De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1933 30 december pagina 19

30 december 1933 – pagina 19

Dit is een ingescande tekst.

De Groene Amsterdammer van 30 December'1933 19 Uit het kladschrift van Jantje i ' t; Croquante croquetjes Alida Zevenbootn "v ' Vijftien, pond woog hy en ik had hem met kastanjes gevuld en hem gebraden op de braadslee, die ik nog van mevrouw zaliger uit den boedel .heb en goudbruin kwam hij op tafel. Een tractatie, dat moet ik zeggen. Geert Berendse van de Veluwe had hem zelf gebracht en wat moet je dan doen? Ik heb hem te logeeren gehouden, want hq Wou niet weg en .'s middags zijn we naar meneer Tuschinski geweest en Geert keek zijn oogen uit. Zoo iets had hij nog nooit gezien en toen mevrouw Rika Hopper opkwam, kon ik hem haast niet met goed falüsoen op zijn stoel houden en hij zei nog al hardop tegen me, zoodat de halve parterre het hoorde: ik wou dat meissie wel es spreken, keu dat?" en het grootste spul had ik met hem toen ze over den gaven gulden op het tooneel begonnen en hij naar de kas wou om zijn twee gave guldens terug te halen. Dat is eens maar nooit weer met zoo'n Vétyrwer naar de bioscoop. Ons Kerst-dineetje is anders best geslaagd. Neef en Nicht uit de Commelinstraat waren-er met kleine AH en het acteurtje met zijn verloofde ik, Keg maar '?verloofde" bij wijze van spreken want je moet je tegen woordig maar niet al te erg verdiepen in den Burgerlijken Stand van de menschen en ik moet zeggen, het is een aardig meisje, en dan Was neef Bertus er' van de Brandweer, oqk met zijn verloofde, maar dat is zijn aanstaande en' dat maakt nog al eenig verschil, geloof ik, en natuurlijk zat Geert Berendse ook aan, want iemand voorden eten weg te sturen, dat kan ik niet over mijn hart ver krijgen en eten dat de kerel deed ! Van de vijftien pond die ik met een halve gulden per pond betaald heb, heeft hij er zeker tien voor zijn rekening genomen en zoo wordt kalkoen-mesten een flinke bijverdienste, zou ik zoo zeggen. Meneer Stiefstra at bij zijn kinderen en van dien hadden wij dus geen last. Dat wil zeggen.... maar daarover straks. Het is toch wel een lieve gewoonte om zoo met Kerstmis je buik goed vol te stoppen. Dominee Böhringer kon er wat tegen toeteren indertijd toen mevrouw zaliger nog Kerstdiners gaf, maar het smaakte hem toch altijd best, als hij mee aanzat, zoodat u ziet, dat de theorie en de practijk hier ook niet opgingen. En wijlen meneer lustte geen kalkoen, maar at voor zijn portie steevast elk jaar zoowat een heele gans op en dronk er het noodige bij, maar dat was ook een man! Kom daar tegenwoordig eens om ! Alleen van de lucht al was meneer Stiefstra niet lekker ! Nu vraag ik je! Tegen zes uur kwam ons acteurtje met Fip. Pip heet zijn verloofde en zij speelt niets dan hoofdrollen, zei hij mij. Ben reuze-talent, mevrouw Mann en mevrouw de Boer in n persoon en een dingetje om te zien l .... Ik geloof nooit, dat ze genoeg eten krijgt en na een klein stukje kalkoen had ze het al benauwd. Neen, dat is tegenwoordig geen geslacht meer. De aanstaande van neef Bertus is in betrekking bij een van onze Raads leden en ik mag niet zeggen wie, want dat kon Bertus misschien in zijn betrekking schaden, omdat hij nog al rood op de graat is en daar is de heele herrie door aangekomen. Wij zaten erg gezellig bij mekaar en als Berendse niet zoo gesmait had en na elk glas wijn, dat hij in zijn keel goot, achterover in zijn stoel was gaan liggen en met het glas in de hoogte knots" gezegd had, zou het best gegaan zijn en ik kan niet anders zeggen dan dat Neef uit de Commelinstraat heel erg zijn fatsoen hield, want anders begint hij na het tweede glaasje tegen Nicht te schelden en dan trekt kleine AH partij voor haar moeder en heb je de poppen aan het dansen. Ik had een licht wijntje genomen, zooals wij in de keuken bij mevrouw zaliger kregen op christelijke feest en verjaardagen, waar je een emmer van op kon en dan keek je nog niet scheel en ons acteurtje had van Vondel iets voorgedragen en zijn ver loofde had het Haantje van den Toren" van de Genestet erg mooi gedeclameerd en Nicht en ik en kleine Ali zaten alle drie te snotteren en neef Bertus had tranen in zijn oogen, waar hij zich als brandweerman nog al voor schaamde en Neef was ook erg geroerd, dat zag ik, want hij dronk vier glazen achter elkaar leeg en alleen Berendse at maar door en zei met een vollen mond, dat ze het bij hem ook zoo mooi deden en toen hij zijn mond leeg had, begon hij met de Overwintering op Nova-Zembla" maar veel verder dan die drie eerste regels kwam hij niet en wij hadden de radio aan en Neef uit de Commelin straat was met Fip aan het stippen en het acteurtje was mij wat al te lief met kleine Ali, maar je kan niet op alles letten en wij hadden gezongen en gedronken, toen tegen half twaalf meneer Stiefstra de sleutel in het slot stak en boven kwam en natuurlijk even naar binnen wipte. Hij had een erge kleur, dat zag ik direct, en begon direct wat te zeggen over het ponniehaar van kleine Ali waarop Nicht haar mond niet hield en toen kreeg hij Neef Bertus in de gaten on zei dat een rooje de telefoon had aan gestoken en dat ze al die rooje kerels uit den Gemeentedienst moesten weg jagen en toen zei Neef Bertus watterug over het kapitalisme en over coupon knippers en nog een paar erge dingen en Berendse zei dat meneer geliek had en dat ze bij hem op de Veluwe .. .. en ik deed mijn best om te sussen en de neven die in hun Engelsche hemden zaten, want het was een tikje benauwd geworden, stonden op en Neef uit de Commelinstraat stroop te zijn mouwen op en ik greep mijn dekschalen met het gouden bloemetje die ik nog van mevrouw zaliger heb, maar gelukkig kreeg Fip het op haar zenuwen en begon te gillen en toen stampten ze boven en ze klopten naast ons op den muur en de benedenburen gooiden wat tegen het plafond en toen wist ons acteurtje meneer Stiefstra met een zoet lijntje weg te krijgen en een kwartiertje later kwam hij terug met het acteurtje die hem zijn hoofd onder de kraan had ge houden en hij zei dat hij het niet zoo gemeend had en toen hebben wij het maar afgedronken, maar erg stich telijk was het niet en dat noemen ze een christelijke feestdag !" En mijn damasten tafellaken zit vol wijnvlekken. Neen, dat is ns, maar nooit weer l fcv /

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl