Historisch Archief 1877-1940
f r
Kt
Onze gastheer had zijn voorsnijmes
en vork neergelegd, want hij deed
een verhaal. En hij had zijn handen
erbij noodig als hij iets vertelde. Ze
waaiden heen en wér over de
ossentong, die bijna nog ouaangesneden
op de schaal lag.
De gastvrouw keek eerst met ver
beten ergernis en daarna met een
soort doffe berusting toe, terwijl
naast haar, op den dienbak, de witte
boontjes, de worteltjes, de
doperwtjes, de aardappelen en de zure
saus koud werden.
Toen zag ik over Mimi's fijn
Oostersch gezicht een kleinen,
geamuseerden glimlach glijden, terwijl ze
haar lange amandelvormige oogleden
opsloeg naar Joe, haar man.
Hij keek verbaasd terug, maar toen
plotseling kwam ook op zijn gezicht
een lach, een lach van gezamenlijke
herinnering. Het was maar een
oogenblik van samen-plezier-hebben, maar
het maakte me nieuwsgierig, want ik
had uit zoo 'n lach al dikwijls een gek
verhaal zien geboren worden, zoodat
ik me dadelijk voornam, hun er
's avonds- nog naar te vragen.
Toen we om elf uur thuis kwamen,
en we nog wat na bleven praten, her
innerde ik Joe en Mimi aan dien lach,
en Joe zei: ,,ja, toen ik Mimi's gezicht
aan tafel zag, werd de herinnering
aan een Voorval van een paar jaar
geleden zóó duidelijk, dat ik dezelfde
fou-rire in mijn keel kreeg van toen.
Het gesticuleeren van onzen gastheer
van vanavond, was nl. nog maar
kinderspel. Daar hebben we wat
beters van bijgewoond aan de Ivoor
kust l Een rijke Franschman, nl.
uit Zuid-Frankrijk, die te veel geld
had, had zich geïnteresseerd bij een
boschexploitatie aan de kust, of
liever: hij had er het meeste geld in
gestoken. En toen had hij het in zijn
hoofd gekregen, dat hij op de plaats
zelve eens poolshoogte moest gaan ne
men. En zijn vrouw bracht hij mee.
De menschen, die met die bosch
exploitatie te maken hadden, waar ik
ook toe behoorde, zagen allemaal een
beetje op tegen het bezoek van den
baas", den eeregast. En al dagen
van tevoren was er over het feest
maal gedelibereerd. Negerkoks zijn
bij ons nl. ietwat wonderlijk ! Daar
wisten we allemaal van mee te praten.
Wij zelf hadden nog kort tevoren met
een nieuwen kok die ondervinding op
gedaan. We kregen menschen te eten,
die we nauwelijks kenden, en Mimi
had een paar blikken patéde foie
gras aan den kok gegeven, met de
opdracht, een rand patéom de sla
heen te leggen. Voor alle voorzich
tigheid vroeg ze hem nog, of hij wist,
wat dat was, en hoe het open gemaakt
moest worden, n hij had met veel
overtuiging met zijn hoofd geknikt en
gezegd: Viande dedans. Connais
bien l" ,,Vleesch in, ken ik goed ! l!"
Toen de sla op tafel kwam, bleek het,
dat hij de ongeopende blikjes, kant
en klaar, door de sla had geroerd!
En dit soort ondervindingen hebben
alle Ivoorkust-menschen in den loop
der jaren opgedaan, dus zaten we
met ons veertienen in gespannen ver
wachting, hoe de zaak zou afloopen.
Iedereen leverde iets: kristal, zilver,
porcelein: het beste tuig werd voor
den dag gehaald. Eindelijk brak dan
de langverwachte dag aan !
De gevreesde arriveerde met zijn
ega per auto. Zij zal ongeveer 220
pond hebben gewogen. Ze was in
hemelsblauwe zgde gekleed, droeg
een diamanten collier om haar com
plete hals, een zeer lange parelketting
met robijnsluiting over haar boezem,
zal ik het maar noemen, en over
het firmament van strakgespannen
blauwe zijde, waren de juweelen
broches verspreid als sterren aan
den hemel. Het was allemaal veel te
duidelijk, en ons allen was het bij
zonder duidelijk! Ik geloof, dat we
allemaal zoo'n beetje verademdeu.
Het zag er zooveel makkelijker uit
dan we gedacht hadden. Want ook
hij had van die teekenen, die erop
wezen, dat we aan tafel best onze
smokings uit konden trekken en in
hemdsmouwen zitten. Het was 108
in de schaduw.
Het diner werd opgediend, en er
werd geconverseerd. Nu weet je, dat
Franschen gesticuleeren als ze praten,
maar deze Zuid-Franschman sloeg
alles, wat ik op dat gebied gezien
had. Het was angstig en merkwaardig
tegelijk. Hij vertelde. Hij vertelde
met zijn mond en met zijn oogen en
zijn wangen. Hij vertelde met zijn
vingers en zijn armen, die dikwijls
een weemoedige herinnering bij me
wakker riepen aan Hollandsche mo
lens in een stormwind. Hij vertelde
een verhaal, dat hem buitensporig
interesseerde, maar niemand luisterde,
en iedereen keek. Het was een schouw
spel. Die arbeid bij 108°inde schaduw!
Maar de kok had met die 108 graden
niets te maken; die had het aller
beste nummer uit zijn repertoire ten
beste gegeven, zijn glorie-schotel,
waar hij bij het eind van zijn leven
nog met trots op terugkeek. Zijn
beste kunststuk was: Irish stew.
En dat werd opgediend. Mijnheer
Meunier raakte juist in het heetst
van het gevecht. Hij legde iets uit
? » ? . . . . ?
Het zijden hemd
Agnes Maas^-v. d. Moer
Teekenlng J. F. Doeve
aan zijn buurman (er waren nl. niet
genoeg dames aan tafel, en bovendien
moest hij naast een belangrijkheid"
"van de kust zitten !)
Hij legde dus iets uit, en kwam
armen te kort, maar met de twee, die
hij had, werkte hij voor zes. En toen
gebeurde het. De boy wist, dat hij
vlug en netjes moest dienen, en van
dio molenwieken trok hij zich niets
aan. Hij kwam met de heete brei bij
onzen gast, en schoof den schotel
juist onder zijn arm door, toen die,
met gebalde vuist naar beneden kwam
om kracht aan zijn woorden bij te
zetten, en die geweldige vuist, waar
heel de energie van den man in op
gehoopt was, sloeg neer op den schaal
met Irish stew. De zaak kantelde,
en het grootste deel van een hoeveel
heid, bestemd voor zestien menschen,
stroomde over het witte crêpe de
Chine hemd van den gast. Toen
klonk een langgerekte, snerpende
noodkreet door de kamer, en joeg
ons griezels langs den rug. Het was
madame Meunier. Ze vloog op:
Grand Dieu, idiot, op je hemd ! Op
je zijden hemd van 400 francs! !"
Ze raasde. Ze schold haar man uit en
zijn buurman, ze schold den boy uit
in het radste Fransen, dat ik ooit
hoorde, en wat hem volkomen on
verschillig liet; en siste dan ineens
tegen haar man: uittrekken! Uit
trekken ! Dat peperdure hemd l Dro
gen laten, en onmiddellijk n» het
diner uitwasschen !"
De man, in wiens huis het diner
werd gegeven, bood n van zijn
hemden te leen aan, en toen hadden
we het plezierig schouwspel van
mijnheer Meunier in zijn netje, want
zijn vrouw had zich dadelijk op hem
gestort, en begon hem uit te kleeden
zonder zich een oogenblik te beden
ken, in presentie van negen heeren
en vijf dames! En wij allemaal,
door een fou-rire gegrepen, hielpen
mee om het zijden hemd de eer te
geven, dien het toekwam ! De baas"
had liefelijke, peezige armen met veel
haar erop. Het was het beste wat ons
daar sinds lang overkomen was.
Mevrouw, met opgestroopte rokken,
om geen stew aan haar hemelsblauwe
jurk te krijgen, hing eigenhandig het
smadelijk-beleedigde hemd over een
stoel op de open waranda: mijnheer
Meunier kreeg een hemd van den
gastheer aan, en het diner, zonder
stew, werd verder afgewerkt, maar zij
zat op heete kolen. Er was al warm
water en zeep gecommandeerd voor
dadelijk na tafel, en nauwelijks was
het diner afgeloopen, of ze vloog naar
de waranda. En toen volgde een
kreet, die ik van mijn leven niet zal
vergeten, veel doordringender en wan
hopiger dan die aan tafel geweest
was. We renden naar haar toe. Ze
stond als een priesteres van de ver
twijfeling, met starende, uitpuilende
oogen, en wees met twee uitgestrekte
' handen naar den tuin: 400 francs
400...." snikte ze: la, les chiens !
De honden I" En toen zagen we het.
De twee groote honden van den
gastheer, die altijd los op het erf
liepen, waren afgekomen op de
ver
(slot op pag. 18)
Daar ging de Irish stew