De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1933 23 december pagina 11

23 december 1933 – pagina 11

Dit is een ingescande tekst.

h i-* '. 'f- ? l'Kunst en critiek Kr ia iets niet in orde met onze kunstcritiek. Iemand zijn levensonderhoud ontnemen, is wet telijk verboden. Maar iemands geestelijke en stof felijke levensmogelijkheden uit den weg ruimen gebeurt in de dagbladcritiek dagelijks ongestraft. Niemand schijnt daartegen op te komen. Buiten staanders weten van die zaken gewoonlijk niets, zouden ze misschien niet eens gelooven. Zeker, de critiek heeft haar rechten, Maar dan moet het werkelijke critiek zijn en geen jour nalistieke beunhazerij, die haar eigen onwetendheid «n ondeskundigheid achter mooie praatjes en vlot geschrijf verbergt. Uit een lange reeks van feiten noopten mij de volgende gebeurtenissen, die de verslagen' van den heer Werumeus Biining betref fen, tot publicatie: Een voorbeeld van de partijdige critiek (partij dig wegens de doorzichtige relaties tot een ander blad als waarin deze critiek verscheen) waaraan <teze verslaggever zich waagt, is te vinden in een Artikel, dat enkele weken geleden in de Groene" verscheen. De strekking van dit artikel was blijk baar niet om over Kurt Jooss te schrijven, doch andere dansartisten in het zonnetje te zetten. "Weinig ter zake wordt 'hier o.a. Yvonne Georgi's kunst grootscher genoemd dan die van Jooss. Mijn «leerlinge, Attie van den Berg, werd op 31 Mei jl. door Werumeus Buning in de Telegraaf geprezen als een der allerbeste jonge Nederlandsche ?danseressen, die gratie, temperament en goede scholing bezit en bovendien pittiger choreographie laat zien dan de knappere, maar zoutelooze van haar leermeesteres. Mijn ensemble wordt het beste in Nederland genoemd. De groep behoefde ?echter een bekwaam regisseur. (De regisseur, die taar in drie jaar tijd vermocht te vormen, kon inpakken en naar huis gaan). 6 October jl. gaf Attie van den Berg van mijn school uit een dans avond tot afscheid voor haar vertrek naar Essen, ?waar zjj bij Kurt Jooss een vrijplaats verwierf. In zijn critiek op deze uitvoering miste Attie van den Berg, volgens Werumeus Buning, dansdrift, scholing en goede choreographie. Er bleef van een der allerbeste jonge Nederlandsche danseressen geen stuk heel. De inhoud dezer critiek was in hooge mate onzakelijk. Uit deze, elkaar tegen sprekende, critieken blijkt duidelijk dat Werumeus Buning zoo weinig zeker van zijn zaak is, dat hij geen recht tot spreken behoort te hebben. Gebrek aan deskundigheid geeft hij trouwens, persoonlijk, toe. Tot f dusverre deze voorbeelden van deze zon derlinge uitoefening van critiek. Maar nu in het algemeen gesproken: wat beteekent de waarde bepaling der hedendaagsche dagbladpers voor een kunstenaar? Is zij een wezenlijke beoordeeling of een minderwaardige opkamming óf afslachterij, al naar mate het den criticus in zijn kraam te pas komt? Ik oefen sinds vijf en twintig jaar mijn vak uit. "Vijftien jaar in Holland, tien jaar in het buiten land. Met hart en ziel werkte ik aan mijn school, ^waaraan ik steeds de beste onderwijskrachten verbond. Met de verschillende door mijzelf ge vormde Jensembles toonde ik de dansregie te beieerschen. Nu komt Yvonne Georgi en Werumeus Buning haast zich te schrijven: Het zal voor den Nederlandschen dans een levensbelang zijn dat de groep (een ensemble, gevormd uit de leer lingen der verschillende Amsterdamsche dans«oholen) onder haar leiding nieuw werk vindt.... de grondslag werd gelegd voor de toekomst van ?een Nederlandsen ballet". Voor dit laatste werkte ik succesrijk met de overgave van mijn leven. Is Yvonne Georgi's werk beter dan bet mijne? Het ligt. volstrekt niet in mijn bedoeling Yvonne 'Georgi's werk te misprijzen. Zij is een danseres van standing en heeft een verzorgde, gedistingeer de choreographie ten tooneele gebracht. Dooh ik acht het oordeel dwaas en onrechtvaardig, dat mijn praestaties voorbijziet in de termen: Het is het begin van een nieuw hoofdstuk in de historie van den Nederlandschen dans, dat dezen avond een Nederland sch ballet danste, dat men zich van velerlei richting en opvatting onder -de leiding stelde van een beproefde choreografe, «n slaagde." Waar blijft de Wagnervereeniging met haar belofte, om den Nederlandsche leidsters van dansscholen ieder een beurt te geven? Waarom krijgt , Yvonne Georgi twee beurten na elkaar? Want ?ook de verzorging van het Tannhauserballet -werd haar opgedragen. Deze toestand wordt oogluikend toegestaan door de danscommiasie, een college waarin de danscritici van Handelsblad, Telegraaf en Volk zoowel als de Heer Cronheim, als gedelegeerde van de Wagnervereeniging, zitting hebben. Ter loops zij hier nog opgemerkt, dat de leden der dans commissie, die verscheidene'malen als opdracht gevers der danseressen fungeerden, onder die omstandigheden bezwaarlijk haar critici konden zijn. De commissie zag daarin echter geen bezwaar. Wordt het niet tijd, dat de kunstenaars de ondeskundige critiek uit hun zalen en studio's weren? Wijlen Alexander Schmuller heeft hiertoe den moed gehad. Een kunstenaar heeft het hart van zijn publiek noódig en moet zich dat kunnen veroveren met wat hij te brengen heoft, zonder de tusschenkomst van den criticus. Lukt hem dit niet, dan zal hij door leege zalen genoodzaakt zijn af te treden. Dat is een harde, maar eerlijke zaak. Het aftreden door de ondermijning eener slechte pers" is een wantoestand. Ik beroep mij op alle artisten, die met mij meevoelen. Gaarne zal ik ze ontvangen, ten einde met hen een uitweg uit den heerschenden toestand te zoeken. LILY GREEN Nieuwe Spiegelstraat 5. Muziek Constant van Wessem Het verhaal van den vos Ik heb op dien avond in den Hollandschen Schouwburg, tot stand gekomen op het initiatief van de Vereeniging voor Hedendaagsche Muziek, met medewerking van het Utrechtsen Kamerorkest, het meest de goede bedoelingen der uitvoerenden gewaardeerd. Van Strawinsky" had het al heel weinig. Noch technisch noch ideëel. Het had iets braafs, wat Strawinsky het laatst van alle eigenschappen heeft. Van zijn muzikaal. rauw en heel weinig liefelijk balletstukje Benard" bleef niet veel anders over dan een beminnelijk buitelend en springend samendansje van dieren uit een kinderxnatinee. En de muziek overstemde dusdanig hetgeen door de sprekers" gezegd en gezongen werd, dat men ook niet het Nederlandsen kon hooren, waarin Nijhoff den tekst van Strawinsky had overgezet en dat wel wat anders vertelt dan wat ze daar op het tooneel vertoonden. Het bleef vriendelijk en genoegelijk en aardig om te zien, de vos had soms zelfs momenten, dat hij waarlijk vos werd, maar Strawinsky" was het niet. Het Utrechtsen Kamerorkest onder leiding van Kees Hartvelt opende met de Ragtime waarin Strawinsky het jazz-verschijnsel" muzi kaal (of wil men alleen: rythmisch?) samenvat. Hartvelt dirigeerde het stram, alsof hij beduiden wilde Wat ook val, de maat sta pal", wat nog zoo gek niet was, want zoo dirigeerde Strawiasky later de ingewikkeldste rythmen van zijn Sacre" ook (het werd eenvoudig als het ei van Oolumbus !) Doch het leek nu meer een droog schema van het stuk dan het stuk zelf. Tot besluit ging Les Noces", de Russische boerenbruiloft, thans in concertvorm. Ik heb deze muziek, ongelukkigerwijs moet ik wel zeggen, een paar maal te Parijs gehoord en kwam er iedere Van links naar rechts: f, Storm, Joh .Sternheim, B. Rooyaardi Carpentier Alting en Nett Knoo maal als betooverd vandaan: deze muziek heeft een magie, die, anders dan de Sacre", die als electrische schokken werkt, tot in de diepte van het'gemoed natrilt. Het is voor mij eigenlijk het volmaaktste werk van Strawinsky. Maar onder de uitvoering in de Hollandsche Schouwburg heb ik mij verveeld, ik miste al bij de eerste inzet, die zoo fel en hard kan zijn als alarmklokken tot wat voor een fataliteit schept Strawinsky in zijn muziek gewone menschelijke handelingen om! dat onzegbaar ontroerende, waarop ik bij iedere auditie opnieuw met spanning wacht. Ik wil niet ontkennen, .dat er gewerkt \vas en dat alle uitvoerenden hun best deden. Maar het bleef nuchter als de een of andere brave cantate, waarvan men correct de noten zong zonder zelf er een deel van te worden. Lag het aan de niet genoeg dwingende directie van Hartvelt? Bier had een Monteux als dirigent moeten staan. Die kent het geheim Strawinsky". Maar zoo een vindt men niet overal. Dramatische kroniek (Slot van pag. 10) Daarentegen waren er vele rollen, die werkelijk creaties van onze eigen acteurs werden. Carpentier Alting, reeds machtig naar voren geschoten met zijn leeraar uit Eindexamen", zag men nimmer zoo scherp, zoo echt en tot in elk detail doorvoeld, als in dezen tot een wanhopig wrak uiteengeslagen Russische cognac-prins, Cruys Voorbergh had. de prachtige, sprankelende en immoreele zakenvirtuositeit van den kleinen loozen conferencier en chansonnier Krah, die op het misbruikte, maar argeloos gebleven deerntje Toni (maar wat is dit nog 'heelemaal een geclicheerde, litteraire figuur uit het Duitsche expressionisme !) minstens even biologeerend werkte als Uhle's mystisch-verheerlijkte sex appeal". Deze rol van Toni was trouwens een sterk persoonlijk succes voor Georgette Eagedoorn, een rol, waarop men van haar gewacht had en waarin zij dan ook alle charme en vragende jeugd legde, die haar eigen is. In den Grooten Schouwburg te Rotterdam heeft 15 December opvoering plaats gevonden van het lustrumspel van. het Rotterdams Studentencops: De Havenstad, van Victor E. van Vriesland. J. reedersvergadering uit het eerste tafereel

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl