Historisch Archief 1877-1940
De Groene Amsterdammer van 30 December 1933
13
Armlastige spoorwegen
C A. Klaasse
De nieuwste ontdekking van
onze regeering
Het Wetsontwerp is er dus eindelijk; als de
kamerleden ja zeggen, kan binnenkort de
collectemet-de-stok-achter-de-deur onder de automobi
listen ten bate van het noodlijdende spoorwegbe
drijf een aanvang nemen. En die treincollecte zal
in tegenstelling met die voor trein 8-28 de meeste
automobielbezitters, zoo bedrijfsautohouders als
particuliere rijders niet erg sympathiek zijn. Stel
u voor, dat het den sigarenwinkeliers Slecht zou
gaan en den banketbakkers wat beter, en dat nu
de regeering een belasting ging heffen op taartjes,
de opbrengst als subsidie uitkeerend aan de
sigarenwinkeliers, en wel met het motief, dat beide
branches zich bezig houden met de voorziening
in de behoefte aan genotmiddelen, dat de n
de lasten van den ander had te dragen, en dat de
inkomsten van beide categorieën winkeliers in
n pot gegooid moesten worden en geleidelijk
verdeeld. Zooiets is nauwelijks denkbaar, niet
waar, te zot om over na te denken. En toch....
- het nieuwe wetsontwerp op het Verkeersf onds
is in wezen niet anders dan de uitwerking van
deze gedachte. Het eenige verschil is dat in casu
de Staat zelve sigarenwinkelier is, en dat is natuur
lijk een factor van beteekenis, booze tongen willen
beweren dat dit zelfs den doorslag geeft.
De regeering heeft n.l. plotseling ontdekt dat
het verkeer een eenheid is en in samenwerking
alleen een goed resultaat te verkrijgen is." En
daarom nu is het noodig een Verkeersfonds op te
richten. Dat zit inderdaad heel logisch in elkaar,
geheel op moderne leest geschoeid inclusief het
principe van arbeidsverdeeling. De verschillende
verkeersvormen doen er aan mee, de arbeids
verdeeling is aldus gedacht dat het autoverkeer
voor de inkomsten zorgt en de spoorwegen voor
voldoende verliezen om die inkomsten weer kwijt
te kunnen raken. Tot nu toe hebben we allemaal
de groote lijn, het breede plan uit het oog verloren,
we hebben altijd kleinzielig zitten peuteren met
incidenteele maatregelen zonder wijd allesomvat
tend schema. Tot nu toe vonden we het voldoende
wanneer het automobielverkeer zelf de gelden
bijeenbracht voor aanleg en onderhoud der Wegen
die noodig waren om dat verkeer te kunnen in stand
houden. De voor dat doel geheven wegenbelasting
was eigenlijk geen belasting doch een retributie,
een bestemmingsheffing dus, een prijs voor speciale
door jie overheid aan de betrokkenen gepresteerde
diensten. Maar dat schijnt een verouderd begrip
te zijn. Deze gelden zullen de autobezitters moeten
blijven betalen, meer nog zelfs, maar het is niet
meer de bedoeling ze uitsluitend voor wegen
verbetering te gebruiken, ze gaan in den
gezamenlijken pot, d.w.z. ze verdwijnen grootendeels tegen
het tekort van de spoorwegen. De heffing wordt
-nu dus wel een belasting, vandaar dat men pi
teitshalve den naam verandert in Motorrijtuigenbelas
ting, de naam Wegenbelasting mocht den
contribuanten nog eens in herinnering brengen, dat ze
vroeger, i. c. wegen, waar voor hun geld kregen.
Om kort te gaan, de quintessens van het
heele geval is dus dat de opzet wordt om het in
het laatste decennium zeer sterk opgekomen
motorverkeer-op-den-weg te laten bijdragen in
de tekorten van de spoorwegexploitatie die
tendeele waarschijnlijk mede zijn toe te schrijven aan
deze autoconcurrentie. Is daarvoor een redelijk
motie! ? De regeering heeft in haar toelichting
.motieven niet gegeven. Het sterkste argument
ligt in de coördinatie van het verkeer, den
samen. hang der verschillende verkeersonderdeelen, die
voorloopig niet veel meer dan holle phrase is.
Het motief dat het autoverkeer dat toch al zooveel
voor heeft op het treinverkeer best wat in de exploi
tatie van die concurrenten kan bijdragen kunnen
wij gevoegelijk voorbijgaan, kinderlijker verdedi
ging kan men zich moeilijk voorstellen. Is er dan
geen enkel redelijk argument? Waarschijnlijk
wel.
* *
*
In de eerste plaats kan me nstellen, dat allen,
die regelmatig gebruik maken van andere verkeers
middelen, dan den trein, toch niet graag zouden
willen dat er geen trein bestond. Hij, die
regelmatig te water vervoert, waardeert de
spoorwegen in tijd van stremming door vorst
in hooge mate ! En de automobilist die door ijzel
van den weg wordt gehouden? Voor al deze trans
port-gebruikers" is de trein een soort van brand
ladder, waarvoor zij best een betaling over hebben
althans dienen te hebben, afgezien dan van de
vracht die ze natuurlijk betalen wanneer ze ervan
gebruik maken. Maar daarbij gaat het niet om
millioenenbedragen die er thans gevraagd worden.
En wat zou men van het volgende argument
zeggen? In de tientallen jaren, die voorafgingen
aan het huidige motortijdvak, heeft de gemeen
schap ten behoeve van allen die transport behoef
den de spoorwegen aangelegd met aanwending
van een zeer belangrijk deel van het volksvermogen.
Nu er een goedkooper te exploiteeren vervoer
middel is gekomen, gaat het dan maar aan om
de vervoerders te ontheffen van den heelen last
van die oude kapitaalsinvesteeringen? Wanneer
men het probleem zoo stelt zou een negatief ant
woord nog zoo gek niet klinken ! Al moet men
daarbij onmiddellijk bedenken, dat in honderden
soortgelijke gevallen de nieuwe concurrent onbe
last zijns weegs kan gaan, omdat immers het ver
ouderde bedrijf machteloos staat, de regeering
alleen kan in dezen ingrijpen. Waar ze niet aan denkt,
behalve.... in het geval zij zelf de dupe van den
nieuwe concurrent zou worden. En dat is al weer
het onlogische in den opzet, alleen het feit dat
toevallig de regeering zich voor de dividend
betaling der Spoorwegmaatschappijen garant stel
de, is de oorsprong van dit principe".
Maar wat men ook van principes in dezen moge
denken vast staat, dat de uitwerking van de rege
ling, zooals men zich die voorstelt, volslagen
willekeurig en zonder economische» grondslag
is. Want het plan komt zoo ongeveer hierop neer,
dat het autoverkeer moet dienen als sluitpost
op de Verkeersfondsbegrooting. Dat wil dus
zeggen, dat, wanneer door slechte
conjunctuurverhoudingen, het spoorwegbedrijf een deficit
oplevert, het autotransport dat moet bijpassen,
terwijl in tijden van gunstiger conjunctuur dit
niet noodig is. Aldus zouden de transportkosten
in depressietijd hooger zijn dan in tijd van voor
spoed, hetgeen toch allerminst overeenkomt niet
het streven om alle productiekosten, dus ook
die van het transport in crisistijd tot een minimum
te reduceeren. Een tweede gevolg is dat in depres
sietijd de opbrengst der motorrijtuigenbelasting
grootendeels zal weggaan aan het spoorwegtekort
terwijl er weinig overblijft voor wegaanleg, terwijl
in periodes van hoogconjunctuur het wegennet
uit het overschot van het Verkeersfonds sterk kan
worden uitgebreid. Nu wil ik geenszins zeggen,
dat wegenaanleg de heele crisis kan opheffen,
deze werken zouden slechts een heel klein deel
van de werkloosheid kunnen wegnemen. Maar
elk beetje helpt in deze, en in elk geval staat
vast dat door aanleg in dezen tijd de
volkshuishoudelijke kosten van het wegennet tot een
schijntje terug te brengen zijn. De nieuwe
verkeersfondsopvatting draait dat alles volkomen onderste
boven.
* *
*
Door het nieuwe ontwerp heeft de regeering
het vraagstuk der wegbelasting plotseling in een
heel nieuw stadium gebracht. Al geruimen tijd
is van verschillende zijden, voornamelijk uit
spoorwegkringen, geageerd voor verhooging dier belas
ting, omdat volgens de opvatting der betrokkenen
de belasting niet voldoende was om het auto
verkeer zijn eigen kosten wegaanleg en onder
houd tenvolle te laten betalen zoodat het
bevoordeeld zou zijn in- vergelijking tot de
spooren tramweg die wel die volle lasten droegen. Ware
die bewering juist, dan zou een verhóoging van de
wegenbelasting alleszins te motiveeren en zelfs
noodzakelijk zijn geweest. Maar de grond voor de
voorgestelde verhooging ligt hier niet, integendeel
het verband tusschen de specifieke kosten van het
autoverkeer en de autobelasting Wordt moed
willig verbroken. En voor een chimère: de eenheid
van het verkeer, zullen de autowegen in de toekomst
worden aangelegd op het daarvoor maatschappelijk
allerongunstigste moment, terwijl in dezen depres
sietijd door diezelfde chjmère de kosten van het
transport voor zoover dat door vrachtauto's
geschiedt verhoogd Worden, hetgeen dan blijk
baar de werkloosheid moet bestrijden. Hiermee
wil geenszins gezegd zijn, dat de idee van coördi
natie van het vervoerwezen een onding is, maar
de consequenties die men uit dat begrip, waarvan
men overigens nog allesbehalve een duidelijke
voorstelling heeft, getuige het feit dat het ontwerp
de uitwerking dier idee verder volkomen laat
zwemmen, trekt zijn extreem en onlogisch terwijl
zij tot economisch nadeelige gevolgen aanleiding
moeten geven.
Nieuwe uitgaven
Onze Honden, door P. M. O. Toepoel.
KeuzeVerzorging, Fokken, Opvoeding. Met foto's en
rasbeschrijving van 130 rassen. N.V. Uitg. Mij.
Kosmos", Amsterdam.
Uit elk woord, dat de heer Toepoel schrijft,
spreekt zijn groote liefde voor het dier. Eén
ding voor alles: heb Uw hond lief," zegt hij o.a.,
dan alleen en met geduld zal het contact komen,
zal men den hond voor zich kunnen winnen." Zijn
bijzondere aanleg stelt den hond in staat groote
diensten aan de menschen te bewijzen en wij denken
hierbij aan den St. Bemard, voor het opsporen
van personen, ingesneeuwd in de bergen, aan den
Duitschen herder, die zoo bijzonder geschikt is
om blinden door de drukste straten te leiden en
aan verscheidene anderen. Op onderhoudende en
prettige wijze beschrijft de heer Toepoel de ver
schillende eischen, waaraan een goede hond moet
voldoen, zijn voeding en verzorging, het behan
delen van de jongen, het fokken en de ziekten.
Hij geeft raad bij het kiezen van een huisgenoot
en tot slot twaalf hoofdstukken over
honderddertig rassen. Elke hondenliefhebber zal met
belangstelling dit boek lezen en de auteur zal er
zeker toe bijdragen om de verhouding tusschen
mensch en hond te verbeteren. Dit boek is ge
schreven na ernstige studie en veel ervaring. De
prachtige foto's maken het geheel tot een mooi
en nuttig bezit.
E. W.
f 11.50
Abonnementsprijs van
DE GROENE"
per jaar:
Nederland f 10.
Indië(Zeepost) 10.
(mail). . 13.50
Argentini
Belgi
Duitschland
Egypte
Frankrijk
Griekenland
Oostenrijk
Spanje
Tsjecho Slowakije
Zuid-Afrika
Denemarken
Itali
Noorwegen
Zweden
Engeland
Zwitserland
Amerika
Australi
Azi
f 13.50