Historisch Archief 1877-1940
De Groene Amsterdammer van 18 November 1933
19
:*
?v
tof
het licht, dat zich tot een rooden gloed
verdiept had, ruw en onverhoeds werd
gebluscht. De eerste grijze oude huizen
van de stad vergezelden hen. De
eneeuw werd dunner, vol sporen van
wagens en voetgangers; hier en daar
was de donkere bruine straat al te
zien, met plassen en goten aan beide
zijden. De wagen gleed behoedzamer,
maar veerend en zonder n schok.
Alessandra lag zalig in de kussens
geleund. Een tijdlang sloot ze de
oogen, genoot ze van het gemakkelijk
en weelderig voortsuizen langs straat
muren en etalages, waarvan ze het
?licht door haar oogleden heen zag,
voorbij drommend straatrumoer, dat
opsteeg, waar ze passeerden. Ze stelde
weer bij zichzelf de heftige neiging
naar het luxueuze vast, de neiging,
die Lucka altijd veroordeelde als de
wortel van elke maatschappelijke ont
binding. Zij wist zeker, dat ze zich
er in gewend zou voelen vanaf het
eerste oogenblik, dat ze den drempel
van het tooverpaleis zou overschrijden.
Haar rol was die van een dame een
andere kon ze niet meer spelen. Sinds
ze zichzelf als zeventienjarige ont
dekte, was de droom van welbehagen
en overvloed haar eenige werkelijk
heid-geworden; .de realiteit zelf leek
daarbij maar tijdelijke en lastige
hinderpaal op den weg bij het. be
hoorlijk vervullen van haar spel.
Nooit had ze het sterker geweten dan
op dezen gemakzuchtigen, zacht
fabelachtigen rit maar ze was er van
overtuigd, dat ze zich beheerschte en
Bastovjew niet liet merken, hoe zwak
haar wil was op dit oogenblik. Stil nu;
hij boog zich naar haar over:
U doet mij toch het genoegen,
onzen middagtocht te besluiten met
een gezamenlijke thé?
Ze richtte zich op. Nee, nee ! had
ze willen zeggen. Maar tot haar eigen
verbazing zei ze met glimlachende
nonchalance:
Gaarne !
De staatsraad nam^een spreekhoom
en zei iets tegen den chauffeur. Een
naam, niet meer. De man knikte.
Alessandra had de kwetsende hinder
lijke opwelling, dat hij zulk een aan
wijzing niet voor het eerst ontving.
Hij zwenkte licht en snel weg uit het
drukkere stadsverkeer; weer reden
ze door de buitenwijken. Witte lanen,
cottages, een heuvel en een klem
kerkhof onder sparren. Ze had zich
niet vergist. Rastovjew wenschte niet
in de stad gezien te worden met een
vreemde dame. Ze verstrakte. Het was
zoo dom, zoo hopeloos, wat ze deden.
Ze wisten immers beide, waartoe het
leiden zou; toch gedroeg de staatsraad
zich zorgeloos galant, en zij glimlachte
even argeloos en hoffelijk terug. ??
Dan zaten ze samen in een uithoek
van de residentie. Het was een klein
chic theehuis, dat zag ze
oogenblikkelijk aan het publiek. Ze bemerkte ook
aan het groeten van de kellners, dat ze
Bastovjew kenden, al zouden ze
misschien niet weten, welke hooge
functie de bezoeker bekleedde. Haar
metgezel wist zijn tactiek. Voorzichtig
en met misleidende zorg installeerde
hij haar in een schaduwnis. f i
Een goed gezellig toevluchtsoord.
Vind u niet?
Alessandra beaamde het. Ze was
blij, dat er spoedig een
miniatuursamowar op tafel stond en zij de sterke
dampende thee in de kopjes kon doen'
stroomen, en haar terugkeerende ver
warring verbergen bij het omzichtig
hanteeren van de suikertang. Ze
rookten, enkele oogenblikken zwijgend.
Dan informeerde hij naar de muzikale
vorderingen van zijn dochtertje. Ales
sandra bedacht, hoe ridicuul het was.
Het kind boezemde hem evenmin be
langstelling in als het haar deed f maar
hij kon haar, terwijl zij verslag deed,
met zijn oogen benaderen, omcirkelen,
besluipen, peilen. Ze was tegenover
hem correct, de geïnviteerde dame.
Maar zijn lichte grijze blikken, die
Ze hadden lang gereden
De staatsraad in eigen persoon
over haar tastten, voelde ze beangsti
gend lichamelijk. Ze blies
cigarettenrook tusschen hem en zich als een
zwakke beschermende sluier. Ze ried
zijn gedachten. Deze pianiste is een
vervloekt trotsch schepseltje. ledere
meid van haar soort had al lang con
cessies gedaan, Maar misschien belooft
dit iets bizonders. Den moed nog niet
opgeven."
En weer lachte, vorschte en zin
speelde hij. Uiterst discreet, uiterst
gentlemanlike. Haar weerzin groeide,
naarmate zijn attenties en kleine ge
waagde gezegden haar lagere vrouwe
lijke ijdelheid meer streelden. Half en
half liet zij zich charmeeren door de
warme koesterende namiddagstem
ming, in dit luxe rendez-vous, bij ij]
prikkelende aangename geur van goede
oostersche thee en Russische cigaretten,
temidden van lieden van een klasse,
die goedgebaad en goedgekleed en
goedgemanierd was. En terzelf dertij d
-spitste zich haar critiek: hoe leeg en
inhoudloos en gefingeerd dit alles!
Haar eigen ik ging zijn gang, haar
gedachten volgden een eigen spoor,
dwaalden af, droomden weer van een
werkelijken adel, van een
achttiendeeeuwsche salon, een avondterras, waar
teedere muziek gespeeld werd en zij
een sarabande danste aan den arm van
een baron Morevicki....
Ze stond op, gejaagd. Ze kon niet
verder. Ze stamelde iets van lessen
en knoopte haar pelsmanteltje dicht.
Rastovjew hielp haar, zichtbaar'teleur
gesteld en toch vol zorg, deze vooral
niet te laten merken. Deze hoog
moedig onvergeeflijke stereotiepe hof
felijkheid ! Zou er iets zijn, dacht
Alessandra vaag en woedend, dat een
vrouw meer irriteert dan de zorg
vuldig bestudeerde klasse-etiquette,
waarmee dit mandier toch zijn werke
lijke impulsen niet kan verbergen?
Het onbeschofte van Lucka, het na
tuurlijk ongemanierde van vele kame
raden zou haar op dat moment liever
zijn geweest dan de nietszeggendheid
van dit lachend en gladgeschoren
heerengezicht. Nee, het was niet mogelijk,
avances te maken; ze wilde hier van
daan, ver weg van deze vooze galan
terie en oogenhandtastelijkheid !
Hij bood niet aan, haar naar huis
te rijden. Natuurlijk niet: hij had ook
het recht, zoo te handelen tegenover
een muziekonderwijzeresje, dat waar
schijnlijk alleen maar goed genoeg
was, om door hem voor zijn genoegen
in een van deze stille deftige straten
te worden gemainteneerd. Het golfde
opstandig in haar, de emoties stormden
op, maar zij dwong ze neer. Ze werd
zelfs ijzig beheerscht, toen hij haar
met een van zijn laatste onaangename
blikken tot weerziens wenschte en
haar hand kuste.... vluchtig maar,
want ze trok haar vingers onmiddel
lijk uit de zijne terug. De poen ! Tot
het einde toe kon ze geen aanmerking
maken !
Haar vader verwelkomde haar te
vreden met een kus. Zijn baard
schaafde goedmoedig en ruw langs
haar wang en toch, hoe vertrouwd
en veilig! Tegen zijn breeden stuggen
schouder leunde ze als een kind en
zijn arm lag beschermend en zeker
om haar. Wat zou hij doen, als hij
wist. . . . zelfs als hij wist, dat zij het
gedaan had in opdracht van Lucka?
Zij geloofde, dat hij haar zou ranselen.
De gedachte troostte haar, ze wist
niet, waarom. Ja vadertje, ik heb
ransel verdiend. Ze nestelde zich als
een klein berouwvol meisje tegen hem
aan, met het hoofd in zijn hals, die
donker was van kolenstof en vaag
naar olie geurde. .. . Haar toeverlaat.
NV STANDAARD
HYPOTHEEKBANK
te ROTTERDAM
Directie :
Mr. H. H. C. CASTENDIJK en
I. MOSSELMAN
De Bank geeft onder controle van het
Algem. Administratie- en Trustkantoor
4J/>% Pandbr. tegen beurskoers uit.