De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1933 9 december pagina 5

9 december 1933 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

De Groene Amsterdammer veto 9 December 1933 Muziek Julius Caesar Constant van Wessem Minister de Wilde en de oplossing van het zendervraagstuk Teekenlng B. van Vlijmen Handel's werk opgevoerd door de Opera Studio Laten wij den lezer de gebruikelijke inleiding over het lot der Nederlandsche Opera's, hun strijden, hun lijden en succombeeren in den loop der tijden, besparen. Laten wij ons bij de feiten van het oogenblik houden en deze feiten zijn: dat een nieuwe jonge opera-groep een worp doet naar* de . bestendigheid, die wij haar allen van harte gunnen ! "Want hier is serieus werk geleverd, niet zoo zeer in den zin van wat men .zoo een behoorlijke voor stelling" gelieft te noemen, een clichévan andere traditioneele Duitsche of Italiaansche opera's, maar er is vooral een poging gewaagd om aan het stjjllooze spektakel, dat opera" heeft, een nieuwen stijl te geven. Voor mij persoonlijk is dit het inte ressantste deel van de opvoering van de opera Julius Caesar" van Handel door de nieuwe groep van ' de Opera Studio in den Stadsschouwburg geweest. Men versta mij niet verkeerd; ik heb alle waardeering vqor het initiatief, dat ons kennis deed maken met den opera-componist Handel, die naast den oratorium-componist Handel hier vrijwel niet gekend wordt. Het was belangwekkend een zekere, vooral motorische, dramatische kracht in diens operamuziek te constateeren, maar mijns inziens was dit juist een element te meer, dat medehielp het geheel aan een bepaalden plastischen stijl in de uitbeelding op het tooneel te binden: van den . kant van de zangmelodie beschouwd heb ik deze muziek maar op enkele plaatsen van een bewonde renswaardige schoonheid, als in de oratoria wordt bereikt, gevonden. De regie had zich vooral op het motorisch-muzikale, het muzikaal-bewegende element in Handel's opera-dramatiek gespitst. Dit leidde de massagroepeeringen, het opkomen en weggaan van groepen en personen, en de regie liet zelfs de ritor nellen bjj den zang door plastische bewegingen en' standen van het ballet, dat telkens het tooneel onderstroomt" tot een levendig geheel, als sym bolische figuren en schaduwen de innerlijke uit drukking van een aria ondersteunend voor het oog, uitbeelden. Er zijn er, die hierop wel het een en ander aan te merken hebben; maar sinds er eenmaal uitgegaan was van een bepaalde stijlop vatting, moet men dit als zoodanig laten gelden: het deed het en dat is het voornaamste. Het geschiedde ook meestal met een juist begrip voor de verhoudingen, voor de plaats, die dit soort plastiek in het geheel mocht innemen: n.l. niet afleidend, maar bijna als vanzelf aanvullend. Aan den anderen kant bond dit wel de bewegings vrijheid en vooral de ontwikkelingsvrijheid van het ballet, dat feitelijk niet de rol van een ballet in den traditioneelen zin zooals wij dat in de opera gewend zijn, vervulde, maar die van een soort bewegingskoor, met verwantschap aan de antieke koren, die met hun kreten en toelichtingen daar de behandeling begeleidden. Wat nu den stijl betreft, waarnaar bij deze op voering gestreefd werd, de moderne geest'Speelde er in zooverre een rol in, dat hj,er als eerste wet soberheid bleek te gelden, meer aanduiding dan volledigheid, meer suggestie met enkele aan duidende middelen dan een volledige ontvouwing van alles wat zichtbaar kon worden gemaakt voor het oog, van welke opvatting het voordoek van Hordijk reeds een voorbereiding gaf! Schets matig ^waren zoowel tooneel en decors als costuums; naar een zoogenaamden historischen stijl was hierbij vniet gestreefd. In tegenstelling met wat men te vaak reeds zag bij zulke pogingen om het operatooneel te styleeren, pogingen, die feitelijk van het tooneel en niet van de muziek zelf uitgingen en derhalve de muziek in het geheel ook meer be geleiding van de handeling dan omgekeerd de De grootste collectie Kronen, Kaplampen, Schemerlampen De vier Heemskinderen JASPERS CEINTUURBAAN 308 AMSTERDAM. TEL. 21OO6 handeling tot begeleiding van de muziek maakten, heeft de Opera Studio in!de eerste plaats den geheelen plastischen opbouw uit de ? emotioneele kracht van de muziek ontwikkeld, en haar overal vrij gelaten als eerste tot ons te spreken. Ik vind dit juist het belangrijkste resultaat, dat door de op voering hi den geest zooals de Opera Studio die gedacht had, werd bereikt en waardoor zij iets werkelijk,. nieuws en hoogst belangrijks in ons muziekleven is begonnen, waarom wij haar ook hefe allerbeste wenschen voor haar volgende ververtooningen. Ik bracht vooral naar voren wat belangrijk was in de opvoering van Handel's Julius Caesar. Het wordt hiernaast bijna gemeenplaateig te gaan op merken, dat er natuurlijk nóg veel voor verbe tering vatbaar is. Het zooveel eischend apparaat van een operaopvoering kan niet terstond, bij zijn allereerste tewerkstelling, feilloos arbeiden, rou tine, samenspel, enz. zijn alle dingen die eerst door de praktijk verkregen worden. En dat een Hollandsche onderneming een ;opvoèring in een an dere taal heeft gegeven, ik ben de laatste om niet de oorspronkelijke taal boven een ondoelmatige Hollandsche vertaling te verkiezen (voor een goede t vertaling was, naar wij mogen opmaken uit ver klaringen in de pers gedaan, nog gén gelegenheid). Alleen: Handel's opera werd in het Italiaansch geschreven en het Duitsch, dat men blijkbaar ten behoeve van het praktisch gebruik koos, is al een vertaling, die bovendien ook de feilen van het vaak te zwaar klinkende Duitsch heeft. Wij wachten niet zonder spanning op wat de Opera Studio ons de volgende maal gaat brengen. Grooter lof dan dat zij deze spanning in ons heeft gewekt is haar moeilijk te geven. Paul Pella de dirigent, Abraham van der^ Vies, de regisseur, Gerard Hordijk, de decorateur en de ontwerper der costuums. Darja Collin en Igor Schwezoff, van het ballet, om hen die de directe leiding hebben te noemen, zij allen hebben hard en be wonderenswaardig gewerkt, maar zij hebben ook tevens verwachtingen in ons gewekt, wier ver vulling voor hen zeer zeker een eerezaak moet gaan worden. Gesprongen handen-Ruwe huid DOOS n||D<%W 3Oen60ct f^^^ m^H \Jr B^ Bij Apothekers en Drogisten

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl