Historisch Archief 1877-1940
EN DIEREN
rkiie zooals het was en is
"- ' *f
meP Mensch en Dier
DE UITGAVEN
w
\Eipper,Op reis met mensch en dier
'?' Paal Eipper, Op reis met mensch en
dier. Andries Blitz, Amsterdam.
Wat ons, als kinderen, het meeste pakte in
ie Bijbelsche verhalen is ongetwijfeld Noach's
Feis met de ark. Hét avontuurlijke van het
reizen en trekken, de verzameling wilde en
^omme dieren en de oude Noach, die als
sacbtmoedige dompteur tegen wien het
felste lid der dierenbescherming geen bezwaar
i»n hebben te midden van zijn dieren
.eeft, dit alles doet het hem. De aantrekkings
kracht tot de romantiek van het circus,
Het zjjn exotische menschen en dieren,
alijft ons heele leven in ons sluimeren. Er
sijn wel uitzonderingen, maar groot in aantal
kunnen deze niet zijn, want bij
circusvoorjtellingen stroomt het publiek van alle
tantentoe. En geniet metkinderlijke vreugde.
De protesten, die in de laatste jaren tegen
In
dierendressuur [opgingen,
voor het eerst door Jack
Londen geuit, hebben aan de
daadwerkelijke belangstel
ling wel schade gedaan, doch
zij waren niet in staat ver
bod van vertooningen met
getemde dieren in het leven
te roepen. paul Kipper, dien
wij als dierenvriend en als beschermer
van het dier uit geschriften en
uit][bezwaren tegen een zekere film, waarin
volgens hem van dierenmishandeling
sprake was, hebben leeren kennen,
komt in zijn circusboek (in een
Hollandsche vertaling onder den titel:
Op reis met mensch en dier, bij Andries
Blitz verschenen) op voor de circus
ondernemers en voor de temmers. Hij
ontzenuwt de verhalen over dieren
mishandelingen in een moderne
circusondèrneming volkomen.
Uit dit genoeglijke circusverhaal
blijkt overigens, dat Jack Londen en
zijn mede-protestanten toch wel de
gelijk gelijk hebben gehad, want
anders kon Eipper niet schrijven,
dat, tot ongeveer 1890, leeuwen, tijgers
of beren uit hun slaap opgejaagd wer
den door het voorhouden van bran
dende pekfakkels en door het stooten
met gloeiende ijzers, waarna de tem
mer zich met knuppel en zweep in den
wagen waagde en de dieren aandreef
tot het springen over hindernissen en
door hoepels. Tot slot vuurde hij een
revolver af en verdween.
De laatste jaren is het echter
anders; al zal na 1890 hier en daar
toch ook wel eens de oude, barbaarsche
methode zijn toegepast.
Omstreeks 1880 hebben de gebroe
ders Wilhelm en Caii Hagenbeck de
tamme dressuur" uitgedacht, een
methode die thans overal wordt toe
gepast.
Deze methode bestaat dan hierin,
dat de jonge dieren niet worden
getemd en niet worden gedwon
gen om een zeker showstuk te vol
brengen, doch dat de temmer ieder
jong dier dagen en dagenlang aan
dachtig beschouwt, met hem speelt en
vecht, en zijn eigenaardigheden op
neemt.
De alsdan ontdekte eigenschap
pen van het jonge dier, die ge
schikt zijn om tot een circusnummer
te worden gekweekt, worden ont
wikkeld ; het dier iets laten verrichten
wat niet in zijn aard ligt is onmogelijk.
Bovendien wordt het beest met zacht
heid en vriendelijkheid behandeld en
zijn vreet- of vraatzucht benut om het
dingen te laten doen, die later in het
circus den indruk van een .,nummer"
geven.
Van dressuur en temmers, van
acrode Grieksche wijk van Konstantinopel. Illustratie uit
Dr. Noordman's boek over Turkije
baten, van ruiters, van clowns, van
paarden, van danseressen en van
tijgers, leeuwen, olifanten, van exo
tische menschen en van vreemde
volken, die in het circus werken,
vertelt Eipper op prettige wijze.
Het boek is min of meer een dagboek
over een twintigtal dagen, die Eipper
in een groot circus als gast doorbracht,
Hij reisde met den troep mede, hij
kende de ondernemers, de employé's en
de artisten reeds van vroegere reizen
en had voor dit doel de beschik
king over een woonwagen. Zoo nu
en dan gelukt het hem de sfeer van
het circus, het binnenloopen van het
publiek, het ..groote nummer" en de
stemming op de zadelplaats en in het
circuskamp goed te treffen. Over het
algemeen loopt hij gemakkelijk over
de dingen heen en gaat niet diep. Als
een journalistiek spannend circus-boek
is dit werk overigens wel geslaagd.
Soms is de schrijver een beetje ver
velend in zijn overdrijving om de
circusmenschen onder glazen stolpjes te zet
ten. Wij krijgen dan den indruk, dat de
circusartisten alle slechte eigenschap
pen missen, die den gewonen mensch
in de maatschappij aankleven .Voor hei
ligen in woonwagens gevoelen wij niets.
De illustraties van Heda Walther zijn
voortreffelijk. Een 3-tal daarvan is hier
nevens afgedrukt. ADAM WEEVERS
D e geplooide kolos. Uit: Paul Ei p per,O p reis met mensch endier