De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1933 18 maart pagina 5

18 maart 1933 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 2911 De Groene Amsterdammer van 18 Maart 1933 De jonge Rolland Mr. H. Giltay Brieven van groote auteurs zijn altijd belang wekkend, omdat zij ons een blik doen slaan in den intlemen, zielsondergrond van hun werken. Maar dubbel belangwekkend zijn zij, wanneer zij ons de geheimen van den wordingstijd ont hullen, wanneer zij ons doen zien, uit welke jeug dige intuïties en aspiraties de latere grootheid i gegroeid is, door welke beproevingen de ziel heen, moest om hare definitieve uitdrukking, hare diepste Kamerverkiezingen 1933 L. verwezenlijking te vinden. Wie de briefwisseling van den toenmaals tweeentwintigjarigen Rolland met de een halve eeuw oudere Malwicla von Meysenbug, de vriendin van Nietzsche, Wagner, Mazzini en zoovele andere grooten, leest, l) is getuige van het onder smarten en twijfels ontluiken van een groot, heroïsch leven, zoo gaaf en zuiver als het Westen dit wellicht in de laatste honderd jaar niet aanschouwd heeft. Wie den lateren Rolland kent, vindt in deze brieven reeds al zijn eigenschappen, van geest en gemoed, terug. Maar nog kiemend en chaotisch, nog niet saamgevat in de sterke, grootsche synthese, die hij eens zou bereiken. Maar door alles heen loopt reeds n vaste tendens: de tendens naar waarheid. Het aesthetische element is in den jongen Rolland zeer sterk, maar zijn streven gaat van den aanvang af boven het louter-aesthetische uit. De kunst, hoezeer hij haar liefheeft, geldt hem, van het begin af, niet als doel, maar als middel tot beeldende uitdrukking der diepste levenswaarheden. Het Ideaal, dat Rolland reeds als jongeling voorzweeft, is het Ideaal van den grooten, heroïscheii mensch, van den mensch, die zich niet voor het leven buigt, er zich ook niet in een fantastische wereld aan tracht te onttrekken, maar die het leven aandurft, het in den Rachen" grijpt (Beethoven) en beheerscht. Maar door welk een zee van smart en teleurstellingen heeft hij moeten heen gaan, hij, de schuchtere, teergevoelige mensch, om zijn streven getrouw te blijven! Er is tweeërlei heidendom, het organischphysieke, en het geestelijke. Het eerste is gave, het tweede verovering. Rolland's heidendom be hoort tot het tweede type. Hij was van nature geen held, zijn wil maakte hem tot held. Zijn heidendom is zedelijke daad. zedelijke Errungenschaft". Men kent Jean-Ohristophe en zijn tegenfiguur Olivier. In deze twee ligt de gansche levens tragedie n levensoverwinning van Romain Rolland besloten. De zachte, teedere Olivier is Rolland, zooals hij in oorsprong was. de krachtmensch ,IeanChristophe is het Ideaal, dat hij had willen zijn. NIEUWE DESSINS GORDIJN STOFFEN DECORATIEF HANDWEEFSEL KARAKTER O 95 PER METER KLEURECHT XNDER ZONEN Teekentne B. van Vlijmen Nieuwe voor j aarsmodellen En - werd, op geestelijk gebied. Het is dan ook van diepe symbolische beteekenis, dat Olivier. de zwakke, sterft, terwijl Jean-Ohristophe, de sterke, zijn weg verder gaat. Men zal hier misschien iets geforceerds in zien, een pogen het eigen wezen te overschrijden, het trachten naar een levensvorm, die niet met den eigen, oorspronkelijken aanleg overeenstemt. Maar ik geloof niet, dat dit zoo is. Het Ideaal-streven was bij Rolland niet iets kunstmatigs, van buitenopgedrongens, het was de grondtendcns zijner eigen ziel. Wij zijn er dikwijls te gauw bij, om alle grootheidsstreven als eenvoudige overcompensatie van zwakheid, van minderwaardigheidsgevoel te verklaren. Deze dingen mogen erbij in het spel zijn, zij zijn niet het een en al. Niet alle streven naar grootheid is neurotisch. Er is ook een normaal groeistreven in den mensch, een streven zijn hoogste waarden te verwezenlijken, /wak, minderwaardig zijn wij, in een of ander opzicht, allen. De vol komen mensch bestaat niet. En liet streven naar grootheid, naar kracht en vastheid is alleen dan neurotisch, wanneer het fictief blijft, wa.nneer het zich met fantasie- en schijngrootheid tevreden stelt. Maar wie zijn zwakheid, uit eigen kracht. overwint, wie zijn persoonlijkheid maakt tot een sterk, harmonisch geheel, is geen neuroticus, maar een (i roote. Heeft niet Freud, de kritische, illusielooze Freud. tot Rolland de woorden gericht: Drivergesslicher, durch welclie Mühen und Leiden haben Sie sich wohl zu solcher Höhe der Menschlichkeit emporgerungen !" 2) Van dit sich emporringen" beleven wij, bij de lectuur dezer brieven, den aanvang mede. Ik zal hier enkele fragmenten uit Holland's brieven weer geven. Den 1-1 en September 1H!H) schrijft hij aan Malwida: ..Lieve vriendin, ik hoop, dat ge niet boos op me zijt, dat ik u zoo dikwijls schrijf. Sedert eenigen tijd bespeur ik in mezelf een inner lijke kooi'ts (een gezonde koorts), een onstuimig verlangen naar leven en bezigheid; en daar het zich niet in daden kan uitleven en ook niet in woorden (want dat ligt niet in mijn natuur), moet het wel in gedachten of in schrijven gebeuren. Mijn bootje vaart nu op de kam van de golf, tegen welke gij mij zoo vaak hebt zien opworstelen. De gedachte, dat ik straks weer' in den afgrond zal terugzinken, kan mij de voorbijgaande vreugde, die ik voel, niet bederven; de golf draagt mij vorder, ik leef in een voortdurend heden." II Octouer 1SOO: Spreek geen kwaad over den afgeloopen storm. Hij heeft voel sluimerende diep ten van mijn ziel opgewoeld. Ik had nrezelf te veel tot spiritueel mensch gevormd. De storm heeft mij geleerd, weer op deze aarde te leven. Dat is een kwaad ding, maar het leidt tot goede dingen Wanneer men aan de wereld lijdt en zijn toevlucht kan vinden in de kunst, voelt men het onstuimig verlangen, de wereld te beheerschen door do kunst.. .. Het ergert mij, dat ik niets afrnaa.k. Daar ik niets wil schrijven, zonder de uitgesproken behoefte, de gloeiende overtuiging in mij te voelen, n alleen schrijven wil op het oogor>blik, dat ik zoo voel, komt het slechts tot fragmenten, die ik niet met elkaar tracht te verbinden." l'rachtig-nii'd en diep van gevoclsbegrip zijn ook <le brieven van de oude vriendin. Er gloeit in haar. ondanks haar jaren, nog eenzelfde idealisme als in den jongen Holland, maar vorrustigd. sereengeworden door vee! leed. Haar invloed op Rolland is zeer groot geweest. ..Van alle vriendinnen, wier liefde over mijn leven heeft gewaakt, wil ik die eene doen herloven, die in mijn jeugd de trouwe gezellin van mijn geest en mijn tweede moeder wa.s: de zuivere idealiste van het Noorden met de klare oogen: Malwida von Moysenbug". /oo be gint Rolland's inleiding, waarin passage'» voor komen, die tot hot diepste en .schoonste behooren. dat hij ooit schreef. Moge dit boek, ook in Ons land. vele lezers vinden. Want er gaat een kracht van uit, die wij in dezen tijd meel' dan ooit be hoeven. 1) Itoiii/tiii Itollinttl - Hlulir'ulii run Jllci/ E'ui Hrifjireclmel 1S!)(.I-]S!)1. ./. Knf/clhornx .\ncfif. Stit/tf/tirt. '2) In "ijii bij</t't(</c tot het ,,/.il>c/' Ainicoruin JiotiK/i» Hulland" l\)'2tt.(>iiye>ionieii hi(.lef. Si-hrtfleit, llttiiii XI, bl~. 275. Klare" is zilver ISols is goud ! ELKEN OA« REN <il.AAM.lt: DOL

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl