Historisch Archief 1877-1940
të.
f4
De Groene Amsterdammer van 29 April 1933
No. 2917
Versnelde bruggenbouw
C. A. Klaasse
Een nieuwe maamlooze Vennootschap
Over hefi nut van het doen verrichten van
,,overheidswerken" in tijd van depressie op economisch
gebied is heel veel geschreven, nog meer gesproken,
of althans gepraat, maar gedaan is er bitter weinig.
En toch is dit n van de weinige maatregelen
waardoor de overheid onmiskenbaar en direct meer
werkgelegenheid schept. Van beschermende rech
ten, contingentëering enz., kan men altijd nog
zeggen, dat zij de tendens hebben den gunstigeu
invloed op de afzetmogelijkheid der inheemsche
nijverheid weer ten deele te compenseeren door de
vermindering van de export, die vaak het directe
of indirecte gevolg zal zijn. Van steunmaatregelen
in den vorm van subsidies, minimumprijszettinp,
maalgebod en dergelijke kan men zeggen, dat zij
niet meer dan een verschuiving van inkomen teweeg
brengen, zij het dan dat zulk een verschuiving de
nadeelen van de depressie kan verzwakken. Maar
wanneer de Staat zelve opdrachten gaat geven, dan
moet dat perséde totale werkgelegenheid
vergrooten, tenzij, wanneer de Staat de werken niet
had laten uitvoeren, anderen dit zouden hebben
gedaan, of er een dusdanig schaarschte aan kapi
taal is, dat nu de Staat voor de uitvoering der
werken kapitaal gaat aanwenden, zulks beteekent
dat er voor andere bestemmingen evenveel minder
geld beschikbaar is. Het eerste zal niet dan in hooge
uitzonderingsgevallen zoo zijn, en voor gebrek aan
kapitaal behoeft men in een depressie althans in
deze niet te vreezen.
Zoodat er voor zulk een politiek heel veel te
zeggen is. De conjunctuurbeweging wordt ver
oorzaakt doordat in den haussetijd aan alle kanten
uitbreidingen tot stand worden gebracht die een
productiecapaciteit voor geruimen tijd scheppen;
zoodra al die werken zijn uitgevoerd treedt een
reactie in en in het volgende tijdvak van depressie
laat vrijwel geen enkel bedrijf aan zijn outillage
werken. De concurrentie dwingt de ondernemers in
de hausse aan den wedloop mee te doen, maar
wanneer het economisch organisme centraal be
stuurd werd, zou men nimmer zulk een systeem
volgen van nu eens alles dan weer niets". De Staat
valt buiten dien concurrentiestrijd en kan zich
permitteeren om economisch" te zijn in
diervoege, dat hij zooveel mogelijk zijn orders plaatst
wanneer het bedrijfsleven alleen het hoognoodige
bestelt, en uit de markt blijft" wanneer de nijver
heid in koortsachtige haast werkt. Aldus kan een
nivelleerende werking worden verkregen, niet
alleen omdat de inzinking der depressie wordt
verzacht door de orders die de Staat dan geeft,
maar tevens omdat de hoogconjunctuur tot ge
ringere hoogte komt, wijl niet ook de Staat meedoet
aan de stimuleering van de hausse. Daarbij komt
dat de uitvoering van groote werken in malaisetijd
goedkoop is; privaateconomisch beschouwd omdat
de gelduitgaven geringer zijn als gevolg van ge
daalde materiaal- en arbeidskosten, en
maats 'happelijk in nog veel sterker mate omdat feitelijk
deze werken in het geheel niets kosten, voorzoover
althans geen buitenlandsche materialen worden
ingevoerd.
Een groot deel van de werkzaamheden
kan ongetwijfeld worden verricht door het in zoo
omvangrijke mate braak liggende kapitaal en
eveneens ongebruikte arbeidskracht. Ook al be
taalt dus de staat millioenen voor zulk een werk, de
maatschappij kost het weinig of niets; het kapitaal
dat nu in de constructie wordt gestoken zou anders
maatschappelijk verloren zijn, al zou de
individueele bezitter dat niet merken.
Er is dus heel veel voor dergelijke projecten te
zeggen, en er wordt als regel weinig' tegen inge
bracht.
De geopperde bezwaren zijn in het kort
de volgende. In de eerste plaats zegt men soms dat
het niets dan een uitstel van executie betreft,
omdat het immers niet gaat om een totaal van
meer orders door de overheid, alleen
eentijdsverschurving. Dat is inderdaad juist, maar die ver
schuiving is wel degelijk van groot nut; in den
grond beteekent zij niet alleen een verplaatsing van
werkgelegenheid, maar een creatie daarvan. Omdat
in de hoogconjunctuur werken, die de overheid doet
uitvoeren, vaak productieve krachten aan andere
bestemmingen zal onttrekken, zoodat niet de
totale productie dan omhoog gaat ! liet
tweedebezwaar is dat het noodige kapitaal irr de de
pressie niet te krijgen is. De ervaring heeft inder
daad geleerd, dat, indien de malaise leidt tot een
financieele crisis, tijdelijk de markt voor
overheidsKUNSTZAAL
VAN LIER
DOORLOOPEND
TENTOONGESTELD
ROKIN 126 . =
AMST ERDAM
BEZICHTIGING V R ld
KUNSTWERKEN VAN
JONGE HOLLANDSCHE
EN BUITENL. MEESTERS
leeningen niet open" is, maar als die tijdelijke
invloeden voorbij zijn, zijn er zeer omvangrijke;
kapitalen ter beschikking van de overheid,
althanswanneer men daarmee productieve werken wil
uitvoeren. De angst dat daaraan de centrale bank
te pas zou moeten komen voor de financiering is
geenszins gerechtvaardigd, en bovendien vraagt
men zich af waarom zelfs Kulk een financiering niet
tot zekere hoogte toelaatbaar zou '/.ijn wanneer
niemand er bezwaar in ziet dezelfde
productieveen misschien wel minder productieve werken
door de industrie geëntameerd in de hausse wel
door credietschepping uitvoerbaar te maken. Ten
slotte is er het bezwaar, dat er in depressietijd
nauwelijks kans zal zijn om werken te doen uit
voeren waarvan het ..rendement" den
leeningsdienst kan verzekeren, hetgeen men als eerste
eisch stelt voor de uitvoering der projecten.
Nu zou men hierbij wel kunnen aankomen niet
den dooddoener dat de uitvoering eigenlijk maat
schappelijk niets kost. omdat braakliggende arbeid
en kapitaal daarvoor werden aangewend, en dal
is ook wel zoo, maar de Staat betaalt nu eenmaal
dien arbeiders loon, en den geldgevers rente, de
Staat neemt het kapitaal op en moet den
schuldendienst voldoen. Zoodat men de rendementseis! b
inderdaad moet stellen.
Nu verkeert n wij juist in de gelukkige omstan
digheid, dat ausgerechnet in deze depressie er (-(-n
zeer ruim arbeidsveld is voor overheidsactiviteit
op dit gebied. Het automobiel verkeer is in opkomst,
en ons wegennet is nog lang niet op een peil'
gebracht, dat met die opkomst in overeenstem
ming is.
Maar nog meer dan verbetering en uitbreiding
van het wegermet is de bouw van eerr aantal
bruggen noodig, omdat bij de overgangen zelfs van
de primaire wegen over onze groot-e rivieren liet
verkeer wordt opgehouden door overtocht per p< >nt
of bruggen die niet aan de eischen van het moderne
verkeer voldoen (schipbrug). Elke ketting is niet
l* i»
'""',.1'
XXVE FOIRE DE PARIS 1933.
PARIJSCHE JAARBEURS
van!3tot29MEI1933
TOTALE OPPERVLAKTE 40 H.A.
Ieder jaar meer dan TWEE MILLIOEN bezoekers.
In 1904 bedroeg het aantal exposanten
497In 1917 bedroeg het aantal exposanten
1750in 1922 bedroeg het aantal exposanten
4500In 1927 bedroeg het aantal exposanten 6530.
In 1932 bedroeg het aantal exposanten 7800.
Verdeeld over 32 deelnemende naties.
Voor inlichtingen en toegangsbewijzen zich Ie wenden lot:
FOIRE DE PARIS, AGENTSCHAP ROTTERDAM,
ZALMHAVEN 6 - POSTBUS 280 - TELEFOON 50605
! ! ! GEREDUCEERDE SPOORWEG- EN LUCHTVAARTTARIEVEN ! ! !
VERZEKERT
Verzekerd Kapitaal
85 MILLIOEN GULDEN