Historisch Archief 1877-1940
De Groene Amsterdammer van 20 Mei 1933
N o. 2820
r.
'
IW*
Engelsche boeken
Wat is een bloemlezing?
' Boekbespreking Evert Straat
The Albatross Book of Living
Verse. Edited by Louis Un
termeyer. Albatross Edition,
1933.
Wat is een bloemlezing ?
Mijn Verklarend Woordenboek der
iNederlandsche Taal zegt: een ver
zameling van uitgelezen proza- en
dichtstukken". Een eenvoudige be
paling, welke op het eerste gezicht
.'niets bizonders inhoudt. Helaas,
een, youdige definities hebben de onaan
gename gewoonte, raadselachtig te
worden zoodra men er over gaat na
denken. Een verzameling van dicht
ten prozastukken" daarmee heb ik
geen moeite, tenminste op het
oogenblik niet; tijdelijk heb ik genoeg
zelf'vertrouwen om te gelooven, -dat ik
weet wat een verzameling en wat een
/dic.htstuk is. Maar wat is, wat
betee? kent, wat wil zeggen uitgelezen"'?
,;Daar beginnen de moeilijkheden. Het
is duidelijk, dat zonder dat eene woord
??de definitie van mijn woordenboek
waardeloos is: een willekeurige ver
zameling van dicht- en prozastukken
is nog geen bloemlezing. Doch het is
mij verre van duidelijk, welke kracht
aan dat uitgelezen" moet worden
toegekend. Het is een dubieus, een
glibberig woord, troebel van associa
ties, bewolkt met goed" en slecht",
infit voorkeur, kennis, mode, gevoel,
begrip, smaak en alle ingrediënten
van een meer of minder vluchtige
aesthetica. Het is een cameleon
het verschiet van kleur, zoodra men
sterk de klemtoon legt op de eerste
lettergreep. Hoe langer ik er naar
kijk, hoe vreemder het wordt. . . .
Maar genoeg ! terug naar het besef,
dat ik toch eigenlijk wel weet, wat er
mee bedoeld wordt". Ben ik dan iets
opgeschoten niet de definitie van mijn
woordenboek? Neen de maker er
van heeft mij alleen maar listig om
den tuin geleid. Hij verklaarde het
begrip bloemlezing" met den term
uitlezen" en verklaarde dus eigen
lijk niets. Een bloemlezing is een
bloemlezing, daarop komt zijn bepa
ling neer. Wat ik weten wilde,
name?lijk welke eigenschap een verzame
ling dicht- en prozastukken" tot een
anthologie maakt, kon hij mij niet
?mededeelen.
Maar wie verwacht er nou ook iets
van een woordenboek, als het om be
grippen gaat? Goed, laat ik definities
en significa op zij schuiven en mij
wenden tot den man die het weten kan,
den man die bloemlezingen maald.
Deskundiger op dit gebied dan
Louis Untermeyer is zelfs onze Coster
niet. Louis Untermeyer is een
Amerikaansch dichter. Geen groote; het
heeft hem na zijn eerste verzen, die
Weinig meer waren dan brutale imi
taties van Hefhe en Housman,
bunOp e/ke wond
PUROL
dels gekost voordat hij een eigen toon
vond. Maar hij is de koning der bloemt
lezers, het neusje van de zalm der. . . .
nee, dat gaat niet.. . laat ik zeggen,
dat als er ooit een strafzaak komt ove^,
een bloemlezing, Untermeyer onver
mijdelijk tot deskundige wordt be
noemd. Hij heeft anthologieën ge
maakt van American Poetry since
1900", van ,.Modern American
Poetiy", van Modern British Poetry",
van Early American Poetry", van
Poetry for Children" enz. Hij heeft
het Amerikaansche publiek ingelicht
over The Forms of Poetry" en een
Pocket Dictionary of Verse" samen
gesteld, waarin vee' wetenswaardige
dingen te vinden zijn. En in 1931 ver
vaardigde hij een bloemlezing uit de
Engelsche en Amerikaansche dicht
kunst van 1300 tot heden, welke als
Book of Living Verse" in de bekende
Albatross-editie is terecht gekomen.
Een tikje beschadigd: de bladzijden
aan den prachtigen lyricus Housman
gewijd, zijn in de Europeesche editie
vervangen door de mededeeling
gevoelvol in versvorm gedrukt dat
Housman geweigerd heeft toestem
ming te verleenen voor het opnemen
van zijn Songs of a Shropshire Lad."
Dat is heel jammer; Housman is een
uiterst merkwaardige, typisch Engel
sche figuur, die grooten invloed op de
moderne Engelsche dichtkunst heeft
gehad; zonder een keus uit zijn verzen
is een bloemlezing. . . .
Maar wat is een bloemlezing?
Het boekje ziet er keurig' uit. Zes
honderd vijf tig aangenaam gedrukte
bladzijden in een zilveren omslag;
misschien iets te dik, doch de
Indianpaper-edition is de helft slanker en
blijft matig in prijs. Hoe zit het in
elkaar? Zes eeuwen poëzie worden
verdeeld in negen hoofdstukken; elk
hoofdstuk wordt ingeleid met een
korte karakteristiek van de periode,
waaruit gebloemleesd, bloemgelezen
waaruit gekozen wordt; een voor
woord omsluit het geheel, aan het
slot volgen uitvoerige indices, en als
toegift krijgen we de Lijst. De Lijst
van Longer Poems" die wegens ge
brek aan ruimte niet konden worden
opgenomen. It should be considered
as a supplement" zegt Untermeyer....
Die lijst is curieus. Na de drie blad
zijden aan Spenser besteed,
(Longfellow, o hemel, krijgt «r vijf (moeten wij
volgens de Lijst The Fairie Queene"
lezen. The Fairie Queene waaruit
alle Engelsche poëeten geleend heb
ben is van de orde van 30.000 of
meer verzen. De keuze uit Browning's
oeuvre wenscht de Lijst te zien aan
gevuld met de lectuur van The Ring
and the Book". Slechts 12.000 verzen.
O, ik neem grif aan, dat dichtwer
ken van dergelijke astronomische af
metingen niet in anthologieën thuis
hooren. Maar ze in den tekst rustig te
negeeren om ze daarna bij wijze van
supplement aan te bevelen lijkt mij
een zeer aanvechtbare manier van
bloemlezen.
Leerzaam is de Index of Forms
and Types". The Ballad, the elegy,
the epigram, the lyric, descriptive
verse, didactic verse, odd forms,
strange devices. . . ." alles netjes
geregistreerd. Aandoenlijk is The
DE 25 MODELKAMER/
! VAN
EOO/IHtëKK
ZÜN
/fEED/IERE2l(HÏI<iEN
F" F. SI N EMU S
Leldschestraat 20-22
AMSTERDAM C.
Overhemden
naar maat vanaf f 8.5O
PRIMA COUPE
Eigen Atelier
SLAAPT U WERKELIJK GOED?
Zoo niet, beoordeel dan
onze comfortable en heerlijk
zachte matrassen. Wij maken dezen,
zooals U die ook in net buitenland vindt.
KOLDEWEY & CORBIERE
LEIDSCHESTRAAT 30 - TELEFOONNO. 37752 - AMSTERDAM
Tweede week in de uitkijk*
trouble in paradise
regie: ernst lubitsch
bl] de Leldichutrait
Telef. 37460
leeftijd 18 jaar Dsgelijk» 2.30,7.30 sn 9.30
VICTORIA-WATER
Nederlandsche Mij
OBCRIANMSTCIM
Opgericht 1887
Lullaby" als aparte dichtvorm. Voor
de fameuze Spenserian Stanza worden
we noodgedwongen naar Byron en
Keats verwezen, want Spenser zelf
kreeg immers maar drie bladzijden,
nauwelijks genoeg voor een paar
sonnetten.
Over de verdeeling der beschikbare
ruimte zou te twisten zijn. Ik heb er
niets tegen, dat Kcats en ('oleridge
ieder ongeveer 20 bladzijden krijgen
toegewezen. Doch de gradatie Burns
13, Blake 9. Kosetti O en Swinburne
4 J begrijp ik niet. De Amerikanen
hebben niet te klagen ; Walt Whitman
krijgt 10 bladzijden. Poe 7, Kobort
Frost S. Maar Ruport Brooke krijgt
er slechts 2 J, Kobert Brul ges maar 2
en Joyce, Lawreiice en ,.AE"
heelemaal niks.
En Shakespeare ? Dat is een moeilijk
geval. Er bestaat een ..Oxford Book
of Greek Poetry" waarin van de (iOO
bladzijden 100 voor Homerus worden
gereserveerd. Untermeyer denkt over
de verhouding tusscheii beteekenis en
plaatsruimte anders: hij bedeelde
Shakespeare met 15 pagina's, tien
minder dan Milton. Zulks op grond,
dat de beperktheid der beschikbare
ruimte hem dwong ,,to oniit all blank
verse passages from poetic plays.."
In oen .Book of Living Verso" is voor
de machtigste dichtkunst, do hoek
steen der KngelscJic litteratuur geen
plaats.
Dat brengt mij via het voorwoord
terug naar mijn vraag, wat een bloem
lezing is. Untermeyer doet zijn best
uit te leggen, wat hij onder Living
Verse" verstaat. Hij is niet erg duide
lijk. The selections in this volume are
living poetry in the sense that they
have persisted in spite of chauging
times and sluiting tastes. Tlms they
seern to possess the quality which
implies permanence. They are
furthermore living, since they contain
that vitality which is independent of
form and fashion". Hoe vaker ik
deze zinnen lees, hoe meer ze op tauto
logieën beginnen te lijken. Dat
furthermore" is al heel mooi: wat er
achter volgt is precies gelijk aan wat
er aan voorafgaat. De stelling, dat
levende verzen ritalUeit en duurzaam
heid moeten hebben, kan toch be
zwaarlijk als criterium voor een keuze
dienst doen. Ik verdenk Untermeyer
er van. niets anders te bedoelen. <lari
dat levende poëzie de poëzie is, die
hij goed en mooi vindt, of ruimer ge
zegd, levende verzen zijn goede ver
zen; slechte verzen zijn dood en nooit
verzen geweest. Zoo is het toch eigen
lijk, (jraaf in de litteratuur van ver
vlogen eeuwen on ge zult altijd onbe
kende producten vinden, die leven
zoodra ze ontdekt zijn, eenvoudig
omdat ze goed zijn. Untermeyer
spreekt van verses whose essential
quality is acknowledged by the caught
breath and the quickened pulse".
Doch dat onderstelt, als detector voor
poëtisch gehalte gebruikt, ten eerste
een ondenkbare gelijkheid van recep
tiviteit, en ton tweede een idealen waar
nemer, wiens gevoeligheid onverander
lijk zuiver en wakker is. Zoo'ri
wondermensch zou trouwens al heel gauw
ontdekken, dat er aan vergeten modes
en vervlogen smaken gebonden
poëy.ie bestaat, die prachtig is en tin
telend van leven, mits men die mode
en die smaak kent, begrijpt en waar
deert. Elke letterkunde kent het ver
schijnsel, dat morsdood gewaande
dichtkunst weer opleeft, gelezen wordt
en triomfantelijk in ? bloemlezingen
wordt ingehaald.
K n wat is het resultaat van
Untermeyer's jacht op levend wild? Een
bundel prachtige verzen. Een boek.
waarin jammerlijk veel niet te vinden
is, doch welks inhoud men geenszins
minder waardeert omdat men hem
grootendeels ook in andere antholo
gieën aantreft. Maar een bloemlezing ?
Bloemlezingen zijn verzenbundels.
bestemd om ons grondig te ergeren.