Historisch Archief 1877-1940
De verkeerde manoeuvre
r ?
1:
l
ft*
Albert, zei mevrouw Mercier,
terwijl ze met een verhoogde kleur
de kamer binnenkwam en haar lange
lederen handschoenen nerveus begon
uit te trekken.. ..Albert, daar is mij
van middag iets verschrikkelijks over
komen ....
Mijnheer Mercier liet zijn courant
zakken en terwijl hij haar over zijn
brilleglazen aankeek, vroeg hij haastig:
Iets ernstigs.. .. ?
Ze ging op de canapétegenover hem
zitten en haalde de schouders op.
Ik weet het niet.... Misschien,
misschien niet.... Ik durf er niet
aan te denken.
Maar wat is er dan gebeurd?
vroeg hij nu ongerust, en ook een
beetje uit zijn humeur. Mannen hou
den er nu eenmaal niet van om, wan
neer ze van een vermoeienden werk
dag thuiskomen, aanstonds geplaatst
te worden voor huiselijke aangele
genheden, die achteraf toch niet veel
om het lijf blijken te hebben.
Het verhaal dat nu volgde maakte
zijn ergernis gaande.
Het kwam hierop neer, dat me vrouw
Mercier dien middag met de auto
rijdend op een hoek van een straat
in een verkeersopstopping was ge
raakt. Ze had toen een onjuiste ma
noeuvre met het stuur gemaakt en ze
vreesde dat ze daarbij een ouden heer
had aangereden....
Hier viel mijnheer Mercier haar
woedend in de rede.
....Een ouden heer aangereden....
een procesverbaal .... de hemel
mocht weten wat voor kosten en el
lende .... Honderdmaal had hij haar
verboden om alleen met die vervloekte
auto door de stad te rijden.... Daar
had men het nu....
Ze bleef hem kalm aanzien en
wachtte af tot hij was uitgeraasd.
Melchior Steelink
Teekenlngen J. F. Doeve
Toen zei ze kalm:
In de eerste plaats is er geen
kwestie van een procesverbaal ....
Ze had gezegd, dat ze vreesde dien
ouden heer te hebben aangereden....
Zeker was het heelemaal niet. Ze was
doorgereden....
Nu werd het mijnheer Mercier al
te bar.
Ook dat nog.. .. Doorgereden ....
Natuurlijk had men haar nummer ge
noteerd. Dat maakte alles nog dui
zendmaal erger. Men zou schande
spreken over een dame- die doodkalm
doorreed terwijl een oude heer bloe
dend op de straat lag, door haar schuld
.. . .Hij had er geen woorden voor..
Hij wilde er ook niets mee te maken
hebben.... Niets, begreep ze dat wel
.. .. ? Ze had er zich, ondanks al zijn
waarschuwingen, nu tenslotte inge
werkt, ze had zich schandelijk ge
dragen en ze moest maar zien hoe ze
zich er uit draaide.
Toen verliet hij, woedend zijn cou
rant neersmijtend, de kamer.
Dien middag aan tafel sprak hij
geen woord.
Mevrouw Mercier zat stil en schuld
bewust tegenover hem. Elk oogenblik
scheen ze het bericht te verwachten
dat de politie haar ontbood.
Na het eten zeide ze zacht :?
Albert.... ik heb nog een ver
zoek ....
In verband met die aanrijding
.... die moord.... die lafheid .. .. ?
vroeg hij kwaad.
.... Ze zuchtte en erkende toen:
Ja.. .. je kunt iets voor me doen
.. . .Zeg nu niet dadelijk neen.. .Een
kleinigheid maar.... Men zoekt me
natuurlijk.... Ik geloof niet dat mijn
nummer is opgeschreven.... Heusch
ik zal alles doen wat in mijn vermogen
ligt.... Misschien zullen ze
adverDD
uu
J
Er is iets vreeselijks gebeurd
teeren.... Jij hebt alle couranten op
je kantoor.... Laat ze die goed na
kijken en ik zweer je dat ik op het
minste spoor alles in het werk zal
stellen om het goed te maken....
Van mijn eigen geld....
Hij knikte, en herhaalde dat hij
er zich niet mee zou bemoeien. Maar
de couranten zouden worden
naezien.. Dat was goed ....
Bij een hoek van een straat
Reeds den volgenden morgen ont
ving ze van zijn kantoor een courant
met een nijdige roode streep bij een
advertentie.
En met kloppend hart las ze:
Kruispunt Spoorlaan-Boschkade.
Dame, grijze auto besturend gister
middag omstreeks halfvijf, wordt
vriendelijk verzocht bericht te zenden .
onder nummer....
Dien middag kwam Albert niet
thuis eten, en ze bracht den dag in
de grootste spanning door.
Den volgenden dag volhardde hij
in zijn stuursche houding en ook toen
kwam het geval van de aanrijding
niet ter sprake.
Toen ze den derden dag thuis kwam
zat hij daar reeds.
Maar nog vroeg hij niets.
Tenslotte viit schuldbesef en omdat
de spanning ondraaglijk werd, zeide ze
's avonds .... Ik ben er geweest....
En. . . . ? vroeg hij zonder op te
zien van zijn courant.
Het is in orde, zei ze.
Toen zei hij ernstig:
Laat het je een les geweest zijn.
Ditmaal ben je er zonder kleerscheu
ren afgekomen .... Chauffeer nu niet
meer zelf....
Met deze vermaning eindigde het
incident.
Voor hem tenminste....
Want toen ze een paar dagen later
weer met Charles een nieuwen
kennis van wiens bestaan Albert
geen notie had theedronk, vroeg
deze opeens: .... Vertel me nu toch
eens.... Hoe heb je die advertentie
gevonden? Ik durfde het nauwelijks
verwachten.... Een onhandige ma
noeuvre van een chauffeerende me
vrouw op een straathoek.... Drie
woorden tusschen ons een glimlach..
Ik zette die advertentie maar in het
wilde weg.... Lees je zooveel cou
ranten of toevallig die alleen.. .. ?
Ze bloosde en zeide zacht:
.... Och neen.... weet je .... ik
hoopte.... en toen heb ik iemand, die
veel couranten leest, gevraagd eens
voor me uit te kijken....
Nieuwe uitgaven
Nationaal Huldigingsdéfilé, 9 Sep
tember 1933, Stadion, Amsterdam.
1898-1933. Uitg. N.V. Dagblad en
drukkerij De Standaard, Amsterdam.
Liedjes op het Kerstfeest. Woorden
en muziek van C. J. C. Geerlings.
Van. Gorcum & Oomp. Uitgevers,
Assen.
MIJHHA
BIJ Apoth. ca Drogiitn