Historisch Archief 1877-1940
Verzamelaars van tinnen soldaatjes
^
14
De industrie van de tinnen sol
daatjes heeft te Neurenberg haar
oorsprong genomen. Na den oorlog
is men er op groote schaal in Frankrijk
mee begonnen en het genootschap
der verzamelaars van die soldaatjes
is er enkele jaren geleden opgericht.
Het is een internationaal verbond,
dat zijn takken voornamelijk in
Nederland, Engeland, Belgiëen
Duitschland heelt. Uit den aard
van de zaak is het ledental beperkt,
want daarvan deel uit te maken
onderstelt een bizondere belangstel
ling en verder de mogelijkheden om
deze uit te voeren. Want het wordt
al gauw een passie zooals het ver
zamelen van wat ook, schilderijen
of lucifersmerken, muziekinstrumen
ten of Ja:ansche platen. Br gaat
veel tijd en geld in zitten en van
net een komt men tot het ander.
Het vordert nauwlettende studie en
door middel van een blaadje blijven
de leden van het genootschap met
elkaar in verbinding. Een levendige
briefwisseling is daarvan het gevolg,
net als bij de kinderen, die
Verkadeplaatjes uitwisselen.
Met deze collectionneerwoede is
men eigenlijk nooit uitgepraat. De
mogelijkheden, die de geschiedenis
biedt, zijn eindeloos. Uit het inter
nationale karakter volgt al,
dat men zich niet tot dit of
dat land beperkt. De heer
Oh. B". Keiler, de nieuwe voor
zitter, heeft me daar geest
driftig van verteld. Hij drijft
in heel andere zaken handel,
maar de tuinen soldaat is zijn
violon d'Ingres en zoo zijn de
anderen. Met nadruk zei hij:
wij zijn geen militaristen en
ten bewijze ging hij de leden
lijst na. Hij kent bijkans allen
persoonlijk en weet, wat ze
in het leven doen. Het zijn
vogels van diverse pluimage
en maar voor een heel gering
percentage officier of
gepensionneerd militair. Sterker!
' Léon Bluni, de socialistische
leider en overtuigd
antimilitarist, deelt dien lust en van
overheidswege hebben zij
nooit aanmoediging gekregen.
,, Of.... dit is niet meer
heelemaal juist. Toen ik bij
hem was werd de heer Keiler
opgebeld door generaal
Mariaux, gouverneur van het Huis
der Invalieden, of hij van de
collecties een tentoonstelling
in het Museum van het leger
H. van Loon
zou willen maken. De voorzitter stak
beide armen in de lucht van blijdschap.
De leden vergenoegen zich niet
met een copie, angstvallig getrouw,
van uniformen. Deze en hun dragers
worden in de passende omgevingen
gezet. En deze omgevingen hebben
noch uitsluitend op den oorlog noch
op het verleden betrekking. Diorama's,
die op een jaarlijksche tentoonstelling
van het genootschap te prijk hebben
gestaan, toonen de verrassing van
Gent in 1745, een palenstad in het
Vierwoudstedenmeer. een episode van
den slag aan de Marne en matrozen.
En een Nederlander, de heer H. J.
Wijsman, in den Haag. lid van het
genootschap en correspondeerend lid
van de militaire vereeniging Passepoil,
heeft een indrukwekkend diorama
gemaakt van een gedroomden
wapenschouw, dien Napoleon, onder den
Are de Triomphe, door zijn staf
omringd, het groote leger afneemt.
En zulke actieve leden telt het meer
in ons land. Generaal Hoefer, direc
teur van het oorlogsmuseum, is
ties vertoond worden en op het
oogenblik is men doende, liet contin
gent Hollandsche soldaten van vroe
ger uit te breiden.
Met alle leden worden
kameraadschappelijke verbindingen onderhou
den. In Duitschland wonen er een
tiental en daar verschijnen twee
bladen, die de voorzitter bijhoudt.
Het spreekt van zelf, dat de Duitsche
vereeniging veel meer leden rijk is
en dat de soldaatjes niet voor kin
deren bestemd zijn.
Men heeft meenen op te merken,
dat, sinds den oorlog, die doozen
. in de winkels minder gevraagd wor
den. Daaruit is afgeleid, dat de jeugd
zich meer en meer van die ..milita
ristische sport" afwendt. Er is alles
voor, deze neiging bij onze jongens
aan te wakkeren. Vooral in een
land, dat zwa,ar onder den oorlog
geleden heeft, is het te begrijpen,
dat de ouders de aandacht van de
kinderen op andere dingen richten.
Men moet volwassen zijn om voor
De levende menschen zouden hen
dermate teleurgesteld hebben, dat zij
zich liever naar de levenlooze keeren.
Ook met die onderstelling zou men
op den verkeerden weg zijn. Wat ik
van die heeren zag en hoorde is
een-en-al levenslust en razende activi
teit. Er zijn er, die er eigenlijk heel
den dag mee bezig zijn. Een bankier
moet een kluis met die figuurtjes
vol hebben, maar dat is een geheim.
En het is grappig op te merken, dat
deze liefhebberij de zeden verzacht.
In deze vereeniging heerscht een
roerende eensgezindheid, die onder
andere aan de gemeenschappelijke
eetpartijen blijkt.
U moet vooral niet denken, dat
het allemaal rijkaards zijn. Alle lagen
van de samenleving, om zoo te
zeggen, zijn vertegenwoordigd. En
de stichting van een uitsluitend
aan deze soldaatjes gewijd museum
wordt overwogen.
Ze zijn van tin, niet van lood en
soms van aluminium en terra cotta.
De vroegere looden soldaatjes waren
bol of massief, deze zijn plat en fijn.
De aanmaak is duur en een werk
van uiterste nauwkeurigheid. Ze wor
den geteekend, gesneden, gekleurd
de tinnen soldaten verzameling den
eerelid. Niet lang geleden is de l rechten zin te
krijgenvoorzitter van het verbond bij hem i Lieden met philosophische aanleg ___ _._ , 0 _ , 0
op bezoek geweest. In het museum ^kunnen daaruit tot een zekere levens- en sommige soorten kunnen
bewede'Doorwerth kan iets van die collec- ^moeheid bij de verzamelaars besluiten, 'gen. De beste schilder-teekenaars zijn
Rousselot, Burkhalter en
Gaucher, maar het komt ook
voor, dat leden zelf van die
poppetjes maken. Verschil
lende technieken worden daar
bij toegepast. Na de taak
van den graveur en het ont
werp op papier moet naar
het negatief een vorm ge
maakt worden. In Frankrijk
bedient men zich daartoe van
brons, dat duur is maar om
/.oo te zeggen on verslij tbaar
De Duitschers stellen zich
daartoe met lei tevreden. Het
kleuren is een delicaat werk.
De belangrijkste perioden,
zijn de liomeinsche tijd, die
van den honderdjarigen oorlog,
van Lodewijk XIII. XIV
en XV, het keizerrijk,
Louis Philippe en Napoleon.
Niet alle voorstellingen
dragen een militair karakter.
Er zijn twee tafereelen
uit den tijd van Nero en
een parelvisscherij bij Tahiti.
Kn de Assyrische en Egyp
tische tijd zijn evenmin ver
geten als de brand van Moskou
in 1812.
t V