Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER
Weekblad voor Nederland
Onder hoofdredactie van A. C. Josephus Jitta
Redacteuren: L. J. Jordaan, F. G. Scheltema en M. Kann. Secretaris der redactie: C. F. v. Dam
Keizersgracht 355, Amsterdam C. - Telefoon 37964 - Postgiro 72880 * Gent, Giro G. 1000
Opgericht in 1877
No. 2965
Zaterdag 31 Maart 1934
Socialisme.... zonder
socialisten
l
De felste bestrijders van het socialisme,
de fascisten en nationaal-socialisten,
? jagen een doel na, dat in zeer veel op
zichten overeenstemming vertoont met
het socialisme. Zij gebruiken, om dat
doel te verwezenlijken, een methode, die
weinig verschilt van de door hen
zoosterk afgekeurde strijdwijze der socia
listen. Zal het socialisme misschien
triumfeeren zonder de .socialisten?
De actie van de fascisten in Italië, van de
nationaal-socialisten in Duitschland en die van de
meer of minder fascistisch of nationaal-socialistisch
getinte groepeeririgen in Nederland richt zich in
het bijzonder tegen het Marxisme en het commu
nisme. Dat zijn bijzondere, stroomingen in het
socialisme dat laatste begrip in den ruimst
denkbaren vorm genomen die niet met lederen
Torm van socialisme mogen, worden geïdentificeerd.
Tofc de scherpste bestrijders van de leer van
behoort de bekende Belgische socialist
endrik de Man. Nauwelijks een tegenstander
"van het socialisme heeft de gebreken van het
Marxisme helderder in het licht gesteld dan deze
socialist.
Bij de analyse van de critiek, die de bestrijders
"vian het socialisme, in welken vorm dan ook,
uit.oefenen, dient men scherp te onderscheiden
tus«chen het doel van het socialisme en de methode
«m .dat doel te verwezenlijken.
/ Het doel van het socialisme is een nieuwe
maat«schappij en een nieuwe staat, waarin de tegen
stellingen tusschen rijk en arm .minder sterk zullen
zijn, dan in de bestaande maatschappij en staat.
Dat ,doel zal bereikt worden .door de organisatie
jvan..de productie meer te richten op het algemeen
belang. Het middel, dat daartoe moet dienen, is de
.leiding van de productie in handen te brengen
pvan de overheid.
Dat doel is op zich zelf zoo schooa en verheven,
<lat niemand redelijkerwijze daartegen bezwaren
Itan opperen. Men kan echter op goede gronden
"betwisten, dat het door de socialisten aanbevolen
middel,, om dat doel te verwezenlijken, doeltreffend
is. En de scherpste critiek van de tegenstanders
van het socialisme gaat terecht tegen de veelal
?door de socialisten gevolgde strijdwijze, waarbij
zij in de scherpste termen de bedoeling van hun
-tegenstanders verdacht maken en de pretentie
lièbben zelf over het eenige middel tot verbetering
te'. beschikken.
Het is treffend te ontwaren, hoe tal van personen,
?die of tot de felste tegenstanders van het socia
lisme behooren, óf op zijn minst iedere verwant
schap met de socialisten loochenen, een doel
najagen, dat als twee droppels lijkt op het doel
van het socialisme en hoe zij daartoe zelfs het
?typisch socialistische middel hanteeren: diep
gaande inmenging van de overheid in het sociale
«n economische leven.
Wij zie'n dat verschijnsel niét alleen in een land
-als Rusland, waar men inderdaad de pretentie
heeft* staat en maatschappij, te reorganiseeren op
?den grondslag van het Marxisme,, maar wij zien
zér verwante verschijnselen in Italië, in Duitsch
land, in de Véreenigde Staten en zelfs in ons land.
JJn1 wij zien het doel, dat ik noemde, aanbevolen
en de methode, die daarbij' hoort, toegepast door
fascisten en nationaal-socialisten.
Wanneer de fascisten en nationaal-socialisten i
verklaren, dat op ieder gebied van het maat
schappelijk leven, in het bijzonder op economisch
en sociaal gebied, de belangen der individuen
ondergeschikt moeten worden gemaakt aan het
belang der gemeenschap, dan vertoont het aldus
gekenschetste doel zeer veel punten van overeen
stemming met de definitie, die de socialisten geven
van de socialisatie: een reorganisatie van de
productie, waardoor deze doelbewust meer dan
tot dusverre op de belangen der maatschappij'
in haar geheel gericht zal zijn.
President Roosevelt is geen socialist. Toch
verwacht hij alle heil van overheidsmaatregelen,
die bindende regelen bevatten ten aanzien van de
productie, de loonen en de prijzen en die de leiders
van de bedrijven moeten dwingen de productie
weer tot dusverre op het algemeen belang te
richten. Die politiek was aanvankelijk van
tijdelijken aard en gericht op herstel van den ouden
toestand (?recovery"). Zij wordt thans als een
duurzame politiek aanbevolen ? hoewel alle
wetten, waarin zij belichaamd is, een tijdelijk
karakter dragen die de bestaande organisatie
moet aanpassen aan nieuwere opvattingen (
readjustement"). In zijn jongste rede heeft president
Roosevelt zijn nieuwe leer aldus gekarakteriseerd:
dat de productie niet meer als tot dusverre op
het maken van winst door bepaalde individuen
moet zijn gericht, maar op de verhooging van de
koopkracht van de massa. Een socialist zou het
niet beter kunnen zeggen.
Het is leerzaam te constateeren, in hoe veel
opzichten de strijdwijze van de felste bestrijders
van het socialisme overeenstemming vertoont
met de docr hen zelf zoo scherp afgekeurde en
terecht scherp afgekeurde strijdmethode der
socialisten.
In een door de N.S.B, in Nederland onlangs
uitgegeven geschrift staat te lezen: Wij vechten
voor de Corporatieve Maatschappij en Staat, maar
wij weten niet eens precies, hoe het ding er uit zal
zien. Wij zijn voor een totale omwerking van ons
staatsbestel, maar een duidelijk schema daarvan
kunnen wij niet geven."
De socialistische arbeiderspers, die deze ver
klaring citeert, commentarieert haar als volgt:
Ziehier nu de walgelijke, onverantwoordelijke
demagogie ten voeten uit. Het is de triomf der
domheid, geëxploiteerd door dommen, die er zelfs
trotsch op zijn dom te zijn. Nooit werd het
natio.naal-socialisme erger aan de kaak gesteld, dan
hier door zichzelf." ? ,>
Deze terminologie moge wat kras zijn, maar
het verwijt is volkomen gegrond.
Nog in de laatste brochure van de N.S.B, stelt
men de eerlijke strijdwijze der nationaal-socia
listen" tegenover de systematische ondermijning
van ons volk, de voortdurende afbraak van de
zedelijke waarden, die in ons volk leefden, de
moreele mishandeling van tienduizenden onzer
volksgenooten", die door alle tegenstanders van
de N.S.B, in toepassing wordt gebracht.
De critiek van de socialistische pers op deze
methode van ageeren moge in veel opzichten ge
grond zijn, maar hoe vaakj hebben de socialisten
Inhoud:
i. Prof. Mr. A. C. Josephus Jitj:a, Socialisme,
zonder socialisten. ,
2. Mr. M. Kann, Buurmans huis.
3. L.J. Jordaan, Duitschland'sfinanc.politiek.
4. Edouard de Nève, Duitsche frontpartij.
5. B. van Vlijmen, Koos Vorrink, voorzitter
van de S.D.A.P. Melis Stoke, Mijn
honderdste verjaardag.
6. Mr. E. Straat, Engelsche boeken.
?j. A. Plasschaert, Beeldende kimsten.
8. Charivarius, De Dokter, leekening van v. d.
Elzen.
i o?ii. L. J. Jordaan, Bioscopy. Otto van
Tussenbroek, Over Paul Colin.
12. Mr. H. Scholte, Dramatische kroniek.
Constant van Wessem, Voedsel en
muziek.
13. Hendrik Willem van Loon, Wij varen om
de wereld.
15. Prof. J. W. Vollmer, Belasting op de
besloten N.V.'s. C. K., Beursspiegel.
16. Dr. A. J. van Pesch, Schoolweelstrijden.
L. Althoff, Des avonds in Marseille,
teelieningen J. F. Doere.
Uit het kladschrift van Jantje.
Albert Heiman, Aïcha.
Letterraadsel. Charivana.
17.
18.
19.
20.
Omslag: Spelprobletnen.
Viooltjes
Voortreffelijk»
chocolade in den
vorm van viooltjes.
Een specialiteit.
RINGERS
Let op den naam f
zich zelf niet'schuldig gemaakt aan de strijdwijze,
die zij in hun tegenstanders in zoo krasse bewoor
dingen critiseeren ?
In de socialistische pers en in de socialistische
volksvergaderingen is schering en inslag de be
wering, dat de tegenstanders van de socialisten,
de bourgeois" en de kapitalist" en de knechten
van de kapitalisten", slechts hun eigen belang
en <le belangen van een kleine groep bevoorrechten
dienen, dat zij geen oog hebben voor het algemeen
belang en dat alleen het socialisme beschikt over
de middelen om staat en maatschappij te reorga
niseeren, zonder dat de organisatie van den
socialistischen staat pleegt te worden gepreciseerd.
Wie noch een socialist is noch een fascist,
constateert hoe de socialisten zoowel als hun felste
tegenstanders, elk voor zich de pretentie hebben
het monopolie te bezitten van eenzelfde maat
schappelijk ideaal, dat ieder weldenkend mensch
behoort voor te staan; ho,e zij, terwijl zij elkander
ten felste bestrijden, dat doel zoeken te verwezen
lijken met hetzelfde middel, de regeling van de
productie, de loonen en de prijzen door de overheid,
en met strijdmethpden, die zeer bedenkelijk zijn
en in aard weinig van elkander verschillen. En hij
vraagt zich in arren moede af: zal het socialisme
misschien triumfeerett «onder hulp en medewerking
van de socialisten en door de actie van degenen,
die zich de felste tegenstanders van het socialisme
noemen? ' *
A. C. JOSEPHUS JITTA
-e«.,.