Historisch Archief 1877-1940
De Groene Amsterdammer van 17 Februari 1934
No. 295»
Het plan van den arbeid
Max Lamberty
Belgische socialisten bereid tot een
coalitie met andere partijen als de
verwezenlijking van het plan van den
arbeid" de inzet van die coalitie is.
Toen Prof. Hendrik de Man, verleden jaar,
? vrijwillig ??de universiteit te Frankfort ver
liet en te Brussel een Bureau voor sociaal onder
zoek oprichtte, hebben de Belgische socialisten
dadelijk van hem wenken verwacht.
De groote vraag was: hoe geraken wij uit de
verwarring die, hier zooals elders, teweeggebracht
werd in onze rangen door de Duitsche gebeurte
nissen, namelijk door de geheele instorting der
sociaaldemocratie en de zegepraal van het
nationaalsocialisme? Welke les is uit die gebeurtenissen
te halen voor de oriëntatie van het socialisme en
hoe wordt de wassende vloed van het fascisme
geweerd ? Hoe moet, in dit verband, de"
geproletariseerde middenstand aan het fascisme onttrokken
worden?
Hendrik de Man had de ontwikkeling in
Duitschland, in de laatste jaren, bijgewoond. Hij had
ook kunnen nagaan wan r de fout in de leiding
der sociaaldemocratie gelegen was.
Uit de combinatie van zijn veelzijdig positief
weten, zijn ervaring en zijn scheppingsvermogen
is dan het Plan van den Arbeid" ontstaan, dat
dadelijk, in alle milieu's, ook niet-socialistische,
heel wat belangsteling uitlokte, nog vóór het
socialistisch congres.
Het Plan", luidt het in den aanhef, streeft
naar een economische en politieke omvorming
van het land die hierin bestaat:
1°.. Een stelsel van gemengde volkshuishouding
in te voeren, dat, naast een particulieren sector,
een genationaliseerden sector bevat, die de orga
nisatie van het krediet en van de belangrijkste
industrieën, welke in feite al gemonopoliseerd
zijn, meebrengt;
,,2°. De nationale volkshuishouding aldus geor
ganiseerd te leiden volgens richtlijnen van alge
meen belang, er toe strekkende de binnenlandsche
markt uit te breiden, ten einde de werkloosheid
op te heffen en voorwaarden te scheppen die tot
een stijgende economische welvaart voeren;
,,3°. Op politiek gebied, een hervorming van
den Staat en van het parlementaire stelsel te ver
wezenlijken, die den grondslag van een ware
economische en sociale democratie schept."
De essentieele deelen van het plan vindt men
onder. par. I, II, en IV.
Het is goed hieruit het volgende over te nemen:
I. Nationalisatie van het krediet.
De wetgevende macht zal de noodlge maatregelen nemen
om de beschikking over en de verdeeling van het krediet in
openbaren dienst te organiseëren.
Die maatregelen zullen namelijk behelzen:
a) De stichting van een Kredietinstituut van den Staat
dat er mede belast is de verrichtingen van de krediet
banken aan de richtlijnen van het plan te onderwerpen.
V) De coördinatie, onder waarborg van den Staat en in
overeenstemming met de richtlijnen van het plan, van
de flnancieele werkzaamheid der instellingen die thans
onder voogdij staan van den Staat, zooals de Spaarkas.
e) Een herziening van het statuut der Nationale Bank,
Welke aan dit organisme toelate zijn werkzaamheid als
. emissie- en disconto-instituut aan te passen aan de
financiéelèrichtlijnen van het plan;
<0 De hervorming van het verzekeringsregime in overeen
stemming met deze principes;
) De stichting van een Financieel Commissariaat, dat
rechtstreeks zal afhangen van de wetgevende macht
en belast is met het algemeen bestuur van het krediet
van het geldstelsel en van de beweging der
rekeningbalans.
* ' . ?
II. Nationalisatie van de fundamenteele
? industrieën.
De- wetgevende macht zal de noodige maatregelen nemen
om de belangrijkste gemonopoliseerde industrieën, die de
grondstoffen of de drijfkracht voortbrengen, in openbare
diensten te organiseëren.
De verschillende industrieele consortiums zullen, volgens
dezelfde modaliteiten die hiervoren voorzien zijn voor het
Kredietinstituut, de stukken verwerven, waarvan het bezit
hun een overwegenden invloed op de leiding van de bedrij
ven onder Hun respectievelijk ressort, zullen verzekeren.
Het Kredietinstituut zal aan de industrieele consortiums vol
macht verkenen voor de stukken die deel uitmaken van de
portefeuille der genationaliseerde banken.
IV. Particuliere sector.
Al de takken van de volkshuishouding, die in de vorige
hoofdstukken niet werden besproken, vormen den particu
lieren sector der volkshuishouding.
hi dezen sector zal er geen wijziging toegebracht worden
aan het eigendomstelsel. Te zijnen opzichte zal de politiek
van den Staat en van de economische instellingen, die van
hem afhangen, bepaald zijn door de volgende beginselen:
In al de takken van de economische bedrijvigheid, waar
de eenheid voortbestaat van den eigendom en het aanwen
den van de productiemiddelen (als bij de ambachtslieden, de
landbouwers, de kleine eigenaars, enz.), dezen eigendom
beschermen:
In al de takken van de voortbrenging die op
capitalistischen grondslag zijn georganiseerd, maar zonder over te
gaan in de categorie van de monopolies van krediet, drijf
kracht, of grondstoffen, welke in de vorige hoofdstukken
werd besproken, het huidig regime van de vrije concurrentie
ontdaan van de belemmeringen van het monopolistisch
capitalirme, handhaven.
In dezen sector moet men a?n het stelsel van vrije mede
dinging toela en alles te geven wat het geven kan ten op
zichte van de ontwikkeling, van initiatief en uitvindingsgeest,
en van het nastreven van een grootere productiviteit en op
brengst.
Het individueele sparen zal beschouwd worden als een
gewettigden vorm van de verzekering tegen de economische
wisselvalligheden en als een middel om bij te dragen tot het
voortdurend opnieuw vormen van het kapitaal.
De wetgeving in zake erfenis zal aan de vrije overdracht
der goederen alleen die belemmeringen in den weg leggen,
die noodig zijn om de heroprichting van een erfelijke
financieele oligarchie te beletten.
Het regime van het vreemde kapitaal dat in Belgiëgeplaatst
is en van het Belgische kapitaal dat in het buitenland ge
plaatst is, zal aan dezelfde beginselen onderworpen zijn:
vrijheid van verkeer alleen beperkt door de
noodwendigheden van de nationale welvaart en van de verdediging
van het nationale patrimonium tegen elke poging van sabo
tage vanwege de aan het regime vijandiggezinde elementen.
' * *
*
Sommigen hebben gezegd: er is niets nieuws
in het plan; de meeste punten behooren tot het
traditioneel programma van het socialisme.
Anderen, namelijk de christen-democraten, heb
ben gevraagd of het socialisme nu aan zijn meest
essentieele eischen in verband met het eigendoms
recht verzaakt en zijn inspiraties gaat zoeken
in de Pauselijke encyclieken.
Intusschen heeft het Plan" de geestdriftige
toetreding bekomen n van de gematigde n van
de radicale socialisten in België. En wij hebben
nu ook vernomen dat zoowel de Fransche
neosocialisten" als de Fransche traditioneele socia
listen, die onlangs met zooveel klank van elkander
afscheid namen, schier tegelijkertijd hun goed
keuring aan de Man's ideeën hebben geschonken.
Het is niet te loochenen dat het Plan" een
sterke aantrekkingskracht inhoudt. Zulks zou nu
niet het geval kunnen zijn indien het slechts een
herhaling van vroegere socialistische programma's
was. Maar dit is het juist niet.
Het nieuwe in het ,?Plan" vindt men vooreerst
in het uitgangspunt zelf van de Man: tegenover
een nieuw kapitalisme, moet een nieuw socialisme
gesteld worden". Hij heeft, in een lezing, in de
Brusselsche universiteit, de hedendaagsche
metamorphose van het kapitalisme geschetst:
In de verleden eeuw ontwikkelt zich het kapita
lisme, dat buitenlandsche afzetgebieden zoekt,
in het teeken van deR vrijhandel op het gebied
van de handelspolitiek, van het vredesgezind
cosmopolitisme op het gebied van de buiten
landsche politiek, van de liberale democratie
op het gebied van de binnenlandsche politiek.
Met het einde van de negentiende eeuw begint,
namelijk in Engeland, de tijd van de onbeperkte ex
pansie van het kapitalisme een einde te nemen.
De strijd voor de verovering van afzetgebieden
verscherpt en leidt tot. verschillende imperia
listische oorlogen, waarvan de grootste die van
1914-1918 is.
Maar gedurende . en sedert den wereldoorlog
aijti de vroegere afzetgebieden, in de eerste plaats
de koloniën, steeds meer den weg der industriali
satie opgegaan.
De strijd voor de kapitalistische expansie wordt
echter scherper dan ooit voortgezet, ditmaal
vooral door middel van de rationalisatie" der
techniek en van de concentratie. Stilaan doet zich
de overgang voor van het vrij mededingend
kapitalisme naar het monopoliënkapitalisme. Het
nieuwe monopoliënkapitalisme eischt ten slotte
beschermingsmaatregelen in plaats van vrijhandel
en economisch nationalisme onder verschillende
vormen. Het wil zijn monopoliën achter ondoor
dringbare tolmuren verschansen, al eischt het
nochtans, wegens de eindeloos verhoogde produc
tiemogelijkheden, vrijen doortocht in de overige
landen.
De Man trekt nu hieruit voor het socialisme deze
conclusie: waar vroeger steeds het accent werd
gelegd op de noodzakelijkheid van het internatio
naal plan voor den socialistischen strijd, moet
thans, op grond van de nieuwe verhoudingen in.
het kapitalisme zelf, meer dan ooit rekening:
gehouden worden met de mogelijkheden voor het
socialisme in ieder land. '
Maar het modern kapitalisme is ook gekenmerkt
door de financieele concentratie. Bij den uitbouw
van de groote nijverheids- en handelsbedrij ven.
speelden de banken een steeds grootere rol: zij
immers verleenden de steeds aanzienlijker worden
de kredieten. De op hun beurt sterk geconcen
treerde bankinstellingen controleerden" weldra»
volkomen de levensaders van de nijverheid en deix
handel.
En niet alleen de economie !
Tijdens en na den oorlog hadden de Staten.
groote leeningen aangegaan. Daartoe moesteix
zij een beroep doen op de banken.
Meer dan eens scheen het in den loop der laatste»
jaren, dat n enkele macht den Staat en de
gemeenschap beheerscht: die van de financieel»
inrichtingen.
De moderne geconcentreerde bankinrichting:
is de hoofdvesting van het kapitalisme
gewordenn meteen van de geheele huidige economie.
Wil het socialisme den Staat aan zichzelf terug
geven en de economie bestuurd zien in het uit
sluitend belang van de gemeenschap, dan moet'
het die vesting, een privaat monopolie, onschadelijk
maken. Het middel daartoe is: de nationalisati&
van de kredietveileening.
Nieuw en eigenaardig in het Plan" van
Profde Man is de particuliere sector", die de erken
ning en de bescherming van den particulieren
eigendom, alsmede de erkenning en het behoud
van den middenstand, ja zijn bescherming tegen
het monopolistische kapitalisme, voorziet. Dat is
niet marxistisch.
Het was de Man des te gehiakkelijker, ten
aanzien van den middenstand, de marxistisch»
banen te verlaten omdat hij toch reeds lang geen
orthodox marxist meer is. En geen socialist
heeft er tot heden toe aan gedacht hem dit ten.
kwade te duiden. Het Plan" werd er immers
heel wat realistischer, practischer en
levenskrachtiger door.
De Man verwacht van zijn Plan" dat het de
economische bedrijvigheid doet opleven en hij
verzekert dat het een einde aan de plaag
derwerkloosheid kan maken.
Talrijke commissies werken intusschen, in het
Bureau voor sociaal onderzoek", mutatis mutan
dis een brain trust", onder de leiding van de Man,
om tot de volledige wetenschappelijke staving n
uitwerking van het Plan" te geraken.
Om te sluiten voegen wij er aan toe dat Prof.
de Man, voor de verwezenlijking van de gewenschte
bestuurde economie, binnen het nationaal kader,
niet alleen beroep doet op de individueele toe
treding van belangstellenden uit den midden
stand, maar ook van de Belgische socialisten
vernomen heeft dat zij, in voorkomend geval,
een politieke coalitie met andere partijen zouden
aanvaarden, indien de verwezenlijking van het
Plan" de inzet van dergelijke coalitie is.
Brussel, Febr. 1934.
Toerisme
1934-Zomer-vacantiereizen per ss. Samara"
van de Cunard. Naar de Middellandsche Zee, de
Noorsche fjorden en de Noordelijke hoofdsteden.
Alle inlichtingen bij Hoyman & Schuurman'»
Scheepsagentuur N.V., Rokin 80, Amsterdam.
Italia" Flotte Riunite heeft een nieuwen
dienst op Zuid-Afrika met de ss. Giulio Cesare"'
en Duilio" geopend van Italiëuit.