Historisch Archief 1877-1940
JEN de feestvreugde haar hoog
tepunt bereikt scheen te heb
ben, liet de Gouverneur van de
Provincie bekend maken dat
er nu ^nog een kleine verrassing
kwam. Het staatshoofd knikte
glimlachend zijn toestemming. Hij
was, voor het eerst sinds zijn bruuske
verkiezing tot president van de
republiek Tropitania, de gast van
zijn trouwen politieken volgeling, die
nu in de tweede stad des rijks het
gezag voerde. Het was een
verbroederingsfeest geworden, een soort
nafuif op het schitterende succes van
de verkiezingscampagne. Omstuwd
door generaals en kolonels, politieke
hoofdmannen en verknochte politie
officieren was de President door den
Gouverneur ingehaald op het grond
gebied der Provincie. Er was muziek
geweest en toespraken, feestmaaltij
den met rijkelijk rum en tabak, volop
dansvreugde met gewillige
mulattinnetjës zoodra de officieele
strictheid wat geluwd was. Het leger was
in goede stemming. De politici even
eens. Zelfs de strenge trekken van het
Hoofd der Natie ontspanden zich.
Hier, in deze omgeving van trouwe
aanhangers, voelde hij zich veilig. Zijn
volk aanbad hem.
Een gordijn werd opzij geschoven.
Een feestelijk opgemaakt aanrecht
werd zichtbaar, beladen met pakjes
van verschillend formaat. Bloemen en
nationale vlaggen omlijstten deze
verjaardagstafel". Voor elk van de
gasten, hoog of laag, generaal of
zwarR
^ ? ?Hr l " vx?'
' '?'&*> T
' - ?
11'
t ,
i
Langs de hoofdwegen van Tropitania
te manschap, was er een cadeautje,
maar het toeval zou beslissen wat ieder
kreeg. Want iedereen zou geblinddoekt
worden, en iedereen mocht op den tast
n pakje van de tafel nemen. Het
vijftienjarige dochtertje van den Gou
verneur stond er bij, om op te letten
dat alles eerlijk toeging.
De chef van de Veiligheid fronste
even de wenkbrauwen. Een geblind
doekt feest? Had de Gouverneur soms
een staatsgreep in den zin.... Maar
een blik van den President stelde hem
gerust en de verrassing bleek zeer in
den smaak te vallen. Wat men ook
?grabbelde, een groot pakket met een
gramofoon of een kleintje met een
horloge, altijd zat er bovendien een
biljet van de Nationale Bank
bijgepakt, dat alle verschil in waarde
uitwischte. De stemming steeg.
Het toppunt kwam toen ook de
President opstond, en vroeg om even
eens geblinddoekt te worden. Want
ook hij zelf had immers in hun gele
deren meegestreden zoo verklaarde
hij onder donderende toejuichingen.
Wederom fronste de Chef der Geheime
Politie de wenkbrauwen. Was het
Staatshoofd soms een klem tikje....,
maar neen, die Uzeren Man verdroeg
zijn rum immers als de beste. De
President wist ongetwijfeld precies
wat hij deed. Wat een Man! Een
Napoleon I
Met opmerkelijk vasten gang voor
een geblinddoekte die een heelen avond
gefeest had, schreed de President
tusschen zijn getrouwen door, regel
recht op de geschenktafel af. En zon
der een oogenblik van aarzelen stak hij
geblinddoekt beide handen uit naar
het cadeautje dat hij begeerde: het
dochtertje van den Gouverneur. Ge
blinddoekt legde hij zijn goudgalonnen
arm om de tengere leest van de be
koorlijke vijftienjarige. En een halve
seconde later, terwijl iedereen nog ont
hutst zijn buurman aanstaarde, was
het Staatshoofd met zijn cadeautje
door een zijdeur verdwenen. De
ademlooze stilte liet toe dat men hoorde
hoe een auto snel wegreed. Even
dreigden er revolvers. Maar toen het
Hoofd der Politieke Politie grimmig de
hand op stak, verlamde alle opwinding.
Men zag aan de blauwe aderen van
zijn slapen hoe intensief en hoe snel de
Gouverneur der Provincie nadacht.
Wat moest hij doen? Niets deed hij.
Welk een eer voor
hem, en welk een nieuw
pand van onverbreke
lijke loyauteit, nu de
Nationale Held zich
verwaardigd had om
de kleine Felicita tot
zich te nemen ! En op
welk een gracieuze wijze had de Groote
Man ook ditmaal zijn voornemen we
ten uit te voeren.... Over een paar
uur zou zij^ Felicita behagelijk en
weelderig geïnstalleerd worden in de
discrete villa naast het Paleis, aan
het oog der hoofdstad onttrokken
door palmen en bloei
ende bougainvilleas.
De nieuwste Madame
de Pompadour. De
jongste óók, voor zoo
ver hem bekend. Welk
een nieuwe perspectie
ven openden zich hier!
Die kleine Felicita, wie
had dat ooit van haar
kunnen denken....
Zoo kwam het dat
er geen nieuwe burger
oorlog ontvlamde in
Tropitania. Eendracht
en verknochtheid
heerschten over het
geheele grondgebied.
Pas een jaar later, toen
de kleine Felicita
thans dona Felicita
geheeten vervan
gen werd door een
veertienjarig
Cubaansch mulattinnetje, knalden er
hier en daar eenige schoten. Een keurig
in gebloemd papier gewikkeld pak
ketje, met een rose zijden lintje
omstrikt, een cadeautje voor den
President ontplofte in de ordon
nanskamer, en scheurde den dommen
negersergeant in flarden, toen deze
wantrouwig het pakje openknipte.
Daags daarna bevatte de
regeeringscourant de mededeeling dat aan een
poging tot ordeverstoring de kop in
gedrukt was, en dat de Regeering met
groote gestrengheid tegen de vijanden
des vaderlands zou optreden, steunen
de op de overweldigende stroomen
van aanhankelijkheidsbetuigingen die
uit alle deelen der Republiek het
verafgode Staatshoofd bereikten.
Enkel, wie per vliegtuig de reis van
de hoofdstad naar de provincie maakt,
kan, wanneer de piloot hem op de plek
attent maakt, tusschen de cactus
heggen en prikkelstruiken zien: de
laatste rustplaats van een rebel en
hoogverrader, die eens korten tijd
Gouverneur van die provincie was
geweest.
In zoo'n tropenrepubliekje is dan
ook veel mogelijk. Een enkel voor
val uit het avontuurlijke politieke
leven van dien President zal dit nog
bevestigen.
Men zal zich nog herinneren met
welk een ontroering de geheele wereld
eenige weken lang de uitvoerige tele
grammen verslonden heeft, toen plot
seling Tropitania werd geteisterd door
een geweldige aardbeving. Tiendui
zenden huizen waren ingestort, hon
derdduizenden menschen waren dak
loos. Weldra liet de ciné-actualités
heele velden vol verwoeste straten en
wanordelijke puinhoopen zien.
Vooral in Ruiitaniëwas de ont
roering groot. Men herinnerde zich in
dat kleine, maar ordelievende en
barmhartige Noord-Europeesche land
je hoe men zelf kort geleden door een
cycloon was getroffen, en hoe die in
Europa zoo zeldzame natuurramp in
enkele oogenblikken het keurige en or
delievende stadje Corbulo eenvoudig
had weggeveegd. Het zachte hart der
Buritaniërs had geen erg dat een
Tropitaansch huis hoofdzakelijk opge
bouwd is uit benzineblikken en ge
droogde klei; enkel bij de woningen
der weigestelden wordt ook kalk ge
bezigd. Het instorten van tienduizend
dezer huizen beteekende dus volstrekt
niet zoo veel, zelfs al was ook het gip
sen stadhuis mee omgevallen. Het ma
teriaal lag weliswaar verspreid op den
grond, maar het was nog volkomen
bruikbaar. Wie haast had, kon zijn
huis zóó weer in elkaar zetten; wie
gén haast had, liet het er voorloopig
bij. Onderdak is in Tropitania vol
strekt geen onmisbaar iets, behalve in
den regentijd; maar de ramp was ge
lukkig in het droge seizoen voorge
vallen. Nog heden ten dage vertoont
men den onthutsten toerist de
uit,,werking van de aardbeving"; de
medelijdende vreemdeling ziet dan op
verschillende plaatsen een paar palen
en stokken overeind staan, met een
paar brokjes droge klei er tusschen,
daar waar tevoren huizen en straten
waren geweest. . . .
Kortom, het zachtmoedige Ruritani
tastte zonder aarzelen in de beurs. De
kranten zamelden gelden in, en het
ramp-comiténam een speciaal giro
nummer. Een tooneelvoorstelling in
den Stadsschouwburg van de
Ruritaansche hoofdstad bracht, met behulp van
programma's, bloemetjes en een
champagnebar, een bom geld op. Kosten
vielen er haast niet af te trekken,
want iedereen had belangeloos mee
gewerkt, acteurs en pers incluis. Wat
een land ! Wat een volk ! Aldus over
woog de Tropitaansche gezant, toen
hij in zijn loge de rede van den Voor
zitter aanhoorde, en ondertusschen
Wie haast had, kon zijn huis
zoo weer in elkaar zetten
trachtte te schatten hoe hoog straks
het bedrag van de cheque zou zijn.
Er trilde een traan in zijn stem toen hij
in een brilliant discours den
Ruritaniers verzekerde dat Tropitania nooit
deze edelmoedige opwelling zou verge
ten. Hij speechte op de steeds inniger
samenwerking tusschen beide naties,
en hij liet doorschemeren dat de
Ruritaansche industrie, scheepvaart, tech
niek etc. steeds een schreefje vóór
diende te hebben op den laagsten in
schrijver. Zelf zou hij zich gelukkig
achten, persoonlijk de drager van deze
denkbeelden te mogen zijn. ...
Hierbij dacht Z.Exc. in vage trek
ken aan emolumenten uit leveranties
aan den Staat, voor het leger, etc.
Maar in zeer concreten vorm zag hij
de cheque voor zich uitfladderen.
Die wilde hij persoonlijk aan den Presi
dent der republiek gaan overhandigen.
Misschien geheel, misschien gedeelte
lijk. Dat moest hij natuurlijk nog met
het Hoofd der Natie eens worden.
Maar eerst moest hij die cheque uit
de handen van het Hulp-comit
loskrijgen.
Ook echter de Voorzitter van het
Comitéambieerde het voorrecht om
persoonlijk met een sierlijk toespraak
je in het Fransch (want Spaansch
sprak hij niet) de Ruritaansche gift aan
den president van Tropitania aan te
bieden. Weliswaar verstond deze weer
geen Fransch. Maar de cijfers op de
cheque zouden duidelijker spreken dan
Spaansch en Fransch tesamen. Welk
een eer voor zijn land ! Welk een] per
spectieven voor zijn zaak ! De Voorzit
ter stelde er persoonlijk den grootsten
prijs op, zélf de Drager te zijn.
Hij won. De Tropitaansche gezant