Historisch Archief 1877-1940
-iïi.
18
De Groene Amsterdammer van 9 December 1933
N o. 2949
Uit het kladschrift van Jantje
:
*6
i'* '
Groquante croquetjes
Alida Zevenbootn
En nu zal u vreerad opkijken
ik ben op de schaats geweest! Dat
komt er van als je een echten Fries
op kamers hebt. Want dat is meneer
Stiefstra, zooals u wel begrepen zal
hebben. Toen ik hem van de week
zijn thee op bed bracht, want ik vind
dat het geen pas geeft dat Leentje
dat doet, omdat het een jong meisje
ia en je de mannen nooit kan ver
trouwen, vroeg hij direct: heefthet
van nacht gevroren, mevrouw?" en
ik liet hem de bloemen op de ruiten
zien. want als het echt koud is werkt
in onze flat de centrale verwarming
niet, heb ik gemerkt en als ik hem
niet met mijn oogen in bedwang had
gehouden, dan geloof ik, dat hij uit
het bed was gesprongen om zich met
zijn eigen oogen te overtuigen. En
nu het vriest, heb je geen kind aan
hem, dat moet ik eerlijk zeggen. Hij
fluit den heelen dag, heeft 's morgens
zijn schaatsen nagekeken, die prachtig
in.het vet zaten, en zoo pratende liet hij
mij de schaatsen van zijn overleden
vrouw zien en toen keek hij naar mijn
voeten en vond dat ze mij best
zouden passen en u zal er om lachen
maar zoo zijn Friezen als het vriest
in de keuken heeft hij ze me
ondergebonden en het was of ze voor me ge
maakt waren en nu hebben wij giste
renavond op een slootje achter de
Boerenwetering beentje over gedaan
en het ging nog heel goed, dat moet
ik zeggen en een vaste hand van rijden
als hij heeft! En hij wipt over de
scheuren als een jonge kerel en de
paar keeren dat mijn schaatsen onder
me uitgleden, greep hij me zoo stevig
vast dat ik niet eens tijd had te gillen
en na het elfde baantje zei hij, dat ik
veel vaster van slag was dan zijn
vrouw, die wat slap in haar knieën
was en na afloop hebben wij op de
Ceintuurbaan in een caféwarme pons
met een appelbol gegeten en als ik
nu niet zoo stijf in al mijn botten was,
dat ik geen voet kan verzetten, zou
er geen vuiltje aan de lucht zijn, maar
ik zal vanavond een extra glaasje
Jamaica nemen, dan is het morgen
alweer over want geen goud zoo goed.
zegt dokter Vos, al gebruikt hij zelf
nooit wat, maar dat gaat altijd zoo
met de dokters. Och, och, wat was
dat lang geleden dat ik op de schaats
stond. Het laatst was op de Heeren
gracht, waar de deftige ijsclub uit
die dagen een baan had tusschen de
Regulierssluis en de Vijzelstraat, dus
om zoo te zeggen, voor de deur en er
was een opzichter die zwieren kon
zooals ik nog nooit een man heb zien
beentje-over doen en omdat ik zelf
een flinke streek had en hij me gauw
in de gaten had, heb ik heel wat
baantjes met hem in den maneschijn
gereden en na afloop gingen wij naar
toetemeyer in de Amstelstraat waar
ze, volgens hem, de lekkerste pons van
heel Amsterdam schonken en wijlen
meneer was anders met geen stok op
het ijs te krijgen maar dien winter
bond hij ook onder en ik dacht, dat ik
door het ijs zou zakken, toen hij op
een avond in eens naar me toe kwam
en tegen me zei: vooruit, Aal,opleg
gen !" en daar gingen we en als
mevrouw zaliger niet zoo'n goeje
ziel was geweest, zou ze het me
misschien kwalijk hebben genomen,
maar zoo was ze niet. Alleen heb ik met
meneer geen warme pons gedronken
hoewel.... en met meneer Pierre
ben ik naar Marken geweest. Daar
wisten ze binnen natuurlijk niets van
want anders had er wat gezwaaid,
want het waren beste menschen,
maar dat zouden ze toch niet goed
gevonden hebben en nu is vanavond
meneer Stiefstra met Leentje weg,
maar daar zal ik een stoKJe voor
steken, want alles goed en wel, maar
dat kan ik in mijn huis niet hebben
en dan zoo'n gichelkind op hooge
hakken maar zoo zijn de mannen en
dan iemand die hard naar de zeventig
loopt en zijn lieve dochter moest het
weten en dat zal ik hem toch wel
even laten voelen en roekeloos als
hij met zijn gezondheid is. Winter
en zomer loopt hij met hetzelfde
netjesgoed en geeft dat pas voor
iemand die het zoo op zijn borst heeft?
Ons acteurtje is nu heelemaal in de
war, want met het ijs komt er heele
maal geen kip meer in den schouw
burg, en zoo zei hij, net hebben wij
een trek-stuk dat heel Amsterdam
had willen zien en waai* moet het met
den fakkeloptocht van den Burge
meester naar toe als het zoo koud
blijft en of het waar is weet ik niet.
maar ons acteurtje vertelde, dat dit
keer de fakkels niet gedragen zullen
worden door glazenwasschers, zooals
altijd met de studenten-optochten het
geval is, maar dat de raadsleden het
zelf zullen doen en als dokter Vos dan
maar geen kou vat, hoewel hij me a,l
gezegd heeft, dat als 'er wat gebeurt.
ik best dokter Maup de Hartogh kan
laten komen, wat ook een goeje dokter
moet zijn, al doet hij ook zoo'n beetje
aan de politiek en daar had je toch
vroeger niet bij de dokters mee moeten
aankomen. Dokter Tilanus moest er
niets van hebben en toch heeft hij
de heele Bocht behandeld en van al
zijn patiënten is hij de eenige die nog
leeft wel een bewijs wat een uit
stekende dokter hij was. En nu zei
meneer Stiefstra van de week tegen
me, dat meneer Drikus Colijii mis
schien weggaat als minister en dat
onze gulden dan twaalf cent wordt
en ik ben toch blij dat ik wat gouden
tientjes achter de hand heb gehouden
en er zijn er nog bij met loshangend
haar maar waar gaan wij op zoo'n
manier naar toe? Vroeger was een
gulden een gulden en kon je er overal
honderd centen voor krijgen en ze
schrijven me veel te veel over al die
dingen en dat kan nooit goed zijn.
Wat wist een mensch vroeger van
den gouden standaard en inflatie en
tegenwoordig kan ik geen krant inzien
of je struikelt over die woorden en
hoe ging het in mijn tijd? Je had een
spaarbankboekje en daar kwam met
kermis en nieuwe jaar wat extra's op
en je haalde er wat af als je wat noodig
had en toen ging alles zoo als het
behoorde en wat wist de wereld toen
van economie en al die geleerde dingen
en nu weet kleine Ali me al te vertellen
dat ik aandeelen moet koopen en een
meneer op haar kantoor wou dat wel
voor me doen maar Aal is ook niet
gek. Ik heb mijn gouden tientjes in
mijn peluw genaaid en daar blijven
ze af. En nu ga ik een glaasje boeren
jongens nemen, want dat is ook best
tegen de kou, (het dooit wel, maar ik
hou het er maar op dat 't weer op
vriest) maar met rozijnen met pitten,
want dat is veel lekkerder. En meneer
Stiefstra drinkt het als water en dat
met zijn zwakke maag !
Tentoonstellingen
Arti et Amicitiae, Amsterdam. Ten
toonstelling Prof. Max Liebermann.
Tot 11 December.
Kunstzaal van Lier, Amsterdam.
Werken door Jon. van Herwijnen.
Tot 14 December.
Kunstzalen A. Vecht. Bokin 122,
Amsterdam. Schilderijen, aquarellen,
etsen, enz. door Sal. Meyer. Tot
15 December.
Kunstkelder 't Center, Torenstraat
140. Den Haag. Werken van Dolf
Henkes. Tot 15 December.,, *'«* ???»
Kunsthandel Huinck & Scherjon.
Heerengracht 489. Amsterdam. Wer
ken door, te Parijs levende,
Italiaansche kunstenaars. Tot 16 December.
,,De Nieuwe Muziekschool," Henr.
v. Lijndenlaan (3, Zeist. Schilderijen.
gouaches, teekeningen en cartons voor
muurschilderingen door Charles Eijck.
Tot 17 December. ' ;
Kunstzaal van Lier, Amsterdam.
Plastieken door Fritz J. Kormis.
Tot 21 December.
Atelier van Lea II. Halpern, Plan
tage Fransche laan 25 beneden, Am
sterdam. Pottenbakkerskunst. Tot 23
December (Gesloten 2, , 16 Dec.)
,,Op het Dak", Metz &Co., Amster
dam. Metz £ Co., Den Haag. Stalen
meubelen door J. J. P. Oud, Djo
Bourgeois en Jeaii Burkhalter. Tot
23 December.
Kunstzaal Wagenaar, Nieuwe
Gracht 25, Utrecht. Schilderijen,
pastels en teekeningen door Paul Citroen.
Tot 23 December.
Kunsthandel Van Meurs, Amster
dam, Japansche houtsneden. Tot 24
December.
Palais des Beaux-Arts, rue
Ravenstein, Brussel. Werken van Isidore
Opsomer. Tot 24 December.
Buffa, Amsterdam. Kleinwerk.
schetsen in kleur en teekening, door
Leo Gestel. Tot 30 December.