De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1933 15 juli pagina 11

15 juli 1933 – pagina 11

Dit is een ingescande tekst.

EN DIEREN rkiie zooals het was en is "- ' *f meP Mensch en Dier DE UITGAVEN w \Eipper,Op reis met mensch en dier '?' Paal Eipper, Op reis met mensch en dier. Andries Blitz, Amsterdam. Wat ons, als kinderen, het meeste pakte in ie Bijbelsche verhalen is ongetwijfeld Noach's Feis met de ark. Hét avontuurlijke van het reizen en trekken, de verzameling wilde en ^omme dieren en de oude Noach, die als sacbtmoedige dompteur tegen wien het felste lid der dierenbescherming geen bezwaar i»n hebben te midden van zijn dieren .eeft, dit alles doet het hem. De aantrekkings kracht tot de romantiek van het circus, Het zjjn exotische menschen en dieren, alijft ons heele leven in ons sluimeren. Er sijn wel uitzonderingen, maar groot in aantal kunnen deze niet zijn, want bij circusvoorjtellingen stroomt het publiek van alle tantentoe. En geniet metkinderlijke vreugde. De protesten, die in de laatste jaren tegen In dierendressuur [opgingen, voor het eerst door Jack Londen geuit, hebben aan de daadwerkelijke belangstel ling wel schade gedaan, doch zij waren niet in staat ver bod van vertooningen met getemde dieren in het leven te roepen. paul Kipper, dien wij als dierenvriend en als beschermer van het dier uit geschriften en uit][bezwaren tegen een zekere film, waarin volgens hem van dierenmishandeling sprake was, hebben leeren kennen, komt in zijn circusboek (in een Hollandsche vertaling onder den titel: Op reis met mensch en dier, bij Andries Blitz verschenen) op voor de circus ondernemers en voor de temmers. Hij ontzenuwt de verhalen over dieren mishandelingen in een moderne circusondèrneming volkomen. Uit dit genoeglijke circusverhaal blijkt overigens, dat Jack Londen en zijn mede-protestanten toch wel de gelijk gelijk hebben gehad, want anders kon Eipper niet schrijven, dat, tot ongeveer 1890, leeuwen, tijgers of beren uit hun slaap opgejaagd wer den door het voorhouden van bran dende pekfakkels en door het stooten met gloeiende ijzers, waarna de tem mer zich met knuppel en zweep in den wagen waagde en de dieren aandreef tot het springen over hindernissen en door hoepels. Tot slot vuurde hij een revolver af en verdween. De laatste jaren is het echter anders; al zal na 1890 hier en daar toch ook wel eens de oude, barbaarsche methode zijn toegepast. Omstreeks 1880 hebben de gebroe ders Wilhelm en Caii Hagenbeck de tamme dressuur" uitgedacht, een methode die thans overal wordt toe gepast. Deze methode bestaat dan hierin, dat de jonge dieren niet worden getemd en niet worden gedwon gen om een zeker showstuk te vol brengen, doch dat de temmer ieder jong dier dagen en dagenlang aan dachtig beschouwt, met hem speelt en vecht, en zijn eigenaardigheden op neemt. De alsdan ontdekte eigenschap pen van het jonge dier, die ge schikt zijn om tot een circusnummer te worden gekweekt, worden ont wikkeld ; het dier iets laten verrichten wat niet in zijn aard ligt is onmogelijk. Bovendien wordt het beest met zacht heid en vriendelijkheid behandeld en zijn vreet- of vraatzucht benut om het dingen te laten doen, die later in het circus den indruk van een .,nummer" geven. Van dressuur en temmers, van acrode Grieksche wijk van Konstantinopel. Illustratie uit Dr. Noordman's boek over Turkije baten, van ruiters, van clowns, van paarden, van danseressen en van tijgers, leeuwen, olifanten, van exo tische menschen en van vreemde volken, die in het circus werken, vertelt Eipper op prettige wijze. Het boek is min of meer een dagboek over een twintigtal dagen, die Eipper in een groot circus als gast doorbracht, Hij reisde met den troep mede, hij kende de ondernemers, de employé's en de artisten reeds van vroegere reizen en had voor dit doel de beschik king over een woonwagen. Zoo nu en dan gelukt het hem de sfeer van het circus, het binnenloopen van het publiek, het ..groote nummer" en de stemming op de zadelplaats en in het circuskamp goed te treffen. Over het algemeen loopt hij gemakkelijk over de dingen heen en gaat niet diep. Als een journalistiek spannend circus-boek is dit werk overigens wel geslaagd. Soms is de schrijver een beetje ver velend in zijn overdrijving om de circusmenschen onder glazen stolpjes te zet ten. Wij krijgen dan den indruk, dat de circusartisten alle slechte eigenschap pen missen, die den gewonen mensch in de maatschappij aankleven .Voor hei ligen in woonwagens gevoelen wij niets. De illustraties van Heda Walther zijn voortreffelijk. Een 3-tal daarvan is hier nevens afgedrukt. ADAM WEEVERS D e geplooide kolos. Uit: Paul Ei p per,O p reis met mensch endier

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl