Historisch Archief 1877-1940
De Groene Amsterdammer van 25 Februari 1933
N o. 2908
Duitschland een gevaar
(Slot van pag. i)
Japan en de Volkenbond
Iri Frankrijk zou er zooiets bestaan als een fascis
tische 'jeugdorganisatie, etc. etc. ledere Hollander
zou om dergelijk geschrijf lachen. Hij weet uit eigen
ervaring hoe populair de dienstplicht is en wanneer
hij een beetje heeft rond gekeken, weet hij dat de
populairiteit van het leger aich in Frankrijk maar
tot een zeer klein kringetje beperkt. Nog veel
aardiger is dat, bij nauwkeurige beschouwing van
de illustraties in deze publicatie, bleek dat een
groot aantal militaire uitrustingsstukken....
Duitsch waren, zoodat de autenthieke foto's van
hetzelfde kaliber waren als die van den marinier
van de Voorwaarts.
De Hamburger Illustrierte van 21 Januari '33
wijdt een extra kop en hoofdartikel aan
Deutschland braucht Koloniën" en geeft een fraaie kaart,
met als onderschrift: Abgetrennt von Heimat und
Volkstum sind Millionen Deutsche, eingeschlossen
in anderen, dem Reich benachbarten Staaten....
(zelfs Zwitserland wordt hierbij niet vergeten)
Revision ungerechter Grenzziehung und kultureller
Scluitz f r unsere Brüder und Schwestern.... das
sind die grosse Forderungen der Deutschen Nation
an das Gewissen der Welt."
Het is alsof men publicaties van vóór 1914 leest.
Alleen, de vervalsching der feiten ligt er dikker op,
de leugens zijn bewuster. Toch lukt het op deze
wijze de Duitschers in het harnas te jagen, of
althans in. het uniform. Hoe sterk ook de
binnenlandsche verdeeldheid de gemoederen in beslag
neemt, hoezeer ook de nationale beweging zoowel
door de katholieke als door de roode
vakvereenigingen als een nationaal gevaar wordt gebrand
merkt, toch zal, zoo hoort men telkens weer ver
zekeren, het Duitsche volk als n man opstaan,
wanneer het weer tot een oorlog komen mocht. En
een oorlog tegen Polen is op dit oogenblik onder
het geheele volk een populair denkbeeld, waartegen
zelfs (Polen is roomsch) het Centrum en de
roomsche kerk op dit oogenblik al heel weinig uit
richten.
Hiermede is niet gezegd dat vandaag of morgen
die oorlog ook zal uitbreken. Voorloopig zal men
hem nog wel uit den weg gaan en intusschen de
omstandigheden zoo laten groeien dat hij op den
duur onvermijdelijk wordt. Maar de Aufrüstung
kan beginnen en ook daarin ligt een reden voor de
Schwer-Industrie om de tendentieuse perscam
pagnes te steunen, het nationaal-socialismc te
cajoleeren en met de tegenwoordige regeerders de
handen ineen te slaan. Het lage peil waarop de
volksvoorlichting gezonken is, kan men verder
aflezen van de koppen in de kranten: Milliarden
Diebstahl preussischer Unterstiitzungsgelder.
Sererings' Grif f in der Staaiskasse.
Dit zijn koppen uit de Nationaal-socialistische en
overige rechtsche dagbladen, zooals zij de vorige
week in Duitschland verspreid werden en na
tuurlijk niet werden verboden. Men stelle zich voor
dat hier het Handelsblad en De Standaard eens het
hunne hadden te vertellen over de lichtzinnige
wijze, waarop de Amsterdamsche
gemeentefinanciën naar hun meening beheerd werden en hun
artikelen zouden sieren met het opschrift: Dr.
Wibaut's greep in het laatje. Hoe de Amsterdamsche
millioenen verdwenen zijn .'" Het spreekt vanzelf
dat een dergelijk artikel juist een tegenovergesteld
effect zou hebben, -i-^ q .,_. »*
En dat zijn nu juist die imponderabilia, die
maken dat men er geen peil op kan trekken en niet
kan zien wat er morgen zal gebeuren. Zullen al
die daden van bedrog, wetsverkrachting en par
tijdige willekeur nog opgeld doen en verdere winst
voor de nationalistische gelederen opleveren of
zal het blijken dat Hitler toch denboog heeft over
spannen ? Wie zal het heggen.....
De politiek, en met name in Duitschland, wordfr
niet gemaakt met overleg, maar met affect, met
datgene wat de gemoederen verhit. En daar
ontmoeten de leuzen en programma's geen be
zonnen oordeel. Een nuchter oordeel vindt men in
breede lagen niet meer. Aan de universiteiten, in
de wetenschappelijke wereld, is het weg. In de
besturen der vakvereenigingen is het krachteloos
door de versplintering. Althans op dit oogenblik
Dr. M.?van Blankenstein
Donkere luchten in het verre Oosten
Het zou dwaasheid zijn niet in te zien dat het
beter ware als men Japan te Genève zou kunnen
behouden, daar totnogtoe gebleken is dat zijn
positie daar toch altijd nog een tegenwicht vormde
tegen het ergste drijven van de stokers te Tokio.
Dit tegenwicht heeft de beweging wel niet tot stil
stand kunnen brengen daarvoor is men te
Genève te laat begonnen blijk te geven dat men
tenslotte niet den spot met zich liet drijven
maar een nuttige rem is het totnogtoe toch geweest.
Dat allerlei uitgebleven is wat anders reeds lang
een voldongen feit zou zijn, de bezetting van
Tientsin, van Peking, van Nanking en
waarschijlijk van de streek van Sjanghai, is stellig daaraan
te wijten. Of deze dingen echter op den duur
zullen uitblijven? Het is volstrekt niet onmogelijk
dat de zaken een loop nemen die Engeland en
Amerika voor de beslissing plaatsen of zij erin
zullen berusten zich uit China te laten wegdrijven.
Japan is nu eenmaal desperaat, en de verrassendste
handelingen zijn daarom van Tokio te vreezen.
Het is goedkoope politieke wijsheid het ergste
te voorspellen, daar het dengeen die te optimistisch
is geweest, altijd meer dan den al te grooten
pessimist kwalijk wordt genomen als het anders
uitkomt dan hij vooruit heeft gezegd. Valt het
mee, dan is men vergevensgezind en valt het
tegen, dan zoekt men naar misleiders, ofschoon
te groot pessimisme zich uitdrukkend iri wan
trouwen en defaitisme in de wereld totnogtoe
nog meer kwaad heeft gesticht dan te groot
optimisme. Verder is het goedkoope politieke
wijsheid van den Volkenbond, die als lichaam
tot overbrugging, bemiddeling, verzachting van
kwaad gesticht is, honderd procent resultaat te
eischen en als het dan 30 of 40 pCt. wordt inplaats
van niets, te zeggen dat hij belachelijk is geworden
en beter kon worden gemist. Wij willen op geen
van beide punten zoover gaan. Dat de dingen er
niet prettig uitzien is zeker. Toch zal nien. als
men zich niet aan oppervlakkig oordeel en boven
omschreven goedkoope wijsheid wil bezondigen,
veel geduld moeten hebben met oordeelen. In
de wereld en in de dimensies waarin het
ChineeschJapansche conflict zich afspeelt, wordt tijd in
grootere kwantiteiten verbruikt dan wij bij ons
gewend zijn. Niet alleen afstand maar ook tijd
zijn daar wij kunnen het in kleiner formaat
reeds uit de Russische oorlogen loeren elementen
waarop onze militaire en politieke strategie niet
berekend is.
Wat er in Japan nog gebeuren kan en wat in
China, is daarom voor ons nog een gesloten
boek. Wij hebben een groot gedeelte van het
Europeesch publiek reeds de dupe zien worden
van de van tal van allergezaghebbendste kanten
xiit Japan ons toestroomende berichten dat Japan
toen reeds besloten was den Volkenbond te verlaten.
Wie iets van het Verre Oosten weet moest wan
trouwig worden gestemd of optimistisch als
men wil juist door de geruchtmakende wijze
waarop dit besluit werd aangekondigd. Dat is
geen Japansche gewoonte. Het leek erop berekend
hier in het Westen grooten indruk te maken.
Maar als het indruk wilde maken dan moest
eiJapan aan de houding en opvattingen van het
Westen nog heel wat gelegen zijn.
Deze indruk heeft bevestiging gevonden iir
het beleid der Japanners te Genève, dat volstrekt
niet van zoo groote vastberadenheid getuigde
als die uitgeschalde kabinetsbesluiten, ministerieele
instructies enz. schenen aan te kondigen. Tijd
winnen en door vage formuleering de positie t f
Genève en een betrekkelijke vrijheid van handelen
in Oost-Aziëtegelijkertijd te redden, dit scheen
het doel van een volstrekt niet ongeduldige of
manhaftige Japansche politiek. Al dat
geschetteivooruit was maar geweest om anderen behoorlijk
te intimideeren. Waarschijnlijk moest het vooral
in Japan den noodigen indruk maken. Het optreden
der Japansche delegatie heeft echter onmiddellijk
laten blijken dat zij van de uitwerking ervan niet
al te veel verwachtte.
Zoo juist echter als het was de dingen te Genève
niet naar de geluiden uit Tokio te beoordeelen.
zoo juist was ook de houding der Japanners
te Genève niet als betrouwbaren maatstaf te
beschouwen voor hetgeen waartoe Tokio tenslotte
zou besluiten. Nationale druk en internationale
tegendruk zijn daar geen oogenblik in evenwicht
geraakt. Genève heeft de gunstige periode daar
voor in September 1931 schroomvallig voorbij
laten gaan ! maar de druk der nationalisten
is steeds het sterkst gebleken. Het is op het oogen
blik volstrekt niet onwaarschijnlijk dat Japan, in
zijn wanhopigen financieelen, oeconomischen en
politieken toestand, thans weer als in 1904 alles op
een kaart zet. Toen Japan den oorlog tegen Rus
land begon was het verre van overtuigd van eigen
overwinning. Het wist ook dat liet oneindig veel
meer op het spel zette dan de tegenstander:
niets meer of minder dan al zijn kansen voor de
toekomst om een zelfstandige groote mogendheid
te worden. Japan was zich bewust dat het een
griezelig avontuur begon - - maar het heeft dit
gewaagd. Het is toen gelukt. Bij den
tegemvoordigen gemoedstoestand van het Japansche volk
is het volstrekt niet onmogelijk dat het tenslotte
nogmaals alles op het spel zou zetten in een gewel
dig en vooral niet minder griezelig avontuur.
Zooals gezegd, de politieke houding der Japan
ners te Genève getuigt zelfs nu nog van schroom
voor de gevolgen van isolatie iri de wereld.
Maaitegelijk begint het den veldtocht in Jehol en
verneemt men dat Japan bezig is alle krachten
in te spannen tot versterking van leger en vloot.
De berooide financiën des lands moeten dat
maaikunnen uithouden. WTellicht is dit een van de
redenen van den desperaten uitverkoop, die de
Japanners in de heele wereld houden, een uitver
koop die erop zou kunnen wijzen dat het even
als de Russen terwille van hun groote industrieele
plan alle andere oeconomische en financieel^
overwegingen terzijde schuift om aan geld te
komen voor n bepaald doel.
Nogmaals, de zware politieke bewolking in het
Verre Oosten heeft een heel leelijke kleur.
nog. In kerkelijke kringen vindt men het be
zonken oordeel alleen nog maar bij het Centrum,
bij de Roomschen. Daar zit nog kracht tot
verweer hoofdzakelijk in Zuid-Duitschland.
En het zou werkelijk niet zoo'n wonder zijn,
wanneer de reactie, die de dictatoriale neigingen
van Hitler en Hugenberg toch op den duur moet
ontketenen, zich zou uiten door de afscheiding
van het Zuiden.
Op dit oogenblik is dat echter nog niet acuut.
Over de part ij-groepeeringen en mogelijke gevolgen
van botsingen tusschen de partijen, een volgend
maal uitvoeriger. Ons, hier in Holland, interesseert
voorshands de ontwikkeling der dingen in inter
nationaal opzicht en dan verontrust ons bovenal
dat de politiek er niet gevoerd wordt met de rede.
maar met het instinct. Met de instincten der massa.
Onzakelijk ??en gevaarlijk. Gevaarlijk voor de
toch al zoo brooze economische structuur van
Europa, nog gevaarlijker voor dat wat er over is.
van den wereldvrede.
M. KANX