Historisch Archief 1877-1940
12
De Groene Amsterdammer van 24 Maart 1934
N o. 2964
Boekbespreking
Twee occulte** problemen
Ley Hana-Lussenburg
Parapsychologie en cosmologie
Voor de .parapsychologie, de wetenschap der
z.g. occulte verschijnselen, is het getij aan het
keeren; het begint vloed te worden. Het nieuwe
boek van den op dit gebied werkenden
schrijverjournalist Mr. C. P. van Rossem: Twee occulte
problemen": de mensch buiten zijn lichaam en de
mensch in den horoscoop, (van Stockum en Zoon,
Den Haag) bevat veel, dat dien indruk versterkt.
Daardoor ontstond in mijn geheugen kortsluiting
tusschen een redactioneele aankondiging, enkele
maanden geleden verschenen in het Ned.
Tijdschr. voor geneeskunde" betreffende nader onder
zoek van de hypothese van een astraal" lichaam
en een woord van professor Hans Driesch, n
der kopstukken der hedendaagsche parapsycho
logie en pionier van het neovitalisme ,,Ich musz
bekennen dasz mir die Exkursion Tatsache zu sein
scheinfr". Een nieuw deel van Wetenschappelijk
Nederland" heeft zich dus aangegord om te zoeken
naar die geheimzinnige astrale" schakel tusschen
geest en lichaam, naar een meta-oryanisme (een
term van Dr. W. H. C. Tenhaeff, privaat-docent
in de parapsychologie te Utrecht). Prof. Driesch
heeft reeds een grooten stap er bij gedaan: hij getuigt
van zijn geloof in het excursie-vermogen van dat
tweede lichaam.
Van Rossem wijdt het grootste deel van zijn
laatste boek aan dit curieuse probleem der uittre
ding of bilocatie. Hij geeft een formidabele rij van
getuigenissen van menschen, die hun dusdanige
ervaringen op papier gezet hebben; getuignissen
niet van naamlooze hysterici, maar van artsen,
professoren, journalisten, ingenieurs die voluit hun
naam, ambt en woonplaats erbij vermeld hebben.
Zij vertellen van een geheimzinnig tweede"
lichaam, dat uittreedt", waarmee niet bedoeld
wordt een uittreden of losmaken na den dood,
neen, een excursie van den dubbelganger in tijd en
ruimte, waarbij het gewone lichaam zelf tengevolge
van narcose of bevriezing bewusteloos ligt of in
diepslaap of trance is en waarbij dan het bewust
zijn overgeschakeld is, althans schijnt te zijn, in
een dubbel-ik. Bij sommigen blijft het bij de enkel
voudige waarneming van het beweginglooze stof
felijk lichaam door den dubbelganger; anderen
spreken ook over de omgeving, de kamer waarin
hun lichaam lag; de meest gecompliceerde gevallen
zijn die, waarbij het tweede" lichaam een langere
excursie doet.
Deze occulte" ervaringen worden door de para
psychologen wel au sérieux genomen, maar niet
op dezelfde manier verklaard en gerubriceerd.
Dr. Osty en Dr. Sollier, Fransche parapsychologen,
spreken van une illusion d'ame". De laatste wijst
op de sensibiliteits-verwarring, inherent aan deze
gevallen, en komt tot de conclusie dat de verbeel
ding, los van de normale controle, wordt geprikkeld
de geestelijke voorstelling van het lichaam naar
buiten te objectiveeren in den vorm van het dub
bel-ik". Dr. Osty noemt de enkelvoudige gevallen
,,la vision de soi"; andere, waarbij een overigens
niet zichtbare omgeving geschouwd wordt, rei
zende clairvoyance".
Van Rossem, bespreekt deze animistische theorie
en stelt daartegenover zijn werkhypothese van een
tweede lichaam". Hij citeert en beroept zich veel
vuldig op het boek van den Engelschman Sylvan
Muldoon The projection of the Astral Body", die
daarin o.a. beschrijft, hoe hij zijn spontane uit
tredingen" leerde veranderen in willekeurige be
wuste; hoe hij leerde bewustzijn op te wekken langs
technischen weg. uit een en ander concludeert men,
dat Muldoon een interessant boek geschreven heeft;
wetenschappelijk gesichert" is dat een en ander
echter niet.
Het pleit van Mr. van. Rossem voor de werk
hypothese van een dubbelganger krijgt een ernstige
kans bij het op blz. 144 vermelde geval van
mademoiselle Sagée, een Fransche leerares, die uit een
twintigtal betrekkingen ontslagen werd, omdat
haar tweede lichaam" door haar leerlingen en
collega's herhaaldelijk gelijktijdig werd waargeno
men met haar stoffelijk. Eveneens bij het geval,
gepubliceerd in het vakblad der Zweedsche S.P.R.
en vertaald door Dr. II. A. A. van der Lek: een
kantoorbediende wordt gezien door 3 collega's,
loopend door hun vertrek en verdwijnend in zijn
eigen kamer; de chef daarentegen getuigt (evenals
trouwens de bewuste (in 2 beteekenissen !) kantoor
bediende zelf) dat deze ononderbroken bij hem
geweest is en met hem gesproken heeft.
Als nu eens waar zal blijken : primo de hypothese
van een meta-organisme en secundo het vermogen
daarvan, onder bepaalde omstandigheden
supernormaal uit wandelen te gaan in ruimte en tijd. . . .
ja, dan staan wij inderdaad voor een
Weltbildumgestaltung" als door professor Driesch voor
speld in zijn in 1932 verschenen werk Methodik
und Theorie der Parapsychologie" en voor een
Umwertung der Werte". Of wij, geïndividuali
seerde menschen der 20ste eeuw, het denkbeeld
uittreding" ('t welk immers noodwendig een
belaging onzer psychische vrijheid insluit) zouden
kunnen aanvaarden. ... en verdragen? De Mid
deleeuwers hebben Giordano Bruno verbrand,
omdat hun gemoedsgesteldheid de gedachte, dat
de aarde niet was vast middelpunt van het heelal,
niet kon Verdragen. Misschien zal het ons gaan als
hen: misschien zullen ook wij bij het opkomen Van
een nieuw wereldbeeld rare dingen doen, omdat
we, althans voorloopig, het denkbeeld van een
magischen mensch instinctief vreezen.
Dr. A. J. Resink heeft eenige jaren geleden reeds
deze waarschuwing geschreven in een opstel over
De organisatie van de parapsychologie als weten
schap en wijsheid". Met de parapsychologie
wordt een nieuw begrip van mensch-zijn geboren.
Niet omdat de nog zeer betwiste geestenhypothese
de onsterfelijkheid der persoonlijkheid leert, maar
omdat in de parapsychologie als wetenschap der
occulte" krachten implicite de moreels oisch ligt
tot beheersching van die krachten, omdat dus ook
de parapsychologie den gang van iedere weten
schap zal moeten gaan: te eindigen als dienaar der
techniek". Waarmee dan hier bedoeld wordt: tech
niek der instinctief gevreesde magische krachten.
Het tweede probleem" De mensch in den
horoscoop" (dat niet tot de parapsychologie maar
tot de cosmologie behoort) heeft van Rossem als
volgt behandeld:
Hij verzamelde eenige precies (of tenminste vrij
precies) bepaalde geboorte-uren met minuten,
van menschen, die hij kende of gekend had en van
wie hij dus een karakteristiek kon opstellen. Deze
geboorte-data met geboorte-momenten zond hij
zonder naamvermelding aan den astroloog Leo
Knegt met de opdracht, daarvan de belangrijkste
constellaties en aspecten astrologisch te interpre
teeren en wel zoodanig, dat het meest markante
van de persoonlijkheid in duidelijk omlijnden vorm
te zien kwam.
Van tien menschen wordt nu in dit werk een
korte duiding van den geboorte-horoscoop gegeven.
Naast de interpretatie van den astroloog staat een
kolom commentaar van den schrijver, daarnaast
weer commentaar van een derde, die den proef
persoon kent; dit alles wordt voorafgegaan door
een beknopte karakteristiek van den geborene door
van Rossem. De geboorteplaatsen werden weieens
veranderd (van Rotterdam werd bijv. Schiedam
gemaakt of omgekeerd) om elke mogelijkheid van
het inwinnen van informaties te ondervangen.
Men heeft tegen deze escapade in de astrologie
geopponeerd, dat de waarde van de uitkomst staat
of valt met de eerlijkheid of de oneerlijkheid der
twee ondernemers. Inderdaad. Daar ik echter van
te voren aanneem, dat hardwerkende menschen als
van Rossem en Knegt hun goeden tijd niet zullen
willen besteden aan zotte mystificaties, bestaat
deze kwestie voor mij niet.
Over de resultaten dezer astrologische proef
neming, uitgewerkt volgens de methode der mo
derne Hollandsche school", waarvaji Dr. II. E.
Thierens, Th. J. J. Ram en Leo Knegt do leidende
persoonlijkheden zijn, kan men niet in bijzonder
heden schrijven, zonder daarbij de schema's te
geven, ter vergelijking en ter taxatie voor de lezers.
Aannemend dat de commentaar van van Rossem
en van den neutralen derde correct is, ontkomt
men niet aan de verwondering, dat de astroloog
uit de simpele opgaaf van enkele getallen zooveel
psychische- en materieele kenmerken weet op te
delven. Treffers" zijn er in een aantal, dat ver
boven dat der kansrekening is. Voor den astroloog
Leo Knegt inderdaad een merkwaardig succes.
Nieuwe uitgaven '
Hockey en hoe het gespeeld wordt, door Mr. L.
D. Frank. Weten en Kunnen, No. 166, afdeeling:
Sport en Spel met foto's en teekeningen. N.V. Uitg.
Mij. Kosmos", Amsterdam.
Historische schets van de Nederlandsche letter
kunde voor schoolgebruik en hoofdakte-studie
door Dr. C. G. N. de Vooys. 15e herziene druk.
J. B. Wolters, uitg. Groningén-Den Haag-Batavia.
De Boodschap van Jezus Christus door P. O.
Ouspensky. N.V. Servire, Den Haag.
Nécessitéde l'Histoire par Andró Lebey. Librairie
de Paris, Firmin-Didot et Oie. 56, rue Jacob.
De Pioniersdagen van Chicongo. Een verhaal
uit het pioniersleven in den Coiigo door Alfons
Vermeulen. Uitg. Scheltens & Giltay, Amsterdam.
In moeilijke omstandigheden, Augustus
1914Mei 1917, door N. Bosboom, oud-minister van
Oorlog. J. Noorduyn & Zoon, Gorinchem.
De Speelman van O. Ij. Heer door Anna von
Krane. Uit het Duitsch vertaald door L. de Greef.
Uitg. Boekengilde Die Poorte.
Ken Nationaal Park in Nederland door Ij. van
Vuuren, hoogleeraar Rijksuniversiteit Utrecht.
Uitg. Kemink en Zoon N.V., Over den Dom,
Utrecht.
Qu'est-ce qu'un Classique? Essai d'histoire et
de critique positive. Le Héros ou du Génie, par
J.-K. Fidao-Justiani. Librairie de Paris,
FirminDidot et Oie. 50, rue Jacob, Vle.
Bloemlezing uit de Nederlandsche Letteren door
Dr. E. Rijpma. 5e druk, geïllustreerd. J. B. Wol
ters. Gronirigen-Den Haag-Batavia.
Het Spellingvraagstuk, ontwikkeling, tegen
woordige stand, mogelijke oplossing door Dr. C'.
G. N. de Vooys. J. B. Wolters, Groningen-Den
Haag-Batavia.
Onsterfelijkheid als wijsgeerig probleem door
Dr. Herman Wolf. A. W. Sijthoff's Uitg. Mij. N.V.
Leiden.
Ken alleen. . . . Een nieuwe zangbundel door
Aug. Weiss en J. ('. Andreae met medewerking
van Fred. Timmermans. D. A. Daamen's Uitg. Mij.
N.V., Den Haag.
Tentoonstellingen
Kunsthandel de Boer, Amsterdam.
Bruegheltentoonstelling. Tot 2(i Maart.
Baarnsch Lyceum. Schilderijen en
tcekeningenvan Lize Duyvis. Tot 20 Maart.
Kunstzaal Martinus Liernur. Zeestraat 03, Den
Haag. Schilderijen van Jeanne Bieruma Oosting.
Tot 28 Maart.
Kunstzalen d'Audretsch, Noordeinde 119, Den
Haag. Werken van Eddy Fernhout. Tot 28 Maart.
Kunstzaal van Lier, Rokin 126, Amsterdam.
« Werken van G. van Eek. Tot 29 Maart.
Kunstzalen A. de Vecht, Rokin 122, Amsterdam.
Nieuwe werken van J. J. Moolhuizen. Tot 30 Maart.
Kunstkelder, Spui 13, Amsterdam. Werken van
beeldende kunsten kunstnijverheid. Tot 31 Maart.
Frans Hals-Museum, Haarlem. Werken van
H. F. Boot.
Sted. Museum, Amsterdam. Deensche kunst.
Tot 31 Maart.
Kunsthandel L. F. Reeker, Wagenweg 102,
Haarlem. Werken van A. J. Grootens. Tot 31 Maart.
Kunsthandel Willem Brok, Melkpad 25, Hil
versum. Schilderijen en teekeningen van Paul
Determeyer. Tot 7 April.
Kunsthandel Buffa, Amsterdam, De Zee, nieuwe
werken van Permeke. Tot 7 April.
Voor de Kunst", Nobelstraat 12, Utrecht.
Werken van Jacoba van Heemskerk. Tot 9
April.