Historisch Archief 1877-1940
DE VIER AVEKEN VAN
MENEER KRANENBURG
Teekenlujjcn J. F. Doeve
Tweede week
Een maand vacantie is een heele
tijd en na de eerste week begint de
werkeloosheid iemand te drukken.
' Ik verlang terug naar mijn oude
' omgeving ik heb dat ieder jaar ?
: en ten alotte is het idee niet aangenaam
dat iemand gemist kan worden.
Hetzelfde bespeur ik bij mijn vrouw,
die alle mogelijke werkjes verzint
en toch niet goed weet te maskeeren
dat zij in de natuur volkomen nutte
loos is, omdat er niets in te koopen,
niets te verstellen of te bedisselen
valt. De eerste dagen smaakt alles
goed omdat je het niet zelf klaar
gemaakt hebt, doch dan ontdek je
ineens een vlieg in de jampot de
kip heeft "het ei wat lang vastge
houden, zoodat het als een onbestel
bare brief weer naar de keuken
teruggaat die eeuwige ontbijtkoek
en die plakjes rookvleesch zijn zoo
taai als een ministerieele aanschrijving
en het regent.
Wij zqn hier tamelijk vol. Er is
een kapitein van de militaire
admini? stratie een kwartiermeester noemen
wjj dat en dat geeft een beetje
aansluiting omdat ik zelf
reserveofficier ben en door de
postadministratie een weinig administratief con
tact heb ook. De man weet niet veel
meer van legerzaken af, want hij
beeft nooit voor den troep gestaan
?en zijn vrouw maakt een beweging
alsof ze niet net zoo goed als wij
iedere maand de eindjes aan elkander
moet knoopen. Wij hadden het van
daag nog over de verlaging van de
ambtenaarstractementen en ofschoon
wij het er over eens zijn dat
erbezuinigd moet worden is het toch te gek
dat men het allereerst bij de ambte
naren begint, die zich maar als
geduldige schapen laten scheren. Voor
al de hoogere ambtenaren, waartoe
ik dan in dit geval den kwartier
meester óók reken. Wij betalen be
lasting en pensioen en hebben niet
Het ei....
de gelegenheid nog eris wat af te
trekken voor onkosten iedereen
weet op een haar wat wij verdienen
en het is goed en wel dat het een eer
is het Rijk te dienen, als het het
Rijk blijft en niet teveel het Arm
wordt. De mindere man heeft het
goed hij is in de
bus en woont goed
koop en alles wordt
voor hem gedaan, van
wege het soicalisme
doch van ons wordt
verwacht dat wij con
servatief stemmen,
zonder er ooit iets
voor terug te krijgen,
dan eenjOranje-Nassau
de kwartiermeester
nog met de zwaar
den dat alles op
een leeftijd dat je er
niets meer aan hebt.
Je kunt niet den
heelen dag bridgen
het is trouwens een
ergernis want de vrouw
van den kwartier
meester doet de meest
stomme dingen en
dan kun je er nog
met een beleefd ge
zicht bij zitten en
terwijl de vrouwen
TT- handwerken zitten wij
De vrouw van den kwartiermeester dan te praten over de
Op zijn
dingen van den dag. Men pakt de ge
meenteambtenaren aan, inplaats van
de Rijkssalarissen op het peil van de ge
meenten te brengen. Als je nagaat dat
een jong commies minder verdient dan
een Amsterdamsche brigadier, die niets
anders te doen heeft dan
doorloopen" te zeggen tegen menschen
die staan willen blij
ven en halt" tegen
menschen die weg
willen loopen. De
democratie heeft al
les in het honderd
gestuurd ze leert
menschen lezen die
verder hun heele
leven niets anders
doen dan opruiende
dingen lezen, niet de
kennis die de Staat
hen heeft helpen
verwerven. Gelukkig
is er nu een kentering
want als mr. Duys
voorstelt voortaan
Koningin met een
hoofdletter te schrij
ven, moet er heel wat
gebeurd zijn. Ik
vraag me alleen af
hoeveel hoofdletters
Hét Volk zal moeten
bestellen om goed
te maken wat het met lichtvaar
dige taal bedorven heeft.
jEr is een piano in het pension en
de vrouw van den kwartiermeester
schept lederen avond op met wat ze
geleerd heeft. Het zou allemaal goed
en wel zijn als ze er niet bij zong
en de madam moet nog net als een
kanarie met lekkere hapjes van com
plimenten gevoerd worden. Hoe
vindt u het" zei ze, toen ze aan n
stuk de liederen had gezongen van
een varensgezel of zoo iets. Ik wou
beleefd blijven en ik zei dat het geen
stuk was om voor den eersten keer
te hooren. Dat ik onmuzikaal ben
wil ik niet beweren, maar er zijn
grenzen en muziek die ik niet volgen
kan is geen muziek.
Tusschen de buien door gaan we
dan maar weer eens wandelen wij
praten over den toestand in
Duitschland, over boeken, over vraagstukken
van volkshuishouding en andere din
gen. Er is ook een inspecteur van de
belastingen in ons pension, die een
beetje scheef aangekeken wordt en
een eenzaam leven leeft. Hij heeft
ook van die rare manieren als
wij iets discussieeren en men geeft
een antwoord, dan kan hij ineens
op de manier van daar-heb-ik-je"
uitvallen: aha ! Ziet u wel, dat
geeft u dus toe ! Wij hebben er een
avond zelfs kwestie over gehad en
de kwartiermeester, die niet op zijn
mondje gevallen is, zei dat hij in die
atmosfeer van wantrouwen niet leven
kon. U moet bliksems goed begrijpen
dat wij hier zitten als pensiongasten
eri niet als reclamanten voor de
inkomstenbelasting" zei hij en de
inspecteur werd rood en bood excuses
aan. Ten slotte kan de arme kerel
het niet helpen. Hij vertelde iets
van zijn vak iedereen probeert
hem natuurlijk te pakken te nemen
en zoo heeft hij geleerd zelfs de woor
den van den dominee nog eris een
paar keer rustig te bekijken en te
vergelijken, alvorens ze aan te nemen.
Het is trouwens met u niet
anders, zei hij tegen mij. Een enkelen
keer als ik u de mosterd vraag kan
u die zoo verstrooid en zwijgend
toeschuiven als kocht ik postzegels
bij u. En de kwartiermeester monstert
iederen avond de vleeschschotel alsof
hij tellen wilde voor hoeveel personen
er is ingekocht.
Er is n vent dien ik niet vertrouw
kamer heb ik gezien.
in het pension. Hij noemt zich jour
nalist en ik heb er een vermoeden
van dat hij het pensionleven bestu
deert, want hij vraagt honderd dingen,
zoodat ik bang ben dat hij mij in
de wielen rijdt. Het is een lange
man met een grijze sik en ik ver
trouw de kleur niet, want den cenen
dag is zijn kin minder grijs dan de
andere. Hij kan me zoo
gemeensarcastisch lachend zitten aankijken,
hoewel hij erg vriendelijk doet en
ik geloof dat hij zich ir> het geheim
over de heele boel vroolijk zit te
maken. Een paar keer heb ik hem al
op zijn nummer gezet, maar hij
schijnt er zich geen steek van aan
te trekken.
Wat denkt u eigenlijk van de
drooglegging van de Zuiderzee? heeft
hij mij gisteren gevraagd en ik gaf
hem te verstaan dat ik niet sprak
over dingen waar ik geen verstand
van heb.
(Slot op pag. 20)
De dames handwerken