De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1934 21 april pagina 19

21 april 1934 – pagina 19

Dit is een ingescande tekst.

Ne. 2068 De Groene Amsterdammer van 21 April 1934 19 Hij mompelde iets van fardon Trouwens, zij vond het ook rus tiger. Haar hart was gewond. Tijdens de crisis, toen haar ver mogen al snel slonk had een van haar aanbidders haar zooveel vertrouwen met zijn kussen, zijn lieve attente manier van doen weten in te boezemen en door zijn verzekeringen vooral dat lüj door zijn internationale relaties over onfeilbare middelen beschikte om kwijnende vermogens te genezen, dat zij hen een groot deel van het hare had toevertrouwd. En toen was hij verdwenen en naar zij zeker wist niet in de wateren van het Lac Léman, ?want zij had hem later weer gezien in de speelzaal van Aix. III. Nu hier in Miramar, waar zij al een maand woonde, trok voor 't eerst sinds lange jaren weer een jongeling haar aandacht, wel van een heel andere categorie dan die, welke haar vroeger begeerden en hun leed biechtten. Hij droeg geen smoking en monocle, zijn haar was niet gepommadeerd. En alleen 's avonds droeg hij een werkelijk costuum, over dag liep hij fond in een pak, dat in de States aBeen de werklieden dragen. Hij glim lachte niet tegen haar, hij zag nooit op, met gebogen hoofd verwerkte hij aan zijn tafeltje alleen zjjn eten. Hij at veel en vlijtig en nam twee keer van eiken schotel. Maar juist daarom vatte het denkbeeld post in Miss Jackson's brein, dat zij misschien een troosteres zijn kon voor dezen jongen man en hem datgene geven, waar hij nooit onder wals of boston en ook niet onder small talk in een hoekje om vragen zou, maar dat hij toch zeker wel verholen begeerde, hij was toch een man I 'Hij zag er wel naar uit of hij 't noodig had. Eigenlijk had Miss Jackson hem nooit goed in zijn gezicht gezien. Hij kwam altijd binnen als de anderen al waren begonnen, zij zat met twee oude Britsche dames aan een tafeltje met den rug naar hem toe en wilde natuurlijk niet van plaats verMaar het scheen haar toch toe, dat hij er soms heel bleek uitzag en erg gebogen liep, op andere dagen weer, toch iets van een blos had en soms een vrijen blik in 't rond waagde. Alsof hij een ander mensch was geworden! En dit sterkte haar in haar over tuiging, dat het niet zoo hopeloos was, dat er van dien jongen man iets te maken zou zijn. Als zij hem eerst wat geven kon, dat hij zich beter kleedde, dan zou zijn zelfbewustzijn toenemen, als zij vriendelijk met hem omging, zijn menschenschuwheid en haat ver dwijnen en hij zou voorgoed aan Miss Jackson, die hem zoo veel goed had gedaan, gehecht blijven. Zoo spon zich onder de banale maaltijden in de matverlichte eet kamer van Miramar een idylle voort in het tegelijk filantropische en perverse brein van de verouderde Amerikaansche . Alleen, het scheen onmogelijk eenig contact met den jongeling te krijgen. Eindelijk gelukte het haar een bot sing onvermijdelijk te maken. De aan raking met het glimmend pak was niet prettig. Zij stamelde: excuse me". En hij mompelde iets van pardon en vluchtte in volle vaart in de rich ting van de dependance. Op deze manier was ook niets te beginnen. IV. In een maanloozen nacht nam Miss Jackson het groote besluit om hem maar in eigen hol op te zoeken. Aan een boek, dat gister in de eetzaal was blijven liggen, de jonge man las ook altijd onder 't eten, had zij gezien, dat hij tenminste Engelsch verstond. Miss Jackson had snel dit boek geconfiskeerd. Ze zou hem gewoon gaan uitleggen, dat ze het goed met hem voorhad. De rest zou dan wel komen. Het boek zou zij overgeven, wat praten over den inhoud, dan haar voor stel doen. O, misschien gebeurde alles wat zij hoopte dienzelfden avond wel! Het werd tien uur, dat was nog te vroeg, elf uur was te laat, toen zij dacht, dat het half was, sloeg zij los een mantel om, nam 't boek in de hand, liep haastig den tuin door, het gangetje van de dependance in en wachtte. Het was of zij een stem hoorde. De arme jongen, die nooit gezelschap had, sprak in zichzelf l Of, zou het kamer meisje bij hem zijn? Die had zij den heelen avond al niet gezien! Dol van jaloezie klopte zij en deed meteen de deur open. Stond in de kamer en slaakte een gil. Was zij gek geworden? Zag zij dubbel? De jongeling zat aan de tafel met papieren, maar hij lag tegelijk op 't bed en lüj sprong op van tafel en deed alsof hij onder 't bed wilde gaan liggen, maar die op 't bed hield hem tegen. Het is mis, zy zal ons zeker ver raden. En tegen Miss Jackson in vrij goed Engelsch: U bent ons ongeluk. Ons ongeluk! Dus er waren twee I Verbijsterd zag zij naar den jongeling en zijn dubbelganger. Nog trachtte zy deze zaak op occulte wijze te ver klaren, maar terwijl zij daarmee bezig was en de beide jongelingen bleven fluisteren, werd er geklopt. De pensionhoudster was op den gil afgekomen. Met een instinctieve haast kroop de eene jongeling onder 't bed, de andre ging achter de tafel zitten fluisterde: , .Verraad ons niet'' en riep:, .Binnen !'' De pensionhoudster trad in fiere houding binnen en verklaarde, dat er nog nooit schandaal in haar huis was geweest, dus .... Miss Jackson hield krampachtig het boek voor zich uit en zei: ik had dit geleend en bracht het terug l En de jongeling: en er sprong een kat van de vensterbank en daarvan schrok zij zoo. Maar de pensionhoudster zag er geen voordeel in met de weinig aan nemelijke verklaringen genoegen te nemen. Van u, zei ze tegen Miss Jackson, had ik zooiets nooit gedacht. Hij is een engerd, maar u laad geen aanleiding moeten geven. Moet u maar niet laat in de kamers van heeren komen en dan nog wel zoo een. Morgen gaat hij weg. En u .... nu u moet het zelf weten. En ze sloeg de deur achter zich dicht. De ander kwam weer onder 't bed vandaan. En de eerste gaf de ver klaring in vrij goed Engelsch. Ze konden nergens onder dak komen, waren vast van plan een tijd aan zee te zitten en toen de pension houdster juist het dubbele vroeg van wat zij elk voor zich konden betalen, hadden zij samen de eenpersoonskamer genomen. Ze leken toch als tweelingsbroers op elkaar. De maaltijden namen zij om beurt, de ander at dan brood met kaas in de kamer en wat de ander van tafel meesmokkelde. Miss Jackson wist geen vorm te vinden voor haar door de verdub beling van haar liefdesobject ge spleten gevoel. Zij staarde van den een naar den ander. Ze wist niet welke de ware was. Ze kon ook geen keus doen. Eindelijk bracht ze er half snikkend uit: I did not mean any harm, I would help you. Very kind of you. And still if you want some better suits. Die 't woord deed maakte een heftig ontkennend gebaar. No thank you. We are socialists. Dan was er niets meer aan te doen. Miss Jackson knikte vaag tusschen de dubbelgangers in: Good night en ging naar haar kamer terug. Zij slaakte een gil

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl