De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1933 23 december pagina 9

23 december 1933 – pagina 9

Dit is een ingescande tekst.

No. 9961 De Groen mer van 23 December 1933 r ? L l Heraldiek Marten N. Damstra Historische geslachten Mocht ik in de kolommen van de Groene" al eerder de aandacht van de lezers vestigen op de belangrijke uitgaaf van de Koffie-Hag Maat schappij, de Nederlandsche Gemeentewapens", thans wordt onze belangstelling gewekt door een nieuw verzamelwerk op dit gebied. Ditmaal viel de keus op een serie geslachten apens van personen, die een rol in onze geschiedenis hebben gespeeld en wel in het bijzonder ten tijde vanden bevrijdingsoorlog tegen Spanje. Voorwaar een gelukkige keus! Nemen wij de heterogene bestanddeelen, waaruit dit werk is opgebouwd, nader in oogenschouw, dan behoeven wij niet lang te speuren om de waarheid te ontdekken van de uitspraak van G. de Nerval. ,4ahlason est la clef de Phistoire"; als de dragers dier kleurige attributen, die hun wapens zijn, in fleurige cortège ons voorbijtrekken, kan de ver zamelaar den loop der gebeurtenis sen uit dit tijdperk op den voet vol gen en zoo de historie zien her leven. Wij onderschei den de Spaansche regeering en haar aanhang en de Nederlandsche rebelier" la ter met hulp van Engeland, dat wij ook vertegen woordigd vinden, die zich opwier pen om onze ge westen van den druk van het Spaansche juk te bevrijden. Aan het hoofd schrijdt Oranje. Wij zien ook hier den band, die in die dagen tusschen het doorluchtige Huis van Oranje en ons land is ge vlochten. Wij volgen het leven van den Prins en zijn getrouwen tot aan zijn val door moordenaarshand. Zelfs van Balthasar Gerard treffen wij het wapen, waarmede zijn familie, die later ala beloo ning in den adel werd verheven, is begiftigd! Naast ?de wapens van Prins Willem en zijn gemalinnen, die van de landvoogdes van Philips Magaretha van Parma met haar stedehouders, die als leden van den Baad van State in naam regeerden, of beter adviseerden, terwijl de werkelijke macht berustte bij de Granvelle en enkele anderen. Wij zien de aanbieding van het smeekschrift door de gueux" en later de echte" geuzen, de komst 'van Alva en den bloedraad en het conflict ver scherpt zich als parallel aan de bezwaren tegen den regeerings'vorm en de hooge heffingen (tiende penning) de groei ende ontevreden heid zich ontwik kelt tegen godsdienstdwang en 'belemmering der gewetensvrijheid de inquisitie. Het beleg van Leiden alles herleeft. Hoe verleidelijk het moge zijn, onze geschiedenis aan de hand van dit plaatwerk te reconstrueeren ik mag hiervoor geen ruimte meer vergen en wil bovendien deze taak gaarne den verzamelaar overlaten. De meesterhand van Van der Laars verzamelde gegevens, verzorgde beschrijvingen en afbeeldin gen, die een lust voor de oogen zijn en den des kundige, die kan weten, welk een serieuse arbeid hier is gepresteerd, eerder dan den leek een indruk geven van de zorgvuldigheid, waarmede uit alle mogelijke bronnen is geput en is geschift om dit werk te maken tot een historisch document van blijvende waarde. Bernard Shaw On the Rocks** Lendenscbe orrespondentie. Shaw7 heeft de laatste jaren last" van zijn sociale oonscientie. Na de Applecart (tooneelstuk) verscheen een pamfletboekie over den kapitalistischen baaierd en nu alweer een drie-uur lange diagnose van het huidig gemeenebest Engeland. De behandeling geschiedt helaas niet zeer medisch, daar een ruim gebruik gemaakt wordt van den krommen oftewel lachspiegel en het X-stralen apparaat in de kast blijft. Den patiënt wordt hier door koud zweet bespaard en het zal den praktizijn veel vermaak hebben gegeven. Dat het volk eens bq den neus genomen wordt is geen groot bezwaar, maar het is mogelijk, dat welmeenende" medici aan hun eerlijk handwerk gaan twijfelen. Waarmede ik maar zeggen wil, dat het werk beter ongeschreven had kunnen blijven. Immers het is geen kunst, het weerkaatst slechts, is geen creatie; het is geen propaganda, want het kiest geen partij; het is geen wetenschap, daar het niet tot nadenken of verder vorschen drijft. Het dunkt mij, als gezegd, zelfs schadelijk, het kan bij sommigen kracht wegnemen, zonder een nieuwe krachtbron terug te geven. Tenzij in deze bron moet worden gezien het pruttelend kogelfleschje, waaruit de hoofdpersoon een stevigen slok neemt, als hij, premier van het Engelsche kabinet, verklaart rustig van uit een cottage golf te willen spelen en de zorg voor het wel en wee des volks aan sterker geesten over te laten. Tot deze slotsom geraakt hij als volgt. Het hoogtepunt van zijn politieke loopbaan, valt samen met het laagste punt der maatschappelijke eb en de arke Noach's zit ditmaal ongewenscht on the rocks. In plaats van reddingspogingen heeft men een circus te aanschouwen, waarin hij als August de Domme meehobbelt en ombuitelt, ernstig overtuigd van zijn leiderschap. Niet een stalmeester met hoogen hoed en snorren, maar een soort helderziende kinderjuffrouw stuurt hem dan de arena uit en de retraite in. Deze terugtocht is, niet wegens geestelijke overspanning, integendeel, zijn luie hersens zullen weer aan vasten arbeid worden gewend. Een gesprek met een ouden, socialistischen propa gandist (dat aan Shaw een brillante gelegenheid geeft zevenklappers en kinderpistolen af te schieten) doet hem snel vóór zijn vertrek de verzamelde werken van Karl Marx bestellen. Het resultaat van dezen zelfinkeer is verrassend; de eerste minister geeft ? buiten de reet van het cabiivet om bij zijn terugkeer een nieuw regeeringsprogram, waarin niets van hem zelf en R. van Ravenbeek alles van Marx, is' te vinden. (Ik vraag mij nog steeds af of ook dit een grap is zoo ja een beste dan wel een te kort van Shaw's eiger creatief denkend ve: mo gen). Na de bezichtiging der stallen zal de clown dus leeuwentemmer wePr den! Zijn medewerkers zien echter de politieke menagerie in [gevaar, ral is het program voor elk hunner persoonlijk wel een aantrekkelijk" onderdeel. Bovendien blijkt dat een deputatie van arbeiders plebs ingrata ? er niete van hebben moet, daar het hun alle aardigheid aan obstructie en wantrouwen ontneemt. Waarna de aspirant-dompteur zich gaarne laat afleiden door de amoureuze perikelen van zijn kinderen en de gemelde hartversterking put uit de overtuiging, dat hij niet voor leider in de wieg was gelegd en de voordeelen van het edele golfspel nooit naar waarde erkende. Intusschen gooien oproerige werkloozen de ruiten in en zuigen (als goede Engelschen) niet de Bed Flag", maar ,,England arise". Wij zijn dus net zoover als wij waren, het schip van staat zit nog omhoog, de sleepKootkapiteins blijven liever walbaas, de ruiten zullen wel worden gerepareerd en binnenkort hopen de werkloozen de foto van den grooten Bernard in badpak aan de Riviera in de Daily Herald te bewonderen. Hoogstens kunnen wij vermoeden, dat Sha\v meent te bewijzen, dat het volk beter gediend ware met een onbaatzuchtige dictatuur, dan een drainerige demokratie. Het mag zijn dat hij den slomen golfspeler overtuigt (die het trouwens maar al te graag zal aannemen). En indien zijn wensch niet hooger reikt, dan te willen prikkelen tot denken, dan kan ik u verzekeren dat het een scherper steekvlam op het Britsche schedeldak vergt dan deze spitsi» vonken. De goden verhoeden dat gij nu zoudt denken, dat ik als voorwaarde voor een kunstwerk een tendens stel. Hij die de wereld ziet en verbeeldt in afgewogen waarde, bezield en uit zich zelf ge schapen, is de vrije man op den grooten stroom. En als deze vrijbuiter zich dan al mengen wil in de zaken der landrotten, zoo zij hij een toornende of een liefhebbende, maar geen clown. Het verhaal van den snik achter de schmink is geen artistieke vrijspraak ! Blijft mij te zeggen dat het spel zeer goed was; de regie was matig, in den primairen zin van dit woord. Een sterk overdreven grime, gebaar, groepenverdeeling zou de ziel van het stuk nog hebben kunnen ophalen, zij het ook ten schade vaneden dialoog. Maar als gezegd het ging hier cm de vonken niet om het vuur. Londen, December 1933. Even uitgebreid als de verzameling gemeentewapens geeft deze collectie den verzamelaar ge legenheid de zinrijke voorstellingen der inheemsche heraldiek te leeren kennen en daarnaast zal hij nieuwe voorstellingen ontdekken, die oorspron kelijk in onze streken niet voorkwamen. Zien wij bijvoorbeeld in het wapen van Gaspar de Robles een leeuw afgebeeld, klimmend tegen den stam van een boem, en wij weten, dat in Groningen juist een aantal geslachten een ??elders in ons land niet voorkomende soortgelijke voorstelling in hun schild voert, dan rijst de vraag, of hier geen ver band mag worden gezocht tusschen deze geweste lijke voorliefde voor dit embleem en het wapen van den Groningsch-Frieschen stadhouder, die uit Portugal stamde. Hoe aardig is verder de geschiedenis van het ontstaan van naam en wapen van Willem Cornelisz, den Leidschen organist, die zijn diensten bij het ontzet beloond zag met naam en ,,sprekend" wapen Van Duyvenbode ! Bij de wapens treffen wij namen aan met een bekenden klank omdat ze voortleven in thans nog bloeiende geslachten als Van Amerongen, Casembroot, e.a. Wie er meer van wil weten, aarzele niet een verzameling aan te leggen van deze fraaie wapen zegels der Hag-Mij. Hij zal er het bijzonder ge noegen door smaken, dat den vorscher in de/e materie geboden wordt en bovendien zijn kennis der geschiedenis op waarlijk verkwikkende wijze kunnen opfrisschen !

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl