De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1934 19 mei pagina 4

19 mei 1934 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

i,, l' f; i: Van de 42ste naar de 56ste straat Bioscopy L. J. J o r d a a n Robert Florey: The house in 5«th street" Tasehinski. We zijn verhuisd van de 42ste naar de 56ste straat. Wat accommodatie en stijl betreft zijn we erop vooruitgegaan wat grootheid van architec tuur betreft stellig niet. De merkwaardige Warner Brothers, een der belangrijkste producers-centra van Hollywood, hebben hun serie maatschappelijke en strafrechterlijke drama's onderbroken, om voor een wijle af te dalen naar de gewone" romantische speelfilm hetgeen in het algemeen gesproken geen vooruitgang beteekent. De uitzonderlijke rol, ?welke de film in zulke heftige en hartstochtelijk neergesmeten brokken realiteit vervult, kan voor" alsnog niet achterhaald worden door vertooningen, die desnoods evengoed door het tooneel worden ?uitgebeeld. I am a fugitive", 20.000 years in Sing-Sing" en in hun genre zelfs films als ,,42nd street" krijgen door hun forschen greep op de wer kelijkheid door hun machtig en direct tegen elkaar zetten van groote fragmenten eener moderne maatschappij, een tendentieuse kracht, die men elders tevergeefs zoekt. Hiervan is nu, na de plotselinge verhuizing, geen sprake meer. We hebben hier te doen met een vrij uitzonderlijk geval, dat nogal geforceerd en bedacht aandoet een in elkaar gezette situatie, die kenne lijk om de dankbare scènes-a-faire werd geconcipi eerd-. Op zichzelf zekerlijk geen misdaad en als voortzetting der tooneel traditie zelfs zeer begrij pelijk maar toch een stap terug uit de wereld, welke de film speciaal en zonder concurrentie beheerscht. Het is geen geringe toevalligheid, dat de jonge vrouw, die wegens een noodlottigen samen loop van omstandigheden tot twintig jaar gevange nisstraf werd veroordeeld, na haar vrijlating in het zelfde huis terugkeert als de gezellin van een be roepsspeler. Het is evenmin een onbelangrijke coïncidentie dat juist haar dochter aan denzelfden samenloop van omstandigheden ten offer valt en op haar beurt een man neerschiet. Wel mist men in een dergelijke opzettelijke romantiek de strakke lijn en de onverbiddelijke logica van een I am a fugitive" wel denkt men met weemoed terug aan de stuwende kracht van het milieu in een 42nd street". Met de herinnering aan deze werken krijgt men wel sterk den indruk buiten en beneden het eigenlijk niveau der film te zijn geraakt en doet het geval eenigszins slap en gewild aan. Dit zou men,,den Fluch der guten Tat" kunnen noemen en de billijkheid eischt, dat wij ons aan de impressie der vorige groote films met spoed ontworstelen. Wanneer wij daarin zijn geslaagd, dan blijft een in het genre zeer goede film over. Zelfs als scenario houdt het werk zich staande tegenover de meeste zijner soortgenooten. Het is een verademing het slot te aanschouwen, dat zijn effect (tegen alle ver wachting in !) noch zoekt in een dierbare hereeniging, nocB. in een melodramatischen afloop. De vrouw, die de schuld van den moord, door haar dochter gepleegd, op zich neemt, ziet haar kind naar Europa vertrekken waarschijnlijk voor goed' Zij wordt niet in theatrale wanhoop naar de gevangenis teruggeleid, maar blijft hopeloos en vernietigd achter om de speelclub te leiden in het zelfde huis, dat eens haar huiselijk geluk kende. I never want to leave this house" heeft zij twintig jaar geleden in den triomf harer liefde tot den echt genoot gezegd. I want to live here always". En de film eindigt, terwijl zij toonloos en gebroken deze woorden herhaalt. ... ,,so I shall!" Dit zeer menschelijke en gedurfde slot, doet na de sterk geconstrueerde handeling als een treffende verrassing aan, die maakt dat men van deze film toch nog afscheid neemt, als van iets bijzonders. Ook al om de wijze waarop het gegeven een maal geaccepteerd ??werd verwerkelijkt. De Franschman Robert Florey, sinds jaren te Holly wood werkzaam, geeft het verhaal met al de snel heid en al het gevoel voor de details waar het op aan komt, welke de goede film kenmerken. Zijn camera zwaait juist kort genoeg van de eene scène naar de andere, om het verband niet te verliezen ??juist lang genoeg, om den gang van het verhaal rustig en regelmatig te houden. Dit is een dier schijnbaar onbelang rijke in wezen zoo vitale voorwaarden ' voor den bouw eener film, welke maar al te vaak aan onze aan dacht ontsnappen. Er zou een interessante beschouwing zijn te leveren alleen reeds over deze kunst over d't instinct voor \ de waarde der over gangen. Florey geeft\ hiervan in dit werk een zeer merkwaar dig en voórtjTeffelijk specimen. Neem een mo dulatie als van het c a b a re t ,,Floradora" naar de wo- -: riing van den vieux-marcheur Fiske.... het apparaat zwaait van den feestelijk verlichten ingang langs huizen, menschen, voertuigen.... een snelle beweging, die samenvloeit tot een'warreling van mouvement. Dan vertraagt het tempo geleidelijk aan komt de camera tot stilstand, om tenslotte te verzinken in de stilte van een luXuéus interieur.Deze ingenieuse overgang past Florey herhaaldelijk toe en het zijn deze goedgevonden gedachten-strepen" welke het werk tot een eenheid maken en de handeling haar rustig, gelijkmatig tempo verleenen. Voor het overige heeft de regie die beheerschtheid, welke nimmer tot filmische" opzettelijkheden leidt, doch de volle aandacht concentreert op personages en verhaal. . . . voorwaar een op merkelijke prestatie bij een zoon van het land der avant-garde. Wat het verhaal betreft er is niet altijd uitgehaald wat er in zat. De terugkeer van Peggy, de heldin, in het huis waarin zij twintig jaar geleden trouwde en dat zij nu in een moderne speelgelegenheid gemetamorfoseerd vindt, komt er een beetje riuchtertjes en bekaaid af. De na vrante tegenstelling toch gewis bedoeld als een der hoogtepunten van het drama en voor de film juist zulk een dankbaar gegeven blijft bij een vluchtiger! blik over het interieur. Mij dunkt daar ware heel wat meer van te maken geweest. De bezetting der rollen is gemengd zij het over het algemeen zeer voldoende. Daar is in de eerste plaats Kay Francis in de hoofdrol. Wij hebben sinds lang geleerd in onze appreciatie van filmgrootheden voorzichtig' te zijn: niets schijnt zóó individueel en dermate uiteenloopend. De directe invloed der persoonlijkheid, dank zij de onmiddel lijke nabijheid van camera en microfoon, verwekt even verschillende reacties als de ontmoetingen in het dagelijksch leven zij worden voor geen ge ring deel bepaald door een vaak onberedeneerde anti- of sympathie. Met' dit voorbehoud dan, moet het mij van het hart dat weinig dingen mij zoo verbazen als de groote waardeering voor de film speelster Kay Francis. Persoonlijk kan ik nooit een gevoel van onbevredigdheid tegenover dit filmspel van mij afzetten. Het'lijdt voor mijn smaak aan een matheid en ietwat- huilerige zwakte, die het op de groote momenten onveranderlijk te kort doen schieten. Daar is déepisode, waarin men haar steeds in dezelfde houding ziet verouderen binnen de gevangenismuren, terwijl de tijd in machtige en fragmentarische rukken voortsnelt.. . . een im posant moment. Alle aandacht wordt door den regisseur samengetrokken op het masker van de speelster, dat als een drama der gebrokenheid te midden van de razende gebeurtenissen staat.... als regievondst voortreffelijk, maar absoluut afhan kelijk van de potentie der speelster. Welnu afgezien nog-van den altijd gevaarlijken tooneeltruc der geteekende rimpels in een overigens jong gezicht blijkt in deze oogenblikken dunkt mij overtui gend, dat Kay Francis tegen een dergelijke rol niet opgewassen is. De sterke fascineerende kracht de ondefinieerbare betoovering dor persoonlijk heid, die boeit ook wanneer de fiyutir in runt is en Uit The house in.tfth street" niet door spel" of handeling ondersteund, ont breken hier. Men denke zich een Garbo of een Dietrich desnoods een Dorothea Wieck of Miriam Hopkins in deze situatie en men weet wat een waarlijk eersterangs filmsujet beteekent. Zeer goed daarentegen zijn de beide mannelijke hoofdrollen. Zoowel Gene Raymond als Ricardo Cortez zijn in hun sobere weergave, overtuigende verbeelders, respectievelijk van den eersten echt genoot en den speler. Zwakker is William Boyd als de oude viveur een rol, die om Adolphe Menjou vraagt. Aldus werd deze overgang van de i2ste naai: de 56ste straat een verhuizing, die wij met gemengde gevoelens begroeten, doch die als geheel stellig; geen onbevredigende!! indruk nalaat. Tentoonstellingen Kunstzalen Unger & Van Mens. Eendrachtsweg 27. Rotterdam. Werken door Radda. Tot l Juni. Kunsthandel Buffa, Amsterdam. Werken van H. Lugt. Tot l Juni. Kunstkr'lder Spui 13, Amsterdam. Beeklende kunst van Han van Dam en Willy Boers, kunst nijverheid van E. N. de Jonab?Eiidt, Thora Hofstede Crull en Mei van der Chijs. Tot 2 Juni. Amsterdamsche Ateliers voor Binnenhuiskunst, Amsterdam. Schilderijen van Jan van Heel. Tot 3 Juni. Kunsthandel Santee Landweer, Keizersgracht 463, Amsterdam. Schilderijen door Jan C. A. W. Mulder. Werk van Bettina Bauer. (Frau Georg Ehrlich). Tot 2 Juni. Werk van Gjula Pap. Tot, 2(5 Mei. Kunsthandel Van Meurs, Keizersgracht 578, Amsterdam. Oud-Japansche teekeningen en OudPerzische miniaturen, weefsels en sieraden. Tot 17 Juni. Kon. Kunstzaal Kleykamp, Den Haag. Nieuwe werken van Toon Kelder. Kunstzalen A. Vecht, Rokin 122, Amsterdam. Werken van den 17e eeuwschen Delftschen plateelschilder Frederick van Frijtom. Stedelijk Museum, Amsterdam, Moderne Chincesche schilderkunst. Tot 26 Mei. Kunsthandel Unique", Heuvelstraat 19, Tliburg. Werk van Leo Gestel. Tot 31 Mei. Kunstzaal van Lier, Rokin 126, Amsterdam. Schilderijen door W. O. J. Nieuweukamp. Tot l Juni.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl