Historisch Archief 1877-1940
ONZE KINDEREN
Drang tot Arbeiden een
TOEGEPASTE KU
Een kinderhand wil altijd bezig zijn, wil altijd de dingen betasten en bevoelen, wil altijd
wat maken en een kind is niet gelukkiger dan wanneer de handen wat te doen vinden.
De drang tot arbeiden is een natuurlijke noodzakelijkheid, waaraan zeer zeker
het element der zelf-ontwikkel ing niet vreemd is. Het kind leert al spelend en daarbij is
alles welkom middel tot het verwerven van kennis en behendigheid. Het is onwillekeurig,
naïef, onbewust, maar het verrassende is, dat in de handen van het kind het eene ding
niets belangrijker is dan het andere.
Mooi zeide Rilke dat in een essay over kunst: Het speelt met een gouden broche
of met een witte bloem uit de weide. Het zal, vermoeid zijnde, beide tegelijk en achte
loos laten vallen en vergeten, zooals ook beide glansrijk schenen in het licht van zijn
vreugde. Het kent nog niet den angst van het verlies en de wereld is nóg de schoone
schelp waarin niets verloren gaat. Het neemt als zijn eigendom op alles wat het eens
gezien, gevoeld of gehoord heeft, alles wat het eens ontmoet heeft. Het dwingt de dingen
niet zich ergens te vestigen. Als een schaar donkere sieraden trekken ze door zijn heilige
handen'als door een zegepoort, worden een poosje helder in zijn liefde en verdoek eren
daarna weer, maar ze moeten, alle, door zijn liefde heen. En wat ns in die liefde
belicht werd blijft als beeld terug en gaat nimmer meer verloren "
Er is een tijd dat men kinderen alleen moet laten
met hun spel en arbeid. Het een s,C(,wel als rtt
ander is van veel meer beteekenis dan men
gewoonlijk wel meent.... Waar
anderen glimlachen, daar is dat,
Wat het kind verricht, hem
heilige ernst ' Dingen die
ouderen waardelccs
wegwerpen vormen
vaak voor kin
deren een
Otto van
grooten schat. Hoevelen onder
hen zijn ei' niet die het fraai
ste en duurste speelgoed ach
teloos ter zijde schuiven voor een leeg
lucifers-doosje, eengaren-klosje, een
notedop en hoe welkom is dan de hulp van
hen die kind met kinderen weten te zijn
en enkele aanwijzingen kunnen geven hoe uit deze dingen iets aaidig? te
maken vait, dat tavens dienst kan doen als speelgoed.
In. het zoo zeer aantrekkelijke boek van Jolianna
Huber Spelende Arbeiden" (een geautoriseerde verta
ling- door A. E. II. van Das Buch der
Kinderbeschaftigungen)" verschenen bij Hrman. Stenfert Kroese en
van der Zande te Arnhem waaraan de aardige afbeel
dingen bij dit artikel ontleend zijn, zegt de
schrijfster terecht: Het gewicht van de heele
zaak bestaat alleen hierin dat wij den kinderen
steeds het juiste speelgoed geven en
dingen, waarmede het zijn fantasie en
scheppingsdrang bevredigen kan".
Worden de kinderen ouder en ver
werven zij zich al spelend meer handigheid, dan kan het spel langzame
hand in doelbewusten arbeid overgaan. Van het blokken bouwen (nu
z.g. Fröbel- of Flomablokken waarvan de grondvorm in tweeën en viere
is gebaseerd of wel de afmetingen zich n, twee of meerdere malen
telkaar verhouden); het leggen van gekleurde vierkanter, halve _vierkant<
driehoeken en halve-cirkelschijven of wel van strik
jes en knoopen) kan langzamerhand overgegaan
worden tot het vlechten van buigzame en taaie
spaantjes, welke zoodanig dooreengestrengeld wor
den, dat deze een vast geheel vormen en ook het
bekende papier-vlechten is een geliefde bezigheid.
Dan komt ook het naaien op kartonnen plaatjes,
waarin gaatjes zijn aangebracht, in aanmeiking. de
kleurige draden vormen de teek( ning en het bor
duren op z.g. papier-stramien; vervolgens het vou
wen en knippen van papier alsmede het plakken
van alleilei figuren in kleurig sits. Later kan dan
worden overgegaan tot het modeleeren in klei,
stopverf, plasticine of plastiline enz. en bij dit alles komt
het er nu maar t p aan de kinderen zooreel moge
lijk er toe aan te fporen 'zelf hun klturen te kie
zen en vormen te bepalen!
Leiding is
heel goed in
zooverre deze
strekt om aan
te toonen hoe
zij de
verschillendematerialeii
moeten behan
delen, maar ove
rigens late men
ze vrij, de kleine
kunstenaars in
den dop. want
wie goed oplet
zal vaak ver
wonderd zijn
over de vindingrijkheid, fantasie en smaak der kleinen, waarvoor overige;
nog heel wat te zeggen zou zijn !
Maar nu zijn de z.g. speel jaren over en de schooltijd breekt aan. Op zi.
(Je of Te jaar is het kind het doelloos spelen ontgroeid, het begint na
het spel om het spel" bezigheden te zoeken waarbij het tevens itts lee
en itts doet zooals volwassenen en terecht merkt dan ook Johanna Hub
op dat hut schoolkind over meer inzicht en handigheid beschikt, waardo~
het dus ook moeilijker werk kan verrichten, dan het spelende kind.
Het knutselen komt aan d t' orde en liet maken van allerlei speoltu
uit waardeloos materiaal. Dit laatste is omvangrijk genoeg en vee1.
vinden kinderen, zooals ik reeds xeide. heel wat mér vreugde en voldoonir
in zei f-gemaakt e huisjes, wagentjes en popjes van lucifer.sdoosjes, knoop»
klosjcs, pinda- of notedoppen dan in allerlei kant en klaar gcki.oht. vaa
kostbaar speelgoed.
Kostelijke dingen zijn ook van aardappels, wortels, kastanjes, eikel
denneappels of bananen te maken. .Men zie er het varken, bij dit art ik