Historisch Archief 1877-1940
De Groene Amsterdammer van 6 Januari 1934
No. 2953
Schilderkunst
Twee schilderijen op de
tentoonstelling Kelder bij
Kleykamp, den Haag
Wanneer wij kunnen zeggen, dat
Wïllem van Konijnenburg in een be
paalde periode van zijn werk nkt
bestond zonder een invloed der
Henaissance of zelfs van een bepaalden
Henaissance-schilder, wiens naam ik
niet meer te noemen heb, dan kan
evenmin ontkend worden, dat het
volledige schilderij van Kelder van
thans analogieën vertoont met die
zelfde Renaissance (ook nog met 18de
?eeuwsche Fransohe Kunst) En toch
?welk een ' groot verschil ! Kelder
ie ongetwijfeld een colorist, Van Ko
nijnenburg is zonder twijfel een
modelleur; vandaar, dat wanneer beiden
composities" schilderen, deze van
geheel verschillend <nj aard wel moeten
«ijn.
* *
*
Konijnenburg, uit op de
wrtten der schilderkunst, vond ia die
Renaissance (in da Vinci ongetwij
feld) een lust tot hechtheid, tot ma
thematische hechtheid, die Kelder,
wien .het bloeijen der kleur thans
boven alles gaat, zeker niet in de eerste
, plaats boeit of doet nadenken.
Wan.neer wjj mild willen zijn en het ns
om het andere niet willen ontkennen,
?dan kunt ge zeggen, dat beide ^ele
menten in de Renaissance aanwezig
«ijn, maar ook zeker, dat de kleur
daar is. De kleur is daar, en meer
dan een eenzijdig kunstsnaar zo o als
Van Konijnenburg is, ooit kan toe
geven.
* *
*
Van Konijnenburg, een sohilder,
dte met uiterst oekonomischen toeleg
(in picturalen zin dan) wat hij aan
gaven bezit, heeft weten op te voeren,
was noch gemaakt, noch ooit gezind
de kleur de Renaissance te erkennen
?daar hij, die geen colorist is, zichzelf
dan iets moest ontzeggen en dit
ontzeggen ging, en gaat steeds tegen
den dunk, die hij, tenminste in het
openbaar! van zich-zelven. heeft. Wij
vinden in Kelder, die een colorist is,
dus een levende en levendige tegen
stelling met Van Kon'jnenburg, en_wij
vinden of wij weten verder dat Van
Konijnenburg een cerebraal schilder is,
wien steeds verdorritig dreigde, en
dat Kelder een schilder is aan wiens
werk een harteklank niet vreemd is.
Kelder ageert in zijn composities van
uit het hart, anders had zijn kleur
die meer en meer typeerende volheid
niet.
Toon Kelder
Pastorale
Dit toch is een der kenmerken
Van Kelder's laatste werk; een kleur
van muzikale volheid en nergens is
dat duidelijker dan in de Pastorale
en in het Concert bij Kleykamp.
Ge zoudt .kunnen, zeggen, dat deze
twee schilderijen vertolken wat Kelder
op dit oogenblik wil en kan. Beide
zijn composities, die om het geluk
van de kleur geschilderd werden:
de heele compositie" is kleur bovenal.
Kleur is het dringend element, en
kleur ondervonden als geluk. De voor
stellingen zijn, als dikwijls, een aantal
naakten (Vrouwen) in een landschap,
en als gezelschap voor die vrouwen
vindt ge er musiceerenden (in het
Concert, is de hoboïst een Zelfportret)
en gedierten.
Ik heb het reeds gezegd: de
musiceerenden zijn hier als symbool,
na de muzikale orchestratie der
kleuren, die het geheel is. En deze
muziek in kleuren is geen stormachtige
maar een verzadigde; is een verzadi
ging, die het geheel beheerscht, en
van welk geheel de deelen dienende
functies zijn. De vrouwen zijn dus niet
dramatisch-psychologisch behandeld,
noch vol lust gegeven, ze zijn en meer
niet dan(kleur )tonen in het muziekstuk,
rijke maar rustige deelen der muziek.
Ze helpen, volledig-geschilderd en
toch zonder dien andruk, dien een
portrettist b.v. aan ze geven zou,
het geheel te maken tot dat tijdelooze,
dat Kelder zich ten doel stelt en dat
van herinneringen veel heeft; veel
van een herinnerd geluk waaraan
bitsheid en bewering van Welken aard
ook vreemd is; dat vol gloed is en
vol rijpheid; waarin het tijdelijke
voorbijgegaan is, al bleef er vorm
van en volumen, geboomte, gediert en
naakt; waar alles werd tot toon, tot
een breed en open zingen....
* *
*
'ir Er zijn nog andere dingen op deze
tentoonstelling, maar het lijkt mij
juist hier alleen het volledige, vol
tooide te behandelen het overige
kan gemakkelijk van daaruit worden
afgeleid en geschat.
i
Boekenveilingen
Bibliotheek Dr. Frederik van E eden
Toen voor ongeveer een jaar de bibliotheek van
liet Leesmuseum geveild werd, was de zaal stamp
vol en werden prijzen betaald.'die vaak boven den
boekhandelprija lagen. Wanneer men thans op
bbekenveilingen komt, vindt men behalve eenige
?"handelaren slechts een enkelen, verdwaalden par
ticulier. Ik geloof, dat dit niet een gevolg is van
de slechte tijden (het Leesmuseum vormde een
uitzondering door zijn groote bekendheid), maar
?van het feit, dat het groote publiek niet gewend
is Van deze instelling gebruik te maken.
? Ba toch kan juist de kleine verzamelaar, die
niet veel uit kan geven voor zijn bibliotheek, maar
deze graag Van tjjd tot tijd aanvult met nieuwe
aanwinsten, dikwijls goedkoop op veilingen koo
pen. Ik wil hiermede niet zeggen, dat men in bet
vervolg den winkel of den. handelaar voorbij moet
gaan. Beiden zijn onontbeerlijk, de n voor
nieuwe boeken, de ander, om voor u te zoeken,
wat gij noodig hebt. Bovendien zijn zij er altijd,
terwijl de veilingen slechts enkele malen in het
jaar plaats vinden. Ik wil slechts wijzen op deze
derde manier, waarop men vaak goed en goedkoop
boeken kan verwerven.
Ht zijn natuurlijk wel enkele dingen, die men
in het oog moet houden, wanneer men op veilingen
?wil koopen. Wil men verstandig te werk gaan,
dan zorge men, dat men op tijd den katalogus in
huis heeft en leze dezen geheel rustig door, terwijl
B»en natuurlijk aanstreept, wat interesseert. Dan,
wanneer men daarvoor tenminste tijd heeft, ga
men op een der kijkdagen er naar toe en bekijke
de boeken ter dege, die men wil koopen. Dit is
vooral van belang voor den staat, waarin zij
verkeeren; dikwijls ziet een exemplaar er slechter uit
dan men uit de beschrijving zou vermoeden.
Dikwijis vindt men zoo echter ook een boek, van welks
bestaan men zelfs niet wist, en dat men, na bezich
tiging, gaarne zou willen bezitten. Ten slotte het
belangrijkste: men schrijve van te voren precies op,
hoeveel men voor een boek wil betalen, opdat men
bij het opbieden niet meegesleept worde. Er zijn
menschen, die niet kunnen verdragen, dat een
ander met een boek naar huis gaat, dat zij zelve
wilden meenemen. Heeft men zulk een natuur,
dan kan men beter weg blijven.
Men behoeft echter 'niet bang te zijn, dat men
onnoodig opgedreven wordt. Dergelijke praktijken
bestaan hier in Nederland althans op
boekenveilingen niet. Maar velen, die geen tijd hebben
zelf te gaan, geven opdracht aan den veilinghouder
of aan een vertrouwden handelaar en zoo moet men
vaak den strijd aanbinden tegen onzichtbare
koopers. ?
Persoonlijk koop ik gaarne op veilingen; ik
houd van de sfeer, die er hangt en een op deze
wijze verkregen boek geeft mij altijd een bijzon
dere satisfactie. Af ter all. ... vergeleken bij het
verzamelen van schilderijen is het een zeer
goedkoope liefhebberij.
De bibliotheek van Dr. Frederik van E eden
zal op 9 en 10 Januari worden geveild door P. A.
Hemerijck. Het is een merkwaardige verzameling.
Bij een dergelijke verzameling boezemt vooral
belang in, wat aan het persoonlijk leven van den
eigenaar herinnert. Een kort overzicht, dat aan
den katalogus voorafgaat, doet het veelbewogen
leven van den in de geheele wereld bekenden
schrijver voor onze oogen herrijzen.
In de eerste plaats zijn er tal van presentexem
plaren met de persoonlijke opdracht van den
schrijver: Francois Pauwels, Romain Roland,
Stephan Zweig, Freud, Buber, Rathenau en
Upton Sinclair vindt men vertegenwoordigd,
dezen laatste met een heele reeks. Er is verder
een zeer zeldzame eerste druk van Robert Brow
ning, The ruig and the book (zooals men weet,
zijn eerste drukken van de bekende Engelsche
schrijvers altijd zeer gezocht). Hadr. Junius,
Batavia 1588, zeer zeldzaam, is merkwaardig,
omdat het het eerste boek is, waarin de uitvinding
van de boekdrukkunst aan Coster wordt toege
schreven. Vele deelen van de Proceedings of the
Society for psychical Research herinneren aan
van Eeden's belangstelling op dit gebied.
De vader van Frederik van Eeden was een zeer
bekend botanicus en tal van belangrijke werken
op dit terrein vindt men hier bijeen. Het mooiste
is een prachtuitgave van Duhamel du Monceau,
Traite des arbres etc., gedrukt in opdracht van
de vrouw van Napoleon.
Op philosophisch gebied vindt men eerste druk
ken van Descartes, Leibnitz e. a. terwijl ten slotte
meegeveild wordt een zeer mooie
entomologische bibliotheek van Dr. M. Nassauer uit Frank
fort a'M.
P. AUERBACH
y
l