De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1933 11 november pagina 16

11 november 1933 – pagina 16

Dit is een ingescande tekst.

Toerisme N o. 2945 ?£?$?$&?. -2--^-^. * . «*to6 ~»Aefl .?n !*? j-oi. BN UL ^^^"^ r^^^fïrt fe^^^s*5 ^>* ,^fc «V ^. eP"^--^- * «* RLDÉlG 1^ n* K* ' LEDERWAREN AMSTERDAM - DEN HAAG REISARTIKELEN PLAIDS, VOETZAKKEN, AUTO-OVERSCHOENEN Bij een bocht van den weg staat~eew kruis Langs den grooten weg Otto van Teteringen 1: Van Utrecht naar Grlndelwald Den wagen nauwkeurig nagezien. Olie ververscht. Benzine-tank boorde vol bijgevuld. Banden op juiste span ning gebracht, 2.4 vóór en 2.1 achter. Bougies schoongemaakt en remmen bijgesteld. Achterkoffer met twee dikke tasschen volgeladen benevens de benoodigde reserve-onderdeelen. Dan is tenslotte alles in orde voor den tocht van de stad naar de stilte, van Utrecht naar Grindelwald. Daags daarna: vaarwel Holland, houd je taai in dezen hachelijken tijd ! Een pontveer wacht. Wij boffen: geen oogenblik oponthoud. Dan klotst het water tegen de boorden, van 't vreemde vaartuig en is de Philipsstad bereikt. Bij Lommei wordt later de Belgische grens gepasseerd. In Luik lacht een dikke verkeers agent als een dronken Falstaff, in Lu.i-embury wordt aan Willem II een groet gebracht maar de vruchten welke op de markt zijn ingeslagen blijken beter dan het standbeeld. Wat mooi bedoeld is wordt vaak zoo hopeloos leelijk !. . . . Voort gaat het, op Metz af. Het trouwe, oude Grand Hotel wacht ons, de portier schijnt verheugd ons weer te zien (de fooien !) en de wagen krijgt precies het zelfde plekje om te over nachten als verleden jaar, veilig op den binnenhof. KindKfn88eT_brm te Bern Wij zien een dronken soldaat voorbij zwaaien. Hij verzuimt een meerdere te salueeren en wordt met veel misbaaropgebracht door een wacht met hooggeschouderde geweren waarop de bajonetten blinken. Een klok slaat met gebarsten klank. Elf uur. Slapen l * * * Later worden in de stad de beenen wat ge strekt, loopen doet een mensch goed na lang rijden ! Veel smalle, nauwe straten met de Kathedraal als middenpunt, geheimzinnig in den avond, daar op de Place des Armes. Een stad met zware poorten welke duidelijk aantoonen dat men met een vestingstad te doen heeft om welkerbezit menigmaal fel gestreden werd. De bewoners zijn meest gemoedelijk. Fransche hoffelijkheid paart zich nret aan opmerkelijke vriendelijkheid zoo als Zuid-Duitschers bezitten. Een garnizoensstad met veel militairen en veel publieke vrouwen. Een stad met een akelige psyche, een stad met een grijns. . . . Daags daarna, na Pont-a-Mousson, Nancy. De zon schijnt. Een stad met, een paleizen-complex, dat sterk aan Versailles herinnert. Op de Place Stanislas: parkeeren. Een verguld ijzeren hek als wonder van kunst smeedwerk door Jean Lamour. Een fontein, bekroond door de aanminnige Amphitrit gestalte boven een half ronde schelp. Handenwasscheri.Proza en poëzie. Maar de kathedraal i.s volkomen dood-gerestaurcord en wij restaureeien ons bij een fruitwinkel en gaan verder. Den Elzas in. Het land van de ooievaars. Kinderen schij nen er dan ook overvlot-< dig. Daar weet de klaxou ovei' me O te blaffen ! Huizen en kerkjes als uit een spanen speelgoeddoos. Dikke waarden voor de deuren der her bergen, aan lange pijpen lurkend. Dan het stadje Thann met de gothische kerk. Een wonder !. . . . Beeldhouwwerk overal. Buiten, bovenden hoofd ingang, do gansche schep ping. Genesis, uit steen gehouwen. Ook de rib van Adam. Binnen: de houten koorbanken, vol snijwerk. Een jongen die kiespijn heeft. Een lezende monnik. Geweldig van expressie en houding. Dan verdei', via Mulhouse. Het is al laat als Bazel bereikt wordt. Te bedde.... Des anderen daags, do Rijn, breed, grijs, draaikolkend onder de bruggen, verbinding tusschen de oude en de nieuwe stad. Moderne magazijnen met gevelfronten van staal en glas en met groote, gechromeerde letters, naast heel oude winkeltjes met Basler

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl