Historisch Archief 1877-1940
No. 2908
De Groene Amsterdammer van 25 Februari 1933
SPREEKZAAL
L.
Prof. R. Kuyper antwoordt
Prof. Goudriaan
Dit artikel is sterk bekort, waardoor
de schrijver den heer Goudriaan niet in
elk opzicht van repliek heeft kunnen dienen
ten aanzien van het democratisch
muiterijtje door hem gepleegd aan boord van
,,De Groene Amsterdammer". Dit artikel
is eerst aan de redactie van Het Volk
aangeboden, want daar behoort de
gedachte-wisseling onder partij genooten te
geschieden. Schrijver dezes heeft zijn ant
woord niet tijdig genoeg, noch in den
vereischten omvang kunnen afleveren en ver
zoekt daarom gastvrijheid in dit weekblad,
waarin de heer Goudriaan de muiterij aan
boord van ,,De Zeven Provinciën" verge
leken heeft met het werk van kwajongens,
die een vuurtje stoken, opgehitst door een
krankzinnige, die aan de jongens geweer
patronen geeft en nog dynamiet in petto
heeft. Het gezag komt en knalt een longen
neer. De heer Goudriaan is dan tevreden.
Ik laat in het midden of het voor autoriteiten
met zelfbeheersching, met begrip van de mentali
teit der jeugd en met sociaal medegevoel niet voor
de hand had gelegen, in het geval, dat de heer
Goudriaan stelt, geen dooden te doen vallen. Maar
in zooverre ben ik het met hem eens: als er geen
ander dan dit middel mocht zijn om erger kwaad te
verhinderen, dan is ieder middel daartoe toelaat
baar.
In zijn opgewondenheid bemerkt de heer
Goudriaan echter niet, dat zijn heele vergelijking
tusschen deze vuurtjesstokende baldadige kwa
jongens en anderzijds opstandelingen tegen een
kapitalistische regeering absoluut niet opgaat. En
dat, als men eenmaal desnoods doodelijk geweld
tegen baldadige kwajongens toelaatbaar verklaart,
men dit ook zou kunnen uitstrekken tot misdadige
kapitalistische regeeringen, die zonder noodzaak een
productiewijze handhaven en bevorderen, die o.a.
meer dan 30 millioen werkloozen met nog 3 a 4
maal meer behoeftige gezinsleden heeft gebracht en
o.a. tot een wereldoorlog heeft geleid, die 12 millioen
aan direct gedooden en doodelijk gewonden en
1000 milliard aan directe gelduitgaven heeft ge
kost, terwijl het kapitalistische militairisme nog
jaarlijks omstreeks 10 milliard verslindt. Ik doe
maar een paar grepen uit de vele aperte dwaas
heden en misdadigheden van het kapitalisme.
De heer Goudriaan wil echter vóór alles de orde
en de democratie handhaven. Ik ben het in zoo
verre met hem eens, dat, om allerlei redenen, actie
tegen het kapitalisme langs ondemocratische!! en
onwettigen weg in Midden- en West Europa weinig
kans van slagen heeft. Wij kunnen hoogstwaar
schijnlijk de methoden, die in Sowjet Rusland
vermoedelijk tot een goed resultaat leiden, niet
navolgen in landen met hoogere economische ont
wikkeling en een internationaal verstrengelde
productie, met een bevolking die aan democratie
en welvaart gewend is en bij uitblijven van dade
lijke voordeelen der hier niet anders dan geleidelijk
mogelijke socialisatie misschien weer ten prooi zou
vallen aan contra-revolutionaire machten. Bij het
verlaten van den democratischen en wettelijken
weg zouden wij bovendien de democratische op
voeding van de massa en de controle op de
regeering prijsgeven en onzen tegenstanders een vrij
brief uitreiken om ons precies zoo te behandelen
als wij met hen vóór hebben.
Om al die redenen doen we vooral in verband
met de erger wordende tekortkomingen van het
kapitalisme hoogstwaarschijnlijk beter met
rustig maar dan met een principieele en levende
socialistische propaganda dóór te ageeren tot
ons op democratische en wettige wijze, waar
schijnlijk eerder dan thans de meesten vermoeden,
de meerderheid zal toevallen.
Toch kan ik niet zonder meer achter ieder demo
cratisch en wettig gezag gaan staan. In een socia
listische maatschappij zou ik iedere ondemocra
tische en onwettige actie een misdaad achten en
ieder noodig optreden van de overheid daartegen,
met welke middelen ook, als toelaatbaar en zelfs
als zedelijk geboden beschouwen. Maar tegen een
maatschappij als de verwordende kapitalistische
waartegen ik mij om economische, ethische en
aesthetische redenen en ook omdat zij hoogstens
tot formeele democratie leiden kan - verzet, kan
ik een opstand in hoofdzaak slechts afkeuren
omdat er meestal toch niets mee te bereiken valt
en er dus noodeloos slachtoffers worden gemaakt.
Dat een kapitalistische regeering er tegen in gaat is
natuurlijk haar recht en haar plicht, voor zoover
men voor de handhavers van het verwordende
kapitalisme nog van recht en moraal gewagen kan.
Wanneer de heer Goudriaan niet anders ge
schreven had dan dat hij in dezen gespannen tijd in
ieder geval achter het wettige eii formeel-demo
cratische gezag blijft staan, dan zou er mijnerzijds
geen reden zijn geweest om tegen hem te protestee
ren, al beredeneer ik mijn houding anders.
De heer Goudriaan doet echter nog wat anders
dan uitsluitend den wettelijken en democratischen
weg aanbevelen. Hij slaat ook aan het schelden op
de sociaal-democratie en haav leiders en penvoer
ders en verwijt dezen een dubbelzinnige houding.
Hij vergeet in zijn opgewondenheid dat 't
heelemaal geen kunst is op zijn manier een strakke lijn
te volgen. Hij kan geen enkele uitzondering en
beperking zien. Maar wie de principes niet
zoo absoluut en algemeen toepasbaar acht,
wie daarbij nog meent van geval tot geval te
moeten wikken en wegen, die mist daardoor het
vaste gebaar, de gemakkelijke ,,Einheitlichkeit",
die de heer Goudriaan thans zoowel met de ver
ontruste kapitalistische klasse als met de commu
nisten gemeen heeft. Die is ook niet in staat te zien,
dat de Volk-redactie en de leiding der soc.-demo
cratie thans in zoo'n moeilijke positie verkeeren,
voor velen den schijn van een vleesch noch
vischhouding" op zich te moeten nemen, juist omdat
zij eenerzijds in het algemeen slechts den demo
cratischen en wettelijken weg kunnen aanbevelen en
anderzijds niet alleen uitzonderingen moeten er
kennen, maar ook degenen, die bij een onbezonnen
opstandige actie in den val loopen, niet hoonen mogen,
omdat zij beschouwd moeten worden als slacht
offers van de ondraaglijke kapitalistische wanorde
en dus allereerst beklagenswaardig' zijn.
De heer Goudriaan,- de practische man naar zijn
eigen overtuiging, ziet niets van die practische
moeilijkheden voor de soc. democratie en comman
deert slechts: Ordnung mus-s sein". Hij wijst er
zelf op. dat thans millioenen en nogmaals
millioeiien tot radeloosheid worden gebracht. [Lij noenit
het een »M«ssa-psychose en vergeet, dat wanneer de
yeiitiddelde mensch in zoo'n psychose vervalt, de
oorzaak ligt bij de kapitalistische wanorde en niet
bij haar muitende slachtoffers. Ken socialist moet
zich wel tienmaal bedenken alvorens het neer
knallen van zulke slachtoffers door een, om haar
bedreigde belangen, wraakzuchtige kapitalisten
klasse met een gevoel van tevredenheid aan te
bevelen.
Of ik voor de muiters van de Zeven Provinciën"
als socialist sympathie voel? Neen! Daarvoor
ontbrak naar mijn meening bij hen te veel de echte
revolutionaire energie, die met ernst, bezonnenheid
en idealisme gepaard gaat. Om wat
loonsvermindering aan het muiten slaan en dan.... naar
Soerabaja koers zetten, dat is geen ernstig revo
lutionair optreden. Maar dat het er toe kwam, dat
is te begrijpen. Want onze positie in Indonesiëis
van dóór en dóór onzedelijken aard. Indiëis voor
ons een wingewest, dat wij misschien minder
kwaadaardig besturen dan andere koloniale mo
gendheden het zouden doen en zeer zeker minder
beroerd dan de inlanders het zelf zouden kunnen.
Maar het is en blijft een wingewest. Er is daar qeen
op democratische wijze tot standgekomen gezag,
zooals de heer Goudriaan maar aanneemt. Wij zijn
er als indringers, als veroveraars gekomen, belust
op buit. En belust op buit en niets dan buit zijn wij er
nóg. Dat moet bij de inlandsche bevolking, die
bovendien, vooral na den wereldoorlog, allen
eerbied voor ons verloren heeft, kwaad bloed
zetten. En wij socialisten hebben dat te begrijpen
en ook uitspattingen, die uit deze verhoudingen
met noodu'endigheid voortvloeien, te begrijpen en te
verontschuldigen ook waar we zooals ik met
stelligheid erken voor de financieele welvaart
van ons land en ook van de arbeidersklasse in
sterke mate op het behoud van Tndiëzijn aan
gewezen.
* *
*
Intusschen kan men voor de houding van de
militairen, met name de meerderen, geen bewon
dering hebben. De officieren laten zich zonden
eenig verzet door de muiters gevangen nemen.,
De commandant gaat van de sociëteit aan boord
van een marine-vaartuig om de muiters te achter
volgen. Inplaats van zooals iedere soldaat moet
doen desnoods met onvoldoende bewapening,
alleen met een revolver in zijn vuist, te trachten
aan boord van het muiterschip te komen, blijft
hij na een simpele waarschuwing op eerbiedigen
afstand. Het is lamlendig!
Dat is ook de houding van de briesende burgerij
die thans den heer Goudriaan als een kerel van
stavast huldigt. Zoo is ook de houding van den
heel' Goudriaan zelf, die niets dan orde en rust
begeert. Voor zulk een man van standvastig en
onafhankelijk karakter past slechts een
muiterijtje op eigen houtje in een niet socialistisch week
blad en gericht tegen de partij wier beginselen
hij zegt te huldigen. Een en ander onder de
zelfverheerlijkende leuze: Opvoeding tot democratie".
Zeker na een voorbeeld van zulke ingetogen en
gedistingeerde democratische manieren. |
* *
*
Wij leven in een gevaarvolle maar tevens hoop
volle periode. Het middel om er goed doorheen te
komen is het begrijpen en propageeren van de on
houdbare toestanden van het kapitalisme. Maar
daarbij moet het niet blijven. Het socialistische ?
perspectief en de socialistische mogelijkheden moe
ten daarbij ook aan de massa worden voorgehou
den. Men hongert naar een ideaal en naar een per
spectief. Wordt dit socialistische perspectief in de .
propaganda gesteund, niet met incidenteele pla
tonische verklaringen, zooals tot nu toe, maar
dag in dag uit, in al onze publicaties en vergade
ringen met een levend socialistisch besef aan de ?
hand van de concrete verschijnselen gepropageerd,
dan zal onze partij, bij de steeds grooter verwording
van het kapitalisme, de massa langzamerhand
kunnen winnen, zooals zij in het verleden de .
massa tot zich heeft getrokken door het streven
naar dadelijke lotsverbetering, zij het voorloopig op
kapitalistische basis. Dan zal zij do massa leiden en
van onbezonnen avonturen kunnen afhouden,
zooals zij tot nu toe heeft gedaan, en daardoor
een maatschappij met meer dan 3(1 millioen werk
loozen voor chaos en ondergang kunnen blijven be
hoeden. Dan heeft zelfs deze maatschappij geen lie
den meer van noode, die niet hun bedreigde belangen
en verontruste gewetens geen andere uitkomst
meer weten dan opgewonden praatjes en het neer
knallen van de slachtoffers der wantoestanden,
zonder ook maar iets aan de onhoudbaar blijvende
maatschappelijke toestanden te veranderen.
K. AUYPEH
SI D E P? S
ULLMAK
MATRAS
EEN GEZONDE SLAAP
EEN PRIMA SPRINGVEERENMATRAS Fl.
32.AHDE