Historisch Archief 1877-1940
De Groene Amsterdammer van 22 April 1933
No. 2916
I:
fei
*
Boekbespreking
Albert Heiman
Arthur Segers: China, bet volk 1)
De Nederlandsche'minister van Buitenlandsche
zaken die het werk van pater Segers, een Belgischen
missionaris, inleidt, heeft terecht erop gewezen dat
juist zulke mannen, die op hun afgelegen
missieposten in nauwste aanraking komen met de be
volking, ook meer dan anderen in de gelegenheid
zijn deze te leeren kennen. Er zijn echter een aantal
oorzaken die hij niet vermeldt, waardoor ook de
beste berichtgeving uit deze bronnen veelal weinig
publieke belangstelling genieten. Men vreest
voor, ingenomenheid, en maar al te vaak met reden; de
man die van de vroomste en onbaatzuchtigste
bedoelingen bezield, uitgaat naar een ander volk
.om het te beheeren", moet sterker nog dan wie
ook de overtuiging hebben, dat zulk een volk in
diepste wezen bedorven of op een verkeerd spoor is.
Zoolang deze overtuiging blijft bestaan, dat is
practisch: zoolang een missionaris volkomen
Westerling blijft, zal hij ook niet in staat wezen het
volk waaraan hij zijn zorgen wijdt, zonder voor
ingenomenheid te bezien.
Het is overigens merkwaardig te ontdekken, hoe
sterk juist de meest hoogstaande en ontwikkelde
missionarissen de invloed van hun nieuwe om
geving ondergaan, de oude vooringenomenheid
deze vervloekte Westersche hoogmoed, het treu
rigste erfdeel der Bomeinsche beschaving allengs
verliezen, de relativiteit van hun eigen overtui
gingen leeren inzien, en de milde, klare blik krijgen,
die het kenmerk is van liefdevol begrijpen, van
ware offervaardigheid. Persoonlijk ken ik ver
schillende van zulke missionarissen, en het zijn alle
menschen die, in welk opzicht men maar wil,
mijlenver staan van het gewone zeloten-type, en
die nog veel minder gemeen hebben met het ietwat
zelfingenomen en geborneerde menschensoort waar
uit de meeste geestelijken" van allerlei gezindten
gerequireerd worden.
Zoo iemand moet ook pater Segers zijn. Er is in
al de bladzijden van zijn lijvig boek niet n regel
waardoor men hem van bekrompenheid, van voor
ingenomenheid zou kunnen beschuldigen. Hij is
vóór alles een liefdevol, en daardoor een goed en
scherpzinnig opmerker. Er zijn allerlei
nevengebieden bij zijn beschrijving van de Chineesche
volkskunde, die hij niet kent, uit den aard van
zijn ambt wellicht of waarover hij althans het
zwijgen bewaart. Er zijn sommige gebruiken, die
hij onjuist, volgens al te populaire inlichtingen
verklaart; de sinologen van professie zullen daar
over het hunne wel weten te zeggen. Maar nergens
bespeurt men bij hem het superieure glimlachje van
iemand die zulke vreemdsoortige verschijnselen
raar" of primitief" of dom" vindt. En evenmin
treft men bij hem het enthousiasme aan van den
critiekloozen toeschouwer. Het is een groote ver
dienste om het wonder van een armoedige, maar
intens-ineengrijpende menschelijke samenleving
met evenveel eerbied en evenveel koelheid te
ontleden als een plantkundige zijn objecten.
ADVERTEERT
IN DE GROENE
Dat is een zin dien ge dikwijls leest.
WAAROM?
Omdat DE GROENE in het
geheele land gelezen wordt
door het beste publiek door
het publiek dat iets te besteden
heeft De adverteerder behoeft
niet te betalen voor een ver
spreiding, waarmee hij honderd
duizenden bereikt, die juist niet
tot het koopkrachtige publiek
behooren, maar het betaalt
hem om in dit blad te
adverteeren, dat hem direct in
contact brengt met het publiek
dat hij zoekt.
Deze kwaliteiten zijn veel zeldzamer dan men
zou denken. Juist dit boek heeft mij weer sterk
doen denken aan een ander geval, dat ik eenige
jaren geleden ondervond. Het was bij de lezing van
een zeer gedegen en zakelijk werk, getiteld
Histoire des Croyances religieuses et des Opinions
philosophiques en China", en geschreven door een
sinoloog van groote reputatie, den Jezuïet Léon
Wieger, die ook medicus is, en schrijver van meer
dan twintig werken over China, zoowel op histo
risch, linguïstisch als philosophisch gebied. Na met
de grootste belangstelling meer dan zevenhonderd
bladzijden van zijn meesterlijke uiteenzetting
gelezen te hebben, ontmoette ik opeens deze be
kentenis die ik om haar beangstigende openhartig
heid niet licht meer zal kunnen vergeten: Cette
esquisse a grands traits... . communiquera
peuttre au lecteur quelque chose de l'impression que
m'ont laissée quarante années de sinologie, a savoir
que les livres chinois de loin c'est quelque chose,
et de pres ce n'est presque rien."
Wie tot deze ervaring komt. na veertig jaren van
zijn leven aan iets gewijd te hebben, bezit inder
daad wat men noemt een ongeschokte overtuiging.
Maar tevens een vasthoudendheid die wantrouwig
stemt. Want niets dat in staat was de aandacht
zoo intens vast te houden, is op slot van zaken
bijna niets". Er is geen Confucius noodig om te
leeren dat alle teleurstelling wortelt in vooringe
nomenheid. Alleen wie zonder verwachting en
zonder afweer openstaat voor al het gebeurlijke,
zal goed zien, steeds beter, en ontoegankelijk
wezen voor teleurstelling.
Om nu terug te komen op de beschrijving van
P. Segers, een tweede bizonderheid daarvan is, dat
hij zich bepaald heeft tot het leven van de gewone
Chineezen, de proletariërs der afgelegen plaatsen.Hij
spreekt nagenoeg uitsluitend over Oost-Mongolië,
over de provincie Tchen li, die buiten de groote
muur ligt. En het is vreemd, het ontbreken van
iedere wetenschappelijke pretentie geeft een
bizondere charme aan zijn boek. Het geeft ons een
direct beeld, zooals zich de dingen gewoon" voor
doen; het is een uiterst heldere, goed gedetailleerde
documentaire film-in-woorden. Een soort van
kleine encyclopedie omgewerkt tot reisbeschrijving.
Daar hij er een kleine driehonderd eigen fotogra
fieën aan toegevoegd heeft, laat de duidelijkheid
van wat behandeld wordt, niets te wenschen over.
Wij leven in een tijd waarin het gemak waar
mede men vreemde landen bezoeken kan, niet de
minste afbreuk doet aan de belangstelling welke
reisbeschrijvingen-met-plaatjes genieten. Wat mij
echter in de meeste reisbeschrijvingen hindert, is
het accidenteele, het avontuurlijke, het verhaaltje.
De herinnering behoudt uit zulke werken alleen de
sfeer van een land, de plasticiteit, de bizondere
détails. Bij het boek van P. Segers vinden wij dit
substraat reeds kant en klaar. Niets is daarin
toevallig", al wat hij vertelt is alledaagsch",
was gisteren zoo, en zal morgen precies zoo zijn.
Het is een statische reisbeschrijving, zonder
dynamische beelden, zelfs niet wanneer hij het een
of andere extreme gevallet j e vertelt ter illustratie
van sommige toestanden.
Wat de doorsnee-lezer over China voorgezet
krijgt, is gewoonlijk aangedikt. Afgezien van de
gewone toeristenpraat en de geëxalteerde salon
conversatie a la Borel, zijn het ofwel dichterlijke
beschrijvingen met een uiteraard eenzijdige be
lichting van het mooie" het bizondere", ofwel
min of meer wetenschappelijke beschouwingen die
duizend-en-een kleine détails, welke niet weinig
toedoen aan de volledigheid van het beeld, een
voudig verwaarloozen. Geen van deze verschillende
soorten van beschrijvingen hebben mij ooit zulk een
gepreciseerd en aanvaardbaar beeld van het
gewone, voor een ieder leefbare leven der Chinee
zen gegeven, als dit relaas van een missionaris, die
wagens en gereedschappen nauwkeurig heeft
bekeken, de nieuwsgierige gast bij bruiloften en
begrafenissen geweest is, die precies weet hoeveel
iedereen verdient, en hoe iedereen zijn da.g door
brengt. Die weet wat hygiëne waard is, en toch
ook weet te waardeeren wat de chineesche kok
schaft; het leven in de herbergen kent en de fier
heid waarmee zelfs de armsten aan hun bestaan zin
en aanlokkelijkheid weten te geven.
Verwonder u niet mij, dat hij nergens het woord
christen" of christelijk" heeft gebruikt, het
nergens noodig heeft gevonden ook aandacht te
vragen voor de missie" en de zegeningen van
dezelve.
1) Uitgave Ue Sik/cel, Antwerpen.
Beeldhouwkunst
Wilhelm Lehmbruck von August Hoff. Verlui/
von Klinkhardt und Biermann, Berlin 1933.
Het zal wellicht een eeuwige schande blijven
voor deze eeuw, dat Duitschland's beste geesten
vrijwillig hun leven afbraken, omdat zij zich niet
vereenigden met de beweegredenen die de wereld
oorlog van 1914 deden ontstaan. Ik denk hier
vooral aan twee Duitsche beeldhouwers Wilhelm
Lehmbruck en Prof. Franz Metzner. En thans
te midden van een dwaze politiek, die groote
geesten uit het land verdrijft, verschijnt de geest
van Lehmbruck als een stille boodschap:
Duitschland, gedenkt uw groote mannen ! Gedenkt hun
groote nobele kunst !
In een fijn verzorgd boek met prachtige cliché's
van het werk van den grooten beeldhouwer
Lehmbruck geeft August Hoff een gevoelvolle
karakteristiek over diens Grübeln und Denken.
Zweifeln und Qualen, das sein Schicksal war, das
Schicksal des modernen Menschen, doppelt schww
zu tragen am TJmbruch einer neuen Lebens- und
Kunstanschauung.''
Wanneer wij dit boek doorbladeren is de
hoofdindruk, dat hier een melancholische geest, maar
vol religie, het meest nobele van de
menschelijke ziel heeft beroerd. Zijn beelden zijn dikwijls
van een smartelijk heimwee vervuld. Zijn moeders
buigen zich teedervol naar hun pasgeborenen.
Alles is gelijk in een droom gezien met
vragensmoede oogen en gestrekte lichamen verlangend
opwaarts gericht. In lang-gerekte proporties, als
teere naar licht snakkende planten worden zijn
figuren gevormd. Het droef-neigen der hoofden
is als te zware bloemknoppen. Maar niets is zóó
verdroomd of een sterke plastische vormgeving
omsluit deze innerlijke zang en behoedt haar voor
zwakte. In krachtig omschreven vormen wordt
de ziel vastgegrepen. Zijn beste beeld is wellicht
de geknielde vrouw die langzaam gratievol oprijst
in een gerekte proportie als uit een droom. Men leze
vooral Lehmbruck ber Plastik".
Wie iets van Duitschlands edelsten zoon wil
leeren kennen, die meer verwantschap heeft met
den Franschen Maillol dan met den Duitschen
Hildebrand, schaft dit mooie werk aan. En wie
in ons land een prachtige sculptuur van hem wil
zien, bezoekt het museum Kröller in den Haag.
Zijn werk heeft inderdaad iets ,,von den ersteri
Schöpfungstagen, von Erdgeruch" zooals hij zelf
zegt in zijn beschouwing over beeldhouwkunst.
Zijn werk is vol leven, warm-bloedig, tintelend
van huidoppervlakte, tragisch maar ook heroïsch.
sensitief maar gespannen. Ook bezienswaardig
zijn de bijgevoegde zestien gevoelige teekeningeri
en etsen. Het werk hier opgenomen dateert van
1907 tot 1918, het jaar toen hij vrijwillig afscheid
van deze wereld nam.
THEO VAN KEIJN
Tentoonstellingen
Kunstzalen A. Vecht, Amsterdam. Teekeningen
door Jos. H. Gosschalk. Tot 22 April.
Kunstzaal 't Center, Den Haag. Werken van
P. W. Bulthuis. Tot 22 April.
Van Wisselingh & Co, Amsterdam. Reisschetsen
door M. A. J. Bauer. Tot 23 April.
Persmuseum Het Korenmetershuisje", Am
sterdam. Tentoonstelling van verkiezingscouran
ten van alle politieke partijen uit het laatst van de
vorige en begin van deze eeuw. Tot 23 April.
Pulchri Studio, den Haag. Ned. Kring van Beeld
houwers. Tot 29 April.
Kunsthandel Aalderink (Jac. v. Letmepkade 55),
Amsterdam. Werken door H. IJkelenstam. Tot
29 April.
Waaggebouw, Haarlem. Werken van Kees
Yorwey. Tot 29 April.
Kunstzaal lleeker. Haarlem. Werk van George
Hogerwaard, Jo de Neeve en Jac. v. d. Bosch. Tot
29 April.
Internationale Kunsthandel, Den Haag. Mees
ters der XVI f e eeuw. Tot 30 April.
llotterdamsche Kunstkling, Rotterdam.
Hedendaagsche Enj^elsche schilders. Tot 3.) April.
Voor de Kunst", Utrecht. Bloemen en vruch
tenstillevens. Tot 7 Mei.
Arti et Amicitia, Voorjaai stentoonstelling.
t