Historisch Archief 1877-1940
No. 2922
?De Groene Amsterdammer van 3 Juni 1933
13
Teekeningen van kinderen
«r
r
«
M. H. Sanders
F tg.
izjange jongen
Houdt nu maar op, zei de huisschilder bij
wien hij als leerling in dienst was, tot den jongen
orki, met dat schoonmaken van de messen en
kwasten, en probeer eens of je dit huis, met al zijn
vensters en versiersels na kunt teekenen. Hier heb
je passer en liniaal, je meet alle lijntjes van de
teekening op, zet ze als punten op het papier af en
verbindt ze dan netjes met vertikale en horizontale
lijnen ! Vooruit maar !
Gorki deed zooals hem gezegd werd, maar het
resultaat was bedroevend, de gevel kwam onwaar»
schijnlijk scheef te hangen, van de schrik vluchtten
alle ramen naar den zijkant en een ervan kwam
buiten het huis ergens in de lucht te hangen. Do
hoofdingang verdwaalde naar de 2e tage, de
kroonlijst kwam midden in het dak en het dak
venster bovenop den schoorsteen te zitten. Wan
hopig en met tranen in de oogen keek de jonge
Gorki naar de mislukte teekening, toen besloot hij
om haar zoo goed mogelijk nog te verbeteren. Hij
teekende overal op het dak en de kroonlijst allerlei
vogels, op de straat voor het huis schetste hij
menschen met parapluies en dwars over het papier
trok hij een groot aantal schuine lijnen.
Op de verwonderde vraag van den schilder
wat dat beteekenen moest antwoordde Gorki:
het, uh regent. Als het regent zien de
huizen er altijd scheef uit omdat de regen zelf
scheef is. En de vogels komen dan altijd op het dak
schuilen. En die menschen met de parapluies gaan
naar huis toe, die juffrouw is gevallen en dat daar
is een koopman met meloenen. ...
* *
*
De reactie van Gorki op het onkinderlijke voor
beeld dat hem voorgelegd werd, was die van een
normalen jongen. Terwijl meisjes in hun
teekeningen vaak nog een zekere neiging naar het sta
tische en decoratieve toonen is de teekening van
jongens bovenal dynamisch; zelfs wanneer zij een
huis uitbeelden is altijd de rook die uit den schoor
steen komt een der belangrijkste faktoren. De
richting Daarin deze rook waait hangt overigens
niet logisch samen met de windrichting maar wordt
vaak, onbewust, bepaald door de decoratieve
eischen der vlakvulling (fig. 3. 4-jarige jongen).
Ook de kleuren zijn niet naturalistisch, maar
emotioneel aangegeven. Hoofdzaak voor den
jongen teekenaar blijft altijd .de inhoud, deze is
echter zeer verschillend naar gelang van het
milieu en den tijd waarin de teekening werd ver
vaardigd. In de teekeningen van Russische kin
deren, zooals die te vinden zijn in het aardige
boekje van J. A. Baschilof ,,het kind als kunste
naar", weerspiegelt zich de geheele periode van
oorlog, revolutie en opbouw (fig. 2. 13-jarig meisje)
(fig. l, 12-jarige boerenjongen). De teekening
Meidag in het dorp", bewijst, hoezeer de teekenaar
reeds tracht hoofdzaken naar voren te brengen, b.v.
door de sterk vergroote figuur van den redenaar.
Tegelijkertijd weerlegt deze teekening de bewering
alsof kinderen slechts het z.g. Egyptisch perspec
tief zouden kennen. Proeven wijzen uit dat kin
deren die slechts eenigszins boven het middelmatige
uitkomen reeds zeer vroeg zelf een zeker natuurlijk
perspectief in hun teekeningen aanbrengen. Het
Teekening van een kind,
'dat het
Montessori-onderwijs 'volgt \Twee
kleurkrijtjes en papier vormen
het materiaal
Fig. 2
meise
Fig. 4
verhaaltje, als inhoud der teekening treedt reeds
vroeg op den voorgrond. Na een periode van
krabbels (tot 3 jaar) begint het kind menschelijke
figuren te teekenen, waarbij echter de samenhang
tusschen de verschillende lichaamsdeelen nog
ontbreekt. Vooral het lichaam wordt dikwijls
vergeten of minimaal klein geteekend. De teeke
ningen hebben vaak reeds een bepaalde voorstel
ling (fig. 5, meisje van 4 jaar): sleetje glijden.
Het gezicht wordt bijna altijd en face, het
lichaam dikwijls ook en profil geteekend. Daarbij
teekent het kind ook dat wat het niet ziet, maar
waarvan het weet dat het bestaat, b.v. de tweede
arm die achter het lichaam schuil gaat.
* *
*
Dat het zelfstandig teekenen voor de ontwikke
ling van het kind van groot belang is ligt voor de
hand. Het bevordert vastheid van hand, zelf
expressie en opmerkingsgave. Het kind aanvaardt
hierbij in het algemeen gaarne hulp en leiding,
maar deze kan meer bederven dan goed maken
wanneer ze onpaedagogisch wordt gegeven. Het
zou b.v. dwaasheid zijn den teekenaar van fig. 3
er op te wijzen dat zijn locomotief technisch niet
modern is. Dit valt buiten het kinderlijke bevat
tingsvermogen, beter is het te trachten om mede te
bewonderen wat de teekenaar in zijn plaatje
geslaagd vindt.
De allerslechtste methode echter is die van
het kopieeren. Zielloos kopieerenlkan slechts de
tit» t,ti i
^jarige jongen
lust van het kind tot fantasie en tot weergeving
van sterke indrukken, verzwakken. Nog erger
wordt het, wanneer men, zooals op vele
Nederlandsche lagere scholen nog altijd gebeurt, door de
kinderen z.g. schetsjes naar de natuur van vol
wassen kunstenaars laat nateekenen. Het kind
leert dan a.h.w. door de oogen van een ander de
natuur zien en verliest zijn eigen, kinderlijken kijk
op de hem omringende wereld. Wel kan de onder
wijzer vaak stimuleerend optreden, b.v. door den
kinderen een onderwerp voor te stellen: een
tooneelvoorstelling of film die ze gezien hebben, een
gelezen verhaal, een school- of huisfeestje. Sterk
stimuleerend werkt over het algemeen ook het
verschaffen van telkens verschillend teekenma
teriaal (kleurkrijt, houtskool, pastei, waterverf,
oost Indische inkt enz.), de kinderen zijn er dol op
met nieuwe uitdrukkingsmiddelen te experimen
teeren. Slecht teekenmateriaal echter werkt buiten
gewoon deprimeerend.
Het teekenwerk van kinderen is even interessant
uit een artistiek als uit een cultuurhistorisch en
paedagogisch oogpunt. De invloed van
kinderteekeningen is onmiskenbaar bij groote kunstenaars.
Cultuurhistorisch hervinden wij in de
kinderteekening de verschillende ontwikkelingsperioden"
der menschheid. Paedagogisch is de lander
teekening van belang om de gedachtenwereld en
het geestelijk peil der kinderen te leeren kennen.
Van Anatole France is de uitspraak dat het kind
een onbegrepen genie is, een gedachte welke wij
uitgewerkt vinden in de woorden van Alle kin
deren zijn geboren kunstenaars. Sommigen hebben
minder gaven en talent dan de anderen. Maar het
is een misdaad van den kant der ouders en opvoeders
wanneer zij deze gaven niet tot ontwikkeling bren
gen. Het teekenen behoorde in het onderwijs een
even groote plaats in te nemen als lezen en schrij
ven."
Het was feitelijk niet noodig geweest dit zinnetje
te citeeren. Ook op een der bijgebouwtjes van het
Rijksmuseum staat met fraaie sier letters: teeke
nen is lezen en schrijven tegelijkertijd". Er zal ech
ter, vreezen wij. nog veel water door de sluizen van
I Jmuiden vloeien, eer deze spreuk in zijn volle
beteekenis tot alleNederlandsche paedagogen doordringt.
4jang meisje