De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1933 25 november pagina 23

25 november 1933 – pagina 23

Dit is een ingescande tekst.

De verkeerde manoeuvre r ? 1: l ft* Albert, zei mevrouw Mercier, terwijl ze met een verhoogde kleur de kamer binnenkwam en haar lange lederen handschoenen nerveus begon uit te trekken.. ..Albert, daar is mij van middag iets verschrikkelijks over komen .... Mijnheer Mercier liet zijn courant zakken en terwijl hij haar over zijn brilleglazen aankeek, vroeg hij haastig: Iets ernstigs.. .. ? Ze ging op de canapétegenover hem zitten en haalde de schouders op. Ik weet het niet.... Misschien, misschien niet.... Ik durf er niet aan te denken. Maar wat is er dan gebeurd? vroeg hij nu ongerust, en ook een beetje uit zijn humeur. Mannen hou den er nu eenmaal niet van om, wan neer ze van een vermoeienden werk dag thuiskomen, aanstonds geplaatst te worden voor huiselijke aangele genheden, die achteraf toch niet veel om het lijf blijken te hebben. Het verhaal dat nu volgde maakte zijn ergernis gaande. Het kwam hierop neer, dat me vrouw Mercier dien middag met de auto rijdend op een hoek van een straat in een verkeersopstopping was ge raakt. Ze had toen een onjuiste ma noeuvre met het stuur gemaakt en ze vreesde dat ze daarbij een ouden heer had aangereden.... Hier viel mijnheer Mercier haar woedend in de rede. ....Een ouden heer aangereden.... een procesverbaal .... de hemel mocht weten wat voor kosten en el lende .... Honderdmaal had hij haar verboden om alleen met die vervloekte auto door de stad te rijden.... Daar had men het nu.... Ze bleef hem kalm aanzien en wachtte af tot hij was uitgeraasd. Melchior Steelink Teekenlngen J. F. Doeve Toen zei ze kalm: In de eerste plaats is er geen kwestie van een procesverbaal .... Ze had gezegd, dat ze vreesde dien ouden heer te hebben aangereden.... Zeker was het heelemaal niet. Ze was doorgereden.... Nu werd het mijnheer Mercier al te bar. Ook dat nog.. .. Doorgereden .... Natuurlijk had men haar nummer ge noteerd. Dat maakte alles nog dui zendmaal erger. Men zou schande spreken over een dame- die doodkalm doorreed terwijl een oude heer bloe dend op de straat lag, door haar schuld .. . .Hij had er geen woorden voor.. Hij wilde er ook niets mee te maken hebben.... Niets, begreep ze dat wel .. .. ? Ze had er zich, ondanks al zijn waarschuwingen, nu tenslotte inge werkt, ze had zich schandelijk ge dragen en ze moest maar zien hoe ze zich er uit draaide. Toen verliet hij, woedend zijn cou rant neersmijtend, de kamer. Dien middag aan tafel sprak hij geen woord. Mevrouw Mercier zat stil en schuld bewust tegenover hem. Elk oogenblik scheen ze het bericht te verwachten dat de politie haar ontbood. Na het eten zeide ze zacht :? Albert.... ik heb nog een ver zoek .... In verband met die aanrijding .... die moord.... die lafheid .. .. ? vroeg hij kwaad. .... Ze zuchtte en erkende toen: Ja.. .. je kunt iets voor me doen .. . .Zeg nu niet dadelijk neen.. .Een kleinigheid maar.... Men zoekt me natuurlijk.... Ik geloof niet dat mijn nummer is opgeschreven.... Heusch ik zal alles doen wat in mijn vermogen ligt.... Misschien zullen ze adverDD uu J Er is iets vreeselijks gebeurd teeren.... Jij hebt alle couranten op je kantoor.... Laat ze die goed na kijken en ik zweer je dat ik op het minste spoor alles in het werk zal stellen om het goed te maken.... Van mijn eigen geld.... Hij knikte, en herhaalde dat hij er zich niet mee zou bemoeien. Maar de couranten zouden worden naezien.. Dat was goed .... Bij een hoek van een straat Reeds den volgenden morgen ont ving ze van zijn kantoor een courant met een nijdige roode streep bij een advertentie. En met kloppend hart las ze: Kruispunt Spoorlaan-Boschkade. Dame, grijze auto besturend gister middag omstreeks halfvijf, wordt vriendelijk verzocht bericht te zenden . onder nummer.... Dien middag kwam Albert niet thuis eten, en ze bracht den dag in de grootste spanning door. Den volgenden dag volhardde hij in zijn stuursche houding en ook toen kwam het geval van de aanrijding niet ter sprake. Toen ze den derden dag thuis kwam zat hij daar reeds. Maar nog vroeg hij niets. Tenslotte viit schuldbesef en omdat de spanning ondraaglijk werd, zeide ze 's avonds .... Ik ben er geweest.... En. . . . ? vroeg hij zonder op te zien van zijn courant. Het is in orde, zei ze. Toen zei hij ernstig: Laat het je een les geweest zijn. Ditmaal ben je er zonder kleerscheu ren afgekomen .... Chauffeer nu niet meer zelf.... Met deze vermaning eindigde het incident. Voor hem tenminste.... Want toen ze een paar dagen later weer met Charles een nieuwen kennis van wiens bestaan Albert geen notie had theedronk, vroeg deze opeens: .... Vertel me nu toch eens.... Hoe heb je die advertentie gevonden? Ik durfde het nauwelijks verwachten.... Een onhandige ma noeuvre van een chauffeerende me vrouw op een straathoek.... Drie woorden tusschen ons een glimlach.. Ik zette die advertentie maar in het wilde weg.... Lees je zooveel cou ranten of toevallig die alleen.. .. ? Ze bloosde en zeide zacht: .... Och neen.... weet je .... ik hoopte.... en toen heb ik iemand, die veel couranten leest, gevraagd eens voor me uit te kijken.... Nieuwe uitgaven Nationaal Huldigingsdéfilé, 9 Sep tember 1933, Stadion, Amsterdam. 1898-1933. Uitg. N.V. Dagblad en drukkerij De Standaard, Amsterdam. Liedjes op het Kerstfeest. Woorden en muziek van C. J. C. Geerlings. Van. Gorcum & Oomp. Uitgevers, Assen. MIJHHA BIJ Apoth. ca Drogiitn

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl