De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1934 14 april pagina 19

14 april 1934 – pagina 19

Dit is een ingescande tekst.

Au rendez'vous des chiens Siegfried van Praag Teekeningeii J. F. Doeve Indrukken van de nondententoonstelling Honden van de tentoonstelling her kent men direct. Ze hebben 't aris tocratische dat bescheiden en opval lend tegelijkertijd is. In de buurt van 't R.A.I.-gebouw begint de tentoon stelling al. Wanneer ik een honden aristocraat aan den ketting zie meewandelen, en vooral wanneer een mijnheer meerdere aristocraten aan den lijband houdt, weet ik 't: tentoon stelling t Men mag beweren dat hooren en zien u op de tentoonstelling vergaat. Een kring van Samojeden-honden te hooren keffen, is op zichzelf al de moeite waard. Het lijkt wel of ze Jack Londons The Call of the Wild" aan bet opvoeren zijn. Daartusschen door weerklinkt het doffe bassen van Duiteche doggen dat doorsneden wordt door het hooge gegil van Spaniels en Pekingeezen. Heel merkwaardige cacophonieën levert dat volle hondenorchest. Zelden wordt de volkomen rust een seconde verwerkelijkt. Meest al is het een voortdurend in z'n bont heid egaal orchest. Af en toe wilde crescendo's. Maar het gretige oog wil ook wat. Menschen en dieren, ik moet 't aan uw levensovertuiging over laten, mogen veel of weinig op elkaar lijken, en al of niet eikaars gedegenereerde vormen zijn, ze staan uitnemend bij elkaar. Vooral de hond en de vrouw! Laat ik maar eerlijk bekennen dat ik den hond en de vrouw zoo samen beschouwd heb als de jockey en zijn paard. Sinds eeuwen hebben dames en honden elkaar wederkeerig vriendschap en légance gegeven. Vee- en kippententoonstellingen zjjn mannelijke shows en katten en honden- vrouwelijke. Ik wil een uitzondering maken voor enkele heel groote rassen. Een vrouw met een bouvier, een St. Bernardshond of een Deensche dog, nee dat is niet dat. Die laten zich het beste portretteeren te saam met een man in sportbroek, die een jockeypet op het hoofd draagt, want het hoedje met het veertje op zij is weer beter op zijn plaats als de mannenband een pointer of een retriever aan zijn ketting houdt. Weten de dames, dat de'honden haar even mooi maken als zij het de honden doen, voordat deze ter ten toonstelling optrekken? Juffrouw in geruit sportcostuum, leeren hoedje op, doberman-pincher aan de hand ! JZen leer-idylle. Slanke vrouw over de slankheid van een barzoi gebogen, repeteerende lijn. Een honden- eu dames-aesthetica, een honden- en dameskarakterologie heb ik opge bouwd, toen ik zoo kalm langs de paden van de blaffende honden, die God weet, hoe graag gebeten hadden, wandelde. Wonderlijke harmonieën nam ik waar tusschen een breed-koppigen, uiterlijk norschen, maar o zoo goed-weeken brabancon en de oudere dame, die hem vertroetelde, ook breed van gelaat, gepoederd, norsch en ik ik weet het, heel week van hart met een verleden, als een ancien régime op zichzelf. Ik heb gemerkt dat de be minnelijke eigenares vaneen vroolijken en bij tij d en wijle grimmigen keeshond, een eenvoudigen mantel draagt en practische schoenen, en dat de maïtresse van een weelderig pekingeesje, dat diertje verwarmt aan een bonten boe zem en dat zij haar blanketsel in orde brengt wanneer 't hondje haar even rust geeft en zijn chineesche oogjes sluit. O, de trouw van menschen is ont roerend, nog grooter dan de algemeen erkende trouw van honden. Toen ik 's morgens naar de B.A.I. reed, had ik tot vis a vis een dame, diefden zucht slaakte Was die dag al maar weer om !" Naast haar stond een hoog tunneltje in papier. Ja, in de diepte gluurde iets. En deze dame heb ik voor het kooitje van haar hondje zien wachten en het werd tien en elf en twaalf en drie en zes uur. En nog waak te de dame over het slapende hondje. Voor haar lerschen setter zat een jonge dame, stil in al die drukte en doet er boete voor de beproeving die ze haar hond moet opleggen. En de kleine Annie is van ochtend al met een weelde van dashondjes gearriveerd. Ze zit midden in de omrastering op het stroo, en de teckeltjes kruipen, boven en onder haar armen en ze blijft daar laag te midden van haar lage hondjes, als een voorbeeld van den kinder lijken trouw dien de mensch aan zijn houd heeft toegewezen. Natuurlijk biedt de hondent eutoonstelling als alles wat des menschen is haar paradoxen, tenminste voor ecu leek. Net als een mensch die door Gods wereld marcheert, /oo ver wondert het me wanneer ik een on schuldig, klein dashondje ontwaar achter op 't stroo van een speciaal aait den voorkant getraliede kooi. Cave canem ! En een satan van een Schnauzer mag vrij zoo lang zijn ketting reikt zijn meer dan Berliner Schnauz laten hooren. De Schnauzers zijn wel de meest colerieke gasten van de tentoon stelling. En te zeggen dat er nog reuzenschnauzers" bestaan en ge keurd worden. De supers die dan volgen zijn geen dieren meer. Nu en dan wordt een hond fier, misschien wel imperialistisch. Hij ver heft zich op zijn achterpooten eu maakt zich aan zijn achterburen zicht baar. De achterburenruzie, blijft niet uit. De heele afdeeling trilt van woede ! Nu eens zijn het de bouviers, dan de herdershonden of de cocker-Spaniels. 'Het hondengamma van het R.A.I.gebouw heeft zijn aparte charme. Men begint met den Sint Bernard, den machtige, den. edelste, zedelijkste, goedigste en sterkste en berustendste der honden. O, als alle honden St.Bernardshonden waren, ging 't niet zoo egoïstisch toe en zoo agressief en ?/.oo familiaar in den monde canis. En het gamma eindigt bij de boudoirkinderen. Het salon van juffrouw Pekingees grenst aan het kamertje van Madame King-Charles en aan de retraite van 't dwerg-pinchertje. De ingénue, die niet weet waar de hondjes vandaan komen, lijkt me wel dat toedere vlinderhondje. Er zijn kooitjes als schilderijtjes. Uood getapisseerd OH groen bekleed, en er is zelfs een hondje dat eventueel zijn behoefte op een Afghan-knsseii mag doen, waarvan de Afghanschehazewinden, wier heerlijke vacht de schoonheid van een blondine met die van een brunette annuleereii, natuurlijk niets mogen weten. HondcntontooHstelling is geen ta bleau vivant. De dieren hebben meer beweging dan rust, ze mannequineereu in den ring. looperi, rillen, kruipen, blaffen, lichten de lippen op en zelfs ditmaal slechts voor de grap, de pooten. Een dame tracht haar zwarte poedel een teederen glimlach te geven om hem moed in te spreken. Keur meesters en ringstewards dienen mei ernst. En rondom den ring kijken trouwe meiischenoogen vol liefde naar hun hond. Madame regelt zelfs haar beweging op die. van haar pointer Jack", ,.door Sigurd uit Fanny van 's-1 feerenberg." .Menig arm man heeft niet zulk oen mooien naam als een tent ooiislellinghond. /oer eigenaardig, die dames niet haar honden ! Passen bij elkaar als bloemen bij vlinders of omgekeerd. De minst bloedige, de amusantste, de sierlijkste ring". Die van de hondententoonstelling.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl