Historisch Archief 1877-1940
N». 2804
De Groene Amsterdammer van 28 Januari 1933
13
Teekenaars zien de
film aan
L. J. Jordaan
Ken onderbond met Jo Spier
Het is een min of meer zonderlinge
gewaarwording, als teekenaars-publi
cisten tegenover elkaar te zitten. De
schimmen van dozijnen slachtoffers,
geteekend of geïnterviewd, verrijzen
rondomme en maken het eerste tretfen
eenigszins ongemoedelijk. Daar is de
herinnering aan tallooze confrontaties,
met de punt van het crayon op het
papier en het valkenoog op het object
gericht.... alleen het object kent
ditmaal het klappen van de zweep en
is op zijn hoede. Onze blikken kruisen
elkaar en wij moeten, dunkt mij,
beiden het gênante gevoel hebben dat
het de blikken van den vakman zijn.
Ik voor mij tenminste ben mij op dit
oogenblik pijnlijk bewust van iedere
eigenaardigheid in mijn wezenstrek
ken: nimmer was mijn bovenlip zoo
lang, mijn neus zoo puntig, mijn bril
zoo ostentatief....
Intusschen ben ik zoo vrij, den
levendigen en bewegelijken jongen.
man tegenover mij, met belangstelling
gade te slaan. Ei ei, dit is dan
Castor-Spier zonder Pollux-Luger ! Ik
noteer als eerste bijzonderheid, dat
deze journalistieke Dioscuren er zoo
waar nog een particulier en priv
leven ook op na houdea. Dan gaat mij
Het pothuis...
door het hooïd, welk een verrassing
het voor mij was te vernemen, dat
een der auteurs van de geestige films:
Pierement" en- Sjabbos", niemand
anders bleek te zijn dan de teekenaar
Jo Spier. En voor ik het weet is de
vraag er uit: Hoe i« u daar eigenlijk
toe gekomen?"
Ivens I" luidt de orakelrepliek.
Dan ter verklaring: Ik had al heel
wat films gezien, zonder dat het me
ooit in het hoofd was gekomen iets
anders dan een belangstellend toe
schouwer te zijn. Maar de
Zuiderzeewerkea".... die deden-'et-hem. In
eens was ik me bewust van den rijk
dom aan mogelijkheden in dit ma
teriaal. Plotseling was het me duidelijk
hoe tal van dingen, die wij als teeke
naars met inspanning van al onze
krachten moeten zoeken en over
meesteren, hier voor het grijpen lagen.
Beweging, l icht-en-donker,
beeldcontrasten.... het bood zich alles
vanzelf aan. En ik voelde met fatale
zekerheid, dat de film me te pakken
had. Toch ben ik
van huis uit geen
man, die zich graag
buiten zijn eigen
terrein beweegt. Ik
hou van mijn werk
van het gedul
dig ploeteren in
mijn stille atelier..
aan een handje,
aan een gelaatsuit
drukking .... en ik
weet maar al te
goed, wat een vak
als het onze van
je vergt. Maar
que voulez-vous?
Daar zijn
oogenblikken, dat je ver
stand en je arti
stieke geweten het
afleggen tegen een
dwingenden impuls.... ik wist dat
ik zou gaan filmen, zoodra me de
mogelijkheid geboden werd. Toen
kwam Teunissen knap vakman,
prettig collaborateur! en samen
maakten we Pierement" .. .."
Hoe was het werk onder u beiden
verdeeld?"
Moeilijk te zeggen. De een heeft
een idee de ander vult het aan....
en omgekeerd. Samen zwierven we
door de Jordaan, verrukt door dien
overvloed van prachtige motieven:
reflexen van ouwe pakhuizen in het
donkere grachtwater, kleurige ver
weerde geveltjes, pittoreske trapjes
met stoepbanken.. .. en dan die
verrukkelijke volkstypen !
Daar kwam het draaiorgel, bont,
schel en levend tusschen al die be
zonkenheid van eeuwen.... het sce
nario was geboren ! Dan ga je aan het
piekeren en noteeren: Tennissen, krijgt
den dwa'/.en inval om met dien dood
kistenmaker op de proppen te komen
ik kom met de vondst van de hand,
die een sigaar vasthoudt de een
vindt dit motief, de ander dat. En dan
gaan we er met de camera op uit, om
alles en flagrant délit te betrappen.."
Letterlijk en flagrant délit?"
Om je te dienen. Alles is zóó opge
pikt als de werkelijkheid het aanbood.
Een doodenkelen keer kon het niet
buiten weten van het slachtoffer
gebeuren zoo b.v. die schoenmaker
Jo Spier
aan het werk
in zijn pothuis.... een element, dat
we om den dood niet graag hadden
gemist. Maar om de een of andere
reden wou de verflikste kerel er niet
van weten en het kostte onze ge
zamenlijke overredingskracht aan de
nauwe deur van 's raans werkplaatsje,
om hem te bewegen zich te laten
filmen. Maar als gezegd: voor de
rest hadden we de stof maar voor het
grijpen. Dat was tegelijk het aan
trekkelijke en verraderlijke in dit, mijn
debuut. Want het zou me later, met
Sjabbos", duidelijk worden wat de
film aan geduld, volharding en ener
gie kan opvreten.. .."
:?,Sjabbos" word toch in de Syna
goge gefilmd, nietwaar?"
Jawel maar dan zonder levende
have. Het kerkbestuur was zoo vrien
delijk geweest ons permissie te geven
opnamen te maken in de Synagoge...
maar niet tijdens den dienst. En daar
had je al dadelijk de eerste moeilijk
heid. Hoe moesten we den Sabbath
filmen in een kerk»zonder menschen?
Als ooit de nood
vindingrijk maak
te, dan was het
wel in dit geval !
Kort raad duur
raad: we kregen
v er lof van de
T j i i T
Joodsche Invali
de" om de .. enfin,
laten we '/.eggen:
de speelscenes" . .
in haar huiskapel
op te nemen. We
scharreldon van
heinde en ver ken
nissen en welwil
lende medewerkers
op tot we do in
drukwekkende
mex nigte van een
vijf~~?' - en-twintig perso
nen bij elkaar had
den, die de illusie van een volle Syna
goge moesten wekken. Van het altaar
af dirigeerden Teunissen en ik deze
schare en wel zelden zal van deze
gewijde plaats af, zooveel
onvrieiidelijks gezegd zijn. Want wij moesten
onze menschen er met geweld van
afhouden, in de lens te kijken of te
Jannings'en en te Garbo'en. Overigens
was het een complete filmische
eierendans. De menschen zitten n.l. in de
Synagoge op banken en onze kudde
zetelde op stoelen. Het vereischte dus
de grootste oplettendheid om overal
de verraderlijke stoelpooten bij de
camera-instelling te vermijden.. ."
Een oogenblik! Ik meen me te
herinneren, dat sommige momenten in
de Synagoge met de rijdende camera
zijn opgenomen. Hoe kwam u aan dat
toestel?''
Tja. . . ." zegt Spier en ziet me een
oogenblik weifelend aan. ,,lk weet
niet of ik dat eigenlijk wel mag ver
klappen .... het is n.l. een kwestie van
uitvinding: Patent-Teunissen. Maar
als u het dan weten wilt dat ging
?/.oot we namen eenvoudig twee
autopeds .... u kent toch dat
kinderspeelgoed, nietwaar.... en maakten daar
een soort van planken vloertje over
heen. Daar ging Teunissen met zijn
camera op staan. Ik zette mijn schou
ders tegen 's mans ampele keerzijde en
duwde hudje-met-mudje langzaam
vooruit en terug.... voila onze
rijDe kip, de kip!
dende camera ! Het was overigens nog
een van de minst taaie corvées. Ik wil
ook van het eindeloos op- en afsjouwen
van den Zuiderkerktoren voor onze
panorama-opnamen niet eens spre
ken .... als ik wegens hartzwakte
voortijdig kom te overlijden, weet ik
tenminste waar ik het aan te danken
heb. Nee dan die opnamen van de
kip, die uit de pan moest worden
genomen. Goeie genade ik had
nooit kunnen denken, dat zoo'n een
voudige handeling zooveel soesah kon
meebrengen. Het drama speelde zich
hier in onze keuken af en Teunissen
prijkte als een massaal ruiterstand
beeld met zijn camera op den aan
recht, om het geval behoorlijk van
boven af te kunnen filmen. Het is
onbegrijpelijk op hoeveel verkeerde
manieren je een kip uit een pannetje
kunt nemen.... het werd met dat
doode gedierte een formeele
lijkenschenms, zóó is er met h^t stoffelijk
overschot gesold. Enfin we hebben
'em later toch nog opgegeten
reyuiescat!
.Ta zoo'n simpele beweging
alleen maar een hand die het een of
ander doet.... je kunt je niet voor
stellen, wat dat in zijn eenvoud een
acteurstalent vereischt. Zoo herinnert
u zich misschien nog het oogenblik uit
Sjabbos", waarop een devote hand
den hoogen zijden hoed uit de kast
haalt en die voor hetSabbathfeest op
strijkt. Het was per slot van rekening
een moeilijk en veelzeggend gebaar,
waarin al de wijding van het oogenblik
moest besloten liggen. Welnu wij de
den allemaal ons best en streken ieder
op zijn beurt plechtig den hoed op met al
het talent,waarover wij beschikten.Het
was per slot van rekening een ver
rassende ontdekking, dat de eenige
die het joodsche ritueel voldoende kon
uitdrukken ons.... rooinsche dienst
meisje was. Met mijn trouwring aan
werd haar meesterlijke vertolking dan
ook gefilmd.
En dan had je dat geval met het
horloge. Dat was een van die mo
menten, waarin je uit teleurstelling en
overspanning lust hebt om elkaar met
driepoot en camera te lijf te gaan. Er
komt op een gegeven oogenblik een
scène, waaria iemand aan zijn schrijf
tafel zit to werken. Als het vier uur is
en de Sabbath ingaat, haalt hij zijn
horloge voor den dag, constateert den
tijd en legt ten teeken dat de arbeid
i} geëindigd de pen neer.
(Slot op pag. 14)