De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1934 24 maart pagina 20

24 maart 1934 – pagina 20

Dit is een ingescande tekst.

20 De Groene Amsterdammer van 24 Maart 1934 No. 2964 " K 4t' f. * **' t ir De stem onzer goden H. Damas Radio? Wel, wat zou je van radio kunnen zeggen? Daar zeg je niets van. Daar luister je naar", sprak de jonge, succesvolle politicus, wien ik, ?onder het genot van een welver diend oorlam., zijn meening vroeg over de ontwikkeling van bovengenoemd glanspunt der hedendaagsche cultuur. ,,En", voegde hij er binnensmonds aan toe ,?soms zelfs dat niet eens", waarmee het karakter van dezen heer ten voeten uft is geteekend: 'n tikje satyrisch. Iemand als jij", zei ik, en dan over iets geen meening hebben het is niet mogelijk. Kom, ik zie, dat je wat denkt. Voor den dag ermee: wat is voor jou persoonlijk de aardigste of meest interessante kant van radio? Ik wed, de muziek !" O, ik vind muziek niet onbehaag lijk. Verre van dat. Maar weet je, tegenwoordig.... muziek. . ? ? men draait aan een knop, zooals men de kachel oppookt om het thuis wat gezelliger te hebben. Men laat muziek binnenstroomen net als frissche lucht door een open raam. Het wordt wel eens wat vél." Je bent natuurlijk erg muzikaal", raadde ik. Nou, rg, rg is het woord niet. Eerlijk gezegd: heelemaal niet en om het je maar ineens duidelijk te maken: aan zangers en zoo heb ik een hekel als je daar soms naar toe wou. Ik zou het b.v. heel akelig vinden, als er nog meer werkloozen voor de microfoon gingen zingen. Laat ze dan maar liever stempelen, hoe droevig dit ook is. En toch ben ik van muzikalen huize. Van vader's kant dan. Zoo herinner ik me nog goed, dat hij vroeger, toen hij al gepensionneerd kolonel was, de heele Mephistopartij voordroeg met het roode tafelkleed uit den salon om; waar mijn lieve moeder, die meer nuchter was, zér nuchter zelfs, pas de aardigheid van heeft leeren inzien, toen de arme man voor goed van ons was heengegaan. Hij had een diepe bas. Overigens was het een zielsgelukkig huwelijk. Neen, muzikaal ben ik desondanks niet geworden.... Maar als je mij nu vraagt, wat ik een aardigen kant vind van radio, dan zal ik je eens wat ver tellen " Hij schikte naderbij en er glinsterde in zijn anders zoo koelen diplomatenblik een ondeugend licht. ,,... .weet je wat ik van radio wel rg grappig vind?" ? ? ?" Dat deze brave instelling soms de allerbelangrijkste menschen zoo hartelijk en ongegeneerd in hun chemise te kijk zet." Je zegt?" schrok ik, verbluft door deze plotselinge en populaire wending naar wat mij scheen: een nimmer vermoed televisisch element in radio. Nou ja," fluisterde hij veclbeteekenend, je snapt wat ik bedoel!" Geen Ahnung, nee waarachtig, in hun chemise?" Luister. Ik bedoel dit. 't Is mis schien niet mooi van me, maar hot amuseert me telkens weer en daarom zal ik het je probeeren uit te leggen: vroeger had je in de wereld alleen maar kranten, wat je noemt de pers, nietwaar? Ik zeg,vroeger hè, had je in de wereld alloen maar kranten." Dat zei je al eens." Onderbreek me niet. En die kranten waren practisch eigenlijk het eenige medium tusschen het groote publiek en zijn groote helden. Ken geestelijk medium (later visueel aan gevuld door de fotopagina), dat bij al zijn deugden n gebrek had: n.l. dat het nooit een zuiver medium kon zijn, omdat het te veel op de openbare fantasie werkte. Zijn kracht wortelde ?', in het journalistiek-gecultiveerde . woord, dat niet meer objectief was, De heeren van de pers hebben altijd^ y de behoefte gehad, de grooten dezer . aarde te kleeden in een persklaar geknipt jasje, bestikt niet het galon. ... der journalistieke phraseologie. Heeft ooit n geïnterviewde zijn eigen woorden in een krant teruggevonden ? Gelukkig niet. De enkele keer dat ^ het gebeurde kwam er herrie van. Dec pers moet idealiseeren. Zooals zij gewoonlijk ook haar antipathieën overdrijft, maar daar niet van. Het is eenvoudig een bestaansvoorwaarde. Waar blijft ze zonder groote figuren", zonder helden", sterren" en de verdere santekraam? Heel dit krant matig gefokte godenwereldje helpt haar aan den kost en de extra-edities". Je had het over radio", herinnerde ?ik, Ja wacht, daar kom ik nu juist aan toe. Wat ik bedoel is dit, dat de radio ons, uit hoofde van haar geheel andere en hoogere bestemming, onbe schroomd kan geven, wat de pers ons noodzakelijk moest onthouden: het persoonlijk contact. De stem onzer goden ! De groote mensch in zijn ware, gewone gedaante. Je draait aan den knop en daar is hij al, de held, pardoes in je kamer.. .. daar zit hij al, de lieveling, op den schoot van zijn geacht publiek. Zijn niet-ongunstig uiterlijk versierde bereids de fotopagina's van alle vaderlandsche bladen. Een bol, blond hoofd, fier opduikend uit de frisch-geoogste lauweren. En was het daarbij gebleven geen eind zou nog gekomen zijn aan den stroom van adoratie die hem in de arena om spoelt; de publieke hulde per directe mail zou nog bij postzakken tegelijk naast zijn sinaasappel-ontbijtje wor den opgetast.. . . maar, helaas, het bleef niet daarbij. Radio kwam; argeloos, eerlijk en objectief als in deze wereld alleen nog maar radio is.... Daomes en heire", schalt het schel va.n den Olympus, aagelijk weit ik niet, wat ik sjel sjeggc.... want, eh... . want, eh. . . . ik ben nou de beroemste, eh. ... zwaargewicht. .. . om soo te sjegge, van Europa. . .. eh, ik-hep-gesjegd." Maar, m'n hemel, wat blijft ei' zóó van den populairsten boksfavoriet over, hoe vuil die ook slaat? Nummer 2 is een meneer, een hoogstaand man zelfs, die alom in den lande bewondering, ja geestdrift afdwingt om de vlotte, vaardige en snedige wijze waarop hij de pen hanteert en om zijn ongemeen scher pen kijk op menschen en toestanden. Hij gaat zelfs voor geestig door. Dus je gaat er eens extra voor zitten en vraagt Jantje, op te houden met die trompet. Maar nauwelijks doet het groote licht de kaken van elkaar, of je grijpt in verbijstering naar het programmablad om te kijken, of je je niet vergist hebt. Die zeurkous, die zemel, die zauikpiet zou de man zijn, die beroemd is om zijn brillanten geest, Jantje heeft het al door. Die tottert al weer. Ploep, wér een licht gelijkgeschakeld. Nummer 3 is ccn dame, niet minder hoogstaand (ze zingt op de Bühne), waarvan we in allo kranten hebben Letterraadsel L Uit onderstaande lettergrepen moe ten 17 woorden gevormd worden, wier . vijfde en eerste letter, de eerste van . beneden naar boven gelezen, een vers /^,l van Werumeus Büning vormen. - be'- d^- del - d«l - di -.£?- e'- ee - '#*''- gejr - gie - jf? ? /v: ? ?;- knaap - kojaast xle - J6. -}$. - lo - mgnr'. 't',..". ..." mü- ua '- na' - p«f - ta. - nefi - e* 9. ...V pail - pc"- pe - rw - B* -ren - ri ro~oS sa - jaf - J» - ten - i/gf - <£*&? - tyte - tó tois - tjÏKch - UHI - vpok - wacht - y. Omschrijving. . U. ,i 1. herstellingsoord, 2»-bekend - Ne^. J ";? _>p ; derlander, 3. deel van.JPraakrijk, 4. .,, ' meisjesnaam, 5> vergadering, ftrplaj ' gen, 7. besmettelijke ziekte^ 8. stad i L in België, 9. vrucht, 10» -overdenken, kt , 11.-land in Europa, 12^ beroep, 13. /godgeleerdheid, 14. telwoosd, 15. ' \ wacht bij buitengewöae gelegenheden, Voor de inzenders van de goede oplossing zijn als prijs beschikbaar: Boekwerken of Grammofoonplaten naar keuze/van den winnaar ter waarde van tien gulden.. ? Inzendingen, liefst op een briefkaart, vóór Woensdag a.s. 2 uur. Op adreszijde vermelden: Oplossing Letterraadsel. Oplossing Letter-Raadsel. De kruik gaat zoo lang te water tot zij breekt. 1. Uruten, 2. eenkonnig, 3. kameraad, 4. ratelslang, 5. uier, 6. Isabella, 7. konijn, S. ganzeveer, 9. aanteekenen, 10. Akron, 11. Tantalus, 12. zweren, 13. oliespuitjo, -14. obstinaat, 15. lazaret, 16. Antwerpen, 17. nederig, 18. gentleman. Prijswinnaar werd na loting, J. H. van Eyck, Zutphen, die aan het secretariaat van de redactie, doch zonder vermelding Letterraadsel, gelieve op te geven wat verlangd wordt. Charivaria JOURNALISTIEKE MICROSCOPIE , .Haarlem 's begroeting onder de loupe". (Hbl.) ,, Daarna neemt de spreker de rede voeringen van den heer D. onder de loupe". (H.D.) ,,De voornaamste wedstrijden ouder de loupe". (Dl. C.) Het is de moeite waard de punten van critiek eens onder de loupe te nemen". _ (Gr.) 1>E VOLLE 100% HONDERD PROCENT. ,,De deskundige komt tot de conclusie, dat zooal niet voor de volle honderd procent toch voor een zeer belangrijk percentage opzettelijke brandstichting moet worden aangenomen". (Volk) Ik begreep dat Udo gisteren niet de volle 100% kreeg". (H.D.) Zij worden boos, als men hier niet aanstonds voor 100% zijn vertrouwen schenkt " . (Vrij h.) Het decors doet het voor ioo%". DE MEERLOOZEN Deze begrooting is niet z.m. met haar voorgangster te vergelijken". (De C.) Dan volgt bezuiniging z.m." (N.R.C.) De kinderen zijn z.m. overgeleverd aan de leiding der blinde loodsen". (Gr.) Dit betreft niet een formaliteit z.m." (V.D.) OMMERS Hiervoor is het noodig om boven natuurlijk waarnemingsvermogen te be zitten". (Noorderlicht) Wij behoeven niet te aarzelen om hier van af te zien". (N. R. C.) De tegenwoordige economische school adviseert om daar niets tegen te doen". (Versl. H. D.) De belastingambtenaren hebben be sloten om een onderzoek in te stellen". (Avondp.) HET VERRADERLIJKE WOORD Een onmeedoogenloos kapitalistisch stelsel". (De Res.) NAASTING Naast de kinderen heeft het gezel schap zich de medewerking verzekerd van een aantal bekende artisten". (V. D.) Naast deze goede verzorging van tekst en illustratie, voldoen ook druk en binding aan hooge eischen". (Rapp. Comm. Kinderl.) Naast een zuiver financieelen kant heeft het vraagstuk nog vele andere zijden". (Wbl. v. G. en M. O.) EEN KUNSTVERRICHTING Bij monde van den heer Smit werd hem een kistje sigaren overhandigd". (De Nieuwe Brigade) GIETMARMER Als uit marmer gegoten staan vlak voor de inrij poort van het kasteel drie witte paarden". (Tel.) ^ kunnen lezen, dat tout Paris aan haar rozeroode lipjes hangt. Een plaatje van haar boenen staat er bij. Wacht", zegt de radio, jij ook een beurt". En daar begint het spul. Twee volle uren staat ze te kraaien in de illusie, dat er nog iemand in het land is, die haar hoort. Maar Nederland ligt al onder de wol, vredig-snorkend en weer een deceptie rijker.. .. Maar wat ik zeggen wil, amice, ik spreek morgenavond voor de radio.. . . Ja, de eerste maal....?'n Beetje vreemd zal het nog wel zijn.. . . Mocht je soms luisteren, dan. ..." Begrepen, ouwe jongen," stelde ik gerust, Trek je er maar niets van aan. Ik ben nu op 't ergste voor bereid."

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl