De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1933 22 juli pagina 2

22 juli 1933 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

De Groene Amsterdammer van 22 Juli 1833 No. 2029 Wat Hitler geteekend heeft Dr. M. van Blankenstein i V* V. Ff. fl IV '?ft tv' k Het zonderlinge geschenk der Italianen. Het non-revlslonistische pact van vier. Het verdrag der vier mogendheden, dat Zaterdag te Rome onderteekend is, is een zeer eigenaardig document, dat voor allerlei uitlegging en voor allerlei toepassing vatbaar is. Toen Mussolini voor het eerst niet dit denkbeeld voor den dag kwam, hadden de Duitschers alle reden er de grootste belangstelling voor te koesteren en Mussolini van harte erkentelijk te zijn. In den tusschentijd is veel veranderd. Zooals het verdrag nu naar letter en geest geworden is, hebbén de Duitschers zér terecht lang geaarzeld hun zegel eraan te .hechten. Zij zijn het geweest die de onderteèkening zoolang hebben tegengehouden. Daarentegen geldt het verdrag nu met reden' als een instrument, dat Frankrijk en Italiëdichter bijeen heeft gebracht en toenemende vriendschap tusschen deze beide landen kan bewerken. Niet alleen de tekst van het verdrag is in den loop der maanden anders geworden; ook de opvattingen van Mussolini, wat Duitschland en het revisionisme betreft, hebben zich in dien tjjd gewijzigd. Wat oorspronkelijk door hem als een vriendendienst aan Duitschland was bedoeld is intusschen tot een breidel geworden. De gebeur tenissen, die UsAiJgszeeglzeulJCK gsBracht, zijn van --Sikriei aard, maar Oostenrijk staat, wat Itali betreft, in het middelpunt ervan. Men weet hoe het begon. Mussolini krijgt bezoek van MacDonald en weet deze naïeve ziel stormenderhand te winnen voor zijn pact. Wij weten niet hoe dit er in den oorspronkelijken vorm heeft uitgezien; maar zeker is dat Parijs, toen het er kennis van kreeg, teekenen van groote ontsteltenis vertoonde. Nog erger was het gesteld met de vrienden van Frankrijk, Polen en de Kleine Entente, die zeker niet onkundig zijn ge bleven van de strekking. Polen heeft uit veront waardiging een oogenblik eraan gedacht, door het thuis houden- van zijn nieuwen gezant te Rome, Mussolini van zijn ergernis blijk te geven. De Kleine Entente kwam onder leiding van Benesj in het geweer. Berfesj kon vroeger al te heftig zijn; nu hij echter de vijftig jaren nadert is hij heel wat bedaarder geworden. Bij deze gelegenheid echter vertoonde hij weer zijn oude temperament. Polen en de Kleine Entente zagen in' het pact van Mussolini een middel om de herziening van het verdrag van Versailles te vergemakkelijken. Zoo is het oorspronkelijk ook stellig bedoeld geweest. Men kende Mussplini's opvattingen op dit punt zijn toenmalige opvattingen ten minste. Vaak en luid heeft hij het uitgesproken, dat de schikkingen van 1919 niet voor eeuwig konden gelden. Wel dacht hij daarbij meer aan Italiëdan aan Duitschland. Maar de Duitschers bleven daarbij niet buiten beschouwing. Er waren ook voor andere dan dénieuwe of half nieuwe staten in oostelijk Midden Europa redenen om weinig behagen te scheppen in het plan van Mussolini. Dit was wel duidelijk: dat het een sterk autoritair karakter droeg. Het ging ervan uit dat de vrede in Europa afhing van de eendracht tusschen de vier groote mogendheden. TJit dien hoofde scheen hun een arbitraire positie toegedacht, zooals de ambassadeursconferentie van na den oorlog bezeten heeft. Dit maakte het plan nog onaannemelijker voor anderen dan Mussolini, Hitler en MacDonald die zich een patriarch voelt, niet alleen voor het Engelsche volk maar voor heel de door hem met welwillend heid beschouwde wereld. s Frankrijk heeft het opgenomen voor zijn bondgenootên en voor den Volkenbond, die, wat Europa betreft, bij toepassing van het oorspron kelijke denkbeeld van Mussolini in niet geringe mate verdrongen zou zijn geworden. Frankrijk liet de opgewondenheid uitspelen door Polen en de Kleine Entente, bleef zelf daarbij op den achtergrond, maar liet toch voortdurend duidelijk doorschemeren, dat het ook zelf niet gediend was van het nieuwe denkbeeld. Het zag er toen naar uit of deze aangelegenheid de verwijdering, die er om zoo tal van redenen tusschen Parijs en Rome al placht te bestaan, nog aanzienlijk zou ver ergeren. Behalve tegen het autoritaire karakter van het plan en zijn gevaarlijke eigenschappen voor den Volkenbond ging het vooral hierom: een revisie van de bepalingen van het vredesverdrag van 1919 was niet een aangelegenheid, die tusschen de vier mogendheden bijwijze van onderlinge schikking kori worden geregeld. De staten, wier gebied er mede gemoeid was, zouden er in de eerste plaats in moeten worden gekend. Toen de zaken zoo stonden scheen het, dat er geen hoop bestond voor het pact. Er kwam echter een ommekeer in de gevoelens van Mussolini voor het fascistische Duitschland. De barbaarschheden wekten zijn ergernis. ttet fascisme hoefde niet opnieuw en nu veel erger dan vroeger, te worden gecompromitteerd. De jodenvervolging, de vervolging van de katho lieken, dat waren alles dingen die hij, vooral om de onbeheerschtheid waarmede zij werden uitge voerd, niet anders dan kon veroordeelen. TIei:l diep heeft zijn sympathie voor de Du.tsehers blijkbaar nooit' ?ae*SQ». PE C2;: man ,'lh; Kome door en door kent, zooals de Duitsche minister van buitenlandsche zaken, baron von Neurath, is daarover wel nooit een oogenblik in twijfel geweest. Bij dit alles kwam de Oostenrijksche geschiedenis. Mussolini wil een onafhankelijk Oostenrijk; hij voelt zich daarbij geïnteresseerd als bij een voorpost voor de veiligheid van Italië. Hij vernam bedenkelijke uitlatingen van nationaal-socialistische zijde, waaruit hij kon opmaken dat de welwillendheid van het nieuwe Duitechland tegenover Italiëslechts ten doel had Itali tot vriend te houden, zoolang men geen kans zag aan het probleem van Zuid Tirol een Duitsche oplossing te geven. .; ? ? Mussolini was ook niet slecht . ingelicht over hetgeen er in Duitschland op militair gebied werd voorbereid. Vroeger dan de Engelschen besefte hij wat de vredelievende verzekeringen van den vogelaar Hitler waard waren. Mussolini is geen naïvicus" het woord is in deze toe passing van Von Schleicher-?als Von Papen en evenmin als Hugenberg. Het gevolg was, dat Mussolini betere verhouding zocht tot Frankrijk. Frankrijk was daar van harte toe bereid; een Italiaansch-Duitsche toe nadering ware toch immers het gevaarlijkste geweest wat er voor Frankrijk in Europa had kunnen gebeuren. Het merkwaardige was dat bij deze toenadering het pact van vier wederom groote diensten kon bewijzen. Het moest niet verdwijnen, integendeel. Zoo groot was het vooroordeel tegen dit denkbeeld in Polen en bij de Kleine Entente, dat hun wan trouwen bijna niet op te heffen was, zelfs nadat Parijs de heele geschiedenis veilig in handen had gekregen. Het heeft den Franschen heel wat rede neeren gekost om hun oostelijke vrienden te over tuigen, dat met de nieuwe strekking het pact niet alleen ongevaarlijk, maar zelfs hoogst begeerlijk was geworden. Het werd nu een instrument tegen revisie. * * * Het plan van Mussolini is tot een triomf gewor den der Fransche diplomatie. Ook uiterlijk. Frankrijk heeft zijn vrienden in oostelijk Middel Europa zijn bescherming kunnen verleenen. Het heeft kunnen optreden als verdediger van de belan gen van den Volkenbond en van de internationale democratie in ons werelddeel. Tegelijkertijd heeft het de revisionistische beweging voorloopig dat wil zeggen zoolang Duitschland begrijpt zich koest te moeten houden onschadelijk gemaakt. Bijna tot in het overdrevene toe wordt in de arti kelen van het pact, zooals het is tot stand gekomen, de heilige naam van den Volkenbond genoemd. In artikel l wordt gezegd dat in het kader van den Volkenbond naar een op vrede gerichte politiek van samenwerking tusschen de vier mogendheden zal worden gestreefd. Geen streven naar vrede alstublieft buiten het kader van dien bond. In artikel- 2 verplichten de vier deelnemende staten onder eerbiediging van de rechten van de Volkenbondsorganen zich, alle voorstellen te toet sen waarom zouden zij niet? die betrekking hebben op artikel 10, 16 en 19 van het Volken bondsstatuut. Die volgorde, telkundig zoo heelemaal in den haak, is toch hoogst merkwaardig. Men verklaart zich bereid te allen tijde over artikel 19, dat herziening van grenzen wettig mogelijk maakt, te praten, maar tegelijk artikel 10 in eere te zullen houden, dat de onaantastbaar heid van de staten waarborgt, n daarna ook artikel 16, dat de maatregelen opsomt die genomen kunnen worden tegen dengene die tegen die onaan tastbaarheid door wederrechtelijke daden zou zondigen. Op deze manier worden de sanctie bepalingen nog eens uitdrukkelijk onderstreept. Eer dan revisionistisch is dit artikel een waar schuwing tegen onbesuisd revisionisme. Bijzonder opmerkelijk is, dat men de intoomende artikelen het eerst heeft genoemd. Artikel 3 lijkt ons voor Duitschland ook niet bijster. De vrijheid van handelen die Duitschland opeischt voor het geval de ontwapeningsconferen tie geen of niet bevredigende resultaten oplevert wordt hier opgevangen doordat het bepaalt, dat de niet afgedane onderwerpen, die de vier mogend heden in het bijzonder betreffen, gemeenschappe lijk zullen worden nagegaan. In artikel 4 verklaren de vier mogendheden dan nog eens dat zij over alle oeconomische vraag stukken, vooral als zij het herstel van Europa betreffen, gezamenlijk overleg zullen plegen. Het kade" "an den Volkenbond wordt er ook hier weer bijgehaald. * * * Dit is er overgebleven van het oorspronkelijke plan van Mussolini. Wij kunnen niet zien dat het voor Duitschland eenige waarde meer heeft en wij kunnen, zooals reeds gezegd, heel best de aarzeling van Duitschland bij de onderteèkening begrijpen. Wij kunnen die zelfs niet anders ver klaren dan als de bekende rede in den Rijksdag van Hitler: om zoolang men nog geen veer van den mond kan blazen in de internationale politiek de uiterste inschikkelijkheid, die tenslotte tot niets verplicht, aan den dag te leggen. Voor Frankrijk is dit verdrag een triomf. Het is niet niets, het onderstreept volgens den wil en de belangen van Frankrijk alles wat in strijd is met hetgeen het oorspronkelijke pact heet beoogd te hebben. Van een revisionistische actie, die Frankrijk en zijn vrienden mishaagde, heeft Frankrijk het tegendeel gemaakt. Mussolini heeft natuurlijk heel goed geweten wat hij deed, dit is ons trouwens reeds te voren van goed ingelichte Italiaansche zijde verzekerd. Mussolini is volstrekt niet uit zijn spoor gedrongen, maar hij heeft met overleg het andere spoor opgezocht. De tevreden heid der Franschen verontrust hem ook niet, omdat hij het nu eens is met de beschouwingen, die deze tevredenheid hebben gewekt. Door dit pact is Duitschland niet in den kring der groote Europeesche mogendheden getrokken. Parijs, Londen en Rome koesteren gemeenschap pelijke gevoelens tegenover het nieuwe Duitsch land, al zijn de oorzaken voor deze gevoelens niet bij alle drie identiek. Maar tusschen Rome en Parijs is een massa wantrouwen opgeruimd. De Franschen hebben geleerd, dat Italiëop het punt waarop zij dit het ergst wantrouwden, in zijn betrekkingen tot Duitschland, niet meer hoeft te worden gewantrouwd. Frankrijk ziet nu de mogelijkheid geopend om met Italiëpolitieke zaken te doen. Men kan het ook omgekeerd zeggen. Dat is een nieuwe faze, die Hitler met zijn handteekeuing heeft bekrachtigd. | NOORD WIJK | * HUIS TER DUIN * Pension p. persoon p. das f.7.?, f.8.-, f.9.?, f.10.-. Weekend f.18.?en f.20.?. | NOORD W ? HUIS TER DUIN * * ;*.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl