Historisch Archief 1877-1940
Een wereld vol tegenstrijdigheden
G. Simons
ET regent plannen, voorstellen en maatregelen ter verbetering
van chaotische sociaal-economische toestanden. Honderden
autoriteiten hebben dikke boeken en 'artikelen geschreven over
de oorzaken van deze depressie en geen twee
daarvan zijn het met elkaar eens. Iedereen
schrijft en spreekt over goud, crediet, wissel
koers en geen sterveling schijnt precies te
weten waar de wind vandaan komt en
heentrekt. Dit is een uitgezochte tijd om plannen te
maken.
Tweeduizend jaar v. C. verscheen Hammurabi in
Babyion met de eerste code voor openbare werken
op het tapijt.
Zijn opzet was werk- verschaffing op groote
schaal, het aanleggen van irrigatiewerken, dijken,
kanalen, parken, wandelwegen, enz. De Egyp
tische Pharaoh's stelden een twintigjarig plan
vast voor het uitvoeren van maatschappelijke ,
werken voor 100.000 man. De beroemde koning
Darius voerde in Perziëgroote economische ver
anderingen in en smeedde geweldige plannen voor
zijn volk.
Aristoteles werkte schitterende economische
plannen uit voor Alexander de Groote.
Chineesche keizers trachtten 500 jaar v. C. de wel
vaart onder het volk op kunstmatige wijze te
verhoogen. Peter de Groote was de Sovjet regeering
300 jaar vooruit met zijn economische plannen. De
bekwame Fransche minister Colbert en Oliver
Cromwell, de hardhandige Engclsche puritein,
streden beiden voor sociale verbeteringen. Zij
zijn de vaders van de voordeelige handels
balans", van beschermende rechten om de
nationale industrie te beschermen, van dure
export artikelen en import van goedkoope
grondstoffen. De oergrootvader van alle eco
nomisten was de Fransche dokter Fran?ois
Quesnay, de man die de schoone theorie uit
vond, dat nationale rijkdom en welvaart van
mijnwerken en landbouw stamden, dat fabri
kanten en handelslieden niets nieuws" pro
duceerden doch slechts grondstoffen ruilden of
transporteerden. Daarom moest de regeering
handel en industrie beschermen en geen belasting laten betalen. Hij
vlocht de wieg van het beruchte laisser faire". De kleine groep die
zich om Quesnay schaarde noemde zich economisten".
De beroemde Schot Adam Smith eigende zich Quesnay's econo
mische gedachten toe, lanceerde ze in Glasgow en schreef later het
standaardwerk The Wealth of Nations". De rijkdom der naties"
werd die van den middenstand. Het goedige volk werd er de dupe
van zooals gewoonlijk. Schrandere industrieelen bekommerden zich
alleen om die ideeën van Smith die in hun kraam te pas kwamen.
Zoo schijnt nooit iemand notitie te hebben genomen van den zeer
belangrijken zin uit dat boek waarin hij zegt: De belangen van den
producent komen alleen voor bescherming in aanmerking voor zoover
zij die van den consument dienen.
Vervolgens verschenen twee andere onsterfelijken David Ricardo,
wiens theorieën nog steeds den grondslag vormen voor de studie van
alle economische denkers en Kar! Marx wiens Das Kapital", nieuwe
hoop deed opleven in de harten van de arme arbeidersklasse.
Velen achten deze . twee de grootste economische denkers der
igde eeuw, ofschoon hun theorieën meestal verkeerd uitgelegd
worden.
De wegen der geschiedenis liggen bezaaid met de wrakken van
economische plannen en civilisaties. Het aantal verongelukte New
Deals": is onmetelijk. Daarom verkondigen de kalme, bedaarde con
servatieve leiders van rustige, kalme en bedaarde volken: dat Keulen
en Aken niet op n dag gebouwd werden en dat niet
alle nieuwigheden verbeteringen beteekenen.
De wereld is zoo gewend geraakt aan armoede en
ellende dat zij onmiddellijk sceptisch grinnikt wanneer
een leider voor den [dag komt met suggesties of
plannen om zulke sociale toestanden te veranderen.
Wij zijn zoo gewend geraakt aan arbeidsloozen dat
wij het dole" systeem of verzekering tegen werk
loosheid hebben ingevoerd. Groote Europeesche
kopstukken beweren nog altijd, dat de Euro
peesche wereldoorlog", zooals mijn Chineesche
vriend zegt, de oorzaak is van al onze moeilijk
heden. Andere goden zeggen, dat de machine, die
wij zelf gebouwd en uitgevonden hebben, de schuld
draagt. Wanneer deze heeren meenen, dat zij iets
nieuws ontdekt hebben, vergissen zij zich heel erg.
AbbéLancelloti (1579) schreef dat Antony Muller
van Danzig een vernuftige machine had uitge
vonden die vier en zes stukken tegelijk weefde. Dz
beminnelijke burgemeester dier veste liet den uit
vinder in 't geheim worgen of verdrinken, omdat hij
vreesde, dat die machine een groot aantal arbeiders
broodeloos zou maken. De wevers in de vroede
stad Leiden kwamen in 1629 in opstand tegen de
weefmachine en de eerbare gemeenteraad verbood
het gebruik ervan. In 1632 en 1639 werden wetten
aangenomen die dat verbod bekrachtigden, doch
op 15 December 1661 was de regeering genoopt
het gebruik van weefmachines toe te staan. Wij
zien dit verzet van de arbeiders tegen de machine
door de geheele geschiedenis der Machine Eeuwen
(niet eeuw" zooals thans wordt beweerd). De
wolscheer-machine van Everet in Engeland ver
oorzaakte werkloosheid van 100.000 arbeiders. De
uitvinding van John Wyatt, een spinmachine,
legde de basis voor de Industrieele Revolutie
in de i8de eeuw. Gedurende een groot gedeelte
van de ige eeuw hebben de arbeiders machines
verwoest die hun het brood uit den mond stalen.
De invoering van de zijdemachines door Jacquard,
het aanleggen van spoorwegen in Frankrijk
en elders veroorzaakte bloedige opstanden.
Men kan zich thans moeilijk een beeld vormen
van de vreeselij ke ellende die het invoeren van de machinale weverij
in 't begin der igde eeuw onder de Engelsche handwevers veroor
zaakte. Zeer vele arbeidersfamilies stierven een langzamen honger
dood toen zij trachtten het schamele leven te rekken met een in
komen van drie stuivers per dag.
Gedurende al die jaren van de triomfantelijke Machine moest
hoogere productie betaald worden met lange eentonige en ver
moeiende werkuren. De werkman was de slaaf van de machine en zijn
bezitter. Stukwerk werd ingevoerd om tijdverspilling der arbeiders
te voorkomen. Het Taylor-systeem vierde triomfen. De
arbeidsbewegingen van iederen werkman werden met stop-horloges gecon
troleerd. Arbeidsuren in die Machine Eeuw van 12, 14 en 16 uren
per dag waren regel. De algemeene theorie was: lange arbeidsuren
en lage loon en. Niemand scheen op de gedachte, te komen dat lage
loonen vermindering van koopkracht beteekende. Niemand scheen
er over na te denken dat iedere werklooze de consumptie van alles
en nog wat pro rata verminderde. In 1850 schreef A. Ferguson in
zijn ,,A History of Civil Society": Onwetendheid is de moeder van
de industrie. Overdenking en verbeeldingskracht zijn onderworpen
aan vergissingen; maar gewoonte van hand- of voetbeweging is
onafhankelijk van beiden. Fabrikanten zijn daar het voorspoedigst
waar het verstand (der arbeiders) het minst geraadpleegd wordt en
waar de fabriek beschouwd kan worden als een groote machine
waarvan de menschen onderdeden vormen. ,,Taylor, die halfgod