De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1933 4 november pagina 5

4 november 1933 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

De Groene Amsterdammer vap 4 November 1933 Muziek Groote en kleine kunst Constant van Wessem Elisabeth Rethberg en Héritza De groote zangkunst en de kleine zangkunst streden deze week te Amsterdam om dijn voorrang. De groote zangkunst zong in het eclatante licht der groote concertzalen, in het volle Concert gebouw, de kleine zangkunst zong bijna in het verborgene, in het schemerlicht van een dancing, die voor een kwartier in een cabaret was omge schapen. De groote zangkunst, dat was de school van de machtige en bijna instrumentale geluidproductie door de menschelijke stem, van een doordringende sonoriteit en onwankelbare vastheid. De kleine zangkunst, dat was de kunst van het meer vertelde dan gezongen lied, de kunst van de disèuse-chanSonnière; bij wie alles gelegd wordt in de weinige sobere middelen, waarmee een kunst, als zij wil, zich uitdrukken kan. De eerste werd vertegenwoordigd door Elisabeth Rethberg, begenadigd zangeres door de gave der natuur en door de ontwikkeling der cultuur. De tweede werd vertegenwoordigd door Héritza, een kleine zangeres, die men volgens de aesthetiek-normen van een groote zangkunst nauwelijks een zangeres zou mogen noemen. En toch hebben deze beide zoo ongelijk toegerusten in onze aan doeningen van een schoone kunst om den voorrang gestreden. ... Men hoort zelden zoo bewonderenswaardig en zegevierend zingen op onze groote concertpodiuins als Elisabeth Rethberg deed. Dit zingen was van een beschaving en een juist gebruik der technische middelen als men maar zelden mee maakt, van een vollen en toch nergens zich overschreeuwenden klank, van een edele zangcultuur, die vooral in de aria van Beethoven Ah ! Perfido Teekening 3. F. Doeve Héritza aller bewondering afdwong. En bij haar voordracht van een vijftal liederen van Richard Strauss stormde het applaus op applaus, van ieder lied maakte Elisabeth Rethberg wat men noemt een juweel van zangkunst, van het zuiverste gehalte. Steelt, zoo gezongen, het overbe kende Morgen"' van Strauss niet opnieuw aller harten? Waarlijk, dit was groote zangkunst. * * :.* i En thans de andere: Héritza. Terwijl zij ongemerkt het zaaltje binnen komt van Carlton's thédansant waar voordien de paren' dansten op de daverend en opgewekt geblazen, gestreken, gezongen en geacteerde muziek van de Hollandsohe Ramblers (tusschen haakjes een uitstekend en alleraardigst orkest) begint zij te zingen in de bijna geheel donker gemaakte ruimte, of juister gezegd, begint haar gram mofoonplaat te zingen, zoodat wij haar gaan zoeken zooals de schijnwerper het zaal tje afzoekt om dan stil te houden op een kleine en smalle figuur, die tegen den vleugel geleund haar eigen stem overneemt en in het licht van den schijnwerper ontgloeit tot een Greta Garbo-verschijning met een bleek masker en glad, purper haar. En zooals zij daar staat, de tengere armen langs het lichaam gestrekt, de vingers ineengestrengeld, breekt zij een sfeer en voert ons naar een andere sfeer, die aanvankelijk nog niet wil komen, zoozeer verschilt de verstilde soberheid, in dit optreden, van wat zooeven in deze zelfde ruimte geweest is aan mondainiteit en dansvreugde: de overgang van danszaal naar intieme chanson zaal is te plotseling. Maar luisterend en vooral ook haar ziende bij haar wijze van een lied .meer te fluisteren, te zeggen dan te zingen, gaat er een eigenaardige bekoring van haar uit. Alles krijgt : niet de geringste aanduidingen uitdrukking, zelfs haar gebaren, hoe vaak ook bij andere cjiansennières reeds gezien, het uiteenwijken der hahdvlakken, de tegen den borst kruiselings gedrukte armen, het vluchtig bewegen, als een wenk, een roep, een gebaar in een droom gedaan soms, worden tot iets eigens en men ondergaat het stille eni zuivere, dat ook haar gestalte, die als verdwaald in deze wereld der mondainiteit aandoet, om en aan zich heeft. En ook wat zij zingt is van diezelfde stilte en zuiverheid, en het kleine lied, dat zij voordraagt, het wordt als een ademtocht' van de ziel zelf, het kleine sentimenteele lied Garde moi, chéri", het wordt zoo melancholiek met die stem en dat gebaar van Héritza gezongen en gezegd, en aldoor hooren wij haar maar weer vertellen van de kleine droevige en verlangde dingen, die in de kleine wereld even droevig en verlangd zijn als in de groote wereld. ... ; Hoe weinig succes" streeft deze ras-artieste na, hoe weinig doet zij om haar publiek te veroveren (men weet eigenlijk niets eens of zij het Amsterdamsche publiek wel veroverd heeft), maar ik ben nu nog die kleine Fransche liedjes, verteld en gezongen met die Stem en dat gebaar van Héritza niet vergeten en ik .vraag mij tenslotte af: heeft die zooveel '? grootere en machtigere zangeres Elisabeth Rethberg, die mij tot onvoorwaardelijk bewonderen van haar zeld zame gezangkunst dwong, mij innerlijk wel zoo ontroerd ? . . De mooiste muziek! is triest," heeft Héritza zelf eens gezegd. : Amerika en Sovjet'Rusland Teekening B. van Vlijmen Roosevelt en Litwinof zoeken beschutting tegen de stralen van $e Rijzende Zon HOOFIEN'S ROOMBOTER WORDT SPECIAAL BEREID Nieuwe uitgaven Paddenstoelen in woord en hemd. <l> or G. D'. Swanenburg. Uitgave S. W. Melchior, Amersfoort* Russische prentenboeken: derde serie: Ysco circus. De Baanbreker. N.V. Servire, Den Haag. Aardrijkskundige Platenatlas, door Dr. A. Van Deursen, 2de uitgave. K.V. Gebr. Zomerden Keuning's Uitgevers Mij. Wageningen. Ruim 300 opgaven voor de 4-stemmige zetting te gebruiken bij iedere harmonieleer, door Frieso Moolenaar, 1ste deel. P. Noordhoff N.V. Groningen«Batavia. Bijlagen behoorende bij De Trek van de Platte landsbevolking, door Dr. A. C. de Vooys. J. B. Wolters, Groningen-Den Haag-Batavia. Over het JDuitsche Nationaal-Socialisme, eeri poging tot verklaring van Nederlandsche zijde, door Rudolf Steinmetz. N.V. Boekhandel & Uitg. Mij. Swets & Zeitlinger, Keizersgracht 471, Amsterdam 1933. KUN STZ AAL VAN LIER DOORLOOPEND TENTOON O E8TELD ROKIN 126 = AMSTERDAM KUNSTWERKEN VAN J O N Q E HOLLAND8CHC EN BUITENL. MEESTERS

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl