De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1933 12 augustus pagina 19

12 augustus 1933 – pagina 19

Dit is een ingescande tekst.

rf* Mona Lisa glimlacht OF HET NUT VAN DESKUNDIGEN De heer Jack Dean, een der dieven die in 19 llde Gioconda stalen, verklaart onder eede dat het schilderij in het Louvre valsch is" In den goeden ouden tijd schrikte men des zomers hoogstens van den zeeslang. Sedert de deskundigen ech ter alle zeekapiteins die den zeeslang zagen ongelijk hebben gegeven en verklaard dat hij hoogstens een dozijn Noordkapers is, ziet men den zeeslang niet meer, hetzij doordat de kapiteins teveel respect voor de deskundigen hebben gekregen, hetzijdoor dat de zee slang gekrenkt is, of inderdaad niet beetaat.Iets vandezen aard is steeds moei lijk te beslissen; doch door dergelijke deskundige critiek zijn zelfs goden en halfgoden in het vergeetboek geraakt. Aangezien dus de zeeslang, als alle groote figuren, iederen zomer schaarscher wordt, heeft een onvertogen krantenman iets nieuws gevonden, en wel een dief die onder eede ver klaart dat de Mona Lisa sedert 1911 niet meer bestaat. Nu is het natuurlijk niet waar wat een dief , onder eede verzekert, dat weet ieder weldenkend mensch, en men verdenkt er den dief, als goed detective romanlezer terstond van dat hij een uiterst sluwe slimheid bedacht heeft om een goede copie van de Mona Lisa te ruilen tegen de echte van het Louvre; maar welk een onaangenaam oogenblik kan een mis dadiger ons toch bezorgen. Daar hebben wij, verzekerd dat wij een wereldvermaard schilderij bewon derden, sedert 1911 de Mona Lisa bewonderd, diepzinnige dingen ge zegd over haar glimlach en als fam jevader, oudoom, pasgehuwd echtge. noot, , cynicus, criticus en modern mensch respectievelijk de noodige wijsheid verkondigd, afkeer betuigd, De deskundige \ mystiek - beleden en ouderwetsche romantiek gewraakt, in het kort, ons warm gemaakt voor, over en omtrent de Mona Lisa. De suppoost heeft ons, wat wij ook beweerden, in de gaten gehouden of wij familie en mede plichtigen van den heer Jack Dean waren. En zoo hebben wij ons ge dragen tegenover duizenden meester werken, in honderden van musea. En nu zweert de heer Jack Dean dat wij, ten opzichte van de Mona Lisa, al die gevoelens koesterden voor een copie, en dat de echte Mona Lisa glimlacht in een antiquairswinkeltje in Algiers. Terecht vragen de Parijsche bladen met zomersche verontwaardi ging een nieuw onderzoek door des kundigen. Een Mona Lisa waarover twijfel bestaat is de ware Mona Lisa niet meer. Eeeds bij dit twijfelachtig bericht kittelt ons de onaangename ergernis dat wij, zij het wellicht, ons gevoel verspild hebben. Zelfs een vrouw als de Mona Lisa raakt lichteiyk of meer in discrediet, door de laster van n misdadig persoon. Hoewel en dat is het alleronaan genaamste, wij van 1911 tot 1933 met volkomen overtuiging in haar geheim zinnigheid en pracht geloofden, ons hart voelden kloppen, onze ziel voel den ontroeren, of ons kwaad maakten, al naar gelang, maar alles met over tuiging, nemen wij het thans niet zoozeer den heer Jack Dean als wel het doek in het Louvre kwalijk dat al deze gevoelens misschien aan een on waardige besteed werden. Het is heel aangenaam voor de deskundigen dat zij thans weer blijk kunnen geven van hun onfeilbare deskundigheid; het is heel aangenaam voor copiïsten van oude meesters dat zij zoo bekwaam geacht worden, en het is heel aange naam voor dieven van vermaarde doeken dat men ze voor zoo eerlijk houdt; maar voor ons, dood gewone toeschouwers, is een bericht als dit hoogst hinderlijk. Wij wenschen absolute zeker heid over wat wij bewonderen en aanbidden mogen met grond van rede en authenticiteit. De wrevel die wij voelen als daaraan twijfel blijkt te bestaan is diep geworteld en niet ten onrechte. In den loop der wereldgeschie denis hebben de deskundigen ons met even groote zekerheid en sluitende bewijsvoering ver zekert dat wij de zon, de maan, het vuur, Zeus, Akriman, Pallas Athene, Apollo en ontelbare andere profeten, goden en half goden als de ware mochten beschouwen. Zij hebben ons verzekert van het bestaan der onsterfelijkheid en het onbe staanbare der onsterfelijkheid; van de juiste belegging onzer spaarpenningen, de juiste con structie van het heelal, het nut van den gouden standaard, het nut der kruistochten en van de Oost-Indische com pagnie ; de heilzaamheid van so cialisme, communisme, fascisme, expressionisme, spiritisme en K. Araguez Teekealngem J. F. Doeve theosofie; en wij hebben elkaar op hun aanstekelijke garantie van echtheid van een en ander, gedurig vermoeid en verbrand en het leven onaangenaam gemaakt, niet zonder hen hetzelfde aan te doen, als wij achtten dat zij ongeüjk hadden. Of wij het hadden, daar zijn wij echter nooit recht achter gekomen;- maar wij hebben altijd troost gevonden in het gevoel dat zij het wisten; wat zij dan ook wisten. Of wel wij hebben betwist dat zij het wisten, en gevonden dat anderen het beter wisten, en daarna troost ge vonden. En nu hangt daar in het Louvre de een zwerende dief ons voor dergelijke lastige vragen stelde. En waarom? Alleen omdat de zeeslang geen copie meer levert, sedert de deskundigen haar de das om deden. Want wees er van verzekerd dat de volgende week blijkt dat de heer Jack Dean niet eens bij de dieven van de Mona Lisa uit den jare 1911 behoorde, en dat dus, logischer wijze, de Mona Lisa in het Louvre de echte is. Wat niet wegneemt dat de kwestie nu eenmaal weer aan de orde is, zoodat de deskundigen tóch ver gaderen zullen om de echtheid vast, en ons gerust te stellen. In een antiquairswinkeltje in Algiers Mona Lisa, hetzij dan de eene of de andere, en glimlacht. De heer Jac. Dean zweert, de deskundige redekavelen, de copiïsten meesmuilen, Leonarda da Vinci heeft geschilderd en wij leggen elkaar geestdriftig, ontroerd of zwijgende de Mona Lisa uit of twijfelen aan haar, al om het even. Mona Lisa glimlacht. Wanneer het Louvre morgen brandt, glimlacht zij nog tenminste eenige eeuwen. Is het over ons, die haar alleen aanbidden of bewonderen dorsten omdat de deskundige ons verzekerden dat zij de ware Mona Lisa was, of over de deskundigen? Ziedaar een netelige vraag, en veel te zwaarwich tig voor dit zomersche weer, waarin Maar wij arme, ondeskundige ster velingen worden daardoor niet wijzer, zij het geruster. Eigenlijk weten wij maar een ding, beter dan alle deskun digen: de Mona Lisa glimlacht toch. De Groene Amsterdammer Weekblad voorNedèrland kost slechts f2.70 per kwartaal (10.20 voor in cassokosten) of f 10.- per jaar bij vooruitbetaling.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl