De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1934 23 juni pagina 3

23 juni 1934 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

De Groene Amsterdammer van 23 Juni 1934 l'; f» Goering brengt den Hitler-groet nemen en dat deel van de S.A. absorbeeren dat militair bruikbaar is. Want tégen den leider der S.A. (Rohm) keeren zich niet alleen Seldte en zijn vroegere Stahlhelm, maar veel breeder krin gen. Hoe de uitweg zijn zal, valt nu nog niet te zien. In het algemeen kan men slechts zeggen, dat de eenige uitweg is: het opgeven van illusies, en het aanpassen aan de realiteit. Dat dit, na zooveel vuurwerk, en ook na zooveel onrecht en wreedheid met een verschrikkelijke ontnuchtering gepaard zal gaan, en wellicht met hardhandigheid en daad werkelijk verzet, spreekt welhaast vanzelf. Het kan zyn, dat de leiders, in hun zorgen, een oorlog ontketenen. Maar geen wanhoop vóór den tijd. We staan uu nog pas aan het begin van het tijdperk der desillusie en zoodoende is het mogelijk dat dit het begin is van den tijd van het inzicht. Het is mogelijk, dat na de desillusie een ontwaken van de oude Duitsche deugden plaats vindt en dat het ware Duitschland wordt wakker geschud. Moge lijk, maar niet zeker. * * * De leiders Of von Papen de man is om, ter vermij duig van een bolsjewiseering van het Rijk, een ommezwaai naar rechts voor te bereiden, zooals hij op ditoogen blik schijnt te willen doen, staat te bezien. Dien man zal men geen vertrouwen meer kunnen schen ken. Er is geen man, behalve misschien de nu wel van zijn valschen luister ontdanen heer Schacht, die Duitschland en heel de wereld grooter schade heeft berokkend. - Het gist en het kookt op dit oogenblik, vooral bij de reactionnairen van den ouden stempel, die al die nationaal-doenerij heel mooi vonden omdat het in bun kraam te pas kwam, maar zelf in zeker op zicht met hun beide beenen op den grond stonden. Voorloopig moet de chef van den staf van de S.A. het ontgelden. Kapitein Rohm, vrijbuiter, veemrichter en kolonel in het Boliviaansche leger, heeft zich bij een vorige vacantie met eenige jongelieden in een badplaats aan de Adriatische Zee opgehouden en daar nu niet bepaald reclame gemaakt voor de moreele waarde van het Derde Rijk. Men kan dezen bloeddorstigen avonturier niet beter teekenen, dan hij dat zelf doet in zijn autobiografie Geschichte eines Hochverrftters" (uitg. Franz Eher, München), waarin hij zich zelf verheerlijkt als houwdegen, slagveld enthousiast en op ander gebied van zich zelf ver telt: ,,zu den Moralischen zfthle ich mich schon gar nicht". Bit nu schijnt zelfs het tegenwoordige Duitschland te bar geworden te zijn. Op het gedrag en privé-leven van den enkeling, komt het echter niet aan. Al is het natuurlijk ter dege van belang welke karakters het zijn, die den noodigen weerklank kunnen vinden en uitverkoren worden, om als leiders op te treden. Want daarop komt het aan: in werkelijkheid te leiden, den weg te wijzen. Een vergelijking dringt zich op. De vergelijking met een andere dictatuur, met het Italiaansche fascisme. Mussolini hoort tot degenen, die al verliezende winnen. En hij heeft bijna alles verloren, tenminste zijn illusies. De illusies, die hij het Italiaansche volk, heel Europa eigenlijk vóórtooverde op den weg naar zijn tegenwoordige positie. Dat was niet gering: Mare nostrum. De Middellandsche Zee zou door Italiëbeheerscht moeten worden. De boorden van de Adriatische Zee in Italiaansche handen zijn, de hemel zou verduisterd kunnen worden door de tallooze Italiaansche lucht-eskaders, en een heel verbond van Centraal- en Oost-Europeesche Staten zou van Italiëhet middelpunt van de wereld maken en een machtsfactor van onover winnelijk belang. Inderdaad scheen hij er in te kunnen slagen, een jaar of vijf geleden, een Midden Europeesch blok te vormen, met Duitschland, Hongarije, Roemenië, Bulgarije en enkele andere staten, dat in zijn vervaarlijkheid een bedreiging op zichzelf was. Wat is daarvan over? Niets. Zelfs met het Duitsche Rijk bestaan ondanks de gesprekken van Venetië, nauwelijks nog vriendschappelijke ban den. Neen, van al de illusies is niets over; maar ondanks het prijsgeven van iedere strategische illusie (of juist daardoor?) vervult Italiëde rol van bemiddelaar, van een advocaat, zou men haast kunnen zeggen, die zich beschikbaar houdt om verschillende standpunten toe te lichten en als het noodig wordt eens te zeggen, dat het zóó niet Rohm verder gaat. Zooals aan het adres van Hitler inzake Oostenrijk. Het is beter een staatsman niet aan zijn woord te houden, maar naar zijn daden te beoordeelen. En dan kan niet ontkend worden dat Mussolini in werkelijkheid niet zijn toevlucht heeft gezocht in fascistische illusies, maar dingen, zelfs groote dingen, van alledaagsch belang heeft volbracht. Van die heel gewone zaken, wegenaanleg, electrificatie, polderbouw, energieke consolidatie, tout comme chez nous. En daarmee heeft hij veel werkelijke waarden gewonnen, daarin is hij een zeer groot leider geweest op den weg der reali teit. Of de tegenwoordige leiders van het Derde Rijk daar ook toe in staat zijn? Dat is de vraag. Leest men Mein Kampf, en dat is en blijft het A.B.O.boekje voor het jonge Duitschland, dan krijgt men van den schrijver geen zeer normalen indruk. Hoort men hem door de radio, dan herkent men het stemgeluid van een uit zijn evenwicht geslagen persoon. Van andere leiders is al te veel bekend. Het Goering ah getuige in het Rijksdagbrandproces ASTORIA Gedurende de zomermaanden het superbe orkest HENRI LENNAERTS De groote attractie van het House of Lords te Den Haag =HBi doet er niet toe. Men late hun hun leven. Maar het is niet aan te nemen dat zij de leiders zijn, die het Duitsche V$lk terug kunnen voeren naar het dagelijksch brood. Daarbij komt, dat de nationaal-socialistische staat, waaraan zij zelf een zoo groot aandeel hebben, zich moeilijk leent voor een vreedzame en werkelijk opbouwende consolidatie. Het Italiaansche fascisme verwerpt in theorie de agressivi teit niet als middel om iets te bereiken. Het nationaal-socialisme daarentegen is agressief in zijn wezen, in zijn idealen omdat het nog veel sterker een regressie tot het primitieve hordewezen voor stelt en dit oer-leven onverholen idealiseert. In zekeren zin, als men het woord schuld" wil gebruiken, kan men de leiders natuurlijk aansprake lijk stellen voor de hysterische vervoering waarin heel Duitschland dit laatste jaar verkeerd heeft. De zoozeer op waandenkbeelden, op gewonen achtervolgingswaau, lijkende ideeën als: de Joden hebben het gedaan", of de Roomschen" of de vrjjmetselaars" verschijnselen die geen psychiater vreemd zijn hebben zij er bij de massa ingehamerd, tot onherstelbare schade. Mein Kampf druipt van zulke abnormiteiten, waarover het beter is maar heelemaal niet te debatteeren. Maar zij zouden er niet in geslaagd zijn, deze perverse psychische besmetting te effectueeren, wanneer de voedingsbodem daar voor niet aanwezig was. Neen, er is een primaire band tusschen de massa en degenen die geroepen worden haar te leiden. Wij wezen op die studie over de oerhorde, om daarmee den tegenwoordigen ziekelij ken geestes toestand van het Derde Rijk te belichten. Het aantal voorbeelden, dat in de vergelijking zijn bevestiging vond, was overstelpend. Zoo kwamen wij tot de conclusie dat zich een gevaarlijk atavisme van het Duitsche volk heeft meester gemaakt. Het is opvallend (en het laat niet veel hoop dat de tegenwoordige leiders den weg naar een nor male toekomst zullen wijzen) dat op blz. 174 van de genoemde studie in deel X van de Gesammelte Schriften, Freud zijn constructie als volgt samenvat: Somit blieb den Brüdern, wenn sie mit einander leben wollten, nichts brig, als vielleicht nach Ueberwindung schwerer Zmschenfalle das Inzestverbot aufzurichten, mit welchem sie alle zugleich auf die von ihnen begehrten Frauen verzichteten, um deren wegen sie doch in erster Linie den Vater beseitigt natten. Sie retteten so die Organisation, welene sie stark gemacht hatte, und die auf homosexuellen Gefühlen und Betatigungen runen konnte. [Mr. M. KANN

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl