Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER
"Weekblad voor Nederland
Onder hoofdredactie van A. C. Josephus Jitta
^ _ Redacteuren: L. J. Jordaan en M. Kann. Secretaris der redactie: C. F. v. Dam
Keizersgracht 355," Amsterdam C. - Telefoon 37964 * Postgiro 72889 - G e m. Giro G. 1000
Opgericht in 1877
No. 1973
Zaterdag 26 Mei 1934
De crisis van het p ar lemen
taire stelsel in Frankrijk
De scherpe critiek, die men in den
laatsten tijd in Frankrijk uitoefent op het
parlement, beoogt niet een wijziging van
het in Frankrijk geldende parlementaire
stelsel, maar een zeer gewenschte ver
andering in de zeden der parlementariërs.
De middelen, die men aanbeveelt, om de
verbetering aan te brengen, zijn voor
ons zeer merkwaardig. Wanneer men
er in slaagt de parlementaire zeden
te verbeteren, loopt het republiekeinsche
regiem 'tniet het minste gevaar.
Óók in die 'Europeesche landen, waar het par
lementaire stelsel van oudsher bestaat en is in
geburgerd, neemt onder den invloed van de
economische crisis de critiek op regeering en
parlement hier en daar een eenigszins fascistisch
karakter aan. Het is voor ons leerzaam na te gaan,
wat in het bijzonder in Frankrijk tegen het gel
dende parlementaire stelsel wordt aangevoerd en
te zien, Welke middelen de critici aanbevelen om
in den bestaanden toestand verbetering te brengen.
Alvorens daartoe over te gaan, is het noodig zich
rekenschap te geven van het zeer eigenaardige
karakter van het politieke leven in Frankrijk.
De politieke partijen dragen in Frankrijk een
geheel ander karakter dan bij ons. Men wordt
afgevaardigd, omdat men candidaat is gesteld in
een bepaald kiesdistrict. Men wordt in den regel
niet candidaat gesteld door een bepaalde politieke
partij. Tot afgevaardigde gekozen sluit men zich
aan bij een bepaalde groep. Die groepen dragen
niet een stabiel karakter. Veel vaker dan bij ons
komt het voor, dat een afgevaardigde bij een
stemming afwijkt van zijn groep. Vandaar, dat
zich zoo vaak bij stemmingen groote verrassingen
voordoen.
De namen van de verschillende politieke partijen
in Frankrijk geven ons niet de minste aanwijzing
omtrent de beginselen, die zij nastreven. Bijna
alle -politieke partijen gebruiken voor de
qualificatie van haar partij de woorden: republikeinsch,
democratisch,'socialistisch en radicaal, zonder dat
men daaraan de beteekenis mag hechten, welke
die woorden hebben bij ons. Een typisch voorbeeld
daarvan is de groote groep van de radicaal-socia
listen. Zij zijn zeker geen socialisten als de socia
listen in andere landen. Hun radicalisme beteekent
anti-clericalisme en in het geheel niet een groote
mate van vooruitstrevendheid.
In Frankrijk is het practisch niet mogelijk het
parlement te ontbinden en een beroep te doen op
het volk. Dat machtige hulpmiddel van onze
tegenwoordige Nederlandsche regeering, dat Werkt
als een stok achter de deur om de tegenstrevende
elementen in de volksvertegenwoordiging tot
meegaandheid te nopen, kan onder de huidige
omstandigheden in Frankrijk niet worden gehan
teerd.
Weliswaar is de president van de Republiek
volgens de grondwet bevoegd het parlement te
ontbinden, maar hij behoeft daartoe de mede
werking van den senaat. Van die hulp is de presi
dent nooit zeker en hij durft die hulp niet vragen,
omdat hij geen echec wil lijden.
De parlementsleden in Frankrijk, die, zoolang
hun mandaat strekt, dus zeker zijn van hun zetel,
hebben niet het minste b3zwaar een
regaeringscrisis uit te lokken. Een nieuwe regeering beteekent
een nieuwe kans op een ministerszetel en het
gevaar, dat onze parlementsleden zouden loopen
door een ongemotiveerde regeeringscrisis uit te
lokken, en dat de regeering niet zou heengaan, maar
een beroep zou doen op het volk door het parlement
te ontbinden, .is in Frankrijk vrijwel uitgesloten.
De reeds sedert vele jaren ? lang voor
Mussolini in Italiëaan het bswind kwam fascistisch
gezinde ' Action fran?aise, de royalistische partij,
die den afstammeling van de Bourbons, den
Hertog de Guise, op den Franschen koningstroon
wil herstellen, beschikt wel in haar gelederen over
uitstekende stylisten als Leon Daudet en Charles
Maurras, maar zij bezit onder het volk slechts een
zeer geringen aanhang, vooral sinds de Paus het
optreden van deze. organisatie heeft afgekeurd.
Heel wat grooteren invloed heeft de conserva
tieve Fransche staatsman AndréTardieu, die
driemaal minister-president en tienmaal minister
is geweest en die in het thans regeerende kabinet.
minister zonder portefeuille is. Hij heeft in den
laatsten tijd in een boek en in een reeks tijdschrift
artikelen, o. a. in de Illustration, die een grooten
opgang hebb3n gemaakt, vijf middelen aanbevolen
om, zonder het geldende parlementaire stelsel in
Frankrijk ingrijpend te wijzigen, een aantal
veranderingen aan te brengen, die verbetering der
parlementaire zeden moeten teweegbrengen. Dit
zijn de vijf middelen:
;le. de president van de Republiek moet bevoegd
zijn het parlement te ontbinden, zonder de mede
werking van den senaat;
2e. het initiatief tot het verhoogen van de
begrooting kan slechts van de regeering uitgaan,
meer in het bijzonder van den minister-president;
3e. ambtenaren mogen zich niet met de politiek
bemoeien;
4e. invoering van vrouwenkiesrecht;
5e. invoering van een consultatief referendum.
Een staatscommissie is op dit oogenblik in Frank
rijk bezig de middelen te beramen om verbetering
te brengen in het geldende parlementaire stelsel.
Het is aannemelijk, dat zij een deel van de door
Tardieu aanbevolen middelen zal overnemen.
^Dat de president van de Republiek de bevoegd
heid zal krijgen zelfstandig het parlement te
ontbinden, is zeer waarschijnlijk. Het klinkt ons
vreemd in de ooren, dat dit middel in Frankrijk
feitelijk niet bestond. Dat zal een aanzienlijke
versterking beteekenen van de uitvoerende macht
tegenover de volksvertegenwoordiging. Want de
burgerij is het zittende parlement zeer slecht gezind.
Het aftreden van het vorige kabinet Daladier is
niet teweeg gebracht door een afkeurend votum
van het parlement, maar door de volksbeweging
op den 7den Februari op de Place de la Concorde.
Dat het initiatief tot verhooging van posten
op de begrooting altijd van de regeering moet
uitgaan, is een stelsel, dat sinds enkele jaren in
Engeland met gunstig resultaat geldt.
Dat men in Frankrijk, dat zoovele ambtenaren
telt, ooit aan de ambtenaren hun politieke rechten
zou ontnemen, lijkt niet waarschijnlijk.
INHOUD:
i. Prof. Mr. A. C. Josephus Jitta, Crisis van
het parlementaire stelsel in Frankrijk.
?2.. Edouard de Nève, Het Saargebied.
3. L. J. Jordaan, De militair-fascistische staats
greep in Bulgarije,
4. Nico Rost, Galmot, dt vader van Guyana.
5. Melis Stoke, Boottrein, teekeningen Harmsen
van Beek. B. van. Vlijmen, Hollandsere
voetballers in Milaan.
6. Leo A. A. Coaen, Verkeersregels.
?j. Dr. P. van Olst, Vischvoedsel. Mr. F.
Coeneii, Tusschen twee onzedelvjkheden.
9. L. J. Jordaan, Bioscopy.
10?n. A. Plasschaert, Schilderkunst.
12. Mr. H. Scholte, Dram. kroniek.
13.' Anna Benavente, Vloeibaar goud.
15. C, A. Klaasse, Om de suikerbiet. . .C. van
Wessem, Beethovencyclus.
16?17. Albert Heiman, Romantische advertentie,
teekening J. F. Doeve.
18. H. van Loon, Marianne Oswald.
19. Alida Zevenboom, Croquante croquetjes.
Uit het kladschrift van Jantje.
20. Letterraadsel. ??? Charivaria.
Omslag: Spelproblemen.
Viooltjes
Voortreffelijk»
chocolade in de»
vorm van viooltje*»
Een specialiteit.
RINGERS
iet op den naam/
De invoering van het vrouwenkiesrecht zou in
Frankrijk Waarschijnlijk een groote verschuiving
naar rechts beteekenen, omdat zelfs de vrouwen
van de radicale Fransche politici veelal de
anticlericale ideeën van echtgenooten niet deelen.
Vandaar dat in Frankrijk de conservatieven veelal
vóór het vrouwenkiesrecht zijn en de radicalen
daar tegen.
De verwachtingen, die Tardieu koestert van
het consultatieve referendum, - wat beteekent,
dat de president van de Republiek de bevoegdheid
zou krijgen over een door de volksvertegenwoordi
ging aangenomen wetsontwerp een volksstemming
te doen beslissen zijn zeer overdreven. Dat
middel zou ongetwijfeld de macht van de afgevaar
digden breidelen, maar het zou de verantwoorde
lijkheid voor concrete wetgevende maatregelen
leggen bij de burgerij, die bevoegd geacht kan
Worden over beginselen te oordeelen, maar die
niet in staat is de verantwoordelijkheid te dragen
voor het geheele regeeringsbeleid.
Het ziet er dus naar uit, dat, indien de regeering
Doumergue haar krachtig beleid weet vol te
houden en de parlementaire zeden verbeterd
worden, geen ingrijpende veranderingen in het in
Frankrijk geldende parlementaire stelsel zullen
worden gebracht.
A. C. JOSEPHUS JITTA