in den vorm, die wij zelden bij anderen zóó aantreffen als bij hem; door de vormen groot en primair te modelleeren, door de lichamen te doen gevoelen als verbonden aan een Aarde, die demonisch leeft; door de zee te schilderen als een oude weerstander of haar in lieflijkheid, als een geliefde te geven. Het spreekt van zelf, dat hij bij die aan de Aarde verbonden menschen, die ledematen, de handen en de voeten, die de verbinding met de Aarde uitdrukkeiï, ons bovenal duidelijk moet maken, en dat doet. Hij moet ze geven zooals zs den menschen bij den oorsprong waren.want zij doen de oorspronkelijke, trage daden; hij geeft hun een groote langzaamheid van wezen ! Van zelf volgt hier weer uit, dat ook het hoofd die onverzettelijke langzaamheid moet uitdrukken, maar deze langzaamheid van denken sluit geen ironie altijd uit en geen stille, rijpe vreugde. Ik begrijp daardoor maar al te wel. dat zijn figuren een weerstand weer wekken bij die lieden, die door maatschappelijke plaats eigentlijk op ongepaste wijze, zieh durven laten zien in commissies, waar hun ..deftigheid" hun een schijbbaar recht geeft om over de schoonheid te oordeden. Kn ook moet zulke weerzin ontstaan bij hen. die zich zelven wijs gemaakt hebben, dat hun hit oordeel toekomt over alle kunsten, dus ook over de schilderkunst Inderdaad vinden wij zulke aanmatiging bij een verouderend architekt.bij eender ..Bouwmeesters"! die meenen omdat zij in de hoogte bouwer, alle diepten te kunnen kritiseeren. I)e tegen woordige Bouwmeesters treden thans op als een soort verkeersagenten van het aesthetische. en dat kan ons koddig lijken, wanneer wij zien hoe weinigen hunner in staat zijn het schoone te doen ontbloeien en opbloeien in hun bouwsels. De eentonigheid en de oplossingen van velen bewijzen een jammerlijke armoede; wat deemoed zou hen meer sieren dan ijdele pronkpraat. Van Permeke konden zij den rijkdom der eenvoudige dingen, opnieuw aangetoond, leeren, zoo zij goedleersch wouden zijn !. Een ander soort luierikken, vindt Permeke's kunst in de officieele schilders en de volgelingen van een vorige school. Zij zijn toch juist degenen, voor wien de banaliteit het eenige redmiddel is bij de niet-schilderende banalen; hand in hand gaan deze soortgenooten te saam. <f Wij zien allen gaan in hun waaierige belangrijk heid tot op een dag zij beginnen na te praten, eindlijk schrok het hen op, dat Permeke een zeer belang rijk schilderi s. en wij hooren de ijle termen opkomen die wij ten siotte hebben hooren ontstaan bij Vincer.t, en nog langzamer omdat Fermeke giooter is dan deze: een zeker zoo rijk innerlijk wordt bij Permeke gesteund door vaster bekwaamheid, en dingen, die ge bij Vincent niet vindt, als de onweerstaanbare ironie, zijn in Permeke's wezen. Al was Permeke alleen de schilder van de vele zeegezichten, die hij is, dan overtrof hij vele zijner tijdgenooten; hij is daarbij de groot e schilder der Kenvoudigen. van den Boer en van den Visscher; hij is van deze de schilder, hij is bij voortduring de schilder van zulki n van uit het llait, dat de grenzen wil uit.wisscheli en de gemeenzaamheid van nature zoekt ! A. Plasschaert I>e Catalanen bij Vecht te Amsterdam Er zijn een aantal tentoonstellingen tegenwoordig in Holland te zien, die. ik heb dat meer dan ns ge schreven, meer onze kennis vergrooten dan ons door hare schoonheid verpoozen doen. Ik ben de laatste het nut van zulke tentoonstel" ingen te ontkennen, van hen, die onze keni is vermeerderen, want dat was bij velen onzer ongetwijfeld van noode. Meer dan eens opnieuw, heb ik mij verwonderd omtrent de weinige zekerheid, die den meesten eigen was in de vergelijking van onze resultaten met die van andere rassen en van andere naties, en dat begon reeds (het wordt iets beter) bij het Harry van Tussenbroek toch zoo zeer nabuiig België, waar een tijd lang wat daar gebeurde en ontstond meer onbekend was dan de kunst van Frankrijk. Deze Catalaansche tentoonstelling behoort \ oor mij tot de tentoon stellingen, die onze kennis vermeerderen en waar wij de groote uitbreiding kunnen constateeren over dewaereld van sommige wijzen, zich in de schilder kunst eir in ele beeldhouwkunst te uiten. Wij vinden zulks hier als in onze eigen kunst, maar niet op voor treffelijker wijs wat wij in Holland constateeren. Meer dan de schil dei-kunst troffen mij enkele beelden maar het meest en he-t meest-blijvend bekoorden mij de iiottebakkerskunist ra n Artigas, door de zui- . vere stilheiel van den vorm en door een kleur, die den vorm niet schond. llaed*'<*ker*!s kunst te Itotterdam Zonder eenigeir twijfel is de kunst van Kaedecker een romantische kunst. De beelden van den Beeld houwer geven ons toch niet het gevoel zich meer dan noodzakelijk uit ee'n levend Al te hebben afgescheiden. Integendeel, zij vertoonen in alles den weirsch zulk bezield Al niet te ontkennen. maar daar zooveel mogelijk mee verband te willen houden. Kaedecker is daardoor de tegenstelling tot het realisme in de Beeldhouwkunst, dat in Holland eenige beeldhouwers bezitïvan verdienste.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl